Base description which applies to whole site

Artikel 12 Hoofdwegennet

Omschrijving van de samenhang met het beleid

Op dit artikel worden de producten op het gebied van Rijkswegen verantwoord. Dit betreft de onderdelen verkeersmanagement, beheer, onderhoud en vervanging, aanleg, geïntegreerde contractvormen/PPS en netwerkgebonden kosten. Deze producten zijn gerelateerd aan de beleidsdoelen en -instrumenten zoals beschreven in het jaarverslag van Infrastructuur en Milieu (Hoofdstuk XII) bij beleidsartikel 14 Wegen en

Overzicht van budgettaire gevolgen van uitvoering artikel 12 Hoofdwegennet (x € 1.000)
         

Realisatie

Vastgestelde begroting

Verschil

 
 

2013

2014

2015

2016

2017

2017

2017

 

Verplichtingen

1.698.213

3.407.686

2.108.154

2.998.493

3.607.433

3.296.674

310.759

1

Uitgaven

2.481.851

2.568.873

2.393.669

2.089.020

2.231.569

2.365.030

– 133.461

 

12.01 Verkeersmanagement

21.794

21.589

14.510

10.502

4.498

3.638

860

 

– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS

21.794

21.589

14.510

10.502

4.498

3.638

860

 

12.02 Beheer, onderhoud en vervanging

544.354

665.071

662.460

636.513

595.154

609.164

– 14.010

 

12.02.01 Beheer en onderhoud

456.913

533.514

433.574

512.618

543.124

524.863

18.261

2

– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS

456.913

533.514

433.574

512.618

543.124

524.863

18.261

 

12.02.04 Vervanging

87.441

131.557

228.886

123.895

52.030

84.301

– 32.271

3

12.03 Aanleg

1.065.903

873.067

618.288

528.355

429.918

641.536

– 211.618

 

12.03.01 Realisatie

1.060.444

863.803

600.289

475.612

415.269

619.413

– 204.144

4

– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS

33.279

6.818

31.907

36.012

30.750

30.280

470

 

12.03.02 Verkenningen en planuitwerkingen

5.459

9.264

17.999

52.743

14.649

22.123

– 7.474

5

– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS

3.649

6.055

12.317

10.016

10.301

12.052

-1.751

 

12.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS

412.956

601.189

655.822

333.509

638.739

561.811

76.928

6

12.06 Netwerkgebonden kosten HWN

436.844

407.957

442.589

580.141

563.260

548.881

14.379

 

12.06.01 Apparaatskosten RWS

381.576

355.573

345.456

459.269

454.675

441.387

13.288

7

– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS

381.576

355.573

345.456

459.269

454.675

441.387

13.288

 

12.06.02 Overige netwerkgebonden kosten

55.268

52.384

97.133

120.872

108.585

107.494

1.091

 

– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS

55.268

52.384

97.133

105.072

94.385

93.294

1.091

 

12.07 Investeringsruimte

0

0

0

0

0

0

0

 

Ontvangsten

150.887

132.430

592.926

71.523

150.898

126.245

24.653

 

12.09.01 Ontvangsten

150.887

132.430

592.926

71.523

150.898

126.245

24.653

8

12.09.02 Topopgave

0

0

0

0

0

0

0

 
  • Ad 1) In 2017 zijn per saldo hogere verplichtingen gerealiseerd. Met name bij de volgende projecten is sprake van een hogere verplichtingenrealisatie:

    • A24 Blankenburgverbinding (€ 1.069,5 miljoen). Dit wordt veroorzaakt door de contract-close van het project. Hierbij moet rekening gehouden worden met de langjarige financieringslasten en een vergoeding voor de jaarlijkse prijsstijgingen over de looptijd van het project, waardoor er een fors hogere verplichting is aangegaan. Dit leidt niet tot een tekort op het kasbudget van het project.

    • A7 Zuidelijke Ringweg Groningen (€ 76,7 miljoen). Door een verschuiving van een deel van de verplichting die voor 2016 was voorzien naar 2017 alsmede door verwerking van de indexering van het hoofdbouwcontract.

    Lagere verplichtingen zijn er bij de projecten:

    • Beter Benutten (– € 256,6 miljoen). De lagere realisatie aan verplichtingen wordt veroorzaakt, doordat middelen van 2017 naar 2018 en verder geschoven zijn. Enerzijds wordt dit veroorzaakt, doordat middelen aan de regio’s op basis van voortgang van maatregelen ter beschikking wordt gesteld, anderzijds loopt het onderdeel Intelligente transportsystemen (ITS) tot en met 2020 en zijn de nieuwe kasramingen in de loop van 2017 verwerkt.

    • A1/A6/A9 Schiphol Amsterdam Almere Deelproject A1/A6 (– € 174,6 miljoen). Naar aanleiding van de afronding van de realisatiefase van het project, zijn de verplichtingen geactualiseerd. De post onvoorzien is naar latere jaren verschoven.

    • A1 Apeldoorn Azelo (– € 144,8 miljoen): Met de vaststelling van het Ontwerp-Tracébesluit en het partieel uitvoeringsbesluit voor het project A1 Apeldoorn-Azelo is de verplichtingenruimte overgeboekt naar het realisatieartikel.

    • ZSM spoedwet wegverbreding (– € 99,3 miljoen). Naar aanleiding van de afronding van de realisatiefase van het project, zijn de verplichtingen geactualiseerd. De post onvoorzien is naar latere jaren verschoven.

    • Programma Aansluitingen (– € 48,3 miljoen). De afstemming met ProRail en de bestemmingsplanprocedures voor A15-N3 en A16-N3 vergen meer tijd (zie ook ad 4).

    • A10 Knooppunt De Nieuwe Meer en Amstel (Zuidas) (– € 35,3 miljoen). Het project is in januari 2017 aanbesteed in combinatie met project Zuidasdok. Deze aanbesteding heeft geleid tot een aanpassing van de verplichtingen.

    • A2 Passage Maastricht (– € 32,8 miljoen). Door middel van een technische mutatie is het verplichtingenbudget neutraal over de jaren geactualiseerd. Het project A2 Maastricht werkt met een projectbureau, bestaande uit Rijkswaterstaat, gemeente Maastricht en de Provincie Limburg. Alle drie de partijen storten hun bijdragen op de rekening van dit bureau. In het verleden is abusievelijk een deel van de bijdragen van de partners ook als RWS-verplichting vastgelegd. Om dit te herstellen zijn de verplichtingen in 2017 negatief bijgesteld.

    Tot slot leiden diverse kleine mutaties tot lagere uitgaven (per saldo – € 43,7 miljoen).

  • Ad 2) Dit betreft voornamelijk de overboeking van planuitwerking en verkenning naar Beheer en onderhoud voor de nalevingskosten SWUNG (€ 14,1 miljoen), de toevoeging van de prijsbijstelling (€ 6,2 miljoen) en diverse overige mutaties van per saldo – € 2,0 miljoen.

  • Ad 3) Dit betreft het saldo van:

    • Groot Variabel Onderhoud Stalen Kunstwerken (– € 22,4 miljoen). Op het budget voor beheer en onderhoud is minder uitgegeven dan begroot. Dit omdat de contractvoorbereiding voor de renovatie van de Suurhoffbrug meer tijd vraagt dan vooraf werd ingeschat. Voor brug Ewijk en de Gallecopperbrug zijn daarnaast in 2016 reeds versneld uitgaven gedaan, die oorspronkelijk in 2017 begroot waren.

    • Groot Variabel Onderhoud Vervanging en Renovatie (– € 9,9 miljoen). De lagere kasrealisaties doen zich voor op de projecten Rijnlandse Boezemwater, Kunstwerken A44, vervanging Kunstwerk Drongelens kanaal en de renovatie Velsertunnel. Hieraan liggen diverse oorzaken ten grondslag, zoals minder opgetreden risico's en langere contractvoorbereiding en versnelling van de uitvoering, waardoor betalingen reeds in 2016 zijn gedaan.

  • Ad 4) De lagere realisatie dan begroot is voornamelijk veroorzaakt door de omzettingen van DBFM-contracten, waardoor budget van artikel 12.03 Aanleg is overgeheveld naar het artikel 12.04 Geïntegreerde Contractvormen. Dit betreft de projecten A1/A6/A9 Schiphol-Amsterdam-Almere, A27/A1 Utrecht-Eemnes-Bunschoten en N18 Varsseveld–Enschede.

