Base description which applies to whole site

1. Agentschap College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (aCBG)

Staat van baten en lasten van het baten-lastenagentschap aCBG over het jaar 2016 (bedragen x € 1.000)
 

Oorspronkelijk vastgestelde begroting

(1)

Realisatie

(2)

Verschil realisatie en oorspronkelijk vastgestelde begroting

(3 = 2–1)

Realisatie 2015

Baten

       

Omzet moederdepartement

225

3.209

2.985

192

Omzet overige departementen

612

700

88

683

Omzet derden

39.163

44.421

5.258

45.867

Rentebaten

0

2

2

7

Vrijval voorzieningen

0

0

0

0

Bijzondere baten

0

233

233

0

         

Totaal baten

40.000

48.565

8.565

46.749

         

Lasten

       

Apparaatskosten

35.750

41.442

5.692

39.097

– Personele kosten

23.500

29.390

5.890

26.110

Waarvan eigen personeel

21.500

23.990

2.490

22.961

Waarvan externe inhuur1

2.000

3.929

1.929

3.149

Waarvan overige personele kosten

 

1.471

   

– Materiële kosten

12.250

12.052

– 198

12.987

Waarvan apparaat ICT

2.000

3.495

1.495

3.750

Waarvan bijdrage aan SSO

0

0

0

0

Waarvan overige materiële kosten

 

8.557

   

ZBO College

750

713

– 37

710

Rentelasten

0

0

0

0

Afschrijvingskosten

3.500

1.074

– 2.426

1.749

– immaterieel

1.000

188

– 812

568

– materieel

2.500

886

– 1.614

1.181

Overige lasten

0

0

0

0

– dotaties voorzieningen

0

0

0

0

– bijzondere lasten

0

0

0

0

         

Totaal lasten

40.000

43.229

3.229

41.556

Saldo van baten en lasten

0

5.336

5.336

5.193

1

Het begrip externe inhuur in dit overzicht heeft een ruimere definitie dan het begrip van externe inhuur dat gehanteerd wordt voor de berekening van de procentuele norm «maximaal toegestane externe inhuur».

Toelichting op de staat van baten en lasten

Resultaat

Het aCBG heeft over 2016 een positief resultaat behaald van € 5,3 miljoen. Zowel de omzet bij Centrale procedures via het European Medicines Agency (EMA) als bij Decentrale procedures (DCP’s) zijn substantieel hoger uitgevallen dan verwacht. Hoewel ook de kosten hoger zijn uitgevallen dan begroot, is de toename van de kosten substantieel achtergebleven bij de toegenomen omzet. Daarnaast is een deel van de verwachte extra uitgaven op ICT-gebied achter gebleven bij de planning. Wat uiteindelijk het genoemde resultaat over 2016 heeft opgeleverd.

Baten

De omzet moederdepartement bestaat uit de bijdrage van het moederdepartement voor werkzaamheden inzake nieuwe voedingsmiddelen en een vergoeding voor werkzaamheden als bevoegde instantie. Dit laatste betreft het marginaal toetsen van klinische studies inzake geneesmiddelen in die gevallen waarin de Centrale Commissie Mensgebonden Onderzoek (CCMO) de eerste beoordelende instantie is. Op verzoek van het Ministerie van VWS voert het aCBG dan de wettelijk verplichte taak van tweede beoordelende instantie uit.

Daarnaast heeft aCBG is 2016 een eenmalige overheveling van € 3 miljoen uit het resultaat van vorig jaar terug ontvangen van VWS, ter dekking van kosten inzake het EU-voorzitterschap, ICT-investeringen en de gezamenlijke bijdrage voor ICT-investeringen van stichting Lareb. Van de eenmalige overheveling is in 2016 € 2,6 miljoen besteed. Het resterende deel zal in 2017 besteed worden.

De omzet overige departementen betreft werkzaamheden die door het aCBG op grond van afspraken met het Ministerie van Economische Zaken zijn verricht. Het gaat hierbij om specifieke activiteiten die het Bureau Diergeneesmiddelen van het aCBG verricht op het terrein van veterinaire geneesmiddelen.

Daarnaast heeft het aCBG een aantal beoordelingswerkzaamheden uitgevoerd voor het RIVM.

De post omzet derden bestaat uit jaarvergoedingen en de vergoedingen voor de beoordeling van geneesmiddelen. Jaarvergoedingen bestaan uit vergoedingen voor instandhouding van de inschrijving van een humaan of veterinair farmaceutisch product in het register. Voor het beoordelen van nieuwe geneesmiddelen en het beoordelen van wijzigingen op bestaande geneesmiddelen brengt het aCBG op basis van de Geneesmiddelenwet en de regeling Diergeneesmiddelen daarvoor vastgestelde tarieven in rekening.

De omzet derden is per saldo hoger dan begroot door de hiervoor bij het resultaat al genoemde hogere baten uit Centrale procedures, decentrale procedures en jaarvergoedingen.

