Base description which applies to whole site

Paragraaf 1 Uitzonderingsrapportage

a. Rechtmatigheid

Op basis van de beschikbare informatie bevatten:

  • de departementale verantwoordingsstaten over 2017 met de financiële toelichtingen daarbij en

  • de departementale saldibalansen per 31 december 2017 met de toelichtingen daarbij

geen zodanige onrechtmatigheden en/of onzekerheden, dat deze op grond van de rapporteringstoleranties of vanwege in het bijzonder te signaleren risico’s vermeld dienen te worden, behoudens het onderstaande.

Naleving van de wet- en regelgeving voor huurtoeslag

De uitgaven en ontvangsten voor de huurtoeslag worden door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties verantwoord op beleidsartikel 01 Woningmarkt van het begrotingshoofdstuk XVIII Wonen en Rijksdienst. De Rijksbegrotingsvoorschriften schrijven voor dat – indien bij statistische steekproeven de maximale fout (inclusief de geconstateerde onzekerheid) de tolerantiegrens overschrijdt – de som van de meest waarschijnlijke fouten en/of onzekerheden wordt gerapporteerd in de bedrijfsvoeringsparagraaf van het ministerie verantwoordelijk voor de uitvoering.

Voor de toeslagregelingen geldt een tolerantiegrens van 5%, behalve voor de huurtoeslag vanwege de geringe omvang van het desbetreffende begrotingshoofdstuk. Voor de huurtoeslag geldt voor 2017 een tolerantiegrens van € 99,9 mln. (2,3%). De maximale fout (inclusief de geconstateerde onzekerheid) in de uitgaven en ontvangsten voor de huurtoeslag overschrijdt de rapporteringstolerantie. De som van de meest waarschijnlijke fouten en onzekerheden voor deze uitgaven en ontvangsten bedraagt € 72 mln. (1,6%) en blijft daarmee onder de tolerantiegrens.

b. Totstandkoming niet-financiële verantwoordingsinformatie

Op basis van de beschikbare informatie zijn er geen belangrijke tekortkomingen geconstateerd die vermelding behoeven in de bedrijfsvoeringsparagraaf met betrekking tot de totstandkoming van de niet-financiële verantwoordingsinformatie.

c. Financieel- en materieelbeheer

Naleving van de aanbestedingsregels

Het tv-programma Zembla meldde op 1 februari 2017 dat er sprake zou zijn van onregelmatigheden bij een aanbesteding voor de Broedkamer van de Belastingdienst. Uit eigen onderzoek bleek later dat in dit geval de regelgeving voor aanbesteding inderdaad niet correct is gevolgd. Oorzaken waren het ontbreken van heldere procedures, een juiste en passende houding en gedrag van betrokken medewerkers en het onvoldoende aanwezig zijn van checks and balances. Naar aanleiding hiervan is een groot aantal verbeteringen doorgevoerd. Zo zijn de verantwoordelijkheden en bevoegdheden van en de samenhang en samenwerking tussen de verschillende dienstonderdelen verduidelijkt en aangescherpt. Ook het in 2017 ingestelde verscherpt toezicht op het door de Belastingdienst aangaan van verplichtingen zorgt voor de nodige extra checks and balances.

Interne fiscale beheersing

Op 27 januari 2017 is de Tweede Kamer geïnformeerd over de noodzaak om de beheersing van de fiscale processen binnen de Belastingdienst te verbeteren (Kamerstukken II 2016–2017, 31 066, nr. 331). Daartoe is begonnen met het inrichten van een Tax Control Framework (TCF) Belastingdienst. Het formuleren van een heldere en eenduidige fiscale strategie vormt hierbij een cruciaal startpunt. Deze strategie is inmiddels geformuleerd en zal breed worden uitgedragen om het fiscaal bewustzijn van managers en medewerkers binnen de Belastingdienst te vergroten.

In 2017 is een gateway review uitgevoerd op het implementatieplan TCF. Van de aanbevelingen die in de gateway review zijn gedaan, is met de aanbeveling «uitvoeren fiscale risicoanalyse» een start gemaakt en is de aanbeveling «verankeren TCF in de reguliere planning- en controlcyclus» geïmplementeerd.

Erf- en schenkbelasting

In 2017 is gebleken dat de oplevering van het nieuwe systeem voor de erf- en schenkbelasting is vertraagd, waardoor de aanslagen over 2017 later dan normaal zullen worden opgelegd. Bij Najaarsnota is de Tweede Kamer hierover geïnformeerd (Kamerstukken II 2017–2018, 34 845, nr. 1). De raming voor de erf- en schenkbelasting voor 2017 is met € 450 mln. neerwaarts bijgesteld. Het bedrag dat in 2017 niet opgelegd kan worden, zal in latere jaren alsnog worden geïnd.