    Daarnaast is er een lagere realisatie bij:

    • Programma aansluitingen (– € 40,7 miljoen). Als gevolg van vertraging en daardoor verschoven openstelling van de aansluitingen:

      • A15-N3. Het realiseren van de aansluiting heeft technische gevolgen voor het spoor. De afstemming daarover met ProRail duurt langer dan verwacht.

      • A16-N3. Door vertraging in de bestemmingsplanprocedures.

    • N35 Wijthmen–Nijverdal (– € 15,0 miljoen). De benodigde voorbereidingen (participatie, onderzoeken, ontwerpen en procedures) nemen meer tijd in beslag dan oorspronkelijk gepland. Daardoor is de start van de realisatie van de meeste maatregelen verschoven naar 2018.

  • Ad 5) De lagere uitgaven zijn met name veroorzaakt door vertraging van het project A1/A6/A9 Schiphol-Amsterdam-Almere (A9 Amstelveen). Het uitvoeringsbesluit zou in het vierde kwartaal van 2017 plaats vinden. Dit is uiteindelijk begin 2018 geworden. De aanvraag van het uitvoeringsbesluit is met één maand vertraagd omdat de projectorganisatie kwalitatief is versterkt. Openstelling is nog steeds voorzien conform de in het MIRT gemelde planning.

  • Ad 6) De per saldo hogere realisatie is voornamelijk het gevolg van hogere realisaties bij de projecten:

    • A1/A6/A9 Schiphol-Amsterdam-Almere (€ 45,6 miljoen). Door een snellere uitvoering dan gepland en door eenmalige kosten als gevolg van de herfinanciering van het contract.

    • N18 Varsseveld (€ 28,7 miljoen). Voornamelijk door omzetting van de budgettaire reeksen na afronding van de aanbesteding. Daarnaast verloopt de uitvoering van het optimaliseren van de bestaande N18 sneller dan voorzien.

    • A15 Maasvlakte–Vaanplein (€ 12,7 miljoen). Door restwerkzaamheden na voltooiing en het langer in stand houden van de oude Botlekbrug. Bij het opstellen van de begroting 2017 waren deze werkzaamheden in latere jaren voorzien en deels niet gepland.

    • Het saldo van hogere en lagere uitgaven op verschillende projecten (– € 10,1 miljoen).

    Hiertegenover staat een lagere realisatie bij N33 Assen–Zuidbroek (– € 21,9 miljoen). De lagere realisatie is het gevolg van het verschuiven van de verrekening van de aanbestedingsmeevaller met regionale partners naar latere jaren, de afstemming over de verrekening moet nog afgerond worden.

  • Ad 7) Dit betreft de loon- en prijsbijstelling (€ 8,0 miljoen) en extra middelen naar aanleiding van extra inzet voor personeel (€ 5,3 miljoen).

  • Ad 8) De in totaal hogere ontvangsten zijn het gevolg van diverse mutaties bij de volgende projecten:

    • A1/A6/A9 Schiphol Amsterdam Almere (€ 16,2 miljoen). De aannemer heeft de prestatie eerder geleverd dan gepland, waardoor de regionale en lokale partners ook eerder hun bijdrage hebben geleverd.

    • A9 Badhoevedorp (€ 8,2 miljoen). Het project is eerder opgeleverd dan bij het opstellen van de begroting werd verwacht, hetgeen ook gevolgen heeft in het tempo van betaling van de bijdragen van de regionale partners.

    • Beter Benutten (€ 5,4 miljoen). Betreft bijdragen van derden in de aanlegkosten van diverse projecten.

    • A15 Papendrecht–Sliedrecht (€ 5,3 miljoen). De regionale bijdrage van de provincie Zuid-Holland en de regio Drechtsteden is in 2017 ontvangen. Bij het opstellen van de begroting was nog niet duidelijk wanneer deze hun bijdrage zouden leveren.

    • N65 Vught–Haaren (€ 3,5 miljoen). Betreft de bijdrage van de gemeente Den Bosch aan het project. Bij het opstellen van de begroting 2017 was nog niet duidelijk wanneer de gemeente haar bijdrage zou leveren.

    • A7 Zuidelijke Ringweg Groningen (€ 2,2 miljoen). Met de gemeente Groningen is na het opstellen van de begroting 2017 afgesproken dat zij de helft van hun bijdrage in de aanleg van de busbaan Hoogkerk in 2017 betalen.

    Er is minder ontvangen bij de projecten:

    • Programma Aansluitingen (– € 12,9 miljoen). De uitvoering van projecten A15-N3 en A16-N3 vindt later plaats dan verwacht (zie ook ad 4). De daaraan gerelateerde ontvangsten, volgen daarom ook later.

    • A15 Maasvlakte Vaanplein (– € 3,4 miljoen). Als gevolg van herziene planning van de sloop van de oude Botlekbrug, is er in 2017 minder ontvangen.

    • N18 Varsseveld–Enschede (– € 3,2 miljoen). Er zijn minder ontvangsten, als gevolg van minder vastgoed verkopen.

    • A74 Venlo (– € 2,2 miljoen). Er is nog overleg gaande met de provincie Limburg over haar bijdrage voor het ecoduct Ulingsheide. De ontvangst is daarom naar latere jaren verschoven.

    Tot slot leiden diverse kleine mutaties tot per saldo € 5,6 miljoen hogere ontvangsten.

Financiële toelichting

12.01 Verkeersmanagement

Motivering

Met verkeersmanagement streeft IenM naar een optimaal en veilig gebruik van de beschikbare weginfrastructuur en het bereiken van een voorspelbare en betrouwbare reistijd van deur tot deur. Dit draagt bij aan het realiseren van de beleidsdoelen voor bereikbaarheid, veiligheid en leefbaarheid in Nederland.

Producten

De in 2017 gedane uitgaven voor verkeersmanagement betreffen onder andere de inzet van weginspecteurs bij incidenten, toeritdosering, gebruik van spitsstroken, maar ook verkeersinformatie op panelen boven de weg. De meeste van deze maatregelen zijn ingezet vanuit vijf regionale verkeerscentrales en een landelijke verkeerscentrale. Hierbij wordt het rijkswegennet in samenhang met het regionale wegennet beschouwd door toepassing van gebiedsgericht verkeersmanagement waarbij wordt ingezet op regionale samenwerking. Ook in 2017 zijn deze reguliere beheertaken uitgevoerd.

In 2017 is uitvoering gegeven aan het in 2013 gestarte actieprogramma «Beter geïnformeerd op weg» om in samenwerking met marktpartijen een gezamenlijke koers en een concrete agenda voor ontwikkeling en innovatie van verkeersmanagement en reisinformatie voor de komende jaren te formuleren. Het actieprogramma bestaat uit een publiek-private routekaart, waarin de strategische lijnen voor de beoogde ontwikkelingen zijn beschreven. Deze routekaart is in november 2013 naar de Tweede Kamer gestuurd en wordt concreet uitgewerkt in een uitvoeringsagenda voor de overheden en het bedrijfsleven onder de naam «Connecting Mobility». Het actieprogramma biedt een meerjarig richtsnoer (2013–2023) dat de basis legt voor publieke en private investeringen in reisinformatie en verkeersmanagement.

In 2017 is net als in 2016 ook uitvoering gegeven aan de internationale ITS-corridor (Intelligent Transportation Systems) Rotterdam-Frankfurt-Wenen, met als doel coöperatieve diensten te ontwikkelen en te realiseren. Deze diensten zijn gebaseerd op draadloze communicatie tussen voertuigen en wegkantsystemen. Daarbij gaat het concreet om het waarschuwen bij wegwerkzaamheden en het verzamelen van data uit voertuigen ten behoeve van meer veiligheid voor weggebruikers en wegwerkers.

De uitgaven voor verkeersmanagement op artikel 12.01 en 12.02 hebben directe samenhang met uitgaven voor verkeersmanagement op het realisatieartikel (12.03) in het kader van programma’s zoals Beter Benutten.

