Base description which applies to whole site

Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA)

Staat van baten en lasten

Bedragen x € 1.000

(1)

(2)

(3)=(2)-(1)

(4)

Omschrijving

Vastgestelde begroting

Realisatie 2015

Verschil

Realisatie 2014

Baten

       

Omzet moederdepartement

133.988

128.935

– 5.053

119.113

Omzet overige departementen

79.494

81.334

1.840

77.481

Omzet derden

72.900

93.913

21.013

93.863

Rentebaten

25

1

– 24

65

Vrijval voorzieningen

 

345

345

4.226

Bijzondere baten

 

9.421

9.421

12.008

Overige baten

       

Totaal baten

286.407

313.949

27.542

306.756

         

Lasten

       

Apparaatskosten

       

– Personele kosten

192.777

205.135

12.358

192.060

Waarvan eigen personeel

176.796

187.864

11.068

177.556

Waarvan externe inhuur

15.981

17.271

1.290

14.504

– Materiële kosten

83.485

108.047

24.562

111.348

Waarvan apparaat ICT

Waarvan bijdrage aan SSO's

38.600

37.399

– 1.201

40.967

Rentelasten

541

340

– 201

482

Afschrijvingskosten

       

– Immaterieel

4.702

4.316

– 386

4.989

– Materieel

6.579

5.366

– 1.213

5.052

Overige kosten

       

– Dotatie voorzieningen

500

1.467

967

407

– Bijzondere lasten

       

Totaal lasten

288.584

324.671

36.087

314.338

Saldo van baten en lasten

– 2.177

– 10.722

– 8.545

– 7.582

Toelichting op de baten

Omzet moederdepartement

De omzet moederdepartement is per saldo € 5,1 mln lager dan begroot. Enerzijds is het budget met € 11,8 mln toegenomen: € 6,4 mln als gevolg van doorschuif van middelen voor uitvoering van het Plan van Aanpak (PvA) uit 2014 naar 2015, € 1,6 mln doorschuif vanwege nog niet afgeronde reguliere werkzaamheden en € 1,6 mln ontvangen loon- en prijsbijstelling. Voorts is € 1,1 mln aanvullend budget beschikbaar gesteld voor certificering op afstand, een bijdrage in de opleidingskosten van groene, bijzondere opsporingsambtenaren van particuliere werkgevers, controle kwaliteitssystemen (weideschapen, -runderen, kalveren en stalkeuring varkens) en de overgang van een medewerker van de directie Bedrijfsvoering EZ naar de NVWA voor aansturing van specialties (onder andere laboratoria) in de huisvesting. Tot slot is € 1,1 mln extra beschikbaar gesteld voor de uitvoering van overgenomen PBO-taken inclusief salarissuppletie voor voormalig PBO-medewerkers.

Anderzijds valt de omzet moederdepartement € 16,9 mln lager uit dan begroot doordat de realisatie van het PvA in 2015 € 6,6 mln lager is dan begroot. Dit betreft vooral de ICT-modernisering die later plaatsvindt dan bij het opstellen van het PvA was voorzien. Daarnaast is sprake van in 2015 niet gerealiseerde reguliere werkzaamheden ten bedrage van € 1,1 mln die in 2016 alsnog gerealiseerd zullen worden. De desbetreffende budgetten worden doorgeschoven naar 2016. Tevens wordt € 7,7 mln bijdrage van het moederdepartement, ter compensatie van hogere ICT-kosten, onder de post bijzondere baten verantwoord. Daarnaast is de resterende taakstelling Rutte II van ruim € 0,1 mln verwerkt. Tot slot valt de omzet € 1,4 mln lager uit door vervallen werkzaamheden voor incidenten en risico’s (€ 0,4 mln) en PBO-taken (€ 1,0 mln).

