Base description which applies to whole site

Domein emancipatie

Tabel 114 Uitwerking strategische evaluatieagenda emancipatie1

Thema

Subthema

Type onderzoek

Afronding

Status

Conclusies/aanbevelingen

Art.

Arbeid

Monitor genderdiversiteit 2022

Ex-durante

2022

Lopend. Eerste monitor wordt eind 2022 gepubliceerd. Er volgen nog vier monitors.

Het aandeel vrouwen in de top van de (semi)publieke sector is gemiddeld gestegen van 35 naar 37 procent, maar dat deze stijging gaat erg traag. Verschillende organisaties en sectoren blijven nog achter als het gaat om genderdiversiteit in de top.

25

Arbeid

Nulmeting diversiteitsquotum

Ex-durante

2022

Lopend. Eerste nulmeting is gepubliceerd in maart 2022.

Om de effectmeting goed te laten verlopen is er in de nulmeting een controlegroep samengesteld van bedrijven die niet onder de topvrouwenwet vallen, maar verder wel gelijksoortige organisaties zijn als de beursgenoteerde bedrijven die wel onder de wetgeving vallen. Deze controlegroep van niet-beursgenoteerde bedrijven vertoont voor de aankondiging van het diversiteitsquotum een vergelijkbare ontwikkeling als de behandelgroep van beursgenoteerde bedrijven. Daarmee is aan een belangrijke randvoorwaarde voldaan en kan er dus in het vervolgonderzoek goed worden gemeten welk effect het diversiteitsquotum uit de wet op beursgenoteerde bedrijven heeft.

25

Arbeid

Verkenning landelijk eenouderpunt: Behoeftes en draagvlak in beeld

Ex-ante

2022

Afgerond

Uit de verkenning blijkt dat behoefte bestaat aan de verbetering van de algemene informatievoorziening en hulp aan alleenstaande ouders. Ook is er behoefte aan lotgenotencontact en een doorverwijsfunctie naar gemeenten. Dit onderzoek samen met het Ministerie van SZW gefinancieerd.

25

Sociale Veiligheid

Regenboogsteden 2019-2022

Ex-post

2022

Afgerond

1.Bij het programma Regenboogsteden valt de groeiende toename aan politieke belangstelling op lokaal niveau duidelijk op.2. De evaluatie toont aan dat hoe langer gemeenten zich inspannen voor lhbtiq+-beleid, hoe groter het draagvlak voor deze beleidsonderwerp wordt.

25

Sociale Veiligheid

Evaluatie Programma Veilige Steden

Ex-post

2022

Afgerond

1. Dankzij het programma Veilige Steden is de bewustwording over straatintimidatie onder inwoners en professionals vergroot.2. De gemeenten die meedoen aan Veilige Steden hebben meer kennis en inzicht gekregen in de lokale situatie.3. De evaluatie toont aan dat hoe langer gemeenten zich inspannen voorbeleid gericht op het vergroten van de (sociale) veiligheid voor vrouwen en meisjes, hoe groter het draagvlak voor dit beleidsonderwerp wordt.

25

Sociale Veiligheid

Genitale operaties bij kinderen met DSD jonger dan 12 jaar

Ex-ante

2022

Afgerond

Onderzoek naar hoeveel genitale operaties er in Nederland zijn uitgevoerd bij jonge kinderen met variaties in de geslachtsontwikkeling, ook wel bekend als kinderen met differences or disorders of sex development (DSD). Gelet op DSD-diagnosen waar overeenstemming over bestaat, zijn in de jaren 2014 t/m 2020 65 ingrepen verricht bij naar schatting 58 kinderen.

25

Sociale Veiligheid

Ervaringen en aanpak van pestgedrag tegenover lhbtiq+ jongeren in het voortgezet onderwijs

Ex-post

2022

Afgerond

Onderzoek naar wat lhbtiq+ leerlingen in het vos aangeven nodig te hebben om zich veilig te voelen op school. Dit omdat lhbtiq+ leerlingen pestgedrag van medeleerlingen en docenten ervaren. De bereidheid om pestgedrag te melden is laag: lhbtiq+ leerlingen bagatelliseren het pestgedrag uit zelfbescherming en ervaren angst voor repercussies van medeleerlingen na het maken van een melding. Ook het grote gebrek aan ingrijpen door docenten bij pestgedrag geeft de lhbtiq+ leerlingen een onveilig gevoel. De landelijke overheid wordt onder andere geadviseerd om scholen te verplichten twee vertrouwenspersonen te hebben en specifiek geld te oormerken voor het bespreekbaar maken van lhbtiq+ diversiteit op scholen (net zoals dit gebeurt bij de Gezonde School). Daarnaast is het van belang om meldingen serieus te nemen, terug te koppelen wat er met de melding gebeurt en leerlingen de controle geven hoe het probleem moet worden aangepakt. Daarnaast moet er duidelijker beleid worden ontwikkeld op scholen om de acceptatie van lhbtiq+ personen onder leerlingen en docenten te vergroten. Ook hier is inspraak van leerlingen van belang om vertrouwen in het beleid te vergroten.