Meetbare gegevens

Specificatie bedieningsareaal

Eenheid

Realisatie

2015

Realisatie

2016

Begroting

2017

Realisatie

2017

Toelichting

Verkeerssignalering op rijbanen

km rijbaan

2.675

2.716

2.682

2.777

1

Verkeerscentrales

aantal

6

6

6

6

 

Spits- en plusstroken

km

338

324

338

321

2

Bron: Rijkswaterstaat, 2017

Toelichting:

  • Ad 1) De verkeerssignalering was in 2016 al toegenomen door de versnelde openstelling van de parallelbanen op de A6 (A1/A6 Diemen–Almere Havendreef).

    In 2017 is de verkeerssignalering verder toegenomen dan was begroot, door met name de:

    • versnelde afronding van de A1/A6 Diemen–Almere Havendreef inclusief wisselbaan;

    • A9 Omlegging Badhoevedorp;

    • aanpassing van A2/A9 Knooppunt Holendrecht (A9 Holendrecht–Diemen Gaasperdammerweg).

  • Ad 2) De lengte spits- en plusstroken was in 2016 al afgenomen door het vervallen van een drietal spitsstroken door de start van twee projecten:

    • A9 (Holendrecht–Diemen Gaasperdammerweg);

    • A6 (A1/A6 Diemen–Almere Havendreef).

In 2017 is ook de spitsstrook op de A9 vervallen (A9 Omlegging Badhoevedorp). Deze afnames waren niet in de Begroting 2017 verwerkt.

Indicator verkeersmanagement

Eenheid

2015

2016

Streefwaarde 2017

Realisatie 2017

Op alle bemeten wegvakken wordt betrouwbare reis- en routeinformatie ingewonnen en tijdig geleverd aan de serviceproviders.

% van bemeten rij baanlengte

94%

96%

89%

96%

Bron: Rijkswaterstaat, 2017

Toelichting:

Deze indicator geeft aan in welke mate RWS intensiteit- en snelheidsgegevens van de meetlocaties beschikbaar heeft en het tijdig doorgeeft aan de Nationale Databank Wegverkeersgegevens (NDW). In 2017 ligt de realisatie net als in 2015 en 2016 ruim boven de streefwaarde.

12.02 Beheer, onderhoud en vervanging

Motivering

Met het budget voor beheer, onderhoud en vervanging, zijn in 2017 uitgaven gedaan, die nodig zijn om het rijkswegennet en de onmiddellijke omgeving daarvan, in de staat te houden die noodzakelijk is, voor het vervullen van de primaire functie. Deze functie is het faciliteren van vlot, veilig en comfortabel vervoer van personen en goederen, onder de randvoorwaarde van een kwalitatief hoogwaardig milieu. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen regulier beheer en onderhoud enerzijds en vervangingen en renovaties anderzijds.

Producten

Het regulier beheer en onderhoud van rijkswegen omvat maatregelen aan verhardingen, kunstwerken (zoals bruggen, tunnels en viaducten), verkeersvoorzieningen, landschap en milieu en voorzieningen voor verkeersmanagement (zoals signalering en verkeerscentrales). Binnen het beschikbare onderhoudsbudget worden daartoe de noodzakelijke maatregelen opgenomen in de onderhoudsprogrammering.

Vervanging en renovatie (VenR) betreft het tijdig programmeren en nemen van maatregelen aan kunstwerken en wegen, waarbij regulier beheer en onderhoud niet meer voldoende is. Voornamelijk in de eerste helft en vanaf de jaren «60 van de vorige eeuw zijn veel kunstwerken gerealiseerd die, mede door het intensieve gebruik, nu of in de komende decennia het moment van einde levensduur naderen. Op basis van onderzoek wordt een analyse gemaakt voor welke kunstwerken wanneer vervanging of renovatie aan de orde is. Vervolgens worden deze opgenomen in het programma VenR.

12.02.01 Beheer en Onderhoud

De in 2017 gerealiseerde uitgaven voor het beheer en onderhoud betreffen:

  • Uitgaven voor onderhoud van verhardingen waaronder het herstel van vorstschade en het zoveel mogelijk voorkomen daarvan.

  • Uitgaven voor onderhoud van kunstwerken.

  • Uitgaven voor onderhoud aan DVM-systemen zoals matrixborden, informatiepanelen en verkeerscentrales.

  • Klein variabel en vast onderhoud aan verkeersvoorzieningen, zoals onderhoud aan bermen, geleiderail, bewegwijzering, geluidsschermen en verlichting.

  • Uitgaven voor geluidsmaatregelen (landschap en milieu) als gevolg van naleving van geluidproductieplafonds voor zover geen onderdeel van een aanlegproject.

De uitgaven betreffen zowel preventief als correctief onderhoud.

Uitgesteld en achterstallig onderhoud

Conform toezegging aan de Tweede Kamer wordt in het jaarverslag aangeven wat de omvang van het uitgesteld en (eventueel) achterstallig onderhoud aan het einde van het jaar was.

Voor het Hoofdwegennet beliep het uitgesteld onderhoud per 31 december 2017 € 314 miljoen, daarvan was € 2,6 miljoen achterstallig. Ten opzichte van 2016 is het uitgestelde onderhoud met € 88 miljoen toegenomen en het achterstallig onderhoud met € 12,4 miljoen afgenomen.

 

Jaarverslag 2016

Jaarverslag 2017

Toename (+) of afname (–)

 

Volume uitgesteld onderhoud

Waarvan achterstallig

Volume uitgesteld onderhoud

Waarvan achterstallig

Volume uitgesteld onderhoud

Waarvan achterstallig

Hoofdwegen

226

15

314

2,6

+88

– 12,4

Uitstel van onderhoud maakt onderdeel uit van de onderhoudsstrategie van Rijkswaterstaat. Het is een optimale keuze omdat er in veel gevallen mogelijkheden zijn om werkzaamheden te combineren met andere onderhouds- en aanlegmaatregelen. Dit leidt tot besparingen op de kosten en beperking van de hinder, omdat we maar één keer de weg op moeten en maar één keer verkeersmaatregelen genomen hoeven te worden. Deze keuze tot uitstel van onderhoud wordt gebaseerd op informatie uit risicogestuurde inspecties waarmee de werkelijke staat van objecten wordt bijgehouden. Uitgangpunt is dat de assets blijven voldoen aan geldende veiligheidsnormen en/of prestatieafspraken. Achterstallig onderhoud – waarbij niet meer aan deze normen en afspraken dreigt te worden voldaan – is uiteraard onwenselijk en wordt direct aangepakt indien dit noodzakelijk is voor het veilig functioneren van het hoofdwegennet.

Ten opzichte van 2016 constateren we een ontwikkeling waarbij het uitgesteld onderhoud toeneemt en achterstallig onderhoud afneemt. De toename van het uitgesteld onderhoud kent een aantal redenen. De voornaamste betreft de hierboven toegelichte planoptimalisatie. Daarnaast is ook sprake van tegenvallers bij geprogrammeerde onderhoudsmaatregelen. Deze tegenvallers worden in de programmering ingepast waardoor oorspronkelijk geprogrammeerde maatregelen naar een later moment worden uitgesteld om binnen de beschikbare budgetten en capaciteit te kunnen blijven, waarbij achterstallig onderhoud zo veel mogelijk wordt voorkomen. Verder neemt het aantal storingen toe door ouderdom en intensiever gebruik van de infrastructuur dan bij het ontwerp voorzien. Het oplossen van deze storingen verdringt de reeds geplande onderhoudsmaatregelen. Tot slot is geconstateerd dat de capaciteit voor regulier onderhoud onder druk staat.

De komende jaren wordt de omvang van het uitgesteld onderhoud jaarlijks gemonitord. Na een aantal jaren kan worden bezien of er een norm (beheersbare prikkel) uit af te leiden valt hoeveel uitgesteld onderhoud acceptabel is. Dit past in de lijn die is uitgedragen in de bestuurlijke reactie op het rapport van de Algemene Rekenkamer over de Instandhouding van het Hoofdwatersysteem dat eerst ervaring wordt opgedaan en dat inzichtelijke informatie werkende weg zal worden aangescherpt.

Voor het bepalen van de omvang van het achterstallig onderhoud is van de uitgestelde onderhoudsmaatregelen beoordeeld of de assets niet meer voldoen aan de geldende veiligheidsnormen en/of prestatieafspraken.

