Base description which applies to whole site

25. VEILIGHEID EN BESTUUR

Realisatie begrotingsuitgaven Veiligheid en Justitie € 11 438,5 miljoenArt. 25 Veiligheid en bestuur 0,35%

Realisatie begrotingsuitgaven Veiligheid en Justitie € 11 438,5 miljoenArt. 25 Veiligheid en bestuur 0,35%

Algemene doelstelling

Een veiligere samenleving door de bestuurlijke kracht van de decentrale overheden en hun partners in veiligheid te versterken.

Doelbereiking en maatschappelijke effecten

De aanpak van onveiligheid voor burgers en ondernemers thuis, op straat en bij evenementen is in 2011 verbeterd. Het beleid om overlast en criminaliteit bijvoorbeeld rond coffeeshops, in uitgaansgebieden of bij voetbalwedstrijden is vormgegeven.

De bestuurlijke aanpak van georganiseerde criminaliteit heeft zich, met het offensief tegen ondermijnende en georganiseerde criminaliteit, doorontwikkeld.

Het bevorderen van de fysieke en brandveiligheid is in 2011 voortgezet. Dit door het verder versterken en ondersteunen van het fysieke veiligheidsbeleid van het lokaal en regionaal bestuur, het waarborgen van de belangen van de hulpverlening en rampenbestrijding in interdepartementaal verband en het ontwikkelen van beleidsvoorstellen om de actieve participatie van burger en bedrijfsleven op het terrein van veiligheid te kunnen vergroten.

Externe factoren

Het vergroten van veiligheid vergt een overheidsbrede, en waar nodig geïntegreerde, aanpak. Gemeenten vervullen hierbij vaak een voorname rol, via onder meer het vormgeven evenementenbeleid, het screenen van vergunningen en de handhaving van de leefbaarheid (onder meer via de inzet van de wet maatregelen bestrijding voetbalvandalisme en ernstige overlast). In 2011 heeft de aanpak van onveiligheid onverminderd prioriteit gekregen in gemeenten.

Indicatoren

Realisatie meetbare gegevens bij de algemene doelstelling

In de Begroting 2011 van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zijn als meetbare gegevens de concrete doelstellingen van het project «Veiligheid begint bij Voorkomen» genoemd. Deze hadden betrekking op de periode 2002-2010 en betroffen inhoudelijk de reductie van criminaliteit (gewelds- en vermogensdelicten en fietsendiefstallen), fysieke verloedering en ernstige sociale overlast. In het Jaarverslag 2010 van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties zijn reeds de eindwaardes voor het jaar 2010 opgenomen (TK 32 710 VII, nr. 1). In de Begroting 2011 zijn geen andere meetbare gegevens geformuleerd bij de algemene doelstelling van artikel 25.

Overzicht onderzoek naar de doelmatigheid en de doeltreffendheid van beleid

 Omschrijving

Doelstelling

Start

Afgerond

Vindplaats

Beleidsdoorlichting

       

De veiligheidspartners in staat stellen om hun werk efficiënt en effectief uit te kunnen oefenen.

25

2011

2012

 
         

Effectenonderzoek ex-post

       
         

Overig evaluatieonderzoek

       

De effectiviteit en de vergoedingsregeling van de Bestuurlijke Boete overlast en de Bestuurlijke Strafbeschikking

25

2011

2012

 

Fatale woningbranden 2003, 2008, 2009 en 2010

25

2010

2011

www.wodc.nl

Budgettaire gevolgen van beleid x € 1 000
           

Realisatie

Begroting

Verschil

   

2007

2008

2009

2010

2011

2011

 

Verplichtingen

0

0

0

45 947

35 035

85 307

– 50 272

               

Programmauitgaven

0

0

0

32 158

40 143

85 307

– 45 164

                 

25.1

Veiligheid en bestuur

0

0

0

14 729

13 417

22 430

– 9 013

25.1.1

Veiligheid en bestuur

0

0

0

14 729

13 417

22 430

– 9 013

                 

25.2

Veiligheid, informatie en technologie

0

0

0

17 429

26 726

62 877

– 36 151

25.2.1

Veiligheid en bestuur

0

0

0

17 429

26 726

62 877

– 36 151

                 

Ontvangsten

0

0

0

1 733

467

0

467

Verplichtingen

Financiële toelichting

Het verschil tussen de vastgestelde begroting en de realisatie op de verplichtingen wordt verklaard doordat er budgetten zijn gerealloceerd naar andere begrotingsartikelen.