Omzet moederdepartement

Bedragen x € 1.000

Oorspronkelijke vastgestelde begroting 2015

Realisatie 2015

Verschil realisatie en oorspronkelijke begroting

Realisatie 2014

Advies & vertegenwoordiging

8.317

7.282

– 1.035

6.480

Communicatie

1.293

1.218

– 75

1.157

Incident- & crisismanagement

3.638

4.460

822

3.570

Inlichtingen & opsporing

12.714

10.871

– 1.843

11.036

Kennis & Expertise

3.167

3.076

– 91

3.572

Klantinteractie & dienstverlening

6.848

6.848

0

7.160

Laboratoriumonderzoek

3.340

3.311

– 29

3.571

Toezicht

73.507

76.356

2.849

69.430

Overig

21.163

15.513

– 5.650

13.137

Totaal

133.988

128.935

– 5.053

119.113

Omzet overige departementen

De omzet overige departementen is € 1,8 mln hoger dan begroot. Hiervan heeft € 0,3 mln betrekking op het Dier Gezondheid Fonds (DGF). De resterende € 1,5 mln betreft hogere omzet VWS als gevolg van € 0,4 mln doorschuif voor uitvoering PvA van 2014 naar 2015, € 1,0 mln doorschuif uit 2014 in verband met nog niet afgeronde reguliere werkzaamheden in 2014, ontvangen compensatie voor de loonstijging ad € 0,7 mln en voor bijna € 0,6 mln aanvullende opdrachten. Hier staat een vertraging tegenover in de uitvoering van het PvA in 2015 voor € 0,4 mln en € 0,7 mln in 2015 niet gerealiseerde reguliere werkzaamheden. De desbetreffende budgetten worden doorgeschoven naar 2016. Verder is voor bijna € 0,1 mln aan werkzaamheden komen te vervallen. Dit bedrag wordt verrekend met de opdrachtgever.

Omzet overige departementen

Bedragen x € 1.000

Oorspronkelijke vastgestelde begroting 2015

Realisatie 2015

Verschil realisatie en oorspronkelijke begroting

Realisatie 2014

Advies & vertegenwoordiging

1.820

2.528

708

1.750

Communicatie

503

445

– 58

484

Incident- & crisismanagement

693

1.020

327

2.689

Inlichtingen & opsporing

1.252

1.642

390

1.205

Kennis & Expertise

4.956

4.301

– 655

4.767

Klantinteractie & dienstverlening

6.573

6.830

257

6.340

Laboratoriumonderzoek

11.982

9.852

– 2.130

11.525

Toezicht

39.334

41.759

2.425

37.834

Overig

12.381

12.957

576

10.887

Totaal

79.494

81.334

1.840

77.481

Omzet derden

De omzet derden is € 21,0 mln hoger dan begroot. In 2014 zijn de verslaggevingsregels (RJ 270) voor de verantwoording van de omzet aangepast. Als gevolg van deze aanpassing moeten de door de inspectieorganisatie Kwaliteitskeuring Dierlijke Sector (KDS) gerealiseerde kosten en omzet van € 16,1 mln meegenomen worden in de jaarrekening. Het resterende verschil van € 4,9 mln is het gevolg van € 2,4 mln hogere retributies en € 2,5 mln hogere overige baten ten opzichte van de begroting, met name door gerealiseerde EU-projecten.

Rentebaten

Door de zeer lage rentetarieven zijn de rentebaten beduidend lager dan begroot.

Vrijval voorzieningen

Een vrijval van bijna € 0,3 mln hoger dan begroot heeft zich voorgedaan bij de voorziening Claims, geschillen en rechtsgedingen. Het restant heeft betrekking op een vrijval bij de voorziening P-kosten.