25

Sociale Veiligheid

Acceptatie van seksuele en genderdiversiteit onder mbo-docenten

Ex-post

2022

Afgerond

Onderzoek naar wat binnen docententeams binnen het mbo nodig is om seksuele- en genderdiversiteit binnen deze teams bespreekbaar te maken. Om de acceptatie binnen docententeams te bevorderen is het met name zaak om in te zetten op 1) de noodzaak van het bespreekbaar maken van seksuele- en genderdiversiteit, 2) het wegnemen van de ervaren spanning rondom het thema en 3) negatieve attitudes ten opzichte van seksuele- en genderdiversiteit. Dat kan onder meer door de relatie met de student/sociale veiligheid centraal te stellen, problemen te signaleren en aandacht te hebben voor de framing van het thema seksuele- en genderdiversiteit. Ook kan worden ingezet op het gebruik van een aantal effectieve interventies.

25

Sociale Veiligheid

Verkenning van juridische en beleidsmatige interventies ter voorkoming en bestrijding van ‘conversietherapie’ | Rapport | Rijksoverheid.nl

Ex-ante

2022

Afgerond

De ministers Dijkgraaf (OCW), Yeşilgöz-Zegerius (JenV) en Bruins Slot (BZK) hebben op 16-05-2022 de Tweede Kamer het onderzoeksrapport «Verkenning van juridische en beleidsmatige interventies ter voorkoming en bestrijding van ‘conversietherapie’» toegestuurd. Het rapport onderzoekt de wettelijke mogelijkheden van maatregelen tegen therapieën voor homogenezing. Uit de verkenning blijkt dat het wettelijk verbieden van de conversiepraktijken een steun in de rug kan zijn voor mensen die conversiepraktijken hebben ondergaan. Het strafbaar stellen van deze praktijken, steunt slachtoffers en maakt helder dat dergelijke praktijken niet worden getolereerd. Voor een dergelijke wettelijke basis is er door verschillende partijen in de Tweede Kamer aangekondigd om te komen met een initiatiefwetsvoorstel. Het kabinet kijkt met interesse uit naar dit voorstel. Ook laat de verkenning zien dat een schoolomgeving een veilige omgeving moet zijn. Alleen dan kunnen leerlingen zich ten volle ontwikkelen. Om deze veilige school te creëren en te bevorderen worden de opdrachten aan scholen verduidelijkt. Denk hierbij aan het bijstellen van de kerndoelen en de wettelijke verplichting rondom burgerschap. Daarnaast laat de verkenning zien dat gesprekken met onafhankelijke geestelijk verzorgers een welkome ondersteuning kunnen zijn voor lhbtiq+ personen. De onafhankelijke geestelijk verzorgers kunnen hulp bieden bij de vragen die er bij lhbtiq+ personen leven over seksuele, gender en levensbeschouwelijke identiteit, en deze met elkaar in overeenstemming brengen.Bij de verkenning is gekeken naar de mogelijkheden om de ANBI-status of subsidies in te trekken als de aanvragende organisaties conversiepraktijken aanbieden te weigeren. Op dit moment is dat niet mogelijk omdat de Belastingdienst niet enkel vanwege mogelijke conversiepraktijken een ANBI-status in kan trekken.