Uitgaven:

Het verschil tussen de vastgestelde begroting en de realisatie op de uitgaven wordt voornamelijk verklaard door:

25.1. «Veiligheid en bestuur»»

Vertraging bij enkele kleine projecten op het gebied van fysieke veiligheid, polarisering en radicalisering waardoor € 0,8 miljoen minder is besteed en door diverse andere mutaties. Onder andere heeft een budgetmutatie plaatsgevonden naar het Centrum Criminaliteitspreventie Veiligheid (€ 2,5 miljoen).

25.2 «Veiligheid, informatie en technologie»

Er zijn minder uitgaven gedaan op dit artikelonderdeel doordat er technische mutaties hebben plaatsgevonden naar andere begrotingsartikelen. De Maatschappelijke Innovatie Agenda Veiligheid (MIA-V) is een project van de Ministeries van Veiligheid en Justitie, Defensie en Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (EL&I). Vanuit VenJ zijn budgetten gerealloceerd naar Defensie € 5,8 miljoen en EL&I € 12,8 miljoen.

Voor het overige wordt het verschil onder meer verklaard door reallocatie van budgetten voor de pilot online forensische diensten (€ 0,8 miljoen), Real time Identification (€ 0,6 miljoen), virtuele veiligheidsarena (€ 0,5 miljoen), innovatieprojecten (€ 1,2 miljoen) en loonprijsbijstelling voor C2000 (€ 1,9 miljoen).

Operationele doelstelling 25.1

De veiligheidspartners in staat stellen om hun werk efficiënt en effectief uit te kunnen oefenen.

Doelbereiking

Rijk, gemeenten en andere veiligheidspartners nemen onverminderd hun verantwoordelijkheid voor veiligheid. Het integrale veiligheidsbeleid vormt de kern van de lokale aanpak. De gemeente bepaalt hierin, samen met OM, de prioriteiten in de (lokale) veiligheidsaanpak, brengt partners samen en regisseert. Het Ministerie van Veiligheid en Justitie heeft de «gereedschapskist» voor een geïntegreerde en effectieve aanpak van onveiligheid verder ontwikkeld en ondersteund.

Instrumenten

In 2011 is doorgegaan met activiteiten om de overlast en verloedering terug te dringen en Nederland veiliger te maken.

De uitvoering van het Actieplan Overlast en Verloedering

  • De Van Montfransgelden en Leefbaarheidsmiddelen zijn evenals in 2010 aan 40 gemeenten toegekend, die het Manifest «bestrijding overlast en verloedering» in 2009 hebben ondertekend. De 40 gemeenten hebben in totaal een bedrag van € 65 miljoen ontvangen, waarvoor zij maatregelen nemen om overlast en verloedering terug te dringen.

  • Het beleid richtte zich vooral op overlast van dronken mensen op straat, drugsoverlast en overlast door groepen jongeren. Daartoe zijn gemeenten ondersteund met de inzet van praktijkteams onder andere bij de aanpak van overlast door jongeren, bijvoorbeeld door overmatig alcoholgebruik. Voorts is in 2011 gestart met een team dat zich richt op overlast door mensen met onaangepast gedrag.

  • De Tweede Kamer heeft de wijziging van de Drank- en Horecawet (DHW) in juni aanvaard. Thans is dit wetsvoorstel aanhangig gemaakt bij de Eerste Kamer (EK, 32 022). Een van de grootste wijzigingen van de DHW is de overdracht van het toezicht van de Voedsel en Warenautoriteit (VWA) naar gemeenten. Gemeenten worden verantwoordelijk voor het toezicht op en de handhaving van de DHW en moeten dus ook toezichthouders gaan aanwijzen. Om gemeenten zo goed mogelijk voor te bereiden op de overdracht van het toezicht wordt door het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) en VenJ gewerkt aan de overdracht van deze taken.

