Base description which applies to whole site

BIJLAGE 7: Rapportage voortgang maatregelen Beleidsbrief 2011

Spoor 1 Bestuur

Nadat het overleg met de centrales van overheidspersoneel in maart 2013 was hervat, zijn de meeste reorganisatietrajecten in het afgelopen jaar voltooid. Enkele reorganisaties zijn door nadere afspraken binnen de overlegstructuur net na de jaargrens uitgevoerd. Uitzondering daarop vormt de vertraagde reorganisatie van de Defensie Gezondheidszorg Organisatie, zoals gemeld in de brief van 20 januari jl. (Kamerstuk 33 750-X, nr. 40). Het restant van de reorganisaties zal volgens planning later in 2014 en in 2015 worden voltooid.

Spoor 2 Ondersteuning

Eerder voltooide maatregelen

  • Materieellogistiek;

  • Opleidingen (zakgeldregeling);

  • Ceremonieel;

  • Postverzorging;

  • Afzien van aanschaf vaartuig (KMar);

  • Kazernelogistiek.

Personeelslogistiek

In de beleidsbrief 2011 is aangekondigd dat Defensie een reorganisatie in het P&O-domein uitvoert. Dit houdt in dat de uitvoerende P&O-taken grotendeels worden samengevoegd in de nieuwe DPOD bij het CDC. De oprichting van de DPOD kent twee fasen. De eerste fase heeft geresulteerd in de oprichting van de DPOD-organisatie op 15 oktober 2013 en behelst de organisatiedelen die verantwoordelijk zijn voor het bestuur, de ondersteuning, de uitvoering van het programma en de regie daarover. Ook gaat een groot deel van de huidige dienstencentra één op één over naar de DPOD. De tweede fase betreft de doorontwikkeling van de DPOD om uiteindelijk de benodigde reducties te behalen. De doorontwikkeling van de DPOD wordt eind 2015 voltooid. Voor deze fasering is gekozen zodat de DPOD eerst de andere reorganisaties operationeel kan ondersteunen. De Kamer is hierover onder andere geïnformeerd in de antwoorden op de schriftelijke vragen over het jaarverslag 2012 (Kamerstuk 33 605-X, nr. 5 van 7 juni 2013).

Aanpassing vullingspercentage

In 2013 waren net als in 2012 niet alle functies gevuld. Met deze geplande ondervulling is tijdelijk een extra besparing behaald. Vanaf 2014 is geen sprake meer van een geplande ondervulling. Defensie beoogt de organisatie op termijn weer volledig te vullen. Het tempo waarmee dat mogelijk is, hangt af van de werving en het verdere verloop van de reorganisatie.

Reservisten

Defensie wil het adaptieve vermogen van de krijgsmacht vergroten om zich sneller te kunnen aanpassen aan gewijzigde omstandigheden. Om de flexibiliteit op personeelsgebied te vergroten en bovendien de maatschappelijke verankering te versterken, zal in de toekomst slimmer en meer gebruik worden gemaakt van reservisten. In 2013 zijn decentrale bijeenkomsten georganiseerd om over dit onderwerp te praten met reservisten, hun achterban en werkgevers. Tevens is op 2 december 2013 een groot congres over dit onderwerp gehouden. Alle informatie uit deze gesprekken en bijeenkomsten wordt gebruikt om het toekomstig beleid vast te stellen. In het voorjaar van 2014 zal het aangepaste reservistenbeleid gereed zijn.

Informatievoorziening

De oprichting van het JIVC maakt deel uit van de reorganisatie van de DMO, is in november 2013 gerealiseerd.

Reducties op werkplekken worden bereikt door middel van de defensiebrede reductie op vte’n en de invoering van een lagere werkpleknorm. Inmiddels zijn nieuwe, goedkopere, computerwerkplekken in vrijwel de gehele de kantooromgeving ingevoerd.

Control & Audit

De reorganisatie van het controlveld behelst de verkleining van het personeelsbestand en de verdere professionalisering van de controlfunctie. Deze maatregel is verwerkt in diverse reorganisatieplannen. De nieuwe afdelingen financiën & control zijn eind 2013 opgericht. De reorganisatie van de auditfunctie is gericht op de interne herstructurering en de overgang van de Audit Dienst Defensie naar de Audit Dienst Rijk. Per 1 juni jl. is de Audit Functie Defensie opgericht, waarmee de interne herstructurering is voltooid. Per 1 april 2014 gaat de Audit Functie Defensie over naar de Audit Dienst Rijk.