Bijzondere baten

De realisatie van de bijzondere baten is € 9,4 mln hoger dan begroot. Onder de post bijzondere baten wordt de bijdrage van het moederdepartement voor ICT verantwoord die geen relatie heeft met de productie van de NVWA. In verband hiermee vindt een verschuiving plaats van de omzet moederdepartement naar de bijzondere baten voor € 7,7 mln. Dit betreft de in het PvA toegezegde bijdrage ter compensatie van hogere ICT-kosten. Daarnaast is ruim € 1,5 mln van EZ ontvangen als vergoeding voor remplaçanten in 2015 ter vervanging van medewerkers die al in 2014 gebruik hadden gemaakt van de stimuleringsregeling in het kader van de Rijksbrede Van Werk Naar Werk-regeling (VWNW)49. Verder is een post uit 2013 ad € 0,2 mln van het Rijks Vastgoed Bedrijf (RVB) vervallen.

Toelichting op de lasten

Personele kosten

De kosten van eigen personeel zijn € 12,4 mln hoger dan begroot, enerzijds door de CAO- stijging met circa € 1,7 mln, hogere bezetting € 1,0 mln, kosten van de VWNW-regeling ad netto € 9,2 mln na saldering met de van EZ ontvangen vergoeding voor remplaçanten ter vervanging van medewerkers die in 2015 gebruik hebben gemaakt van de stimuleringspremie (€ 1,9 mln), dotatie aan voorziening reorganisatiekosten € 0,6 mln, compensatie toeslag onregelmatige diensten (TOD) € 0,4 en € 0,9 mln stijging verlofuren onder andere als gevolg van wijziging vakantierechten (Sectoroverleg Rijk), anderzijds zijn de salariskosten lager als gevolg van een vrijval van € 1,4 mln afbouw ploegentoeslag.

De kosten voor inhuur externen zijn € 5,9 mln hoger dan begroot. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door tijdelijke inhuur voor het PvA en verbetering van het bedrijfsvoeringsproces. Als gevolg van een stelselwijziging in 2014 zijn de practitioners (begroot voor € 4,6 mln) onder uitbesteed werk binnen de materiële kosten verantwoord.

Materiële kosten

De totale materiële kosten zijn € 24,6 mln hoger dan begroot.

In 2014 zijn de verslaggeving regels (RJ 270) voor de verantwoording van de omzet aangepast. Als gevolg van deze aanpassing moeten de door de inspectieorganisatie Kwaliteitskeuring Dierlijke Sector (KDS) gerealiseerde retributieomzet en kosten van € 16,1 mln meegenomen worden in de jaarrekening.

Door aanpassing van de verslaggevingsregels (RJ 270) is het uitbesteed werk aan practitioners voor een bedrag van € 9,2 mln opgenomen onder de post specifieke kosten (in de Ontwerpbegroting 2015 waren deze kosten onder de personele kosten – externe inhuur opgenomen voor een bedrag van € 4,6 mln). De DICTU-kosten zijn met € 0,4 mln en de algemene materiële kosten met € 0,4 mln gestegen. Onder andere als gevolg van een onttrekking aan de voorziening leegstand dalen de huisvestingskosten met € 1,5 mln.

Bijdrage aan SSO’s

De bijdrage aan SSO’s dalen met € 1,2 mln ten opzichte van de begroting door een stijging bij DICTU van € 0,4 mln, een daling van de huurkosten bij het Rijksvastgoedbedrijf (RVB) met € 1,5 mln als gevolg van een onttrekking uit de voorziening leegstand en het vervallen van de kosten voor het Expertisecentrum Organisatie & Personeel waarvoor € 0,1 mln begroot was.

Rentelasten

De rentelasten vallen als gevolg van lagere investeringen in 2014 en de lage rentetarieven € 0,2 mln lager uit dan begroot.

Afschrijvingskosten

De materiële afschrijvingskosten zijn € 1,2 mln lager dan begroot met name door lagere investeringen in dienstauto’s die later in het jaar hebben plaatsgevonden.

De immateriële afschrijvingskosten vallen € 0,4 mln lager uit als gevolg van vertraagde systeemontwikkeling PvA.