25

Gender-diversiteit en gelijke behandeling

LHBTI+ en huiselijk en seksueel geweld

Ex-durante

2022

Afgerond

Onderzoek op verzoek van de Tweede Kamer over de verbanden tussen seksuele oriëntatie, genderidentiteit en geweld achter de voordeur. Hierbij zijn de volgende aspecten aan bod gekomen:1. Risicofactoren en daderprofielen bij huiselijk geweld tegen bi+, trans en intersekse personen;Uit de literatuur komt een aantal risicofactoren naar voren voor bi+, trans en intersekse personen. Deze risicofactoren vergroten voor de hele bevolking de kans om te maken te krijgen met huiselijk of seksueel geweld, maar komen vaker voor bij bi+, trans of intersekse personen. Voor alle drie de groepen is een gebrek aan netwerk en contact met andere lhbti+ personen een factor waardoor mensen meer risico lopen om te maken te krijgen met vormen van geweld. Voor bi+ en trans personen blijkt dat ook een slechtere sociaaleconomische positie, een slechtere mentale gezondheid en (emotionele) mishandeling of verwaarlozing als kind factoren zijn die meespelen in dit verhoogde risico. Meer seksuele partners en een meer experimenteel seksleven hangt samen met het hoge risico dat bi+ vrouwen ondervinden, net alseen jonge leeftijd.Het daderprofiel dat het meest terugkomt bij biseksuele vrouwen die slachtoffer worden van huiselijk of seksueel geweld zijn mannelijke (ex)partners. Verdere daderprofielen zijn niet mogelijk om te constateren vanwege de lage aantallen biseksuele personen in de gebruikte datasets en het feit dat trans en intersekse personen hierin niet te identificeren zijn.2. Effectieve en inclusieve hulpverlening aan bi+, trans en intersekse personen die te maken krijgen met huiselijk of seksueel geweld;In de preventie van en hulpverlening bij geweld in de huiselijke sfeer is nog weinig aandacht voor de specifiekebehoeften van de lhbti+ groep, en voor bi+, trans en intersekse mensen in het bijzonder. Met name omdat de lhbti+ groep juist een grotere kans heeft om slachtoffer te worden van huiselijk en/of seksueel geweld, is specifieke aandacht en kennis nodig om werkelijk effectief hulpverlening te kunnen bieden of aan preventie te kunnen doen. Een deel van de in dit onderzoek betrokken organisaties is op dit moment begonnen met initiatieven op het thema lhbti+. Buiten de Randstad lijkt echter minder aandacht te zijn voor dit onderwerp. Veilige opvang voor trans personen bij huiselijk geweld kan op dit moment nog niet altijd gegarandeerd worden. Het feit dat hulpverlening altijd maatwerk is betekent dat hulpverlening aan lhbti+ personen uiteraard ook goed kan gaan. Maar tegelijkertijd bestaat er handelingsverlegenheid en onwetendheid onder hulpverleners, wat voorkomt dat zij uitgebreid het gesprek voeren over iemands seksuele oriëntatie of genderidentiteit. Inzicht in alle aspecten van iemands leven komt de effectiviteit van hulpverlening ten goede.3. Effectieve preventie van huiselijk en seksueel geweld tegen bi+, trans en intersekse personen.Bestaande hulpverlening bij en preventie van huiselijk en seksueel geweld kan effectiever gemaakt worden door in te zetten op:a. bewustwording van de hogere kans die de lhbti+ groep heeft om te maken te krijgen met huiselijk en seksueelgeweld, alsook de bijbehorende context ten aanzien van risicofactoren voor geweld en dat deze vaker voorkomenonder lhbti+ groepen;b. Het (online) bereiken van de lhbti+ groepen en het uitstralen van lhbti+ inclusie in de communicatie, en seksuele diversiteit expliciet als uitgangspunt hanteren;c. correcte/beleefde bejegening en inclusief taalgebruik voor de lhbti+ doelgroep door hulpverleners, inclusief het beschikbaar stellen van trainingsaanbod of collega’s met expertise op dit vlak;d. goed inzicht op (belangen)organisaties in de regio die aanvullende ondersteuning kunnen bieden met specifieke lhbti+ expertise en aanbod lhbti+ lotgenotencontact;e. het inrichten van opvang specifiek voor lhbti+ of trans personen;f. een grotere nadruk op plegers van huiselijk en seksueel geweld in preventieactiviteiten en hoe hun gedrag veranderd zou kunnen worden.Onderzoek wordt in opdracht van het Ministerie vanVWS uitgevoerd en het Ministerie van OCW was mede-financierder.

25.

