Begrotingsgefinancierde en premiegefinancierde regelingen
In de begrotingen en de jaarverslagen van het Ministerie van SZW wordt gerapporteerd over zowel begrotingsgefinancierde als premiegefinancierde regelingen. In de beleidsartikelen waar premiegefinancierde uitgaven en ontvangsten voorkomen zijn deze opgenomen in een afzonderlijke tabel ‘Budgettaire gevolgen van beleid’. In de paragraaf beleidsprioriteiten wordt ingegaan op de ontwikkeling van het totaal van deze uitgaven. De begrotingsgefinancierde uitgaven en ontvangsten komen een-op-een voort uit de administratie van SZW. De premiegefinancierde uitgaven en ontvangsten zijn afgeleid uit de jaarverslagen van UWV en de SVB.
Focusonderwerp
De Tweede Kamer heeft verzocht om bij de verantwoording over het jaar 2024 aandacht te besteden aan het onderwerp "Prioriteren van beleid met aandacht voor de uitvoering en arbeidsmarkt". Zoals voorgeschreven in de Rijksbegrotingsvoorschriften, is de informatie hierover opgenomen in de beleidsprioriteiten (paragraaf 4.5 Onderuitputting).
Grondslagen voor de vastlegging en waardering
De verslaggevingsregels en waarderingsgrondslagen die van toepassing zijn op de in dit jaarverslag opgenomen financiële overzichten zijn ontleend aan de Comptabiliteitswet 2016 en de daaruit voortvloeiende regelgeving, waaronder de Regeling rijksbegrotingsvoorschriften 2025 en de Regeling agentschappen. Voor de departementale begrotingsadministratie wordt het verplichtingen-kasstelsel toegepast en voor de baten-lasten agentschappen het baten-lastenstelsel. Sinds 1 januari 2018 vallen onder het Ministerie van SZW geen agentschappen meer.
Motie Schouw
In juni 2011 is de motie Schouw ingediend en aangenomen. Deze motie zorgt ervoor dat de landenspecifieke aanbevelingen van de Raad op grond van de nationale hervormingsprogramma's een eigenstandige plaats krijgen in de departementale begrotingen. In de beleidsprioriteiten (paragraaf 4.1 Het beeld van 2024) wordt teruggekomen op de landenspecifieke aanbevelingen zoals verwoord in de begroting.
Gegevens oude jaren
In dit jaarverslag worden ook kerncijfers gepresenteerd over jaren vóór 2024. Hierbij wordt uitgegaan van de meest recente informatie. Dit betekent dat deze cijfers kunnen afwijken van voorlopige gegevens die in vorige jaarverslagen werden gepresenteerd.
Afwijkingen van de Rijksbegrotingsvoorschriften
Bij de budgettaire tabellen in het beleidsverslag wordt het verschil tussen de budgettaire raming uit de begroting 2024 en de realisatie voor het jaar 2024 toegelicht indien de afwijking tussen raming en realisatie groter is dan 5% van het begrotingsbedrag of groter is dan € 25 miljoen. Hiermee wordt afgeweken van model 3.22e uit de Regeling rijksbegrotingsvoorschriften 2025.
Groeiparagraaf
Er zijn geen noemenswaardige aanpassingen.