Meetbare gegevens

Areaal rijkswegen
   

Eenheid

Realisatie 2015

Realisatie 2016

Begroting 2017

Realisatie 2017

Toelichting

Rijbaanlengte

Hoofdrijbaan

km

5.800

5.803

5.799

5.804

1

Rijbaanlengte

Verbindingswegen en op- en afritten

km

1.616

1.650

1.625

1.677

2

Areaal asfalt

Hoofdrijbaan

km2

76

76

76

76

 

Areaal asfalt

Verbindingswegen en op- en afritten

km2

13

14

13

15

2

Groen areaal

 

km2

199

182

199

181

3

Bron: Rijkswaterstaat, 2017

Toelichting:

  • Ad 1) De netto toename in de rijbaanlengte (hoofdrijbaan) ten opzichte van de Begroting 2017, is de resultante van enerzijds een toename door A9 Omlegging Badhoevedorp en N31 Traverse Harlingen en anderzijds een afname door de overdracht van de N273 Omleiding Haelen naar provincie en gemeente.

  • Ad 2) In 2017 is de lengte en oppervlakte van de verbindingswegen en op- en afritten toegenomen. Dit komt met name door de versnelde openstelling van de nieuwe wisselbaan op de A1/A6, die langer is dan de oude wisselbaan. Daarnaast zijn er nieuwe verbindingswegen gerealiseerd voor A6/A7 Knooppunt Joure, en zijn bij de N31 Traverse Harlingen en A1 Apeldoorn-Zuid–Beekbergen en A2/A9 Knooppunt Holendrecht (A9 Holendrecht–Diemen Gaasperdammerweg) verbindingswegen en op- en afritten aangepast. Tevens is een nieuwe aansluiting op de A58 bij Goes gerealiseerd.

  • Ad 3) Voor het groen areaal heeft in 2016 een verbeterde administratieve inventarisatie plaatsgevonden, zoals reeds gemeld in het Jaarverslag 2016, waardoor het nieuwe getal de fysieke oppervlakte beter weergeeft. In 2017 zijn diverse kleine aanpassingen geweest langs diverse wegen, wat netto tot een kleine afname heeft geleid.

Omvang Areaal
 

Areaal

Eenheid

Begroting 2016

Omvang 2016

Begroting

x € 1.000

2017

Realisatie

x € 1.000

2017

Beheer, onderhoud en ontwikkeling

Oppervlakte wegdek1

km2

90

91

524.863

543.124

Bron: Rijkswaterstaat, 2017

1

exclusief verzorgingsbanen

Toelichting:

De toename van het oppervlakte wegdek wordt met name veroorzaakt door de versnelde oplevering van A1/A6 Diemen–Almere Havendreef inclusief wisselbaan, de A9 Omlegging Badhoevedorp en de aanpassing van A2/A9 Knooppunt Holendrecht (A9 Holendrecht–Diemen Gaasperdammerweg).

Indicatoren Beheer en Onderhoud
 

2015

2016

streefwaarde 2017

Realisatie 2017

Toelichting

De verhouding verstoringen door aanleg, beheer en onderhoud t.o.v. totale verstoringen

4%

3%

10%

4%

1

Tijdsduur (%) van het jaar dat de weg veilig beschikbaar is, zonder dat rijstroken zijn afgesloten of een snelheidsbeperking is ingesteld door aanlegwerkzaamheden, onderhoudswerkzaamheden, door falen infra of falen verkeersmanagement

98%

99%

90%

99%

2

Voldoen aan norm voor verhardingen (stroefheid en spoorvorming) en gladheidbestrijding en neemt tijdig, na constatering, maatregelen bij het (tijdelijk) niet voldoen van de norm bij wegen, viaducten, aquaducten, bruggen en tunnels (eenheid: % van de gevallen)

99%

99%

98%

99%

3

Bron: Rijkswaterstaat, 2017

Toelichting:

  • Ad 1) De verstoringen door aanleg en gepland beheer & onderhoud worden als percentage van de totale filezwaarte uitgedrukt. De filezwaarte is in 2017 gestabiliseerd. Het percentage verstoringen door aanleg en gepland beheer & onderhoud ten opzichte van totale verstoringen is van 3% in 2016 naar 4% in 2017 gestegen. Het hinderpercentage blijft daarmee nog steeds ver onder de norm van 10%.

  • Ad 2) De technische beschikbaarheid van de weg is met 99% ruim boven de gestelde streefwaarde.

  • Ad 3) De gerealiseerde waarde (99%) is iets hoger dan de streefwaarde. De goede realisatie komt met name door het tijdig preventief bestrijden van gladheid.

12.02.04 Vervanging

Onder de categorie Vervanging vallen uitgaven voor werkzaamheden die betrekking hebben op renovatie- en vervangingsinvesteringen. Door de veroudering van de infrastructuur en het veel intensievere gebruik dan bij ontwerp was voorzien wordt geïnvesteerd in de vervanging dan wel renovatie van objecten zoals bruggen, viaducten en tunnels of in reconstructie van (delen van) wegen. Het MIRT-projectenoverzicht 2018 bevat een uitgebreid en actueel overzicht van de lopende projecten binnen dit programma inclusief beschikbaar budget en planning.

12.03 Aanleg

Motivering

Door middel van voorbereiding en uitvoering van infrastructuurprojecten wordt bereikt dat de noodzakelijke capaciteit beschikbaar is en komt, met als doel de verwachte verkeersgroei te faciliteren en een betrouwbaar netwerk te realiseren met voorspelbare reistijden. Daarbij wordt rekening gehouden met de kaders van veiligheid en leefbaarheid.

12.03.01 Realisatie

Producten

In 2017 zijn de volgende mijlpalen gerealiseerd, die betrekking hebben op de realisatie van projecten:

Hoofdwegennet

Mijlpaal

Project

Openstelling

– A1 Apeldoorn Zuid-Beekbergen

– A6/A7 knooppunt Joure

– A50 Ewijk-Valburg

 

– Schiphol-Amsterdam-Almere deelproject A1/A6

 

– A9 Badhoevedorp

 

– N31 Harlingen

Start realisatie

– A4 Vlietland-N14 (onderdeel van de realisatie Rijnlandroute)

 

– A4/A44 RijnlandRoute

 

– A6 Almere (Schiphol-Amsterdam-Almere)

 

– A10 Knooppunten De Nieuwe Meer en Amstel

 

– A24 Blankenburgverbinding

 

– A27/A1 Utrecht Noord-knooppunt Eemnes-aansluiting Bunschoten

 

– N35 Zwolle-Wijthmen

Ten opzichte van de begroting zijn de volgende projecten eerder opengesteld, door versnelling in de realisatie:

  • Schiphol-Amsterdam-Almere deelproject A1/A6;

  • A9 Badhoevedorp.

Overige maatregelen

Meer veilig

In 2015 is gestart met de realisatie van het programma Meer Veilig 3 met een uitvoeringsperiode van 2015 tot en met 2018. Het programma bevat naast kosteneffectieve maatregelen voor het oplossen van verkeersonveilige locaties ook maatregelen voor het oplossen van onveilige situaties op routes. Het totaal aantal maatregelen binnen het programma Meer Veilig 3 is momenteel 80.

Per 31 december 2017 zijn 25 maatregelen afgerond. Van 51 maatregelen staat de realisatie voor eind 2018 gepland. Een viertal maatregelen loopt door na 2018, mede als gevolg van het combineren van de uitvoering van veiligheidsmaatregelen met onderhoudswerkzaamheden die gepland staan na 2018.

Ook is in 2017 een start gemaakt met de voorbereiding van het vervolg op Meer Veilig 3. In dit nieuwe programma wordt gewerkt aan maatregelen op het wegennet. Daarbij wordt een risico gestuurde aanpak gehanteerd en ligt de focus op het veiliger maken van de bermen.