Infrastructuur

Voor de uitvoering van maatregelen in het vastgoeddomein is een Herbeleggingsplan Vastgoed Defensie opgesteld. Dit plan is inmiddels voltooid. De aangekondigde maatregelen worden in de reguliere processen opgenomen en uitgevoerd. Zoals gemeld in de eerste halfjaarrapportage over het vastgoed (Kamerstuk 32 733, nr. 129 van 15 mei 2013) is de beoogde structurele besparing van € 61 miljoen op de exploitatie niet bereikt. Het totaal van de nu bekende maatregelen kwam uit op € 41,9 miljoen. Het resterend tekort is in 2013 met maatregelen belegd in de nota «In het belang van Nederland» en daarmee opgelost. De Kamer ontvangt twee keer per jaar informatie over de projecten uit het herbeleggingsplan en de nota «In het belang van Nederland», alsmede over andere relevante vastgoedmaatregelen en -ontwikkelingen.

Opleidingsveld

De maatregel is voor een belangrijk deel voltooid. Defensie benut de civiele certificering van functieopleidingen, de Leergang Topmanagement Defensie is opgeheven en het opleidings- en trainingsveld is heringericht. Tevens is het aantal gereserveerde leerlingenplaatsen aanzienlijk verminderd. De maatregelen zijn per defensieonderdeel verwerkt in de financiële en formatiekaders. Defensie streeft ernaar de maatregel om militairen langer op functie te laten zitten vóór 2018 te voltooien.

Gezondheidszorg

Het uitgangspunt van de maatregel is dat, door een doelmatige inrichting en besturing, de kwaliteit en de beschikbaarheid van de geleverde zorg wordt verbeterd, gericht op de inzetbaarheid van de individuele militair en operationele eenheden. Dit wordt mede bereikt door de concentratie van reguliere zorgcapaciteiten bij het CDC en de verankering van operationele elementen bij de operationele commando’s. Hierbij is er een sterke relatie tussen de reguliere en operationele zorg en is sprake van wederzijdse ondersteuning.

Als gevolg van een verschil van inzicht met de centrales van overheidspersoneel over het voorzieningenniveau van de gezondheidszorg bij Defensie kunnen vier van de onderdelen van de Defensie Gezondheidszorg Organisatie (DGO) niet verder met het reorganisatietraject. Het gaat om de eerste- en tweedelijns zorg, de tandheelkundige zorg en het Instituut Defensie Geneeskundige Opleidingen. De overige delen zijn of worden inmiddels volgens plan gereorganiseerd. De vertraging heeft gevolgen voor het CZSK, het CLAS en het CLSK. De operationele commando’s zijn genoodzaakt hun oude medische organisaties langer in stand te houden. Overleg tussen de operationele commando’s en de inmiddels opgerichte staf DGO zorgt ervoor dat aan de inzetbaarheidsdoelstellingen kan worden voldaan. Om het verschil van inzicht over het voorzieningenniveau te overbruggen, is luitenant-generaal b.d. Leijh verzocht te bemiddelen tussen Defensie en de centrales van overheidspersoneel. De Kamer is over de vertragingen bij de reorganisatie DGO geïnformeerd met de brief van 21 januari 2014. (Kamerstuk 33 750-X, nr. 40).

Bladen, media

Defensie heeft het aantal interne bladen teruggebracht tot de Defensiekrant en één maandblad per defensieonderdeel. Als tweede stap wordt de digitalisering van deze resterende bladen voorbereid. De digitalisering van de bladen stond gepland voor midden 2013. Uit een marktverkenning is echter gebleken dat interdepartementale samenwerking voordelen heeft voor de bedrijfsvoering. Dit heeft geleid tot een nieuwe planning die inhoudt dat de digitalisering begin 2014 een feit zal zijn.

Militaire muziek

De reductie van het aantal muzikanten en de harmonisatie van de exploitatie van de muziekkorpsen is conform plan uitgevoerd. Een deel van de reductie moet in de staven van de operationele commando’s worden behaald. Hiervoor worden alternatieve functies gereduceerd. Dit deel van de maatregel is gerealiseerd bij de omklap van de staven. Daarmee is de maatregel voltooid.