De rentebaten hebben betrekking op de rente over deposito’s, rekening-courantsaldi Rijkshoofdboekhouding en betaalde rente door debiteuren met achterstallige betalingen.

Lasten

De personele kosten zijn € 5,9 miljoen hoger dan begroot. Dit is het gevolg van toegenomen aantal medewerkers, zowel intern als extern, benodigd voor de uitvoering van de toegenomen beoordelingswerkzaamheden. Onder de personele kosten zijn tevens de kosten van uitzendkrachten, werving en selectie, scholing, reiskosten en wachtgelden opgenomen.

De materiële kosten zijn per saldo € 0,2 miljoen lager uitgevallen dan begroot. Op totaal niveau waren de materiele kosten lager dan verwacht. De ICT kosten vallen echter € 1,5 miljoen hoger uit dan begroot. Het overgrote deel van deze toename is te wijten aan het inhalen van uitgestelde ICT-uitgaven. Daarnaast zijn alle data- en communicatiekosten toegenomen als gevolg van de uitbreiding van de bezetting. De materiële kosten hebben betrekking op automatisering, bureaukosten, huur- en servicekosten voor het pand in Utrecht, onderzoek RIVM en de bijdrage aan de subsidie voor de Stichting Lareb (€ 2,9 miljoen).

De afschrijvingskosten blijven als gevolg van de uitgestelde investeringen in voorgaande jaren lager dan begroot.

De kosten van het ZBO College bestaan uit een schadeloosstelling, vacatiegelden, vergaderkosten en reis- en verblijfkosten voor de leden van het College.

Balans van het baten-lasten agentschap aCBG per 31 december 2016
(bedragen x € 1.000)
 

Balans per

Balans per

 

31-12-2016

31-12-2015

Activa

   

Immateriële vaste activa

12

200

Materiële vaste activa

2.337

2.146

grond en gebouwen

545

1.072

–  installaties en inventarissen

1.792

1.074

– overige materiële vaste activa

0

0

Vlottende activa

22.587

22.008

– Voorraden

0

0

– Debiteuren

4.653

4.307

– Overige vorderingen en overlopende activa

657

631

– Liquide middelen

17.277

17.070

     

Totaal activa

24.936

24.354

     

Passiva

   

Eigen vermogen

7.388

6.926

– exploitatiereserve

2.052

1.733

– onverdeeld resultaat

5.336

5.193

Voorzieningen

0

0

Leningen bij het Ministerie van Financiën

0

0

Kortlopende schulden

17.548

17.428

– Crediteuren

1.212

1.062

– Overige verplichtingen en overlopende passiva

16.336

16.366

     

Totaal passiva

24.936

24.354

Toelichting op de balans

Onderlinge vorderingen/schulden

Per 31-12-2016 hebben de volgende vorderingen/schulden betrekking op ministeries en agentschappen: debiteuren € 0,18 miljoen (VWS € 0,02 miljoen), overige vorderingen € 0,28 miljoen, liquide middelen € 17,28 miljoen, crediteuren € 0,31 miljoen en Overige verplichtingen en overlopende passiva € 1,34 miljoen (VWS € 0,55 miljoen).

Debiteuren

Het debiteurensaldo is met 6,4% toegenomen. Deze stijging is grotendeels toe te wijzen aan de debiteurenpositie van de Europese geneesmiddelen autoriteit EMA.

Het debiteurensaldo is met 6,4% toegenomen. Het debiteuren saldo van de Europese geneesmiddelen autoriteit (EMA) is met circa € 1,3 miljoen toegenomen, dit is een stijging van 70% ten opzichte van 2015. Het saldo van de overige debiteuren is afgenomen.

Eigen vermogen

Het resultaat over 2016 van € 5,3 miljoen is aan het eigen vermogen toegevoegd. Daarnaast heeft er een uitkering aan het moederdepartement plaatsgevonden van € 4,9 miljoen. Het eigen vermogen ultimo 2016 komt daarmee op € 7,4 miljoen.

Het maximaal toegestane eigen vermogen ultimo 2016 bedraagt circa € 2,24 miljoen (5% van de gemiddelde omzet over 2014 tot en met 2016). Het overschot aan eigen vermogen wordt volgens de agentschapsregels afgeroomd door het moederdepartement (VWS) bij de eerste suppletoire wet.

Vooruit ontvangen / Nog te betalen

Het aCBG ontvangt de verschuldigde vergoeding voor aanvragen voordat alle werkzaamheden verricht zijn. Dit leidt tot een onderhandenwerk positie op de balans van € 11,7 miljoen. Het resterende saldo bestaat uit reserveringen voor nog te ontvangen facturen, vakantiegeld en eindejaaruitkering voor het personeel en overige schulden.