Maatregelpakket Verzorgingsplaatsen

Dit pakket richt zich op het oplossen van de meest acute kwantitatieve en kwalitatieve knelpunten op verzorgingsplaatsen langs (inter-)nationale vrachtcorridors. Binnen dit pakket worden landelijk ruim 300 extra parkeerplaatsen voor vrachtwagens gecreëerd en zijn nog eens ruim 400 parkeerplaatsen meerjarig gehuurd. Daarnaast wordt ingezet op een structurele kwaliteitsverbetering van naar verwachting 35 tot 40 verzorgingsplaatsen. Het totaal hiervoor beschikbare budget bedraagt € 25 miljoen. Het grootste deel van de maatregelen is in 2017 afgerond. Zo is in 2017 in de provincie Zuid-Holland langs de A4, A12 en A15 de capaciteit met in totaal 55 parkeerplaatsen uitgebreid. Enkele maatregelen, met name in Noord-Brabant, worden in 2018/2019 gerealiseerd.

Meer Kwaliteit Leefomgeving

Dit pakket betreft het deel van het Meerjarenprogramma Ontsnippering (MJPO) dat betrekking heeft op het hoofdwegennet. De geplande werkzaamheden binnen het programma lopen door tot en met 2018. Een voorbeeld van een ontsnipperingsmaatregel is het plaatsen van een ecoduct of een dassentunnel. Hierdoor worden twee, door infrastructuur gescheiden natuurgebieden, in de ecologische hoofdstructuur weer met elkaar verbonden. Binnen het MJPO zijn er in het afgelopen jaar geen grote projecten opgeleverd. Wel zijn er meerdere kleine faunavoorzieningen gereed gekomen. Zoals een kleine faunatunnel onder de A27 bij Dorst, zodat amfibieën en dassen zich vrijer tussen de oostkant en westkant van de weg kunnen begeven. Onder het spoor en de A13 in Midden-Delfland zijn meerdere duikers met doorlopende oevers gerealiseerd. Hierdoor kunnen zoogdieren en amfibieën zich heen en weer bewegen tussen de Ackerdijkse Plassen en de Vlaardingse Vlietlanden. Ook hebben er meerdere aanbestedingen plaatsgevonden van een aantal MJPO-ecoducten, die in de komende jaren worden gerealiseerd. Het jaarverslag MJPO 2017, dat uitgebreide informatie bevat over de voortgang van het MJPO zal, halverwege 2018 aan de Tweede Kamer worden gezonden.

Projectoverzicht behorende bij 12.03.01: Realisatieprogramma Hoofdwegennet (bedragen x € 1 mln.)
 

Kasbudget 2017

 

Projectbudget

Openstelling

Toelichting

 

Begroting

Realisatie

Verschil

Begroting

Huidig

Begroting

Huidig

 

Projectomschrijving

2017

   

2017

 

2017

   

Projecten Nationaal

               

Kleine projecten / Afronding projecten

8

2

– 6

62

53

n.v.t.

n.v.t.

1

Programma 130 km

1

1

0

56

44

2

Programma aansluitingen

45

5

– 40

113

114

n.v.t.

n.v.t.

3

Quick Wins Wegen

1

0

– 1

12

12

 

ZSM 1+ 2 (spoedwet wegverbreding)

5

2

– 3

1.543

1.544

2016

2016

 

Projecten Noordwest-Nederland

               

A10 Amsterdam praktijkproef FES

4

2

– 2

51

51

2018

2018

 

A1/A6/A9 Schiphol/Adam-Almere

87

46

– 41

1.587

1.356

2024–2026

2024–2026

4

A9 Badhoevedorp

21

32

11

340

327

2018

2017

5

A2 Holendrecht-Oudenrijn

3

2

– 1

1.216

1.216

2012

2012

 

A28 Utrecht-Amersfoort

7

1

– 6

202

202

2013

2013

6

A28 Knooppunt Hoevelaken

29

29

0

743

763

2023–2025

2023–2025

 

A1 Bunschoten-Knooppunt Hoevelaken

1

0

– 1

24

20

2015

2015

 

N50 Ens-Emmeloord

2

0

– 2

16

20

2016

2016

 

A7-A8 Purmerend-Zaandam-Coenplein

1

0

– 1

21

21

2015

2015

 

A27/A1 Utrecht- Eemnes-Bunschoten

121

0

– 121

261

 

2018–2020

 

7

A10 Knooppunten Nieuwe Meer en Amstel

12

22

10

297

301

2028

2028

8

Projecten Zuidwest-Nederland

               

A24 Blankenburgtunnel (excl. tolopgave)

42

41

– 1

774

782

2022–2024

2022–2024

 

A4 Burgerveen-Leiden

0

2

2

547

548

2015

2015

 

A4-A44 Rijnlandroute

36

29

– 7

552

558

Regio

Regio

9

A4 Delft-Schiedam

6

7

1

658

659

2015

2015

 

A4 Vlietland/N14

0

0

0

14

16

Regio

2020–2022

 

N57/N59 EuroRAP

0

0

0

11

11

2020

2020

 

N61 Hoek-Schoondijk

1

0

– 1

119

111

2015

2015

 

A16 Rotterdam

0

18

18

 

984

 

2022–2024

10

Projecten Zuid-Nederland

               

A4 Dinteloord-Bergen op Zoom

0

1

1

258

258

2014

2014

 

A67 Aanpak toerit Someren

0

0

0

6

6

2015

2015

 

A2 Maasbracht-Geleen 1e fase

0

0

0

154

154

2013

2013

 

A2 Passage Maastricht

0

15

15

678

679

2016

2016

11

A76 Aansluiting Nuth

0

0

0

59

59

Regio

Regio

 

Projecten Oost-Nederland

               

A50 Ewijk-Valburg

4

4

0

270

271

2017

2017

 

N35 Combiplan Nijverdal

0

0

0

321

321

2015

2015

 

N18 Varsseveld-Enschede

100

0

– 100

337

 

2019–2021

 

12

N35 Wijthmen-Nijverdal

15

0

– 15

15

15

2018

2018

13

A1 Apeldoorn Zuid-Beekbergen

14

20

6

31

32

2017

2017

 

N35 Zwolle-Wijthmen

22

16

– 6

48

48

2018

2018

 

Projecten Noord-Nederland

               

N31 Leeuwarden (De Haak)

0

1

1

217

217

2014

2013

 

A7 Zuidelijke Ringweg Groningen fase 2

58

53

– 5

670

680

2019–2021

2019–2021

14

Overige maatregelen

               

Meer kwaliteit leefomgeving

20

20

0

176

177

     

Meer veilig

10

10

0

37

49

   

15

Verzorgingsplaatsen

0

0

0

25

     

16

Reservering snelfietsroutes

0

0

0

19

     

17

Afrondingen

 

2

           

Totaal uitvoeringsprogramma

676

383

– 293

12.540

12.679

     

Uitgaven op IF 12.03.01 m.b.t. planstudieprojecten

93

40

– 53

         

Uitgaven op IF 12.04 m.b.t. realisatie

 

– 6

– 6

         

Programma Realisatie (IF 12.03.01)

769

415

– 354

         

Budget Realisatie (IF 12.03.01)

619

415

– 204

         

Overprogrammering

– 150

0

150

         

Toelichting:

  • Ad 1) Kleine projecten/Afronding projecten. De lagere uitgaven komen door verschillende oorzaken bij diverse projecten. De belangrijkste is de vrijval van de aanbestedingsmeevaller, na het niet optreden van risico’s tijdens afrondende fase van projecten.

  • Ad 2) Programma 130 km. De resterende middelen van het veiligheidsprogramma «Aanpak Kritische Ontwerp Elementen», onderdeel van Programma 130 km, zijn overgeheveld naar het programma Meer Veilig. Binnen dit programma wordt door de aanpak van risicolocaties direct bijgedragen aan het verbeteren van de verkeersveiligheid.

  • Ad 3) Programma aansluitingen. Binnen het programma aansluitingen resteren nog twee grote projecten. Als gevolg van vertraging en daardoor verschoven openstelling van de aansluitingen A15-N3 en A16-N3. Doordat de afstemming met ProRail langer heeft geduurd dan gepland en als gevolg een vertraging in de bestemmingsplanprocedures.

  • Ad 4) A1/A6/A9 Schiphol-Amsterdam-Almere. In 2017 is het SAA-project A6 Almere als DBFM contract aanbesteed. Het projectbudget is overgeheveld naar artikel 12.04 Geïntegreerde Contractvormen. Daarnaast zijn bij het deelproject A1/A6, dat is opengesteld in 2017, minder risico’s opgetreden dan verwacht.

