Base description which applies to whole site

11. BATEN-LASTENDIENST DEFENSIE TELEMATICA ORGANISATIE

Staat van baten en lasten van de baten-lastendienst

(Bedragen x € 1 000)
 

1

2

3=2–1

 
 

Oorspronkelijke vastgestelde begroting

Realisatie

Verschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde

begroting

Realisatie 2010

Baten

       

Opbrengst moederdepartement

315 143

355 555

40 412

364 121

Opbrengsten overige departementen

36 810

37 830

1 020

43 532

Opbrengst derden

145

89

– 56

209

Rentebaten

 

323

323

77

Vrijval voorzieningen

 

14

14

43

Bijzondere baten

   

0

 

Totaal baten

352 098

393 811

41 713

407 982

Lasten

       

Apparaatskosten

       

– personele kosten

199 307

172 508

– 26 799

212 768

– materiële kosten

98 091

144 504

46 413

126 865

Afschrijvingskosten

       

– immaterieel

3 000

2 257

– 743

1971

– materieel

46 000

29 601

– 16 399

35 914

Overige lasten

       

– dotaties voorzieningen

 

2 145

– rente

5 700

3 718

– 1982

4 259

– bijzondere lasten

   

0

3 648

Totaal lasten

352 098

352 588

490

387 570

Saldo van baten en lasten

0

41 223

41 223

20 412

Algemeen

In 2011 is de inhuur verder teruggebracht. Nieuwe investeringen zijn kritisch beoordeeld en vervangingsinvesteringen zijn uitgesteld. Dit zal een blijvend karakter hebben omdat steeds meer gebruik gemaakt zal worden van thin clients en telesticks. De traditionele werkplek bestaande uit desktop of laptop wordt in de komende jaren vervangen door de veel goedkopere thin cliënt en telestick. De kosten van deze thin cliënt en telestick worden beschouwd als exploitatie en niet meer als investering/activa.

Opbrengst moederdepartement

De substantieel hogere omzet moederdepartement is voornamelijk het gevolg van het minder snel dalen van de vraag vanuit de defensieonderdelen dan in de begroting was voorzien. Ten opzichte van 2010 is een daling van de omzet te zien op een aantal gebieden. Binnen de generieke IV is voor werkplekdiensten Defensie een tariefverlaging doorgevoerd. Doelmatigheid heeft geleid tot een lagere afname van het aantal diensten.

Opbrengst overige departementen

De dienstverlening aan de overige departementen heeft pas plaats na goedkeuring door de Secretaris-Generaal van het moederdepartement. De opbrengsten overige departementen zijn ten opzichte van 2010 met € 6 miljoen afgenomen omdat bij het standaardportfolio minder vraag was naar deze diensten.

Opbrengst derden

Een klein deel van de dienstverlening aan derden betreft de Navo en haar partners. De dienstverlening bestond in 2011 uit incidentele kleine opdrachten.

Omzet per productgroep (bedragen x € 1 miljoen)
 

2008

2009

2010

2011

Omzet categorie Generiek

243,9

240,3

253,1

235,7

Omzet categorie Specifiek

134,5

162,8

154,8

157,8

De omzet van Ivent bestaat voor het merendeel uit ontvangsten voor geleverde producten en diensten die zijn opgenomen in de Producten- en Dienstencatalogus (PDC).De nadere toelichting is opgenomen bij de tabel doelmatigheidsindicatoren.

Personele kosten

Als gevolg van vacaturemanagement is er vrijwel geen instroom van personeel.

De in de afgelopen jaren ingezette koers om de inhuur van personeel te beperken, is voortgezet. Aflopende contracten worden niet meer verlengd. Ook worden de tarieven van inhuur verlaagd met het oog op de marktomstandigheden,.

Materiële kosten (Bedragen x € 1 000)
 

Begroting 2011

Realisatie 2011

Verschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting

Directe kosten

41 991

71 647

29 656

Huisvestingskosten

10 500

14 451

3 951

Kantoorkosten

3 400

5 859

2 459

Algemene kosten

3 700

10 896

7 196

Kosten hard- en software

38 500

41 651

3 151

Totaal materiële kosten

98 091

144 504

46 413

De directe kosten zijn in 2011 hoger dan begroot als gevolg van de hogere opbrengsten.