Algemeen

Emancipatiemonitor 2022

Ex-durante

2022

Afgerond

De Emancipatiemonitor bevat de resultaten van tweejaarlijks onderzoek naar de emancipatie van vrouwen in Nederland. Aan de hand van de meest actuele gegevens over de positie van vrouwen en mannen brengt deze monitor de stand van het emancipatieproces in kaart. Op basis van deze monitor wordt veel kennis vergaard over gendergelijkheid op de arbeidsmarkt en de veiligheid van vrouwen.In 2022 blijft Nederland derde op de Europese Gender Equality Index. Op het gebied van arbeid en inkomen zet de stijging van de economische zelfstandigheid en financiële onafhankelijkheid van vrouwen door. Verder daalt de ongecorrigeerde loonkloof bij de overheid tussen 2018-2020 van 8 naar 6 procent, in het bedrijfsleven blijft dit 19 procent. Daarnaast is de arbeidsparticipatie is bij vrouwen harder gestegen dan bij mannen. Ook werken vrouwen steeds meer in een grote in plaats van een kleine deeltijdbaan. Daarnaast valt op dat het onbenut arbeidspotentieel relatief groot is onder werkende moeders, en dat 44,5 procent van de vrouwen na de komst van het eerste kind stopt met betaalde arbeid of minder gaat werken, terwijl vaders dan vaak voltijds blijven werken. Wat betreft onderwijs kiezen steeds meer vrouwen voor bètaonderwijs, behalve op de havo en het vwo. Het aandeel mannen in zorgopleidingen stijgt echter alleen op het vmbo en mbo. Als het gaat om ongewenste seksuele aandacht, ondervinden vrouwen dit zes keer zo vaak op het werk als mannen.

 

Algemeen

LHBT-monitor 2022: Opvattingen over seksuele en genderdiversiteit in Nederland en Europa (deel 1)

Ex-durante

2022

Afgerond

De LHBT-monitor schetst een beeld van de leefsituatie van lhbt personen op domeinen als veiligheid, gezondheid en werk. Daarnaast schetst de monitor een beeld van de opvattingen van de algemene Nederlandse bevolking over lhbt-personen. Er wordt gekeken welke groepen op voor- en achterstand staan en welke ontwikkelingen hierin te zien zijn.Uit de LHBT-monitor van 2022 blijkt dat Nederlanders overwegend positief denken over homo- en biseksualiteit. Zo heeft slechts 4 procent expliciet negatieve opvattingen en zijn de opvattingen binnen Europa alleen in IJsland nog positiever. De opvattingen over transgender personen zijn iets minder positief, hierover heeft 9 procent van de Nederlanders negatieve opvattingen. De acceptatie van homo- en biseksualiteit en transgender personen is toegenomen in afgelopen 15 jaar. Echter is de toename van acceptatie in de laatste paar jaren hiervan beperkt. Het Sociaal Cultureel Planbureau (SCP) spreekt daarom van «stagnatie» en «begrensd optimisme». Negatieve opvattingen over lhbt personen komen relatief vaker voor onder mensen van verschillende religies, met een migratieachtergrond en mensen in niet-stedelijk gebied, maar juist binnen deze groepen is de acceptatie het sterkste gegroeid.

 

Algemeen

LHBT-monitor 2022: De leefsituatie van lesbische, homoseksuele, biseksuele en transgender personen in Nederland (deel 2)

Ex-durante

2022

Afgerond

Wat betreft de leefsituatie van lhbt personen zelf, blijkt dat lhb personen vaker slachtoffer zijn van geweld, respectloos gedrag en seksueel geweld dan heteroseksuele personen. Bi+ personen hebben relatief nog vaker met (seksueel) geweld en onveiligheidsgevoelens te maken. Zo was 44 procent van de bi+ vrouwen afgelopen jaar slachtoffer van seksueel geweld. Ook zijn bi+ personen ca. twee keer zo vaak depressief als heteroseksuele personen. Voor transgender personen valt op dat 52 procent van hen in laagste inkomenscategorie zit, tegenover het Nederlandse gemiddelde van 27 procent. De positie transgender vrouwen is extra precair. Verder valt op dat specifiek lhb jongeren en lhb personen met migratieachtergrond relatief nog vaker met geweld en onveiligheidsgevoelens te maken krijgen dan lhb personen in het algemeen.

 
1

Deze tabel is in lijn gebracht met de Strategische Evaluatie Agenda (SEA) zoals opgenomen in de begroting 2022; en

Domein emancipatie

De algemene doelstelling van het emancipatiebeleid is het realiseren van gendergelijkheid en gelijkheid wat betreft seksuele oriëntatie, genderidentiteit en geslachtskenmerken in de Nederlandse samenleving. Dit dient te geschieden op in ieder geval de terreinen: onderwijs, veiligheid, gezondheid, arbeidsmarkt, media, politiek, recht en leefvormen.