Traditiekamers

Defensie verkleint het ruimtebeslag van traditiekamers en historische verzamelingen met ten minste 15.000 m² bruto vloeroppervlak. Verschillende initiatieven zijn genomen om het ruimtebeslag inderdaad te verminderen. Hiervoor zullen de collecties in omvang worden gereduceerd. Deze maatregel maakt deel uit van het project Nationaal Militair Museum en de uitvoering zal nog enkele jaren in beslag nemen. De opgedragen financiële reductie is verwerkt in de begroting.

Combineren functies (sportinstructeurs)

In overeenstemming met de motie-Hernandez c.s. (Kamerstuk 32 733, nr. 19) wordt minder bezuinigd op sportinstructeurs dan aanvankelijk voorzien. Per saldo vervallen de functies van 79 vte’n sportinstructeurs en 82 vte’n chauffeurs. De taakstelling voor sportinstructeurs is onderdeel van de reorganisatie van de Sportorganisatie van het CLAS. Deze reorganisatie is in december 2013 voltooid. De afname van het aantal chauffeursfuncties is verwerkt in de reorganisatietrajecten van de defensieonderdelen. Deze maatregel is daarmee voltooid.

Poolen operationele wielvoertuigen

Defensie richt een pool in van operationele wielvoertuigen. Het CLAS heeft een eerste pilot uitgevoerd. Momenteel worden voertuigen in een Pool Operationele Wielvoertuigen gevoegd. Gelijktijdig aan deze fysieke inrichting wordt een mechanisme uitgewerkt zodat eenheden tijdig over de juiste voertuigen (kwalitatief en kwantitatief) kunnen beschikken. De eerste resultaten daarvan worden niet eerder dan begin 2015 verwacht en zijn mede bepalend hoe dit concept defensiebreed kan worden ingevoerd.

Poolen civiele voertuigen

Defensie heeft eind 2013 het aantal civiele dienstauto’s met 1.200 stuks teruggebracht. Daarnaast versobert Defensie het voertuigenassortiment. Door de inrichting van centrale regievoering en de onderbrenging van de civiele voertuigen in decentrale pools ontstaat inzicht in de bezettings- en benuttingsgraad van de voertuigen en kunnen deze doelmatiger worden ingezet. Tevens biedt de centralisatie mogelijkheden tot verdere schaalvoordelen op het gebied van verwerving en instandhouding. Vanaf 1 april jl. verzorgt het Centraal Wagenparkbeheer de centrale regievoering. Momenteel wordt een studie uitgevoerd naar de plaatsing van civiele dienstauto’s in decentrale pools. De uitvoering van de maatregel wordt naar verwachting in februari 2015 voltooid. Dit is enkele maanden later dan voorzien vanwege vertraging in het reorganisatietraject.

VIP-vervoer

De maatregel VIP-vervoer betreft een versobering en doelmatiger inrichting van het VIP-vervoer, waarmee 30 procent wordt bespaard. De maatregelen zijn vrijwel uitgevoerd en de opgedragen reductietaakstelling is behaald. De centrale pool voor VIP-vervoer is per 1 januari jl. opgericht. De taxikaart voor de regio Den Haag is afgeschaft. Het actuele bestand aan personenchauffeurs is gereduceerd.

Operationele catering

Defensie beperkt zowel het voorzieningenniveau als het voortzettingsvermogen van de capaciteit voor operationele catering. Het CLAS voert voortaan centraal (als single service manager) de operationele catering voor landgebonden operaties uit. In juli 2013 is de eerste fase daarvan voltooid. De doorontwikkeling zal naar verwachting in september 2014 worden voltooid.