  • Het terugdringen van het aantal fietsendiefstallen heeft  onverminderd aandacht gekregen. Door het verstrekken van een financiële bijdrage heeft VenJ het Centrum Fietsendiefstal ondersteund. Dit centrum (een samenwerkingsverband tussen het CCV en de Stichting Aanpak Voertuigcriminaliteit) voert activiteiten uit gericht op het terugdringen van fietsdiefstal en het terugbezorgen van fietsen bij de eigenaar.

Handhaving van de openbare orde en toezicht en handhaving op het gebied van sociale veiligheid.

  • In 2011 zijn de voorbereidingen getroffen voor het wetsvoorstel «tijdelijk en flexibel cameratoezicht» dat in 2012 in procedure wordt gebracht. Bedrijven en gemeenten zijn gestimuleerd om cameratoezicht effectiever in te zetten op bedrijventerreinen. Lokale driehoeken zijn geïnformeerd over de mogelijkheden om cameratoezicht in te zetten voor leefbaarheidsovertredingen en deze beelden door te zetten naar gemeentelijke handhavers. Het ministerie subsidieert diverse innovatieprojecten, die de gemeenten ondersteunen bij de verbetering van cameratoezicht.

  • Het wetsvoorstel verruiming fouilleerbevoegdheden bestaat uit een vereenvoudigde bevoegdheid voor de burgemeester om sneller tot preventief fouilleren over te gaan, en uit vereenvoudigde fouilleerbevoegdheden voor de politie bij te vervoeren of in te sluiten personen. Dit wetsvoorstel is in december 2011 aan de Tweede Kamer aangeboden (TK 33112).

  • Samen met de VNG, politie en OM is een koers uitgezet (actieplan «Toezicht en handhaving in de openbare ruimte») om te komen tot eenduidiger en professioneler toezicht en handhaving door gemeentelijke buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s) in de openbare ruimte. Er zijn stappen gezet om te komen tot aangescherpte opleidingseisen en herscholingseisen voor boa’s, die in 2012 hun beslag krijgen. De politie is in 2011 gestart met de uitwerking van een landelijk uniforme toezichts- en regierol.

  • De wet maatregelen bestrijding voetbalvandalisme en ernstige overlast (wet mbveo) is van september 2010 tot en met april 2011 gemonitord (TK 25 232 nr. 58). Gemonitord is hoe vaak de wet is ingezet voor verschillende vormen van overlast en welke knelpunten bij de uitvoering van de wet worden ervaren door het gemeentebestuur, OM en politie. Tevens is het Kader voor Beleid Voetbal en Veiligheid vernieuwd (TK 25 232 nr. 57). De Tweede Kamer is geïnformeerd (TK 25 232 nr. 59) over de plannen om voetbalgerelateerde overlast en criminaliteit steviger aan te pakken. Onderdeel hiervan is vaststellen van het Landelijk actieplan Voetbal en Veiligheid (TK 25 232 nr. 60). Samen met de betrokken burgemeesters, politie, openbaar ministerie, Koninklijke Nederlandse Voetbalbond en betaald voetbal organisaties (bvo's) wordt ingezet op drie sporen:

    • Versterking van de operationele aanpak van burgemeesters, politie, OM, bvo’s en KNVB;

    • Vervroegde evaluatie van de wet mbveo;

    • Zwaardere strafrechtelijke aanpak.

