Base description which applies to whole site

I Rechtmatigheid

Vanuit de mij bekende informatie zijn fouten en onzekerheden met betrekking tot de comptabele rechtmatigheid of getrouwheid geconstateerd die de tolerantiegrenzen op het niveau van het begrotingsartikel 18 (Natuur en Regio) en van het totaal van de agentschappen overschrijden.

Overschrijding artikeltolerantie

Op artikel 18 (Natuur en Regio) bestaat er een onzekerheid in de uitgaven van € 121,6 mln. Een groot deel daarvan (€ 113 mln) heeft te maken met de eindafrekening ILG die in 2014 heeft plaatsgevonden over de jaren 2007–2010. Los van de afrekening ILG (periode 2007–2010) zou er geen sprake zijn van overschrijding van de tolerantiegrens. Daarnaast is voor de eindafrekening van één subsidie van € 5 mln onvoldoende zekerheid dat de subsidieaanvrager aan de gestelde voorwaarden heeft voldaan. Dit is een incidenteel geval.

Investeringsbudget Landelijk Gebied (ILG)

In 2014 heeft EZ de voorschotten afgerekend die in de periode 2007 tot en met 2010 aan de provincies zijn verstrekt in het kader van het Investeringsbudget Landelijk Gebied (ILG). De uiteindelijke uitkering aan de provincies bedraagt € 1,789 mld, het in het Bestuursakkoord Natuur 12overeengekomen bedrag. De juridische basis voor deze uitkering vormt de Wet van 25 november 2013, houdende wijziging van de Wet inrichting landelijk gebied (decentralisatie investeringsbudget) (Stb. 2013, 513). Voor de afrekening heeft EZ conform de bij de aanvang van ILG in 2007 gemaakte afspraken, de rechtmatigheid van de bestedingen, de door de provincies gerapporteerde ILG prestaties en het marktconform handelen van de provincies beoordeeld (TK, 30 825, nr. 188). De daarop gebaseerde conclusie is dat de door de provincies gerapporteerde bestedingen rechtmatig zijn aangewend voor de realisatie van de doelen van het ILG. Met de brief van 16 december 2014

(TK, 30 825, nr 213) is de Tweede Kamer hierover geïnformeerd.

Een indertijd tussen het Rijk en de provincies gemaakte afspraak was dat de reguliere accountantscontrole van de provinciale jaarrekening ook voor het ILG toereikend was. De Algemene Rekenkamer heeft in haar rapportages bij de jaarverslagen van EZ aangegeven dat deze afspraak beperkingen kent voor wat betreft de zekerheid dat de provincies de rijksbijdrage inderdaad hebben besteed aan de ILG doelen, met name omdat geen review van de werkzaamheden van de provinciale accountants is afgesproken. EZ heeft daarom aanvullend onderzoek gedaan. De ADR heeft op verzoek van EZ een controle uitgevoerd naar de ILG uitgaven en ontvangsten die in opdracht van de provincies door voormalig Dienst Regelingen en Dienst Landelijk Gebied zijn verricht (totaalbedrag € 1,676 mld). Hiervan heeft de ADR vastgesteld dat deze zijn gedaan voor ILG doelen. Verder heeft EZ uit rapportages van het Comité van Toezicht ILG en de provinciale jaarverslagen afgeleid dat het aannemelijk is dat een bedrag van € 93 mln aan ILG doelen is besteed. Voor een bedrag van € 20 mln, ten slotte, kan dit niet aannemelijk worden gemaakt (uit efficiencyoverwegingen is dit niet nader onderzocht).

Geconcludeerd kan worden dat de eindafrekening op goede gronden heeft plaatsgevonden.

Overschrijding toleranties agentschappen

Op het totaal van uitgaven van de agentschappen bestaat een fout in de uitgaven van €18,8 mln. Dit is een overschrijding van 25,3% van de toegestane tolerantie (€ 15 mln). Daarnaast is er een onzekerheid van € 42,9 mln. Dit is een overschrijding van 37,5% van de toegestane tolerantie (€ 31,2 mln). Deze fouten en onzekerheden hebben vooral betrekking op inkopen bij met name RVO en NVWA, die deze hebben toegelicht in hun bedrijfsvoeringsparagraaf.

12

Het geheel aan afspraken tussen Rijk en provincies over de decentralisatie van het natuurbeleid, te weten het onderhandelingsakkoord decentralisatie natuur d.d. 20 september 2011 (TK, 30 825, nr. 107), aanvullende afspraken d.d. 7 december 2011 (TK, 30 835, nr. 143) en de uitvoeringsafspraken d.d. 8 februari 2012 (TK, 30 825 nr. 153), wordt geduld als «Bestuursakkoord natuur».

Licence