Mini One Stop Shop

Vanaf 1 januari 2015 zijn de regels gewijzigd voor de omzetbelasting voor ondernemers die diensten verlenen aan particulieren in andere lidstaten op het gebied van elektronische dienstverlening, telecommunicatie en/of radio- en televisie-uitzendingen. De ondernemers die dergelijke diensten verrichten moeten vanaf 2015 de in rekening gebrachte btw aangeven en afdragen in de lidstaat van vestiging van de afnemer. In plaats van afzonderlijke aangiften en betalingen in iedere lidstaat, kan de ondernemer gebruik maken van de regeling Mini One Stop Shop (MOSS). Vanuit de Europese MOSS-regelgeving is bepaald dat ondernemers geen aangifte of correctie op een aangifte (en daarbij geen betalingen) mogen indienen na het verstrijken van de 3-jaarstermijn. Deze wetgeving dient voor 20 april 2018 gerealiseerd te zijn. De aanpassingen die nodig zijn om dit proces goed uit te voeren liggen op planning.

Bij de bouw van het MOSS-systeem is – op basis van urgentie in relatie tot de ingangsdatum van de wetgeving – een minimale variant van de benodigde applicaties geïmplementeerd. Een onbedoeld effect was dat er geen zekerheid kon worden verkregen over de volledigheid en juistheid van de gegevensverwerkingen. Inmiddels is door een succesvolle release eind februari deze onzekerheid verholpen. Ultimo 2017 staat in de financiële administratie een bedrag van circa € 336 mln. open, waarvoor nog moet worden vastgesteld dat aangifte en ontvangen bedrag met elkaar overeenkomen.

Afgehandelde bezwaren binnen Awb-termijn

In 2017 is het percentage Awb-conform afgehandelde bezwaren verbeterd van 81% naar 86%. Voor 2017 is het niet gelukt om de doelstelling van minimaal 90% te halen. Met name bij de behandeling van bezwaren inkomstenbelasting waren in 2017 de gevolgen van het vertrek van personeel merkbaar. Verder zijn de voorziene nieuwe digitale voorzieningen niet in 2017 opgeleverd. De oplevering van deze voorzieningen staat nu gepland voor het eerste half jaar 2018.

Overige bedrijfsvoeringsrisico’s bij de Belastingdienst

In 2017 hebben zich op een aantal terreinen binnen de Belastingdienst (bedrijfsvoerings)risico’s voorgedaan, waarover de Tweede Kamer al uitgebreid is geïnformeerd. Daarom wordt in deze bedrijfsvoeringsparagraaf verwezen naar de betreffende Kamerstukken. Het betreft de procedures bij de afgifte van rulings (Kamerstukken II 2017–2018, 25 087, nr. 187) en problemen bij veranderingen in de invordering in het segment MKB kleinbedrijf (Kamerstukken II 2017–2018, 31 066, nr. 389).

Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten

Als werkgever heeft het Ministerie van Financiën de opdracht invulling te geven aan de Wet banenafspraak en quotum arbeidsbeperkten. Op basis van de quotumregeling en het door het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid opgelegde quotum van 1,93% moeten het kerndepartement en de Belastingdienst (cumulatief) 26 respectievelijk 767 banen hebben gerealiseerd per 1 januari 2018. Het kerndepartement heeft eind 2017 met 30,3 fte’s aan de norm voldaan. Bij de Belastingdienst is het niet gelukt om het opgelegde quotum te halen. Eind 2017 heeft de Belastingdienst 155 banen gerealiseerd. De Belastingdienst heeft meerdere maatregelen getroffen om zo veel mogelijk banen voor medewerkers met een arbeidsbeperking te realiseren, maar evengoed wordt verwacht dat het quotum van 767 banen voor de Belastingdienst ook in 2018 niet haalbaar is.

Claims SNS Reaal

Sinds enkele jaren loopt een rechtszaak van de Staat over de onteigening van effecten en vermogensbestanddelen van SNS Reaal N.V. en SNS Bank N.V. De Ondernemingskamer buigt zich momenteel over de vaststelling van de schadeloosstelling. De uitkomst daarvan en de omvang van mogelijk daaruit volgende claims is nog niet bekend.

d. Overige aspecten van de bedrijfsvoering

Algemene Rekenkamer over het jaarverslag IX Financiën 2016

In 2017 is aandacht besteed aan de 8 onvolkomenheden in de bedrijfsvoering die door de Algemene Rekenkamer zijn geconstateerd in het Rapport bij het jaarverslag IX Financiën 2016 (Kamerstukken II 2016–2017, 34 725 IX, nr. 2).