Rentelasten

De lagere rentelasten zijn voornamelijk veroorzaakt door lagere investeringen, een goede liquiditeitsbeheersing en een gunstige stand op de rekening courant bij het ministerie van Financiën.

Resultaat

Het saldo van baten en lasten over 2011 bedraagt € 41 miljoen positief. Dit resultaat is verwerkt in het eigen vermogen. Dit positieve resultaat wordt voornamelijk veroorzaakt door hogere omzet moederdepartement, minder inhuur personeel en lagere afschrijvingskosten door uitgestelde investeringen.

Balans per 31 december 2011

(Bedragen x € 1 000)

Omschrijving

Balans 2011

Balans 2010

Activa

   

Immateriële activa

7 317

5 424

Materiële activa

   

– gebouwen en terreinen

19 126

21 029

– machines en installaties

8 369

9 987

– computerapparatuur

55 187

60 219

– overige bedrijfsmiddelen

1 611

2 336

Voorraden

2 194

4 118

Debiteuren

14 466

43 724

Nog te ontvangen/overlopende activa

27 974

35 141

Liquide middelen

69 761

33 269

Totaal activa

206 005

215 247

Passiva

   

Eigen Vermogen

   

– exploitatiereserve

12

– verplichte reserve

   

– onverdeeld resultaat

41 223

20 412

Subtotaal eigen vermogen

41 235

20 412

Voorzieningen

198

6 320

Leningen bij het ministerie van Financiën

25 061

63 872

Crediteuren

61 139

63 238

Nog te betalen/overlopende passiva

78 372

61 405

Totaal passiva

206 005

215 247

Eigen vermogen

Het saldo van baten en lasten bedraagt € 41 miljoen. Dit resultaat is verwerkt in het eigen vermogen. Op basis van 5 procent van de gemiddelde jaaromzet van de afgelopen drie jaar (€ 404,6 miljoen in 2009, € 407,9 miljoen in 2010 en € 393,4 miljoen in 2011) bedraagt het maximaal toelaatbaar eigen vermogen € 20 miljoen. Dit betekent dat € 21 miljoen zal worden afgedragen aan het moederdepartement.

Debiteuren

De stand debiteuren is fors lager dan ultimo 2010 vanwege de late kassluiting bij het moederdepartement. Hierdoor kon de doorbelasting tot 20 december aan de orde zijn.

Leningen bij het ministerie van Financiën (langlopend)

(Bedragen x € 1 000)
 

Stand 31-12-2011

Stand 31-12-2010

Leningen bij het ministerie van Financiën

   

Vermogensconversielening

12 606

Investeringsleningen

25 061

51 266

Totaal leningen

25 061

63 872

De leningen zijn opgenomen ter financiering van de vaste activa. De aflossingen bevatten mede een vervroegde aflossing van € 19 miljoen. De aflossing is gedaan vanuit de hogere liquide middelen om zo de rente te verlagen die wordt betaald aan het ministerie van Financiën. De lagere rentelasten worden verwerkt in de tarieven 2013.

Voorzieningen

(Bedragen x € 1 000)
 

Stand 31-12-2010

Dotaties 2011

Vrijval 2011

Onttrekkingen 2011

Stand 31-12-2011

Wachtgelduitkeringen

5 636

   

– 5 636

FPU57

684

 

– 14

– 472

198

Totaal aan voorzieningen

6 320

0

14

– 6 108

198

De voorziening wachtgelduitkering dient ter dekking van de verplichtingen voortvloeiend uit de wachtgeldaanspraken van voormalige medewerkers. Vanaf 2011 wordt geen voorziening meer getroffen voor wachtgelden. Deze kosten worden vanaf 2011 verantwoord door het moederdepartement. De onttrekking betreft de betaling aan het moederdepartement. De resterende voorziening is gewaardeerd tegen contante waarde en is langlopend.