Operationele kennis

De kennisinfrastructuur in het operationele domein wordt opnieuw ingericht, waarbij de regie over de kennisontwikkeling wordt versterkt. Bij de defensieonderdelen wordt de kennis per domein of deskundigheidsterrein gebundeld. Deze maatregelen zijn verwerkt in de reorganisaties van de defensieonderdelen. In de toekomst zal de besluitvorming over kennis en innovatie integraal deel uitmaken van de beleid-, plannen- en begrotingsprocedure binnen de Bestuursstaf. Daarmee stuurt de Bestuursstaf de kennis- en innovatieketen aan. Defensiebrede kennisnetwerken over specifieke onderwerpen, waarin ook de industrie en kennisinstituten participeren, blijven bestaan. Bij de operationele commando’s zijn Warfare Centres opgericht. Zij worden ondersteund vanuit onder meer TNO en het Nationaal Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium en vormen de centrale kennisorganisaties binnen de operationele commando’s. Momenteel wordt bezien hoe de Nederlandse Defensie Academie een rol kan spelen in het vergroten van de toegankelijkheid van kennis. Defensie is nu lerende hoe met die nieuwe structuur om te gaan. Daarmee is deze maatregel afgerond.

Afname militaire politietaken KMar

De afname van het aantal eenheden, functies en locaties bij Defensie gaat gepaard met een afname van de capaciteit voor de militaire politietaak. Op dit moment wordt de reorganisatie van de Militaire Politie Dienst van de KMar voltooid. De verwachting is nu dat begin 2014 de capaciteit van de Militaire Politie Dienst overeenkomt met de per operationeel commando vereiste (gereduceerde) capaciteit. Met de overige militaire politiecapaciteit kunnen de andere diensten worden gewaarborgd.

Spoor 3 operationele capaciteiten

Eerder voltooide maatregelen

  • Luchtverdediging (Stinger);

  • Aanpassing capaciteiten CLAS (MRAT, GLVD, OOCL);

  • Lucht- en raketverdediging (Patriot);

  • Grondgebonden vuursteun;

  • Reductie constructiegeniecapaciteit;

  • Opheffing artillerie ondersteuningsbatterij.

Inlichtingen & veiligheid

Alle defensiebrede operationele inlichtingencapaciteiten vallen sinds 2011 onder het Joint ISTAR Commando (JISTARC). Het JISTARC wordt gevormd door het ISTAR-bataljon van het CLAS, het Tactical Air Reconnaissance Centre (TARC) van het CLSK en een deel van de inlichtingencapaciteit van het CZSK en de KMar. Daarnaast zijn de opleidingen die waren ondergebracht bij het Defensie Inlichtingen en Veiligheidsinstituut (DIVI) overgeheveld naar het JISTARC. De reorganisatie is in november 2013 voltooid.

Internationale samenwerking (functies)

Defensie reduceert het bestand internationale functies, mede in het licht van de verkleining van de commandostructuur van de Navo. Ook wordt het aantal functies op de posten in het buitenland verminderd. Deze vermindering is onderdeel van de reorganisaties van de defensieonderdelen en daarin verwerkt.

Duits-Nederlands legerkorps

Nederland verlaagt het aantal functies in het Duits-Nederlandse legerkorps. De functies die Nederland niet langer vult, worden aangeboden aan partners. De uitvoering van de plannen is afhankelijk van afspraken die konden worden gemaakt over de Nederlandse bijdrage. Dit heeft geleid tot de verlaging van de taakstelling van 40 naar 24 vte’n. Deze taakstelling zal per 1 mei 2014 een feit zijn. Het niet behaalde gedeelte van de reductie is ten laste gebracht van de risicovoorziening.

Afstoten operationele wapensystemen

In 2013 is veel overtollig defensiematerieel verkocht. Nadat begin 2013 een aantal Cheetah’s en Flycatchers aan Jordanië zijn verkocht, konden later dat jaar ook vijftien F-16’s worden verkocht. Daarnaast kocht Finland een aantal Medium Range Antitank-systemen en vorderden de onderhandelingen voor de verkoop van 100 Leopard 2A6-tanks dermate goed dat in januari 2014 het verkoopcontract kon worden getekend. Helaas is het niet gelukt voor het bevoorradingsschip Zuiderkruis een geschikte koper te vinden, waardoor Defensie genoodzaakt is dit schip voor sloop aan te bieden.

Defensie heeft besloten zowel de Lynx-helikopters als de derde DC-10 niet voor verkoop aan te bieden. De Lynx-helikopters hebben zo veel vlieguren dat de totaal opbrengst lager zal zijn dan wanneer de afzonderlijke componenten worden verkocht. De toestellen worden daarom ontmanteld en in onderdelen verkocht. Ook de derde DC-10 wordt ontmanteld, waarbij de vrijgekomen onderdelen worden toegevoegd aan de reservedelenvoorraad.

Licence