Legacy-problematiek IT Belastingdienst

Verouderde ICT-systemen zorgen voor problemen in de uitvoering van de processen van de Belastingdienst, vooral bij het doorvoeren van nieuwe belastingmaatregelen. Het programma Regie modernisering IV-landschap beoogt deze zogenaamde legacy-problematiek en de bijbehorende risico’s op te lossen, zodat de dagelijkse continuïteit is geborgd en het doorvoeren van wetswijzigingen en andere procesvernieuwingen mogelijk is. Onder meer de afhankelijkheid van de besluitvorming op de Investeringsagenda en problemen met het ombouwen van applicaties naar een moderne technologie (rationalisatie) hebben tot een vertraging in de uitvoering van het programma geleid.

Integraal inzicht in beheer en onderhoud huidige ICT Belastingdienst

De Belastingdienst had in 2016 geen meerjarig inzicht in de uitgaven van beheer en onderhoud van de ICT-systemen. In 2017 zijn de resultaten opgeleverd die inzicht geven in de toewijzing van de ICT-uitgaven aan processen, middelen en subjecten (Kubus de Jong). Deze resultaten betreffen op het ICT-landschap aansluitende informatie uit de financiële administratie en door het dienstonderdeel Informatievoorziening vastgestelde verdeelsleutels. Ten behoeve van de financiële sturing wordt in 2018 gewerkt aan een verbeterd uitgavenmodel en de aanpassing van achterliggende administraties. Dit om het verband tussen (verwachte) uitgaven en besparingen eenduidig te kunnen leggen.

Managementinformatie Belastingdienst

De Belastingdienst heeft in 2017 gewerkt aan een verbetering van de managementinformatie door de ontwikkeling van een doelenhiërarchie, een daarop gebaseerde set van prestatie-indicatoren en een herziening van de interne managementrapportage. Het streven is te komen tot een rapportage waarin de belangrijkste afwijkingen en uitzonderingen ten opzichte van de doelstellingen duidelijk naar voren komen, zodat goed zichtbaar is waar bijsturing vereist is. Verder zijn er voorbereidingen getroffen om het huidige uitgavenmodel, dat inzicht geeft in de uitgaven van de Belastingdienst, de komende jaren ook als sturingsinstrument te kunnen gebruiken. Ook is begonnen met de ontwikkeling van een budgetmodule om het management van de Belastingdienst te ondersteunen bij het opstellen van meerjarige begrotingscijfers. Met de doorontwikkeling van de uitgaven- en budgetmodule zal de kwaliteit en beschikbaarheid van de sturingsinformatie verder worden verbeterd.

Sturing en beheersing Investeringsagenda

Onder de noemer van de Investeringsagenda staat de Belastingdienst voor de grote opgave zijn werkprocessen – waar mogelijk – digitaal en geïntegreerd uit te voeren. Deze opgave is nodig om goede eigentijdse dienstverlening te bieden voor burgers en bedrijven en adequaat toezicht uit te kunnen oefenen. In 2017 is de Investeringagenda herijkt, waarbij waarborgen zijn gesteld als: eisen aan het implementatieplan, een gefaseerde vrijgave van middelen voor projecten van de Investeringsagenda, rapportage-eisen, het laten uitvoeren van een second opinion op de Investeringsagenda met bijzondere aandacht voor de ICT-component, de inrichting van een governance op verbetering van sturing en beheersing en de uitwerking van programmamanagement. Op 19 september 2017 heeft de Staatssecretaris de Tweede Kamer (Kamerstukken II 2017–2018, 31 066, nr. 378) geïnformeerd over deze herijking. Op 29 november 2017 is het rapport van VKA/Berenschot over fase 1 van de second opinion aan de Kamer aangeboden (Kamerstukken II 2017–2018, 31 066, nr. 389).

Strategisch personeelsbeleid Belastingdienst

In 2017 heeft de Belastingdienst verder vorm gegeven aan het strategisch personeelsbeleid en de aansluiting daarvan op die van het kerndepartement. Onderdeel van het personeelsbeleid is een cyclus van meerjarige personeelsplannen, waarbij de in-, door- en uitstroom – ook in relatie tot de Investeringsagenda – op elkaar afgestemd worden. In het verlengde hiervan zijn in 2017 de managementrapportages over het verloop van de personele formatie en bezetting verder verbeterd. Verder wordt door de inrichting van de topstructuur van het DG Belastingdienst duidelijkheid gecreëerd over de taken en verantwoordelijkheden op het terrein van kaderstelling, control en uitvoering van het personeelsbeleid binnen de Belastingdienst.

M&O-beleid kleine belastingmiddelen Belastingdienst

In 2017 is het handhavingsbeleid en de organisatie met betrekking tot de kleine belastingmiddelen opnieuw ingericht. Het handhavingsplan voor 2018 is hierop aangepast. In dit kader is een werkwijze ontwikkeld, waarmee ketenbreed de eerste ervaringen worden opgedaan voor de middelen Verhuurdersheffing en Assurantiebelasting. Daarna volgen de overige middelen.