Dotatie voorzieningen

Aan de voorziening reorganisatiekosten en overige personele kosten is ruim 0,6 mln en bij de voorziening Claims, geschillen en rechtsgedingen € 0,3 mln meer gedoteerd dan begroot.

Toelichting op het resultaat

Het resultaat is € 10,7 negatief. Dat is ruim € 8,5 mln meer dan in de begroting was voorzien. Deze mutatie wordt vooral veroorzaakt door hogere personele kosten, waaronder de kosten van de VWNW-regeling en hoger dan verwachte kosten voor de inhuur van externen, die vooral zijn ingezet voor de uitvoering van het PvA en verbetering van het bedrijfsvoeringsproces. Door een dotatie van € 12,1 mln ter versterking van het eigen vermogen van de NVWA door de eigenaar is voorkomen dat dit per ultimo 2015 negatief zou worden. De financiële problematiek van de NVWA vormt onderwerp van overleg tussen betrokken partijen (NVWA, eigenaar en opdrachtgevers) met als doel een duurzame balans te vinden tussen baten en lasten.

Balans per 31 december 2015

Bedragen x € 1.000

Balans 2015

Balans 2014

Activa

   
     

Immateriële vaste activa

10.660

9.518

Materiële vaste activa

 

– verbouwingen

4.362

4.255

– installaties en inventarissen

9.246

7.493

– vervoermiddelen

18.554

17.106

Voorraden

997

806

Debiteuren

12.685

13.076

Nog te ontvangen

7.887

8.240

Liquide middelen

69.145

60.029

Totaal activa

133.536

120.523

     

Passiva

   

Eigen vermogen

   

– exploitatiereserve

14.779

10.248

– onverdeeld resultaat

– 10.722

– 7.582

Voorzieningen

11.810

22.218

Leningen bij Ministerie van Financiën

32.985

27.271

Crediteuren

13.304

10.967

Nog te betalen

71.380

57.401

Totaal passiva

133.536

120.523

Debiteuren

Bedragen x € 1.000

2015

2014

Kerndepartement

85

48

Dienst Landelijk Gebied

0

33

RVO

20

0

Ministerie van BZK

95

193

Ministerie van FIN

466

164

Ministerie van I&M

52

118

Ministerie van OCW

2

2

Ministerie van V&J

2

3

Ministerie van VWS

33

2

Ministerie van Defensie

3

0

Derden

14.789

15.148

Totaal debiteuren

15.547

15.711

Debiteuren

15.547

15.711

Voorziening dubieuze debiteuren

(2.862)

(2.635)

Totaal debiteuren

12.685

13.076

Nog te ontvangen

Bedragen x € 1.000

2015

2014

Kerndepartement

2.346

1.371

RVO(voormalig DLG)

2

0

RVO (voorheen DR)

1.024

1.106

Ministerie van VWS

2

34

Ministerie van V&J

31

0

Derden

4.482

5.729

Totaal nog te ontvangen

7.887

8.240

Liquide middelen

Bedragen x € 1.000

2015

2014

Kas

2

2

Rekening-courant Ministerie van Financiën

69.143

60.027

Totaal liquide middelen

69.145

60.029

Ontwikkeling eigen vermogen

Tabel Vermogensontwikkeling 2015 (*inclusief onverdeeld resultaat)
 

Bedragen x € 1.000

2011

2012

2013

2014

2015

1

Eigen vermogen per 01/01

3.661

3.920

3.859

10.248

2.666

2

Saldo van baten en lasten

259

– 61

665

– 7.582

– 10.722

3

Directe mutaties in het EV:

0

0

0

0

0

3a

Uitkering aan moederdepartement

0

0

0

0

0

3b

Bijdrage moederdepartement ter versterking EV

0

0

0

0

12.112

3c

Overige mutaties

0

0

5.724

0

1

 

Eigen vermogen per 31/12

3.920

3.859

10.248

2.666

4.057

 

Omzet

304.205

290.643

295.481

306.756

313.949

 

Vermogensplafond (5% van gemiddeld 3 jaar)

   

14.839

14.881

15.270

De budgetten van de vervallen werkzaamheden voor € 1,4 mln zijn, naast de € 10,2 mln beschikbaar gesteld door de eigenaar en de € 0,5 mln nog te verrekenen uit 2014, gedoteerd aan het eigen vermogen van de NVWA. Hierdoor wordt het eigen vermogen versterkt met € 12,1 mln.