Uitgangspunt van het emancipatiebeleid van dit kabinet is dat iedereen in Nederland gelijkwaardig is en iedereen de vrijheid heeft om te houden van wie je wilt en om zichtbaar je zelf te kunnen zijn. Om dit te bereiken wordt ingezet voor gender- en lhbti-gelijkheid en het voorkomen van discriminatie van en geweld tegen deze groepen

De directie Emancipatie gaat over zowel m/v-emancipatie, ofwel gendergelijkheid, als over lhbti-emancipatie. De directie Emancipatie heeft, in tegenstelling tot de meeste directies, geen eigen wet- en regelgeving, of stelsel waarvoor het verantwoordelijk is, maar is actief op een breed scala aan onderwerpen dat voor een groot deel onder de verantwoordelijkheid van andere departementen valt. De directie heeft hierbij vooral een agenderende, coördinerende en aanjagende rol. Daarbij wordt nauw samen gewerkt met maatschappelijke organisaties, andere overheden en andere departementen. Dit heeft impact op de manier van werken en daarmee ook op de manier waarop geëvalueerd kan worden.

De directie werkt aan verschillende dossiers, die ondergebracht zijn in drie hoofdthema’s: arbeid, sociale veiligheid en genderdiversiteit & gelijke behandeling. Op de belangrijkste dossiers van de directie bestaan soms raakvlakken en overlap tussen onderwerpen op het gebied van gendergelijkheid en lhbti-emancipatie. Het komt echter ook voor dat dossiers exclusief over de positie van vrouwen of lbhti-personen gaan.

Thema arbeid

Elke vrouw moet financieel onafhankelijk zijn en haar kwaliteiten op de arbeidsmarkt waar kunnen maken.

Het beleid van de directie emancipatie richt zich zowel op de «bovenkant» als de «onderkant» van de arbeidsmarkt. Met andere woorden, de inzet is gericht op het bevorderen van de doorstroom van vrouwen naar topposities, maar ook op het bevorderen van arbeidsparticipatie en financiële onafhankelijkheid van vrouwen. Het beleid richt zich onder andere op het creëren van betere omstandigheden op de arbeidsmarkt zoals het tegengaan stereotypering, bevorderen gelijk loon, en het faciliteren van de combinatie van arbeid en zorg.

Uit bovenstaande tabel wordt duidelijk dat er veel gebeurt op het vlak van topvrouwen. Dat is logisch. Er wordt momenteel gewerkt aan wet- en regelgeving en het is belangrijk een en ander goed te evalueren en monitoren.

Thema sociale veiligheid

Alle mensen moeten zich (sociaal) veilig kunnen voelen. Het beleid richt zich op het bevorderen van sociale veiligheid van vrouwen en lhbti-personen. Hierbij is aandacht voor specifieke groepen in de samenleving die veel te maken krijgen met onveiligheid of geweld.

Beide grote programma’s vanuit Sociale Veiligheid, Regenboogsteden en Veilige Steden, zullen dit jaar inhoudelijk worden geëvalueerd. Het betreft hier de inhoudelijke opbrengsten van het Veilige Steden programma en van de Regenboogsteden. Dit is een ander type evaluatie dan de strategische evaluatie «werken met gemeenten». Het gaat daarbij om het hoe, en niet om de inhoud. De strategische evaluatie kijkt naar het instrument, de manier van werken, de vormgeving van de samenwerking.

Genderdiversiteit & gelijke behandeling

Alle mensen zijn vrij om hun identiteit vorm te geven. Het beleid richt zich op het bevorderen van gelijke behandeling, de acceptatie van genderdiversiteit en het tegengaan van stereotypering. Er wordt op het vlak van wet- en regelgeving veel samengewerkt met andere departementen. Komend jaar zal opnieuw worden gekeken naar de representatie van vrouwen in de media.

Thema algemeen

Tenslotte is eind 2020 de emancipatiemonitor verschenen en wordt dit jaar de lhbt-monitor van het Sociaal Cultureel Planburea (SCP) verwacht. Het SCP is momenteel bezig met een intern proces waarbij ze hun werkzaamheden aan het herzien zijn. Dit heeft gevolgen voor de monitors. Omdat beide monitors voor de evaluatie van het beleid onmisbaar zijn, wordt geprobeerd deze elders onder te brengen. De uitkomst van dit proces is nog onzeker, maar dat tweejaarlijks gemonitord blijft worden, staat buiten discussie.

Wanneer je een en ander schematisch probeert weer te geven, kom je de eerdere tabel, waarin lhbti-emancipatie en m/v-emancipatie door de andere thema’s heen snijden. Bijna alle dossiers zijn hierin onder te brengen. Voor de algemene onderwerpen die door alle thema’s heen snijden is de categorie overig toegevoegd. Hierin vallen bijvoorbeeld de emancipatie- en de lhbt-monitor die rapporteren over alle domeinen.

Licence