Base description which applies to whole site

2.3. Horizontale ontwikkeling van de BKZ-uitgaven en -ontvangsten per sector

De horizontale ontwikkeling geeft de jaar op jaar ontwikkeling van de BKZ-uitgaven en -ontvangsten weer. Tabel 5 geeft de horizontale ontwikkeling weer van de BKZ-uitgaven en -ontvangsten per sector. Hierbij wordt een toelichting gegeven op het verloop van de BKZ-uitgaven en -ontvangsten vanaf 2012 tot en met 2014 volgens de huidige inzichten. De ontwikkeling van de sectoren is onderverdeeld naar de oorzaak van de ontwikkeling:

  • Nominaal (N);

  • Beleidsmatig (B), zijnde intensiveringen en maatregelen;

  • Mee- en tegenvallers (M), waaronder de actualisering van de zorguitgaven op basis van de cijfers van het ZiNL en de NZa;

  • Technisch (T), waaronder budgetneutrale verschuivingen.

Tabel 5 Horizontale ontwikkeling van de BKZ-uitgaven en -ontvangsten per sector (bedragen x € 1 miljard) 1
 

2012

N

B

M

T

2013

N

B

M

T

2014

Zorgverzekeringswet (Zvw)

36,6

1,0

1,3

– 1,2

1,9

39,6

0,7

0,9

– 1,0

– 0,2

40,1

Eerstelijnszorg

4,2

0,1

0,2

– 0,2

0,0

4,2

0,1

0,1

0,1

0,0

4,5

Tweedelijnszorg

20,7

0,5

0,6

– 0,1

1,0

22,6

0,4

0,3

– 0,5

0,1

22,9

Geneeskundige geestelijke gezondheidszorg

4,1

0,1

0,1

– 0,1

0,0

4,2

0,1

0,1

0,0

– 0,3

4,1

Genees- en hulpmiddelen

6,1

0,2

0,4

– 0,8

– 0,2

5,8

0,1

0,3

– 0,3

– 0,1

5,8

Ziekenvervoer

0,6

0,0

0,0

0,0

0,0

0,6

0,0

0,0

0,0

0,0

0,6

Overige2

1,1

0,0

0,0

0,0

1,0

2,1

0,0

0,1

– 0,3

0,2

2,2

                       

Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ)

27,9

0,5

– 0,5

0,4

– 0,8

27,5

0,9

– 0,4

0,4

– 0,6

27,8

Zorg in natura

24,6

0,4

– 0,5

0,4

– 0,6

24,2

0,9

– 0,1

– 0,1

0,0

24,9

– wv. intramurale ggz

1,6

0,0

– 0,1

0,0

0,0

1,6

0,1

0,0

0,0

0,0

1,6

– wv. intramurale ghz

5,3

0,1

– 0,2

0,1

0,1

5,3

0,2

0,0

– 0,1

0,1

5,5

– wv. intramurale v&v

8,7

0,1

0,0

0,2

– 0,6

8,4

0,3

– 0,1

– 0,2

0,1

8,7

– wv. extramurale zorg

4,1

0,1

0,0

0,0

0,0

4,2

0,2

0,0

0,1

0,0

4,5

– wv. dagbesteding en vervoer

1,2

0,0

– 0,2

0,0

0,0

1,1

0,0

0,0

0,0

0,0

1,2

– wv. kapitaallasten

2,6

0,0

0,0

0,1

– 0,3

2,4

0,0

0,0

0,0

– 0,2

2,2

– wv. overige zorg in natura

1,0

0,0

0,0

0,0

0,1

1,2

0,0

0,0

0,2

0,0

1,4

                       

Persoonsgebonden budgetten

2,5

0,1

0,0

0,0

– 0,2

2,4

0,0

– 0,3

0,4

– 0,1

2,4

Overige3

0,8

0,0

0,0

0,0

0,0

0,8

0,1

0,0

0,1

– 0,5

0,5

                       

Begrotingsgefinancierde BKZ-uitgaven

3,4

0,0

– 0,3

0,0

– 1,0

2,2

0,0

0,2

0,0

– 0,1

2,3

Begroting (VWS)

1,9

0,0

– 0,3

0,0

– 1,0

0,6

0,0

0,1

0,0

– 0,1

0,6

Wmo (Gemeentefonds)

1,5

0,0

0,0

0,0

0,0

1,6

0,0

0,2

0,0

0,0

1,7

                       

Bruto-BKZ-uitgaven jaarverslag 2014

67,9

1,4

0,5

– 0,8

0,2

69,2

1,7

0,7

– 0,5

– 0,9

70,2

BKZ-ontvangsten jaarverslag 2014

3,6

0,0

0,9

0,2

0,0

4,6

0,0

0,1

0,4

0,0

5,1

Netto-BKZ-uitgaven jaarverslag 2014

64,3

1,4

– 0,4

– 1,0

0,2

64,6

1,7

0,6

– 0,9

– 0,9

65,1

Bron: VWS, NZa-gegevens over de productieafspraken en voorlopige realisatiegegevens, gegevens ZiNL over de (voorlopige) financieringslasten Zvw en AWBZ.