  • Ad 5) A9 Badhoevedorp. De hogere uitgaven in 2017 zijn veroorzaakt door het hogere tempo waarin de restwerkzaamheden en de sloop van de oude weg wordt uitgevoerd.

  • Ad 6) A28 Utrecht-Amersfoort. Bij dit project zijn bij de afronding van het project minder kosten, zoals nadeelcompensatie, gemaakt dan waarmee aanvankelijk rekening werd gehouden.

  • Ad 7) A27/A1 Utrecht-Eemnes-Bunschoten. In 2017 is project A27/A1 Utrecht-Eemnes-Bunschoten als DBFM contract aanbesteed. Het projectbudget is overgeheveld naar artikel 12.04 Geïntegreerde Contractvormen.

  • Ad 8) A10 Knooppunten Nieuwe Meer en Amstel. Het project is begin 2017 aanbesteed in combinatie met project Zuidasdok. Deze aanbesteding heeft geleid tot een aanpassing van de planning conform de inzichten van de Opdrachtnemer, wat heeft geleid tot hogere uitgaven realisatie in 2017.

  • Ad 9) A4-A44 Rijnlandroute. In 2017 heeft de btw-afdracht aan het btw-compensatiefonds niet plaatsgevonden, omdat de berekening tussen de verschillende btw-tarieven nog niet gereed was. Deze afdracht schuift door naar 2018.

  • Ad 10) A16 Rotterdam. De uitgaven betreffen uitgaven voor voorbereidende uitvoeringswerkzaamheden.

  • Ad 11) A2 Passage Maastricht. Met de aannemer zijn afspraken gemaakt over de bijkomende werkzaamheden bij de ingebruikname van de tunnel. Hierbij gaat het om aanvullende werkzaamheden rondom de bediening en om beheersmaatregelen bij opgetreden risico’s binnen het project. De overeenkomst is in 2017 gesloten. Het bijbehorende budget stond in de begroting geraamd vanaf 2018 en verder, en is daarom deels naar voren gehaald.

  • Ad 12) N18 Varsseveld-Enschede. In 2016 is project N18 Varsseveld-Enschede als DBFM contract aanbesteed. Het projectbudget is in 2017 overgeheveld naar het artikelonderdeel Geïntegreerde Contractvormen.

  • Ad 13) N35 Wijthmen-Nijverdal. Als gevolg van de benodigde voorbereidingen (participatie, onderzoeken, ontwerpen en procedures), is de start van de realisatie van de meeste maatregelen verschoven naar 2018.

  • Ad 14) A7 Zuidelijke Ringweg Groningen fase 2. Bij de gunning van het contract is afgesproken dat er een financiële herijking van het project zou plaatsvinden om te bepalen of de drie gewenste optimalisaties binnen het beschikbare budget kunnen worden ingepast. De herijking heeft meer tijd gekost, waardoor de uitvoering een half jaar later start en een deel van de betalingen doorschuift naar 2018.

  • Ad 15) Meer Veilig. De resterende middelen van het veiligheidsprogramma «Aanpak Kritische Ontwerp Elementen», onderdeel van Programma 130 km, zijn overgeheveld naar het programma Meer Veilig. Binnen dit programma wordt door de aanpak van risicolocaties direct bijgedragen aan het verbeteren van de verkeersveiligheid.

  • Ad 16) Verzorgingsplaatsen. Het project is in 2017 afgerond.

  • Ad 17) Reservering snelfietsroutes. De reservering voor snelfietsroutes is bij eerste suppletoire begroting 2017 voor € 18,5 miljoen overgeboekt naar Planuitwerking en voor € 0,5 miljoen overgeboekt naar de Provincies Noord-Brabant en Gelderland voor de uitvoering van fietsmaatregelen.

12.03.02 Verkenningen en Planuitwerkingen

Hieronder is het Projectoverzicht behorende bij 12.03.02 Verkenningen en Planuitwerkingen opgenomen.

Projectoverzicht behorende bij 12.03.02: Verkenningen en planuitwerkingen Hoofdwegennet (bedragen x € 1 mln.)
 

Projectbudget

Planning

       
     

TB

 

Openstelling

 

Toelichting

 

Begroting

Huidig

Begroting

Huidig

Begroting

Huidig

 

Projectomschrijving

2017

 

2017

 

2017

   

Verplicht

             

Realisatieuitgaven op IF12.03.01 m.b.t. planuitwerkingsprojecten

– 250

– 237

   

n.v.t.

n.v.t.

 

Projecten Nationaal

             

Beter Benutten

475

387

   

n.v.t.

n.v.t.

1

Geluidsaneringprogramma – weg

260

260

   

n.v.t.

n.v.t.

 

Lucht – weg (NSL hoofdwegennet)

196

198

   

n.v.t.

n.v.t.

 

Snelfietsroutes

 

16

       

2

Bijdrage aan agentschap t.b.v. externe kosten planuitwerkingen

192

176

   

n.v.t.

n.v.t.

 

Projecten Noordwest-Nederland

             

A1/A6/A9 Schiphol–Amsterdam–Almere, deeltraject A9 Amstelveen (deel 4)

709

717

2017

2017

2024–2026

2024–2026

 

A12/A27 Ring Utrecht

1.141

1.153

2017

2017

2024–2026

2024–2026

 

Rijksbijdrage aan de Noordelijke Randweg Utrecht

166

168

n.v.t.

n.v.t.

Regio

Regio

 

Stedelijke Bereikbaarheid Almere

26

26

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

 

Projecten Zuidwest-Nederland

             

A15 Papendrecht–Sliedrecht

6

15

2017

2018

2018–2020

2018–2020

3

Rijksbijdrage aan kwaliteitsprogramma Blankenburgverbinding

26

26

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

 

A13/A16 Rotterdam (excl. tolopbrengsten)

974

 

2016

 

2021–2023

 

4

A58 Aansluiting Goes

9

 

n.v.t.

 

n.v.t.

 

5

Projecten Zuid-Nederland

             

A2 't Vonderen–Kerensheide

262

265

2017

2017

2025–2027

2025–2027

 

A27 Houten–Hooipolder

860

1.263

2017

2017

2023–2025

2023–2025

6

N65 Vught–Haaren

46

98

n.v.t.

n.v.t.

2023–2025

2023

7

Programma Bereikbaarheid Zuid-Nederland: InnovA58

401

405

n.n.b.

2020

2022–2024

2022–2024

 

Programma Bereikbaarheid Zuid-Nederland: ITS en Smart Mobility

30

30

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

n.v.t.

 

Projecten Oost-Nederland

             

A1 Apeldoorn–Azelo

424

429

2017

2018

Fase 1: 2019–2021

Fase 1: 2020–2022

 
         

Fase 2: 2026–2028

Fase 2: 2026–2028

 

A1/A30 Barneveld

 

10

       

8

A12/A15 Ressen–Oudbroeken (excl. tolopbrengsten) (ViA15)

541

547

2017

2017

2021–2023

2021–2023

 

N35 Nijverdal–Wierden

104

105

2018

2018

2022–2024

2022–2024

 

Projecten Noord-Nederland

             

N33 Zuidbroek-Appingedam

96

97

2018

2019

2021–2023

2021–2023

 

Gebonden

             

Projecten Nationaal

             

Kosten voorbereiden tol

 

29

       

9

Reservering voor LCC

302

289

   

n.v.t.

n.v.t.

10

Tolreservering Blankenburgverbinding en ViA15

108

108

   

n.v.t.

n.v.t.

 

Vervolgprogramma Meer Veilig

 

30

       

11

Projecten Noordwest-Nederland

             

A7/A8 Corridor Amsterdam-Hoorn

300

300

         

Landzijdige Bereikbaarheid Lelystad Airport: Verbreding A6

49

51

 

2020

 

2021–2023

 

Landzijdige Bereikbaarheid Lelystad Airport: Aansluiting A6

 

13

       

12

Projecten Zuidwest-Nederland

             

A20 Nieuwekerk a/d IJssel–Gouda

 

175

 

2020

 

2024–2026

13

A4 Passage Den Haag

448

453

 

2019

 

2026–2028

 

A4 Leiden

 

50

       

14

Projecten Zuid-Nederland

             

A67/A73 Knooppunt Zaarderheiken

5

5

 

2019

     

Landzijdige Bereikbaarheid Eindhoven Airport

25

25

 

n.v.t.