  • Naar de mogelijkheden om de beleving van overlast te beïnvloeden is in 2011 onderzoek gedaan. Op grond van het rapport «Schaken op verschillende borden» is een aantal vervolgacties ingezet, zoals het inventariseren van alle (inter)nationale literatuur over totstandkoming van beleefde overlast en verloedering en het op basis hiervan bij geselecteerde gemeenten in de praktijk toepassen van concrete interventies om te zien of deze wel of niet effect opleveren. Daarnaast is in 2011 gestart met het organiseren van verschillende bijeenkomsten over overlastbeleving voor veiligheidsprofessionals en het op aanvraag adviseren van individuele gemeenten die met problemen op het gebied van overlastbeleving zitten. Tevens is in 2011 een onderzoek afgerond naar instrumenten die verschillende vormen van feitelijke overlast en verloedering meten. De resultaten hiervan moeten leiden tot een verbeterde analyse van overlastproblemen door het beter meten van overlast in onder meer de politieregistratie en de Integrale Veiligheidsmonitor.

  • Aan de Tweede Kamer is in mei, oktober en december 2011 gerapporteerd over de voortgang van de ontwikkeling van het aangescherpte coffeeshopbeleid, dat in de komende jaren gefaseerd zal worden ingevoerd (TK 24 077 nr. 259, 265 en 267). Gedurende het jaar zijn hierover afspraken gemaakt met gemeenten. Coffeeshops worden omgevormd tot besloten clubs met maximaal 2 000 leden, alleen toegankelijk voor ingezetenen van Nederland. Daarnaast gaat een afstandscriterium gelden van 350 meter van een coffeeshop tot een school voor voortgezet- of middelbaar beroepsonderwijs. De gedoogcriteria in de Aanwijzing Opiumwet van het OM zijn hierop aangepast.

Bestuurlijke aanpak van ernstige criminaliteit en criminaliteit in het bedrijfsleven

  • Er is veel geïnvesteerd in de versterking van de bestuurlijke aanpak. Het aantal gemeenten dat zich bij de Regionale Informatie- en ExpertiseCentra (RIEC’s) heeft aangesloten is in 2011 gestegen. Dit geldt in het bijzonder ook voor de gebieden waar het animo tot nu toe enigszins is achtergebleven. Bij brief van 25 augustus 2011 is het jaarverslag RIEC’s en het beleidskader RIEC’s aan de TK aangeboden (TK 29 911, nr. 54). Uit het jaarverslag blijkt ondermeer dat een krachtiger aanpak van georganiseerde misdaad nodig blijft. Per 1 januari 2012 hebben de RIEC’s structureel bij wijze van co-financiering vervolg gekregen. Op internationaal vlak is thans een informeel netwerk bestuurlijke aanpak van start.

  • Daarnaast wordt een bredere, effectievere en efficiëntere inzet van Bibob voorzien, waartoe het wetsvoorstel Evaluatie- en uitbreidingswet Bibob (TK 32676) aan Tweede Kamer is gezonden. De wijziging van het Besluit Bibob is per 14 september 2011 jl. gerealiseerd (Stb, 2011, nr. 418).

  • Het is noodzakelijk om de misstanden in de prostitutiesector aan te pakken. De Wet regulering prostitutie en bestrijding misstanden seksbranche (met o.a. verhoging minimumleeftijd naar 21 jaar) helpt daarbij. De wet is in 2011 aanvaard door de Tweede Kamer en ligt thans voor bij de Eerste Kamer (EK 32 211, A).

  • Het Keurmerk Veilig Ondernemen (KVO) is een instrument om lokale samenwerking tussen publieke en private partijen vorm te geven en te borgen, gericht op het terugdringen van criminaliteit in winkelgebieden (KVO-W) en op bedrijventerreinen (KVO-B). Winkelgebieden en bedrijventerreinen komen voor het KVO in aanmerking als zij een aantal structurele maatregelen op het gebied van veiligheid treffen. In 2011 zijn er rond de 100 certificaten uitgereikt en hebben er circa 200 hercertificeringen plaatsgevonden. Onderzoek laat zien dat waar volgens de KVO methodiek wordt samengewerkt het inderdaad zowel subjectief als objectief veiliger wordt. Bovendien treedt er verbetering op in de samenwerking tussen de verschillende partners. Daarmee is het een succesvol voorbeeld van publiek-private samenwerking op het gebied van criminaliteitsbestrijding.