1

Door afronding kan de som van de delen afwijken van het totaal.

2

Bij de Zvw zijn onder de post overige opgenomen de deelsectoren; grensoverschrijdende zorg, beheerskosten uitvoeringsorganen Zvw, multidisciplinaire zorgverlening, beschikbaarheidbijdrage opleidingen Zvw en nominaal en onverdeeld.

3

Bij de AWBZ zijn onder de post overige opgenomen de deelsectoren; bovenbudgettaire vergoedingen (tot 2013), beheerskosten, subsidie, tandheelkundige zorg AWBZ, instellingen voor medisch-specialistische zorg AWBZ, overig curatieve zorg AWBZ, preventieve zorg, MEE-instellingen, beschikbaarheidbijdrage opleidingen AWBZ en nominaal en onverdeeld.

Nominaal

De nominale ontwikkeling bij de Zvw en de AWBZ in 2013 van in totaal € 1,4 miljard en in 2014 van € 1,7 miljard betreft de jaarlijkse aanpassing van de zorguitgaven aan de loon- en prijsontwikkeling op basis van de ramingen van het CPB. De loon- en prijsbijstelling in 2014 is hoger dan die in 2013. Dit komt doordat de indexen voor lonen en prijzen in 2014 hoger waren dan in 2013.

Beleidsmatig

Onder beleidsmatig zijn opgenomen de intensiveringen en maatregelen die het gevolg zijn van politieke prioriteitstelling. De intensiveringen betreffen voornamelijk de groeiruimte die op basis van (bestuurlijke) akkoorden, politieke prioriteitenstelling of op basis van de raming van de jaarlijkse autonome ontwikkeling van de zorguitgaven (volgend uit de CPB-middellangetermijnraming) beschikbaar is. De uitgavenbeperkende maatregelen zijn veelal ter redressering van eerdere overschrijdingen. Groeiruimte of maatregelen kunnen zich zowel in volume als in prijseffecten manifesteren, of in een combinatie van beide.

Zorgverzekeringswet (Zvw)

Bij de sector Zvw is voor 2013 een beleidsmatige groei te zien van € 1,3 miljard en voor 2014 van € 0,9 miljard. Met de sectoren medisch-specialistische zorg, curatieve ggz en huisartsen zijn in 2011 akkoorden gesloten waarin is afgesproken dat de uitgaven van deze sectoren in 2013 maximaal 2,5% mogen stijgen. Met de in 2013 afgesloten akkoorden is de maximale groei voor 2014 gematigd tot 1,5% voor de medisch-specialistische zorg en curatieve ggz en 2,5% voor de huisartsen. Dat verklaart de gematigde groei bij deze sectoren. Verder neemt de groei van de uitgaven voor geneesmiddelen af als gevolg van het gevoerde preferentiebeleid.

Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ)

Bij de AWBZ is sprake van een daling van de uitgaven in 2013 van € 0,5 miljard en een daling in 2014 van € 0,4 miljard. De daling in 2013 hangt samen met de maatregelen die met ingang van 1 januari 2013 zijn getroffen. Zo zijn vanaf 1 januari 2013 onder andere de bovenbudgettaire vergoedingen onder de contracteerruimte gebracht, de tariefverhoging van de ZZP’s in de ggz en gehandicaptenzorg ongedaan gemaakt, is de groeiruimte verlaagd tot het niveau van de demografische ontwikkeling en zijn de normtarieven voor vervoer geharmoniseerd. In 2014 dalen de pgb-uitgaven als gevolg van eerder genomen maatregelen. De uitgaven aan ouderenzorg dalen als gevolg van het extramuraliseren van lichte ZZP’s.

Ontvangsten

De toename van de ontvangsten in 2013 van € 0,9 miljard wordt voornamelijk veroorzaakt door de stijging van het eigen risico met € 115 (van € 235 naar € 350) zoals afgesproken in het Begrotingsakkoord 2013.

Mee- en tegenvallers

De mee- en tegenvallers kunnen het gevolg zijn van een volume- en/of een prijseffect. De actualisering van de zorguitgaven vallen onder de mee- en tegenvallers. Mee- en tegenvallers blijken veelal uit realisatiecijfers (in dit jaarverslag betreft het de voorlopige realisatiecijfers 2014).