Voorzieningen

Bedragen x € 1.000

         
 

Boekwaarde 1-1-2015

Dotaties

Onttrekkingen

Vrijval

Boekwaarde 31-12-2015

Claims, geschillen en rechtsgedingen

994

828

747

296

779

Leegstand / afkoop gebouwen

18.920

0

9.600

0

9.320

Reorganisatiekosten

2.178

638

1.172

0

1.644

Personele kosten (regulier)

126

1

11

49

67

 

22.218

1.467

11.530

345

11.810

Voorziening uit hoofde van claims, geschillen en rechtsgedingen

In het afgelopen jaar is de voorziening claims en geschillen € 0,8 mln gedoteerd. De vrijval en onttrekkingen bedroegen samen € 1,0 mln. Het saldo van deze voorzieningen ad € 0,8 mln is op dit moment voldoende om aan de eventuele betaalverplichting van de lopende claims te voldoen.

Voorziening leegstand gebouwen

In 2015 is begonnen met de verbouwing van het pand in Zwijndrecht. De laboratoriaruimten worden geschikt gemaakt voor kantoor en deels verhuurd aan twee inspectiediensten. De kosten voor deze verbouwing worden deels gefinancierd uit de betreffende voorziening (€ 1 mln), de overige kosten worden door RVB gefinancierd. De huurverplichtingen van het pand in Eindhoven zijn ultimo 2015 afgekocht voor € 6,8 mln. Daarnaast zijn van genoemde panden de hogere huurlasten dan begroot voor 2015 ad € 1,8 mln onttrokken aan deze voorziening.

Voorziening reorganisatie

De NVWA heeft ultimo 2011 een voorziening van € 22,5 mln getroffen om de kosten volgend uit de reorganisatie per 01-01-2012 te financieren. Dit betreft de salaris-/WW- en materiële kosten van herplaatsingskandidaten. Ultimo 2015 is de hoogte van de voorziening opnieuw berekend om verwachte kosten voor de komende periode te financieren. Dit heeft geleid tot een onttrekking voor salarisbetalingen van € 1,2 mln en een dotatie van ruim € 0,6 mln voor aanpassing van toekomstige verplichtingen onder anderen als gevolg van de cao-loonstijging en verhoging van de AOW leeftijd.

Voorziening personele kosten regulier

De voorziening personele kosten regulier betreft de aanvulling op de WAO-uitkering van een oud-medewerker en een voorziening ten behoeve van mogelijke aanspraak op wachtgeld bij inkomstenderving van een oud-medewerker.

Crediteuren

Bedragen in € 1.000

2015

2014

Dienst Landelijk Gebied

0

50

Dictu

5.864

4.585

Ministerie van BZK

886

319

Ministerie van Fin

35

33

Ministerie van IM

0

134

Ministerie van SZW

23

0

Ministerie van V&J

59

0

Ministerie van VWS

493

0

Derden

5.944

5.846

Totaal crediteuren

13.304

10.967

Nog te betalen

Bedragen in € 1.000

2015

2014

Kerndepartement

8.576

11.380

Ministerie van VWS

1.297

2.112

Ministerie van Fin

11.461

10.500

Ministerie van SZW

65

172

Ministerie van IM

0

86

Ministerie BZK

24

56

Ministerie BuZa

156

13

Ministerie van OCW

29

0

Derden

49.772

33.082

Totaal nog te betalen

71.380

57.401

Kasstroomoverzicht over 2015

 

Bedragen x € 1.000

(1)

(2)

(3)=(2)-(1)

 

Omschrijving

Oorspronkelijk vastgestelde begroting

Realisatie 2015

Verschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting

1.