Nog te betalen/overlopende passiva

(Bedragen x € 1 000)
 

Stand 31-12-2011

Stand 31-12-2010

Salarissen en sociale lasten

7 865

7 677

Aflossing leningen ministerie van Financiën

36 831

31 806

Overige overlopende passiva

33 676

21 922

Totaal overlopende passiva

78 372

61 405

De post «salarissen en sociale lasten» betreft reserveringen voor vakantiedagen en opbouw van vakantiegeld. De toename van het saldo leningen wordt veroorzaakt doordat een deel van de beoogde aflossing in 2011 pas in januari 2012 is geboekt. De overige overlopende passiva bestaan met name uit nog te ontvangen facturen en vooruitgefactureerde omzet. In deze post is een bedrag van € 8 miljoen opgenomen voor een claim van de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, zie Kamerbrief INDiGO (Kamerstuk 30 573, nr. 66).

Kasstroomoverzicht

(Bedragen x € 1 000)
   

Oorspronkelijke vastgestelde begroting

Realisatie

Verschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting

1.

Rekening-courant RHB 1 januari 2011 + stand depositorekeningen

6 485

33 269

26 784

         

2.

Totaal operationele kasstroom

52 500

115 150

62 650

         
 

Totaal investeringen (–/–)

– 60 000

– 24 697

35 303

 

Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)

 

225

225

3.

Totaal investeringskasstroom

– 60 000

– 24 472

35 528

         
 

Eenmalige uitkering aan moederdepartement (–/–)

 

– 20 400

– 20 400

 

Eenmalige storting door het moederdepartement (+)

   

0

 

Aflossingen op leningen (–/–)

– 51 000

– 33 786

17 214

 

Beroep op leenfaciliteit (+)

60 000

 

– 60 000

4.

Totaal financieringskasstroom

9 000

– 54 186

– 63 186

       

5.

Rekening-courant RHB 31 december 2011 + stand depositorekeningen (=1+2+3+4)

7 985

69 761

61 776

Operationele kasstroom

In de operationele kasstroom is het positieve resultaat de belangrijkste factor, gevolgd door de afname van het debiteurensaldo.

Investeringsstroom

De gerealiseerde investeringen zijn zoals eerder vermeld lager dan vorig jaar en lager dan begroot. In 2011 is minder geïnvesteerd in werkplekken, in een upgrade van NAFIN en in upgrades van de datacentra.

Financieringskasstroom

In 2011 is geen beroep gedaan op de leenfaciliteit van het ministerie van Financiën. Aan het moederdepartement is het onverdeeld resultaat 2010 ad € 20,4 miljoen uitgekeerd.

Doelmatigheidsparagraaf

In 2011 is duidelijk geworden dat de doelmatigheidsindicatoren worden beïnvloed door de reorganisaties bij Defensie. Processen en registraties veranderen en zorgen voor onbetrouwbare meetresultaten. In 2011 heeft de focus van doelmatigheid gelegen op operationele prestaties en financiële doelmatigheid. De hieronder vermelde scores berusten op metingen gedurende de eerste tien maanden, omdat daarna de registraties te veel werden beïnvloed. De financiële cijfers betreffen wel het gehele jaar. Door het omvangrijke portfolio dat wordt gevoerd, is het niet mogelijk om model 3.80 van de Rijksbegrotingsvoorschriften (de doelmatigheidsindicatoren) volledig te voeren. Generieke kostprijzen per product zijn niet e geven door de grote verscheidenheid en karakter van het door DTO gevoerde portfolio.

Doelmatigheidsindicatoren c.q. kengetallen per 31 december 2011

Omschrijving generieke deel

2008

2009

2010

2011

Leverbetrouwbaarheid SLA's

84,7%

87,8%

86,0%

83,7%

Oplossend vermogen Service Desk Defensie

76,3%

75,6%

69,0%

65,6%

Tijdigheid klachtafhandeling

67,0%

89,9%

90,0%

Opdrachtgeverstevredenheid

74,0%

72,8%

70,0%

Vte'n totaal

 

2 178

2 181

2 062

– Burgers

 

2 056

2 083

1965

– Militairen

 

122

98

97

         

