Base description which applies to whole site

3: Voortgezet onderwijs

Artikel

Algemene doelstelling

Het voortgezet onderwijs zorgt dat leerlingen in deze fase van de doorlopende leerlijn hun talenten maximaal kunnen ontplooien en vervolgonderwijs kunnen volgen dat het best past bij hun talenten. Het bereidt hen voor op volwaardige deelname aan de samenleving en een bij hun talenten passende (toekomstige) positie op de arbeidsmarkt.

Rol en verantwoordelijkheid

De minister is verantwoordelijk voor een voortgezet onderwijsstelsel dat zodanig functioneert dat het onderwijs aansluit bij de talenten en de ambities van individuele leerlingen en bij de behoeftes van de maatschappij.

In het bijzonder is zij verantwoordelijk voor de toegankelijkheid van het onderwijs, de rechtmatige en doelmatige besteding van middelen voor het onderwijs en het borgen van de onderwijskwaliteit. De instrumenten die zij tot haar beschikking heeft zijn het uitvaardigen van wet- en regelgeving, het verstrekken van bekostiging, subsidies en opdrachten, het houden van toezicht en het voeren van een dialoog met belanghebbenden, en zonodig actief voeren van regie.

Kengetallen

Tabel 3.1 Kengetallen
 

2012

1.

Totaal aantal ingeschreven leerlingen, teldatum 1-10-2012

937.200

 

Bron: DUO

 

2.

Uitgaven per onderwijsdeelnemer (x € 1,-)

7.669

 

Bron: DUO

 

3.

Totaal aantal scholen

646

 

Bron: DUO

 

4.

Gemiddeld aantal leerlingen per school

1.451

 

Bron: DUO

 

Beleidsconclusies

In het beleidsverslag is de stand van zaken beschreven van een aantal belangrijke beleidsonderwerpen van het voorgezet onderwijs, te weten excellente scholen, schoolleiders, bestuursakkoord vo inclusief «prestatiebox» en «School aan Zet», ouderbetrokkenheid, onderwijstijd en (aangescherpte) examens. Daarnaast worden hieronder de onderstaande prioriteiten extra benadrukt:

Taal en rekenen

Uit onderzoek van Regioplan (Onderwijsinspanningen taal en rekenen in het po, vo en mbo, Regioplan augustus 2012) blijkt, dat scholen volop bezig zijn met de intensivering van het taal- en rekenonderwijs. Ze nemen instap- en voortgangstoetsen af, geven meer aandacht aan zwakke leerlingen en programmeren extra lesuren. Tegelijkertijd geven veel scholen aan dat zij zich in een voorbereidend stadium bevinden.

In de brief van 19 december 2012 (Kamerstuk 31 332, nr. 19) is de Kamer op de hoogte gesteld van deze bevindingen en de maatregelen die genomen worden voor het vervolgtraject.

Tussendoelen onderbouw

De Stichting Leerplanontwikkeling (SLO) heeft de gevalideerde concept-tussendoelen voor Nederlands, Engels en wiskunde/rekenen in 2012 opgeleverd. Deze worden gebruikt in verband met de voorbereidingen voor de diagnostische tussentijdse toets (dtt). In het kader van de wetgeving hierover zullen de tussendoelen definitief worden vastgesteld.

Experimenten doorlopende leerroutes: VM2, vakmanschap- en technologieroute

In 2012 is gewerkt aan het vormgeven van het wettelijk kader voor vmbo-scholen en bve-instellingen om nieuwe experimenten met doorlopende leerlijnen vmbo-mbo uit te voeren. De ervaringen van VM2 worden bij deze nieuwe experimenten meegenomen. Er worden twee typen van experimenten mogelijk gemaakt: experimenten met een vakmanschaproute en experimenten met een technologieroute. De vakmanschaproute is gericht op het behalen van een startkwalificatie op mbo 2 niveau.

De technologieroute richt zich op opleidingen met een technisch of technologisch karakter op mbo 4 niveau. Via deelname aan de experimenten kunnen scholen en instellingen op een aantal onderdelen afwijken van voorschriften uit wet- en regelgeving.

Vernieuwing beroepsgerichte examenprogramma’s

In november 2011 is de vernieuwing van de beroepsgerichte examenprogramma’s in het vmbo gestart. Gedurende 2012 is in verschillende commissies gewerkt aan een toekomstbestendige nieuwe programmering van beroepsgerichte vmbo-vakken in de sectoren economie, techniek en zorg & welzijn. De nieuwe structuur kent een kernprogramma per sector, dat via een profieldeel in een centraal examen met aandacht voor praktijk en theorie getoetst zal worden. In september 2012 is tevens een voorstudie gestart om te komen tot één breed intersectoraal examenprogramma. Met dit vernieuwingstraject wordt gewerkt aan een beter herkenbaar en organiseerbaar vmbo, dat beter aansluit bij vervolgopleidingen en de huidige arbeidsmarktpraktijk.