Rekening-courant RHB 1 januari 2015 + stand depositorekeningen

41.942

60.029

18.087

 

Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+)

 

30.249

 
 

Totaal uitgaven operationele kasstroom (-/-)

 

– 25.851

 

2.

Totaal operationele kasstroom

– 441

4.398

4.839

 

Totaal investeringen (-/-)

– 28.730

– 16.735

11.995

 

Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)

1.600

2.604

1.004

3.

Totaal investeringskasstroom

– 27.130

– 14.131

12.999

 

Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-)

 

0

0

 

Eenmalige storting door het moederdepartement (+)

 

12.112

12.112

 

Aflossingen op leningen (-/-)

– 11.530

– 10.363

1.167

 

Beroep op leenfaciliteit (+)

15.950

17.100

1.150

4.

Totaal financieringskasstroom

4.420

18.849

14.429

5.

Rekening-courant RHB 31 december 2015 + stand depositorekeningen (=1+2+3+4)

18.791

69.145

50.354

Algemene grondslagen

Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode. De geldmiddelen in het kasstroomoverzicht bestaan uit de rekening-courant met het Ministerie van Financiën (Rijkshoofdboekhouding) en het kasgeld van de NVWA. Ontvangsten en uitgaven uit hoofde van interest zijn opgenomen onder de kasstroom uit operationele activiteiten.

Rekening-courant RHB

Het saldo op de rekening-courant RHB per 1 januari is € 18,1 mln hoger dan begroot. Dit is met name het gevolg van uitdienen van het huurcontract in plaats van de geplande afkoop van het laboratorium te Groningen (€ 3,2 mln) en Zwijndrecht (€ 8 mln). Het pand in Zwijndrecht zal verbouwd worden. Daarnaast is er vertraging opgetreden omtrent de afkoop van het pand te Eindhoven (€ 9,3 mln). De afkoop stond gepland voor 2014 en heeft ultimo 2015 plaatsgevonden. Overige balansposten zijn met € 3,0 mln gestegen. Tegenover deze stijging van € 23,5 mln staat een daling van € 5,4 mln als gevolg van een negatiever resultaat in 2014 dan begroot.

Operationele kasstroom

De operationele kasstroom is € 4,8 mln hoger dan begroot. Dit wordt enerzijds veroorzaakt door een negatiever resultaat van € 8,5 mln, een hogere mutatie op de voorzieningen van € 0,9 mln en lagere afschrijvingskosten voor € 1,6 mln. Anderzijds stijgen met name de balansposten crediteuren en Nog te betalen met € 15,8 mln.

Investeringskasstroom

De investeringskasstroom is € 13,0 mln lager dan begroot. Dit komt enerzijds door € 12,0 mln vertraging in de investeringen van met name systeemontwikkeling in het kader van het PvA en anderzijds door € 1,0 mln meer desinvesteringen in verband met de vervanging van dienstauto’s en systeemontwikkeling.

In totaal is voor een bedrag van € 6,4 mln geïnvesteerd in de categorie Systeemontwikkeling. In de categorie Verbouwing is voor € 0,7 mln geïnvesteerd. In de categorie Inventaris is € 0,5 mln, in de categorie Laboratoriumapparatuur € 2,5 mln en in Machines en Buitendienstmaterialen en overige hardware is € 0,5 mln geïnvesteerd. Daarnaast is € 6,1 mln. geïnvesteerd in de vervanging van dienstauto’s.