Bedrijfscontinuïteitsbeheer Belastingdienst

De Belastingdienst beschikt over een roadmap waarin stappen zijn aangegeven om het bedrijfscontinuïteitsbeheer te verbeteren. Doel is om – per bedrijfsonderdeel – voor de kritische processen een Business Impact Analyse (BIA) op te stellen, waarmee de risico’s voor bedrijfscontinuïteit in kaart worden gebracht. Door capaciteitsproblemen is dit in 2017 niet bij alle bedrijfsonderdelen volledig gelukt.

Aansturing van en toezicht op de Belastingdienst

In het verslagjaar zijn de nodige stappen gezet om het functioneren van en het toezicht op de Belastingdienst te verbeteren en te versterken. De aansturing van de Belastingdienst is ingericht volgens het rijksbrede toegepaste driehoeksmodel, met de rollen eigenaar, opdrachtgever en opdrachtnemer. Hiertoe is in 2017 het driehoeksoverleg opgericht; de uitgangspunten, rollen en wederzijdse verplichtingen zijn vastgelegd in een startdocument. Verder is de reorganisatie en versterking van HDFEZ in gang gezet. Per 1 oktober zijn kwartiermakers/beoogd afdelingshoofden gestart om de nieuwe organisatie mede vorm te geven. De rol van de SG als eigenaar wordt versterkt. Daarnaast is een nieuwe topstructuur voor de Belastingdienst vastgesteld, waarbij onderscheid wordt gemaakt tussen kaderstelling, control en uitvoering en zijn kwartiermakers benoemd voor de verschillende directies binnen de Belastingdienst. Ook is de planning- en controlcyclus tussen het kernministerie en de Belastingdienst versterkt. Zo is bijvoorbeeld in de jaarplanaanschrijving meer focus gelegd op strategische ontwikkelingen, inzicht in activiteiten, taken en budgetten, investeringen en risicomanagement (naar aanleiding van – onder andere – de COB-aanbevelingen).

Overige risico’s in de bedrijfsvoering

Algemene verordening gegevensverwerking

Vanaf 25 mei 2016 is de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) van de EU rechtstreeks van toepassing op alle gegevensverwerkingen door het Ministerie van Financiën. De einddatum waarop de AVG moet zijn geïmplementeerd is 25 mei 2018.

In 2017 is gewerkt aan het in overeenstemming brengen van de bedrijfsvoering met de AVG. De verwachting is dat het kerndepartement tijdig aan de vereisten van de AVG kan voldoen. Voor de Belastingdienst geldt dat de implementatie van de AVG zich voor de periode tot 25 mei 2018 richt op een te bereiken basispositie. Gelijktijdig moet ervoor worden gezorgd dat de Belastingdienst duurzaam in lijn komt met de eisen die de AVG stelt aan het verwerken van persoonsgegevens. Hiervoor is meer tijd nodig dan de voorgeschreven periode tot 25 mei 2018.

IT-beheer

In het kader van de wettelijke taak heeft de ADR ook in 2017 onderzoek gedaan naar het algemene beheer van specifieke IT-systemen van het kerndepartement. De ADR heeft hierbij gekeken naar het wijzigingsbeheer, wachtwoordbeheer, gebruikersbeheer, beveiliging van componenten en optioneel back-up en herstel. Op basis van haar onderzoek concludeert de ADR dat Financiën ten opzichte van eerder onderzoek in 2016 vorderingen heeft gemaakt met het verhelpen van de tekortkomingen op dit gebied. De opzet en bestaan van de beheersmaatregelen zijn grotendeels aanwezig en worden uitgevoerd. Naast het volledig maken van de opzet van de beheersmaatregelen, dient nog de vastlegging van de uitvoering op consistente en gestructureerde manier te gebeuren.

Agentschap

De afgelopen jaren heeft het Agentschap van de Generale Thesaurie gewerkt aan het ontwikkelen en verbeteren van de controlfunctie. Ook in 2017 heeft het Agentschap op dit gebied vorderingen geboekt. Zo is de interne controle geïntensiveerd en zijn processen, risico’s en beheersmaatregelen over het algemeen goed beschreven. Het verbeterproces is echter nog niet afgerond: er is met name op procesmatig ICT-gebied nog een aantal zaken die de komende tijd verbeterd kunnen worden om de controlfunctie bij het Agentschap optimaal in te richten.

Verder is bij het treasurymanagementsysteem van het Agentschap de mogelijkheid ontdekt om buiten het reguliere toegangspad hogere rechten te verkrijgen in de database. Om het risico op ongeautoriseerde wijzigingen in gebruikersdata af te dekken, zijn aanvullende beheersingsmaatregelen getroffen die van kracht blijven totdat een definitieve oplossing kan worden geïmplementeerd.

Licence