Kasstroomoverzicht van het baten-lastenagentschap aCBG 2016 (bedragen x € 1.000)

Omschrijving

Vastgestelde begroting

(1)

Realisatie

(2)

Verschil realisatie en vastgestelde begroting

(3)=(2)-(1)

1. Rekening-courant RHB 1 januari 2016 + stand depositorekeningen

11.309

17.070

5.761

2a. Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+)

 

49.650

 

2b. Totaal uitgaven operationele kasstroom (-/-)

 

43.493

 

2. Totaal operationele kasstroom

1.500

6.157

4.657

3a. Totaal investeringen (-/-)

– 1.500

– 1.076

424

3b. Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)

0

 

0

3. Totaal investeringskasstroom

– 1.500

– 1.076

424

4a. Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-)

0

– 4.874

– 4.874

4b. Eenmalige storing door het moederdepartement (+)

0

0

0

4c. Aflossingen op leningen (-/-)

0

0

0

4d. Beroep op leenfaciliteit (+)

0

0

0

4. Totaal financieringskasstroom

0

– 4.874

– 4.874

Rekening-courant RHB 31-12-2016+ stand depositorekeningen (=1+2+3+4)

11.309

17.277

5.968

Toelichting op het kasstroomoverzicht

De liquiditeitspositie is toegenomen ten opzichte van vorig jaar en ten opzichte van de begroting. Dit is te danken aan het positieve jaarresultaat en lagere investeringen en ondanks de eenmalige uitkering aan het moederdepartement en de afname van de schuld positie.

Overzicht doelmatigheidsindicatoren van het baten-lastenagentschap aCBG per 31 december 2016
 

2013

2014

2015

2016

Oorspronkelijke begroting 2016

Generiek

         

1. Tarieven/ uur

85

83

85

78

85

2. Omzet per productgroep (bedragen * € 1.000)

         

– Beoordelen van nationale aanvragen

2.118

1.922

1.554

1.786

2.000

– Beoordelen van Europese aanvragen: centraal

4.789

7.079

8.769

9.256

5.600

– Beoordelen van Europese aanvragen: MRP

328

251

496

740

400

– Beoordelen DCP’s

9.783

7.448

12.762

9.821

10.213

– Beoordelen van homeopathische aanvragen, kruiden en nieuwe voedingsmiddelen

47

70

49

62

250

– Bureau diergeneesmiddelen

2.252

2.819

2.740

2.450

2.300

– Jaarvergoedingen en bijdragen

17.411

18.594

19.414

20.146

18.400

– Overig

– 593

83

83

4.304

0

Totaal omzet

36.135

38.266

45.867

48.565

39.163

3. Totaal aantal fte (exclusief externe inhuur)

261

262

288

308

280

4. Saldo van baten en lasten (% van de baten)

– 5,54%

1,79%

11,11%

11,40%

0%

           

Kwaliteitsindicatoren

         

1. Aantal gegronde klachten

24

27

14

19

32

2. Aantal zaken per fte

93

87

85

68

86

Toelichting doelmatigheidsindicatoren

Tarieven per uur

Het gemiddelde uurtarief wordt bijgehouden om de kostenefficiency aan te tonen. Deze indicator is een gemiddelde over alle functies waarbij naar het primaire proces wordt gekeken (exclusief onderzoekskosten). Het aCBG hanteert producttarieven en geen uurtarieven.

Het uurtarief is in 2016 lager uitgevallen dan eerdere jaren. Dit komt voornamelijk door dat er in de berekenmethode uitgegaan wordt van aantal fte aan het einde van het jaar. Echter zijn veel nieuwe fte pas in de tweede helft van 2016 ingevuld. Als een gewogen gemiddelde gehanteerd wordt ligt het uurtarief in lijn met eerdere jaren.

Omzet per productgroep

De omzet per productgroep geeft inzicht in de samenstelling van de omzet derden van het aCBG. Er is sprake van een structurele verschuiving van beoordelingen op nationaal niveau naar beoordelingen op Europees niveau. De verwachting is dat deze trend zich in de komende jaren zal voortzetten.

Totaal aantal fte

Het totaal aantal fulltime-equivalenten (fte) werkzaam bij het aCBG per 31 december van het jaar, exclusief externe inhuur.

Saldo van baten en lasten (% van de baten)

De ontwikkeling van het procentuele saldo is een weergave van de realisatie, zoals de afgelopen jaren in de jaarrekening gepresenteerd.

Aantal gegronde klachten

Het aantal gegronde klachten wordt bijgehouden om inzicht te krijgen in de geleverde kwaliteit van de productie. In 2016 zijn 22 klachten binnengekomen. Hiervan zijn 19 klachten gegrond verklaard. De klachten betreffen voornamelijk opmerkingen van registratiehouders over het reguliere/primaire proces van het aCBG.

Aantal zaken per fte

Het aantal zaken per fulltime-equivalent wordt bijgehouden om de efficiency van de productie inzichtelijk te maken.

Het aantal zaken per fte is sterk gedaald ten opzichte van eerdere jaren. Dit komt door de toename van het aantal fte en een afname van het aantal afgehandelde zaken. Er is sprake van een toename van het aantal complexe zaken, dit geeft een vertekend beeld van de behaalde efficiency.

Licence