Saldo baten/lasten als % van totale baten

       

Omschrijving specifiek deel

2008

2009

2010

2011

Kostprijs per werkplek (norm)

99%

98%

88%

85%

Kostprijs per werkplek (realisatie)

92%

87%

82%

80%

Omzet categorie Generiek (in € miljoen)

243,9

240,3

253,1

235,7

Housing

 

2,6

2,4

2,7

Defensiepas en MFCS

 

8,9

8,1

6,0

Handelsgoederen

 

20,3

16,5

14,5

Evenementen

 

3,7

0,1

 

Dienstontw & klantopdracht

 

128,7

 

1,4

WDD algemeen

 

9,4

134,3

120,9

WDD specifiek

 

21,2

10,8

17,5

Communicatie dienst basis

 

5,6

31,4

27,2

Communicatie dienst specifiek

 

39,0

9,3

7,8

Connectivity

   

40,2

37,7

Omzet categorie Specifiek (in € miljoen)

134,5

162,8

154,8

157,8

Dienstontw& klantopdracht specifiek

 

1,0

 

Advies en applicaties

 

34,5

36

23,3

IV diensten

 

6,5

13,7

74,3

Externe applicatie diensten

 

6,2

3,4

1,8

Software

 

1,0

0,9

0,7

Hosting ERP

 

21,2

27,7

25,5

Hosting MF

 

12,0

10,0

1,0

Applicatie hosting

 

13,1

11,0

2,0

Exploitatie connectivity

 

0,1

0,2

0,1

Hosting Overig

 

0,2

0,1

 

Marktkosten IV-I & IV-E gelden

 

69,6

48,0

28,2

NSA

 

1,4

0,9

Dubbele beheerlasten

 

1,0

 

Kleine diverse omzetposten

 

0,8

0,4

 

In 2011 is de operationele doelmatigheid tot uiting gekomen in de kwaliteit IV-voorziening en door de leverbetrouwbaarheid van Service Level Agreements (SLA’s). In 2011 is de sturing op SLA’s afgenomen vanwege het sluiten van dienstverleningsovereenkomsten. In 2012 worden nieuwe indicatoren ontwikkeld die betere sturingsmogelijkheden bieden.

Het personeels- en arbeidsplaatsenbestand van het baten-lastendeel is voor het eigen personeel beneden de grenzen van het dubbelslot baten-lastendienst gebleven. Gemiddeld heeft DTO een bezetting van 2 025 VTE’n aan eigen personeel. Doelmatigheid op het gebied van personeel is vooral zichtbaar geworden in de terugdringing van de inhuur. Door vacaturemanagement is het personeelsbestand afgenomen (zie toelichting personele kosten).

Als indicator voor de ontwikkeling van de doelmatigheid wordt de prijs per werkplek gebruikt. De prijs per werkplek voor 2007 is gesteld op 100. De daling van de kostprijs per werkplek komt door een verhoging van de doelmatigheid. Tot en met 2008 werd de omzet voor werkplekken gerealiseerd door vooraf een prijs per werkplek af te stemmen met de beleidsverantwoordelijke. In 2009 is er gefactureerd op basis van beschikbaar budget en vanaf 2010 berust de facturatie van werkplekdiensten op de werkelijke afname. In 2011 is de prijs verder gedaald tot 80 procent. Tezamen met een afname van het aantal werkplekken in 2011 is derhalve een aanzienlijke doelmatigheid bereikt.

In de begroting 2011 is geen nadere verdeling opgenomen van de categorie specifiek en generiek.

De omzet van Ivent bestaat voor het merendeel uit ontvangsten voor geleverde producten en diensten die zijn opgenomen in de Producten- en Dienstencatalogus (PDC).

De meest omvangrijke diensten zijn de werkplekdiensten en telefonie (38 procent van de omzet). De volgende grote omzetcategorie (18 procent van de omzet) betreft de IV diensten. Ten opzichte van 2010 is sprake van een aanzienlijke stijging van deze dienst. Er is sprake van een ontwikkeling dat losse producten worden afgebouwd en naar een pakket van IV-diensten wordt overgegaan.

Licence