Actieplan Polarisatie en Radicalisering

De uitvoering van het Actieplan Polarisatie en Radicalisering 2007–2011 (TK 29 754, nr. 103) is in 2011 met kracht voortgezet. Over de looptijd van het actieplan hebben circa 150 gemeenten met Rijkssteun projecten uitgevoerd op het terrein van bewustwording, deskundigheidsbevordering en weerbaarheidsversterking. Daarnaast zijn tientallen landelijke projecten uitgevoerd, vooral voor jongeren, op het gebied van democratische ontwikkeling en conflicthantering. De meeste activiteiten die in het kader van het Actieplan Polarisatie en Radicalisering 2007–2011 een decentralisatie-uitkering of subsidie verkregen, hebben een evaluatie ondergaan. De lessen hieruit zijn op internet ter beschikking gesteld: www.Nuansa.nl.

De weerbaarheid van personen of bedrijven die te maken hebben met acties van extremisten is vergroot met gerichte bijeenkomsten en tools. In 2011 zijn in alle regio’s trainingsbijeenkomsten gehouden voor eerstelijnswerkers van onderwijs, welzijnswerk en politie.

De uitvoering van het actieplan is hiermee afgerond. Komende jaren zal de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Nationale Veiligheid (NCTV) instellingen en gebieden waar zich verhoogde risico’s voordoen op extremistische radicalisering, waar nodig bijstaan met een gerichte inzet.

De verantwoordelijkheidsverdeling tussen overheid, burgers en bedrijven op het terrein van fysieke veiligheid en zelfredzaamheid van burgers

Om de verantwoordelijkheden op het terrein van veiligheid evenwichtiger te verdelen tussen overheid, burger en ondernemer zijn in 2011 acties uitgezet op het gedrag van publieke- en private veiligheidspartners dat kan leiden tot het verder vergroten van de veiligheid. Concrete voorbeelden zijn: onderzoeken in het kader van het project «Nodeloze Uitrukken Terugdringen» (NUT) naar de financiële, organisatorische en juridische consequenties van uiteenlopende voorstellen om het nodeloos uitrukken van de brandweer substantieel te verlagen. Verder is een publiek-privaat meerjarenprogramma gestart ter voorkoming, beperking en bestrijding van natuurbranden. Op het terrein van brandveiligheid is het project «Verbeteren Brandweerstatistiek» opgezet waarin gewerkt wordt aan het verbeteren van de informatievoorziening van de jaarlijkse CBS Brandweerstatistiek.

Er is onderzoek gedaan hoe gemeenten zelfredzaamheid van burgers kunnen vergroten. Dit heeft geresulteerd in de praktische handreiking «Hoe kunnen gemeenten de zelfredzaamheid van burgers bevorderen?» voor werkbare communicatiestrategieën met aanbevelingen en voorbeelden van successen en valkuilen.

Veiligheidsregio’s

Ter ondersteuning van Veiligheidsregio's bij bovenregionale taken zijn subsidies verstrekt aan ondermeer het Landelijk Expertisecentrum Brandweer/BRZO, het Platform Transportveiligheid en het Landelijk Informatiepunt Ongevallen Gevaarlijke Stoffen. Tevens zijn bijdragen geleverd aan de dossiers (weg- en spoor)tunnel veiligheid en de in gang gezette organisatie van de nieuwe Regionale UitvoeringsDiensten (RUD’s) op het terrein van BRZO. Verder is de interdepartementale coördinatie uitgevoerd voor alle activiteiten die volgden na de brand bij Chemie-Pack in Moerdijk.

Realisatie meetbare gegevens bij de operationele doelstelling

De instrumenten onder deze operationele doelstelling dragen bij aan de realisatie van de indicatoren onder de algemene doelstelling. Er zijn hier dan ook geen aparte meetbare gegevens opgenomen.

Operationele doelstelling 25.2

De veiligheidspartners in staat stellen efficiënt en effectief gebruik te maken van informatie en technologie.

Doelbereiking

Informatie en innovatie zijn belangrijke middelen voor de veiligheidspartners om hun presterend vermogen en daarmee de fysieke, sociale en nationale veiligheid van burgers te verbeteren.