Financieringskasstroom

De financieringskasstroom is € 14,4 mln hoger dan begroot. Dit is in eerste plaats het gevolg van de storting van € 12,1 mln door het moederdepartement. In tweede plaats zijn de investeringen in 2014 lager uitgevallen dan in de Ontwerpbegroting 2015 begroot, waardoor de aflossing op de leningen in 2015 met € 1,2 mln lager uitvalt. In de derde plaats is voor € 1,1 mln meer aan leningen afgeroepen dan begroot, met name voor systeemontwikkeling, inventaris/laboratoriumapparatuur en voor verbouwingen.

De liquiditeitspositie van de NVWA kan met een saldo van € 69,1 mln als voldoende worden geclassificeerd.

Overzicht doelmatigheidsindicatoren per 31 december 2015

Omschrijving

Realisatie 2012

Realisatie 2013

Realisatie 2014

Realisatie 2015

Begroting 2015

Gemiddelde Kostprijs (€/uur)

 

94,13

95,60

96,32

95,60

Tarieven

         

(2012 = 100)

100

100,06

101,62

102,39

101,6

Omzet per productgroep (€ mln)

         

Advies en Vertegenwoordiging

8,4

7,6

8,5

10,0

10,7

Communicatie

1,5

1,3

1,6

1,7

1,8

Incident en crisismanagement

6,7

5,2

6,3

5,5

4,3

Inlichtingen en opsporing

12,2

11,8

12,2

12,5

14,0

Kennis en expertise

10,6

9,2

9,1

8,1

9,5

Klantinteractie en dienstverlening

23,5

20,9

22,0

24,4

23,7

Laboratoriumonderzoek

19

16,5

20,7

18,7

21,0

Toezicht

151,4

149,4

168,4

178,8

166,3

FTE1

         

Aantal FTE (exclusief externe inhuur)2

2.168

2.163

2.229

2.438

2.303

Verhouding FTE direct/indirect (exclusief externe inhuur)

1.741/427

1.733/430

1842/387

1950/488

1.849/454

Salariskosten per fte

71.400

70.143

74.217

72.149

70.900

Saldo van baten en lasten

 

Saldo van baten en lasten als % van de totale baten

0%

0,2%

– 2,5%

– 3,4%

– 0,8%

Kwaliteit

 

Afhandelsnelheid informatieverzoeken, klachten en meldingen3

80%

64%

71%

73%

95%

Tijdig betaalde facturen (<30 dagen)

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

95%

90%

1

Het aantal fte betreft het gemiddelde over 2015 exclusief 21 fte herplaatsingskandidaten.

2

De stijging van het aantal gemiddelde fte in 2015 ten opzichte van de begroting komt vooral doordat een groter aantal medewerkers dan was voorzien in 2015 gebruik heeft gemaakt van de stimuleringspremie in de vorm van bijzonder verlof voorafgaande aan hun ontslag, die onderdeel uitmaakt van het Sociaal Flankerend Beleid (SFB). Mede hierdoor zijn meer nieuwe medewerkers bij de NVWA begonnen als VWNW- of herplaatsingskandidaat. Zowel de medewerkers die met bijzonder verlof zijn en dus feitelijk niet meer bij de NVWA werkzaam zijn als de medewerkers die hen vervangen zijn in de realisatiecijfers opgenomen.

3

Momenteel zit het klantcontactcentrum op een tijdig afhandeling percentage van circa 73%. De consument krijgt na 6 weken een tussentijdse terugkoppeling.

De meeste informatieverzoeken kunnen zelfstandig door het klantcontactcentrum worden afgewikkeld. In het geval van een klacht of melding wordt dit verzoek binnen het betreffende domein door de deskundige afgehandeld. In nauwe samenwerking met de toezichtdivisies wordt eraan gewerkt om de doorlooptijd terug te dringen.

49

De van EZ ontvangen vergoeding voor remplaçanten 2015 ter vervanging van medewerkers die in 2015 gebruik hebben gemaakt van de stimuleringspremie, is gesaldeerd met de personeelskosten (€ 1,9 mln).

Licence