Techniek (Toptechniek in Bedrijf)

Begin 2012 is in opdracht van de ministeries van OCW en EZ het Platform Bètatechniek (PBT) van start gegaan met het Actieprogramma Toptechniek in Bedrijf met als doelstelling te werken aan voldoende arbeidsmarktrelevant opgeleide technici in het vmbo en mbo in de regio. Speciale aandacht gaat hierbij uit naar de topsectoren.

De basis van het programma wordt gevormd door een zogenaamde regiovisie die de route aangeeft hoe het regionale bedrijfsleven, overheden en vmbo- en mbo-instellingen tot een toekomstbestendig en aantrekkelijk techniekonderwijs willen komen dat aansluit op de regionale arbeidsmarktbehoeften.

Excellente leerlingen

Sinds 2012 ontvangen scholen met een vwo-afdeling via de prestatiebox voortgezet onderwijs middelen voor maatwerk en verbetering van de prestaties van hoogbegaafde- en excellente leerlingen. Uit de prestatiemonitor blijkt, dat 68 procent van de vo-scholen maatwerktrajecten aanbiedt die specifiek gericht zijn op excellente en hoogbegaafde leerlingen. Voor scholen met een vwo-afdeling is dit zelfs 87 procent.

Scholenstichting

In 2012 is door splitsing van een bestaande school goedkeuring verleend voor een nieuwe school voor praktijkonderwijs in Almere. De daadwerkelijke bekostiging start per 1 augustus 2013. Het betreffende besluit is gepubliceerd in de Staatscourant jaargang 2012 nr. 8643. Met ingang van 1 augustus 2012 is de bekostiging gestart van een nieuwe school voor praktijkonderwijs in Boxmeer, die ook op basis van splitsing werd goedgekeurd. De rapportage aan de Tweede Kamer over de evaluatie van de per 1 augustus 2008 gewijzigde wetgeving met betrekking tot de voorzieningenplanning voortgezet onderwijs is voorzien vóór augustus 2013.

Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel 3.2 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 3 (bedragen x € 1.000)
           

Realisatie

Vastgestelde begroting

Verschil

   

2008

2009

2010

2011

2012

2012

2012

Verplichtingen

6.651.112

7.183.021

6.964.926

7.057.626

7.296.426

6.902.783

393.643

Waarvan garantieverplichtingen

       

122.352

0

122.352

Totale uitgaven

6.484.945

6.788.278

6.958.031

6.950.405

7.131.701

6.933.900

197.801

                 

Programma-uitgaven

6.479.381

6.782.445

6.950.011

6.942.483

7.131.701

6.933.900

197.801

Personele en materiële bekostiging

6.271.963

6.546.179

6.672.161

6.485.190

6.655.969

6.468.423

187.546

Actieplan beter presteren

51.855

55.646

59.673

55.703

110.049

47.644

62.405

Versterken centrale en uniforme toetsing

       

3.190

31.638

– 28.448

Excellente leerlingen en hoogbegaafden

       

681

8.349

– 7.668

Maatschappelijke stages

27.970

38.325

69.478

55.233

47.043

47.308

– 265

Regionaal zorgbudget etc.

     

65.123

72.527

73.970

– 1.443

Leerplusarrangement

     

93.970

82.962

84.074

– 1.112

Doorontwikkeling praktijkonderwijs

     

4.600

2.159

2.300

– 141

Visueel gehandicapten

     

1.071

1.292

1.206

86

Experimenten vmbo-mbo2

 

7.199

18.698

10.510

5.936

11.772

– 5.836

Borgingscohort experimenten vmbo-mbo2

     

16.913

21.245

16.913

4.332

Onderwijs Caribisch Nederland

     

12.003

12.967

10.367

2.600

Scholen aan zet en Platform Beta en Techniek

     

9.800

0

7.400

– 7.400

Taal en rekenen

       

2.074

8.074

– 6.000

Actieprogramma «Onderwijs bewijs»

749

3.243

3.521

5.342

4.641

4.744

– 103

Wet SLOA (po, vo, mbo)

50.605

51.849

51.828

49.839

45.393

45.892

– 499

Overig

19.444

18.069

15.630

17.782

10.115

15.747

– 5.632

Ondersteuning ICT (po, vo, mbo)

32.106

35.154

33.628

31.873

22.030

20.900

1.130

Dienst Uitvoering Onderwijs

24.689

26.781

25.394

27.531

31.428

27.179

4.249

                 

Apparaatsuitgaven1

5.564

5.833

8.020

7.922

     

Ontvangsten

67.658

63.729

62.450

9.450

4.322

1.361

2.961

1

Met ingang van de begroting 2012 zijn de apparaatsuitgaven opgenomen in de tabel budgettaire gevolgen in artikel 92 Apparaat Kerndepartement.