Het project «Veilig door Innovatie» heeft nieuwe werkwijzen en technologieën opgeleverd die bijdragen aan het presterend vermogen van de veiligheidspartners (politie, brandweer, GHOR en andere betrokken partijen). Tevens is EU regelgeving voor de uitwisseling van opsporingsinformatie op nationaal niveau geïmplementeerd. Ook is uitvoering gegeven aan het Informatie Beleid Veiligheid, waardoor het hebben en delen van informatie tussen de veiligheidpartners verder is verbeterd.

Het Informatie Beleid Veiligheid

Instrumenten

Samenhangende informatievoorziening voor de brandweer, GHOR en politie

Het Veiligheidsberaad heeft een meerjarenprogramma Informatievoorziening 2012–2015 vastgesteld. Hierin staan de prioriteiten voor de komende periode benoemd, zoals de meldkamer als regie- en informatieknooppunt en de doorontwikkeling van de netcentrische werkwijze.

De politie heeft het aanvalsprogramma Informatievoorziening Politie 2011–2014 opgeleverd met als beoogd resultaat in 2017 een gebruiksvriendelijke, toekomstvaste en betaalbare informatievoorziening te realiseren. Er is een start gemaakt met de migratie van het Nationaal Noodnet naar de Noodcommunicatievoorziening. Inmiddels is een plan opgesteld voor de volledige migratie met ingang van oktober 2012.

Implementatie van Europese besluiten en intergouvernementele verdragen.

Nederland heeft de hit/no-hit vergelijking van vingerafdrukken en de uitwisseling van voertuiggegevens tussen de lidstaten conform de raadsbesluiten 2008/615/JBZ en 2008/616/KBZ geïmplementeerd. Verder is het Kaderbesluit 2006/960/JBZ (Zweeds kaderbesluit) op nationaal niveau geïmplementeerd.

Project Veiligheid door Innovatie

Het kabinet heeft de inzet om op innovatie en veiligheid de weerbaarheid tegen terrorisme, criminaliteit en rampen onder andere via de maatschappelijke innovatieagenda Veiligheid te verbeteren.

De werkzaamheden binnen het innovatieprogramma hebben onder andere de volgende producten opgeleverd:

  • procesbesturingssystemen Hermes, Castor en Midas. Deze systemen dragen bij aan de veiligheid van netwerksystemen die in gebruik zijn bij vitale sectoren;

  • virtuele rook & vuur module. Hierin zijn realistische «serious games» ontwikkeld voor de operationele hulpverleners om bestrijding van branden te oefenen.

    De Nederlandse belangen zijn behartigd binnen het 7e Kaderprogramma van de EU (thema security). In dit programma wordt nieuwe kennis en technologie ontwikkeld voor crisismanagement en de bestrijding van terrorisme en georganiseerde misdaad.

    Daarnaast is aansluiting gevonden bij het nieuwe Topsectorenbeleid van het kabinet. Om ook maatschappelijke veiligheid een plek te geven binnen deze Topsectoren is aangesloten bij de Roadmap Security van de Topsector High Tech Systemen en Materialen (HTSM).

Realisatie meetbare gegevens bij de operationele doelstelling

Kengetal
             

In %

         

Realisatie

Begroting

Verschil

 

2007

2008

2009

2010

2011

2011

 

Bereikbaarheid 112-netwerk

99,9

≥99,9

≥99,9

99,9%

99,9%

≥99,9

 

Misbruik 112 terug brengen

70

65

60

71%

68,8%

50

18,8%

Bron: Korps landelijke politie diensten (KLPD)

Het misbruikpercentage bij alarmnummer 112 is in 2011 slechts licht gereduceerd tot 68,8% ten opzichte van 70,9% in 2010 (cijfers KLPD). Het bleek om technische redenen in 2011 nog niet mogelijk SIM-kaartloze oproepen uit te sluiten van het alarmnummer 112. In 2012 gaat dat naar verwachting wel lukken en leidt dat tot een drastische daling van het misbuik.

Licence