     

Programma SmartwayZ.NL: A67 Leenderheide-Zaarderheiken

150

152

 

2020

     

Projecten Oost-Nederland

             

N50 Kampen–Kampen Zuid

 

5

       

15

Reservering terugbetaling voorfinanciering A1 Apeldoorn–Azelo

29

29

n.v.t.

 

n.v.t.

n.v.t.

 

Bestemd

324

197

         

Projecten in voorbereiding

             

Projecten Nationaal

             

Studiebudget Verkenningen / MIRT onderzoeken

           

Overige projecten in voorbereiding

             

Gesignaleerde Risico's

             

Gebiedsprogramma's

             

Projecten Noordwest-Nederland

             

Gebiedsprogramma regio Amsterdam

 

200

       

16

Projecten Zuidwest-Nederland

             

Gebiedsprogramma Rotterdam–Den haag

 

200

       

16

Projecten Oost-Nederland

             

Goederencorridor Oost

 

200

       

16

Totaal programma planuitwerking en verkenning

8.434

8.665

         

Begroting (IF 12.03.02)

8.434

8.665

         

Toelichting:

  • Ad 1) Beter Benutten. Vanuit het programma Beter Benutten zijn overboekingen gedaan via hoofdstuk XII aan decentrale overheden voor de uitvoering van de maatregelen die in het programma zijn vastgelegd.

  • Ad 2) Snelfietsroutes. Naar aanleiding van het amendement Hoogland (Kamerstukken II 2015–2016, 34 300 A, nr. 20) is voor snelfietsroutes een reservering getroffen (€ 18,5 miljoen). Een deel van deze middelen is besteed.

  • Ad 3) A15 Papendrecht–Sliedrecht. Bij de bestuurlijke overleggen MIRT in het najaar 2016 is afgesproken om de scope van het project A15 Papendrecht–Sliedrecht te verruimen. In de eerste fase van de planuitwerking A15 Papendrecht–Sliedrecht is gebleken dat de nulvariant niet maakbaar is. Hiervoor is extra budget ter beschikking gesteld door IenM en de betrokken partijen.

  • Ad 4) A16 Rotterdam. Het project A16 Rotterdam is overgegaan naar de realisatiefase en is opgenomen bij artikel 12.03.01 Realisatie.

  • Ad 5) A58 Goes. De bijdrage van het Rijk aan de A58 Aansluiting Goes is gestort in het Btw-compensatiefonds en het Gemeentefonds.

  • Ad 6) A27 Houten–Hooipolder. Er is aan het project A27 Houten–Hooipolder € 389 miljoen aan budget uit Vervanging en Renovatie (Art. 12.02.04) toegevoegd om drie bruggen binnen het project te vervangen (Kamerstukken II 2016–2017, 34 550 A, nr. 57).

  • Ad 7) N65 Vught–Haaren. Het taakstellend budget is opgehoogd met de bijdrage vanuit de regio (€ 51 miljoen).

  • Ad 8) A1/A30 Barneveld. De Tweede Kamer heeft een motie aangenomen om budget te reserveren voor de aanpak van A1/A30 Barneveld.

  • Ad 9) Kosten voorbereiding Tol. De kosten voor de voorbereiding van de tijdelijke tolheffing zijn geraamd op artikel 12.03.02. Deze uitgaven worden gefinancierd uit de tolontvangsten. Zie ook bijlage 7 Tol in de begroting 2018 waarbij inzicht wordt gegeven in de financiële stromen die samenhangen met de (voorbereiding op de) beoogde tolheffing op de trajecten Blankenburgverbinding en ViA15.

  • Ad 10) Reservering voor LCC. De reserveringen voor Life Cycle Costs (LCC) zijn geactualiseerd door de verlenging van het Infrastructuurfonds van 2028 naar 2031. Daarnaast zijn de verschillende Beheer en Onderhoudsreserveringen en nalevingskosten SWUNG verzameld onder de reserveringen voor LCC.

  • Ad 11) Vervolgprogramma Meer Veilig. In de MIRT-brief van het najaar 2016 is aangegeven dat er € 30 miljoen is gereserveerd vanuit de investeringsruimte Wegen voor het Vervolgprogramma Meer Veilig.

  • Ad 12) Lelystad Airport. In het najaar van 2016 is besloten om vanuit de investeringsruimte Wegen middelen toe te voegen aan het taakstellend budget voor de verbreding van de A6 Almere–Lelystad (€ 15 miljoen). Daarnaast is voor deze aansluiting reeds € 6,6 miljoen gestort in het Provinciefonds. Daarbij zijn de budgetten gesplitst weergegeven voor de verbreding van de A6 (€ 51 miljoen) en de aansluiting op de A6 (€ 12,9 miljoen).

  • Ad 13) A20 Nieuwerkerk ad IJssel–Gouwe. Het project is nieuw opgenomen nadat de startbeslissing is genomen in februari 2017.

  • Ad 14) A4 Leiden. In de MIRT-brief van het najaar 2016 is aangegeven dat er € 50 miljoen is gereserveerd vanuit de investeringsruimte Hoofdwegennet voor het project A4 Leiden.

  • Ad 15) N50 Kampen–Kampen Zuid. Dit is een nieuw opgenomen project.

  • Ad 16) Gebiedsprogramma’s. Zoals aangekondigd in de MIRT-brief in het najaar van 2016 is er voor de ieder van de drie gebiedsprogramma’s € 200 miljoen gereserveerd uit de investeringsruimte Wegen (12.07). Dit is voor het Programma bereikbaarheid Amsterdam, Programma bereikbaarheid Rotterdam-Den Haag en goederencorridor Oost.

12.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS

Motivering

Bij infrastructuurprojecten boven het drempelbedrag van € 60 miljoen en huisvestingsprojecten boven de € 25 miljoen wordt door middel van een Publiek Private Comparator (PPC) getoetst of een DBFM-(Design, Build, Finance en Maintain) contract meerwaarde op kan leveren. Infrastructuurprojecten die via een DBFM-contract worden aanbesteed, hebben als kenmerk dat sprake is van de overdracht van de integrale onderdelen van een bouwproject (ontwerp, bouw, onderhoud en financiering) aan een private opdrachtnemer. In plaats van een product wordt een dienst uitgevraagd, te weten de beschikbaarheid van de infrastructuur. De betaling voor deze dienst vindt plaats aan de hand van de overeengekomen prestatie die wordt afgezet tegen de daadwerkelijk geleverde prestatie: de beschikbaarheid.

De beschikbaarheidsvergoeding wordt pas uitgekeerd na oplevering van het project. Tijdens de bouw dient de DBFM-opdrachtnemer daarom zelf de financiering te regelen. Omdat het project gefinancierd is door banken en/of institutionele beleggers, is sprake van een sterke druk vanuit de financiers op de opdrachtnemer om de afgesproken prestatie ook te leveren: op tijd en binnen de geraamde kosten. Een lager prestatieniveau leidt tot lagere betalingen, die op hun beurt de terugbetaling van de financiering moeten zekerstellen. In de bouwfase is doorgaans wel sprake van een gedeeltelijke betaling (de partiële beschikbaarheidsvergoeding), als sprake is van de uitbreiding van een bestaande weg die ook tijdens de verbouwing beschikbaar moet blijven voor het wegverkeer. Bij openstelling van de weg wordt overgegaan naar een volledige beschikbaarheidsvergoeding. Het afronden van een aanbesteding resulteert in een meerjarige verplichting van zowel aanleg als ook beheer en onderhoud op het desbetreffende project. Op dit begrotingsartikel bestaat daarmee geen enkele budgetflexibiliteit. Slechts bij onderpresteren van de opdrachtnemer kunnen boetes en kortingen worden aangebracht.