Toelichting:

De realisatie van de uitgaven van het voortgezet onderwijs is circa € 197,8 miljoen hoger dan oorspronkelijk geraamd. De realisatie van de ontvangsten is € 3 miljoen hoger dan geraamd.

Hieronder worden de grootste verschillen toegelicht:

Uitgaven

  • Personele en materiële bekostiging:

    • Een verhoging met € 10,7 miljoen, omdat er in dit jaar meer leerlingen in het voortgezet onderwijs waren dan in de oorspronkelijke raming.

    • Een verhoging met € 34,3 miljoen in verband met de uitdeling van de middelen voor de verbetering van het onderwijspersoneel convenant leerkracht (tranche 2012).

    • Een verhoging met € 28,3 miljoen in verband met de uitdeling van de loonbijstelling (werkgeverslasten tranche 2012) en de compensatie voor de maatregelen met betrekking tot de inkomensafhankelijke bijdrage zorgverzekering (IAB ZVW).

    • Een verhoging met € 24,6 miljoen in verband met de uitdeling van de prijsbijstelling tranche 2012.

    • Een verhoging met € 56 miljoen. In 2010 is aan de sector VO ten behoeve van de kosten van arbeidsvoorwaarden een bedrag van € 56 miljoen verstrekt. Voorgaande jaren is deze € 56 miljoen via kasschuiven doorgeschoven naar 2012. Omdat de loonbijstelling 2012 ontoereikend is om dit bedrag te compenseren, is deze post (via een kasschuif) doorgeschoven naar 2013. Omdat er in verband met de nullijn voor 2013 geen loonruimte beschikbaar is, is deze eenmalige compensatie in 2013 met de personele lumpsumbekostiging verrekend.

    • Een toevoeging vanuit de eindejaarsmarge van een bedrag van € 33 miljoen, dat ten goede is gekomen aan het VO-onderwijsveld.

    • Een verhoging met € 18 miljoen in verband met de financiële situatie van Amarantis. Hiervan is € 11 miljoen naar latere jaren doorgeschoven, omdat van de € 18 miljoen er in 2012 € 7 miljoen is besteed.

  • Actieplan beter presteren:

    Bij dit budget is de mutatie zichtbaar als gevolg van de invoering van de prestatiebox voortgezet onderwijs. Het beschikbare bedrag voor de Kwaliteitsagenda voortgezet onderwijs ad. € 48 miljoen is verhoogd met € 62 miljoen, waardoor voor 2012 de prestatiebox uitkomt op een bedrag van € 110 miljoen. De verhoging met € 62 miljoen is als volgt opgebouwd:

    • Het beschikbaar komen van een bedrag van € 25 miljoen in verband met de uitdeling van de middelen voor de professionalisering van het onderwijspersoneel.

    • Een verschuiving van in totaal € 41 miljoen van de volgende budgetten:

    • Versterken centrale en uniforme toetsing: – € 22 miljoen;

    • Excellente leerlingen en hoogbegaafden: – € 8 miljoen;

    • Scholen aan zet: – € 5 miljoen;

    • Taal en rekenen: – € 6 miljoen.

    Voor de invoeringskosten van het actieplan beter presteren is een bedrag van € 4 miljoen beschikbaar.

  • Experimenten vmbo-mbo2 en borgingscohort experimenten vmbo-mbo2:

    Een verschuiving en aanpassing van beide reeksen (per saldo – € 1,5 miljoen).

  • Onderwijs Caribisch Nederland: aanvullende middelen ad. € 2,6 miljoen voor Caribisch Nederland.

Resteert een bedrag van – € 22,2 miljoen, verdeeld over diverse instrumenten en onder meer bestaand uit meerdere overboekingen van en naar andere artikelen en departementen en uit diverse bijstellingen en kasschuiven.

De ontvangsten zijn met € 3 miljoen gestegen, voornamelijk als gevolg van terugvorderingen van middelen naar aanleiding van de controle op aanvragen in het kader van de regeling praktijkgerichte leeromgeving vmbo/pro.

Artikel

Licence