Zorgverzekeringswet (Zvw)

In 2013 dalen de Zvw-uitgaven voornamelijk als gevolg van lagere uitgaven voor genees- en hulpmiddelen (€ 0,8 miljard). De vergoedingen voor geneesmiddelen vielen in 2013 lager uit door een lager dan verwachte groei van het aantal uitgiftes in combinatie met een verdere daling van de gemiddelde geneesmiddelenprijzen onder druk van patentverlies en het door zorgverzekeraars gevoerde preferentiebeleid. De daling bij de hulpmiddelen lijkt vooral te komen doordat het beleid van zorgverzekeraars met betrekking tot hulpmiddelen vanuit financieel oogpunt succesvoller is dan werd verwacht, bijvoorbeeld met betrekking tot de uitgaven aan verbandmiddelen.

De daling van de Zvw-uitgaven in 2014 van € 1,0 miljard heeft betrekking op de tweedelijnszorg (€ 0,5 miljard), de genees- en hulpmiddelen (€ 0,3 miljard) en de grensoverschrijdende zorg (€ 0,2 miljard). De daling in 2014 bij de tweedelijnszorg van € 0,5 miljard is het gevolg van incidenteel hogere uitgaven in 2013. De incidentele daling bij de grensoverschrijdende zorg in 2014 wordt veroorzaakt door een grote verrekening van meerdere oudere jaren en door het grillige karakter van de uitgaven (declaraties worden onregelmatig ontvangen).

Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ)

De stijging van de AWBZ-uitgaven in 2013 als gevolg van mee- en tegenvallers wordt grotendeels veroorzaakt door een volumetoename bij de zorg in natura budgetten (€ 0,4 miljard).

De stijging van de AWBZ-uitgaven in 2014 (€ 0,4 miljard) wordt grotendeels veroorzaakt door een volumetoename bij de persoonsgebonden budgetten.

Technisch

De technische mutaties betreffen voornamelijk overhevelingen tussen onderdelen van de Zvw, de AWBZ en de begroting van VWS. In 2013 gaat het om de overheveling van de geriatrische revalidatiezorg en de bruikleenregeling voor hulpmiddelen van de AWBZ naar de Zvw. Daarnaast zijn in 2013 middelen voor de opleidingen vanuit de VWS-begroting naar de Zvw en AWBZ overgeheveld.

In 2014 is sprake van beperkte technische mutaties bij zowel de Zvw als de AWBZ. De technische mutatie in 2014 bij de Zvw van in totaal – € 0,2 miljard betreft voornamelijk een technische correctie op de uitgaven voor de jeugd-ggz als gevolg van de overheveling van de jeugd-ggz per 1 januari 2015. Doordat alle openstaande DBC’s in de jeugd-ggz per 31 december 2014 worden afgesloten, neemt de schadelast van de jeugd-ggz die betrekking heeft op 2014 af. De technische mutatie in 2014 bij de AWBZ van in totaal – € 0,6 miljard betreft voornamelijk de kapitaallasten en financieringsmutaties.

In tabel 5A zijn de groeipercentages van de BKZ-uitgaven per financieringsbron weergegeven.

Tabel 5A Groeipercentages van de BKZ-uitgaven per financieringsbron (bedragen x € 1 miljard) 1
 

2012

Groei2

Overhevelingen

Groei gecorr. voor overh.

2013

Groei2

Overhevelingen

Groei gecorr. voor overh.

2014

 

(bedrag)

(%)

(%)

(%)

(bedrag)

(%)

(%)

(%)

(bedrag)

Zorgverzekeringswet

36,6

7,9

5,3

2,7

39,6

1,3

– 0,4

1,7

40,1

Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten

27,9

– 1,5

– 2,8

1,3

27,5

1,2

– 2,2

3,4

27,8

Begrotingsgefinancierde BKZ-uitgaven

3,4

– 36,7

– 29,1

– 7,6

2,2

7,1

– 4,0

11,0

2,3

Bruto-BKZ-uitgaven jaarverslag 2014

67,9

1,8

0,2

1,6

69,2

1,4

– 1,2

2,7

70,2

Netto-BKZ-uitgaven jaarverslag 2014

64,3

0,4

0,3

0,1

64,6

0,8

– 1,3

2,1

65,1

1

Als gevolg van afronding kan de som der delen afwijken van het totaal.

2

Dit is inclusief de loon- en prijsbijstelling

Toelichting:

Het groeipercentage bij de Zvw in 2013 van circa 8% heeft voor circa 5% betrekking op overhevelingen. Dit betreft de overheveling van de geriatrische revalidatiezorg en de bruikleenregeling voor hulpmiddelen van de AWBZ naar de Zvw en van de opleidingen vanuit de VWS-begroting naar de Zvw en AWBZ. In 2014 zijn er beperkte overhevelingen geweest.

Licence