De verplichting aan de opdrachtnemer vervalt aan het einde van de looptijd van het contract, waarna het beheer en onderhoud van deze wegvakken terugkomen bij RWS en de bijbehorende budgetten weer vallen onder het reguliere onderhoudsartikel (artikelonderdeel 12.02 Beheer, Onderhoud en Vervanging). Pas aan het einde van de looptijd kan de definitieve meerwaarde van de PPS-contractvorm worden bepaald en geconcludeerd of binnen het meerjarig budget is gebleven. Inmiddels is wel duidelijk dat mijlpalen rond tijdige beschikbaarheid bij deze projecten gehaald zijn, en ook de hoeveelheid meerwerk gedurende de bouwfase beperkt is gebleven.

In de DBFM(O)-Voortgangsrapportage 2016–2017 (Kamerstukken II 2016–2017, 28 753, nr. 43) zijn indicatoren opgenomen om deze prestaties te monitoren. In de Voortgangsrapportage is ook aangegeven dat de risicoverdeling in het standaardcontract mogelijk op een aantal punten zal worden bijgesteld ten aanzien van enkele specifieke risico’s, zoals het management van stakeholders, waarmee marktpartijen in het verleden op moeilijkheden stuitten. Eerder was al besloten om niet langer gebruik te maken van lijstrisico’s. Op deze wijze wordt proactief gezocht naar een betere verdeling van de risico’s, waarbij alle betrokkenen hun mogelijkheden inbrengen om risico’s zo veel mogelijk te beheersen.

Producten

Bij de projecten N31 Leeuwarden–Drachten, A12 Lunetten–Veenendaal, 2e Coentunnel en N33 Assen-Zuidbroek, A15 Maasvlakte-Vaanplein, A12 Veenendaal–Ede–Grijsoord en A1/A6 Diemen–Almere Havendreef is sprake van volledige beschikbaarheidsvergoedingen. De looptijd van deze contracten varieert.

De projecten A27/A1 Utrecht Noord–Eemnes–Bunschoten, A6 Almere, N18 Varsseveld–Enschede en de A9 Holendrecht–Diemen (Gaasperdammerweg) verkeren in de bouwfase en kennen een partiële beschikbaarheidsvergoeding. De volledige beschikbaarheidsvergoeding wordt na openstelling betaald.

Het afgelopen jaar heeft Contract Close plaatsgevonden van de A24 Blankenburgverbinding; Financial Close staat in 2018 gepland. De aanbesteding van de A16 Rotterdam is in volle gang. Verder is in 2017 gestart met de aanbesteding van de A9 Amstelveen.

De DBFM-conversie, overheveling van de begrotingsbedragen vanuit de budgetten voor aanleg (artikelonderdeel 12.03) en onderhoud (artikelonderdeel 12.02) naar dit begrotingsartikel, zal plaatsvinden na de «financial close» van deze contracten. Na afloop van het DBFM-contract zal het budget voor Beheer en Onderhoud weer worden toegevoegd aan artikelonderdeel 12.02 Beheer, Onderhoud en Vervanging. Bij verlenging van de periode van het Infrastructuurfonds worden deze budgetten gezien als een doorlopende verplichting.

Projectoverzicht behorende bij 12.04: Geïntegreerde contractvormen/PPS Hoofdvaarwegennet (bedragen x € 1 mln.)
 

Kasbudget 2017

 

Projectbudget

Openstelling

Toelichting

 

Begroting

Realisatie

Verschil

Begroting

Huidig

Begroting

Huidig

 

Projectomschrijving

2017

   

2017

 

2017

   

Projecten Noordwest-Nederland

               

Aflossing tunnels

53

46

– 7

1.239

939

1

A10 Tweede Coentunnel

51

60

9

2.223

2.141

2013

2013

2

A1/A6/A9 Schiphol–Amsterdam–Almere (A1/A6)

297

343

46

1.737

1.774

2019

2019

3

A1/A6/A9 Schiphol–Amsterdam–Almere (Gaasperdammerweg)

22

18

– 4

1.068

1.102

2021

2021

 

A1/A6/A9 Schiphol–Amsterdam–Almere (A6 Almere)

0

4

4

 

374

 

2020

 

A12 Lunetten–Veenendaal

24

22

– 2

642

666

2012

2012

 

A27/A1 Utrecht–Eemnes–Bunschoten

0

5

5

 

348

 

2018–2020

 

Projecten Zuidwest-Nederland

               

A15 Maasvlakte–Vaanplein

55

68

13

2.060

2.111

2015

2015

4

Projecten Zuid-Nederland

               

A59 Rosmalen–Geffen, PPS

1

0

– 1

288

277

2005

2005

 

Projecten Oost-Nederland

               

Ede Grijsoord

16

15

– 1

166

169

2016

2016

 

N18 Varsseveld

0

31

31

 

446

 

2018

5

Projecten Noord-Nederland

               

N31 Leeuwarden–Drachten

6

6

0

166

166

2007

2007

 

N33 Assen–Zuidbroek

37

15

– 22

350

331

2014

2014

6

Afrondingen

 

– 3

– 3

         

Tolgefinancierde uitgaven (NCW)

               

Tolgefinancierde uitgaven A24 Blankenburgtunnel

     

316

230

n.v.t.

n.v.t.

 

Tolgefinancierde uitgaven A12/A15 Ressen-Oudbroeken (ViA15)

     

286

289

n.v.t.

n.v.t.

 

Totaal

562

630

68

10.541

11.363

     

Uitgaven op IF 12.04 m.b.t. realisatie

 

8

           

Begroting (IF 12.04)

562

638

68

         

Toelichting:

  • Ad 1) Aflossing Tunnels. De lagere uitgaven zijn voornamelijk het gevolg van het afboeken van de meevaller bij het project Wijkertunnel. Eens in de 10 jaar wordt het contract herijkt. De scope en de daarbij behorende tarieven zijn opnieuw vastgesteld en de meevaller is afgeboekt.

  • Ad 2) A10 2e Coentunnel. De niet-geplande uitgaven in 2017 zijn voor het vereenvoudigen van de bediening, het verbeteren van het zichtbereik voor het schouwen en het veilig kunnen sluiten van de busbaan bij calamiteiten. De kosten vallen binnen het projectbudget.

  • Ad 3) A1/A6/A9 Schiphol–Amsterdam–Almere (A1/A6). De hogere realisatie op het deelproject A1/A6 is voornamelijk het gevolg van een snellere uitvoering dan gepland en als gevolg van de herfinanciering van het contract. Omdat de rentestand laag is, heeft de Opdrachtnemer de herfinanciering geïnitieerd. Eenmalig zijn hier kosten voor gemaakt, maar in totaal levert dit over de looptijd kostenvoordelen op.

  • Ad 4) A15 Maasvlakte–Vaanplein. De hogere uitgaven zijn veroorzaakt door restwerkzaamheden na voltooiing en het langer in stand houden van de oude Botlekbrug.

  • Ad 5) N18 Varsseveld–Enschede. In 2016 is de DBFM-aanbesteding van het project N18 Varsseveld–Enschede afgerond. De budgettaire reeksen zijn omgezet om aan de beschikbaarheidsvergoedingen te kunnen voldoen. Daarnaast was er een niet voorziene terugbetaling van de door de stakeholders betaalde indexering van circa € 4 miljoen. Deze terugbetaling is binnen het project opgevangen. Tevens verloopt de uitvoering van het optimaliseren van de bestaande N18 sneller dan voorzien.

  • Ad 6) N33 Assen–Zuidbroek. De lagere realisatie is het gevolg van het verschuiven van de verrekening van de aanbestedingsmeevaller met regionale partners naar latere jaren, de afstemming over de verrekening moet nog afgerond worden.

12.06 Netwerkgebonden kosten Hoofdwegennet

Motivering

Op dit artikelonderdeel worden de aan het netwerk te relateren apparaatskosten van RWS en de overige netwerkgebonden kosten verantwoord. Dit artikelonderdeel is in de Voorjaarsnota 2011 ingesteld als gevolg van de herstructurering van de bekostiging van RWS per 1 januari 2011. De Tweede Kamer is op 10 januari 2011 en 3 maart 2011 over de herstructurering van de bekostiging nader geïnformeerd (Kamerstukken II 2010–2011, 30 119, nr. 4 en Kamerstukken II 2010–2011, 30 119, nr. 5).

12.07 Investeringsruimte

Motivering

Op dit artikelonderdeel wordt de voor dit artikel beschikbare investeringsruimte verantwoord.

Licence