Voor het meest recente overzicht van de programmering van periodieke rapportages / beleidsdoorlichtingen, zie het overzicht Ingepland en uitgevoerd onderzoek op rijksfinancien.nl. Voor de realisatie de in 2024 afgeronde en andere grote (evaluatie)onderzoeken, zie paragraaf 3.4 Realisatie periodieke rapportages / beleidsdoorlichtingen.
Leeswijzer:
– EA: ex ante ondezoek;
– ED: ex durante evaluatie;
– EP: ex post evaluatie.
Publieke gezondheid | |||||
---|---|---|---|---|---|
Titel Onderzoek | Type onderzoek | Afronding | Status | Begrotingsartikel(en) | Vindplaats onderzoek |
Versterking van de publieke gezondheid | EP | 2021 | afgerond | art. 1 | |
Doorlichting RIVM | EP | 2022 | afgerond | art. 1 | |
Evaluatie schema Rijksvaccinatieprogramma | EP | 2022 | afgerond | art. 1 | |
Monitor Kansrijke Start | ED | 2023 | afgerond | art. 1 | |
Kaderwetevaluatie ZonMw | ED | 2023 | afgerond | art. 1 | |
Evaluatie subsidieregeling NODOK | ED/EP | 2023 | afgerond | art. 1 | |
Rapportage GALA-monitor 2024 | ED | 2024 | afgerond | art. 1 | |
Preventie | |||||
Titel Onderzoek | Type onderzoek | Afronding | Status | Begrotingsartikel(en) | Vindplaats onderzoek |
Preventie in het zorgstelsel | ED | 2021 | afgerond | art. 1 | |
Voortgangsrapportage Nationaal Preventieakkoord (2020) | ED | 2021 | afgerond | art. 1 | |
Alles is gezondheid ... | ED | 2018-2022 | afgerond | art. 1 | |
Evaluatie lokale en regionale preventieakkoorden | EP | 2022 | afgerond | art. 1 | |
Voortgangsrapportage Nationaal Preventieakkoord (2021) | ED | 2022 | afgerond | art. 1 | |
Tussentijdse evaluatie PrEP-pilot | ED | 2022 | afgerond | art. 1 | |
Toekomstverkenning Regeling aanvullende seksuele gezondheidszorg | EA | 2023 | afgerond | art. 1 | |
Toekomstverkenning Neonatale Hielprikscreening | EA | 2023 | afgerond | art. 1 | |
Alcoholverkoop op afstand | EP | 2023 | afgerond | art. 1 | |
Gemeentelijk preventie- en handhavingsbeleid alcohol | ED | 2023 | afgerond | art. 1 | |
Evaluatie gezonde school | ED | 2023 | afgerond | art. 1 | |
Monitor kidsmarketing | ED | 2023 | afgerond | art. 1 | |
Monitor GLI | ED | 2023 | afgerond | art. 1 | |
voedselconsumptiepeiling 2019-2021 | ED | 2023 | afgerond | art. 1 | |
tussenevaluatie NAPV | ED | 2023 | afgerond | art. 1 | |
Natrium-, kalium- en jodiumonderzoek in Nederland: stand van zaken omtrent beleidsmaatregelen en monitoring | RIVM | ED | 2023 | afgerond | art. 1 | |
Geldstromen marketing voeding | EA | 2023 | afgerond | art. 1 | |
onderzoek getrapte verbruiksbelasting alcoholvrije dranken | EA | 2023 | afgerond | art. 1 | |
GR advies richtlijnen goede voeding bij HVZ door atherosclerose | ED | 2023 | afgerond | art. 1 | |
GR advies gezonde eiwittransitie | ED | 2023 | afgerond | art. 1 | |
Evaluatie wetgeving toevoeging aminozuren aan voedingsmiddelen en -supplementen | RIVM | ED | 2023 | afgerond | art. 1 | |
Advies aanvaardbare bovengrenzen voor vitamines en mineralen GR | EA | 2023 | afgerond | art. 1 | |
onderzoek btw verlaging groente fruit ( formeel opdrachtgever min FIN, VWS intensief betrokken) | EA | 2023 | afgerond | art. 1 | |
Bevolkingsonderzoeken | ED | 2024 | afgerond | art. 1 | |
Impact van het Nationaal Preventieakkoord voor roken, overgewicht en problematisch alcoholgebruik | EP | 2024 | afgerond | art. 1 | |
Update van de impact van de JOGG-aanpak op overgewicht en beweeggedrag bij kinderen en jongeren | ED | 2024 | afgerond | art. 1 | |
Sport | |||||
Titel Onderzoek | Type onderzoek | Afronding | Status | Begrotingsartikel(en) | Vindplaats onderzoek |
Tussenevaluatie Subsidieregeling bouw en onderhoud sportaccommodaties en Regeling specifieke uitkering stimulering sport 2021 | ED | 2021 | afgerond | art. 6 | |
Buurtsportcoach | ED | 2022 | afgerond | art. 6 | |
Maatschappelijke waarde van de Nederlandse topsport | EP | 2022 | afgerond | art. 6 | |
Duurzame Sportinfrastructuur 2022 | ED | 2022 | afgerond | art. 6 | |
Sport en corona | ED | 2022 | afgerond | art. 6 | |
«Sport verenigt Nederland» De oogste van het Sportakkoord | EP | 2022 | afgerond | art. 6 | |
Brede Regeling Combinatiesfuncties 2022 | ED | 2022 | afgerond | art. 6 | |
Onderzoek naar de governance en het tuchtrecht voor veilige en integere sport | 2023 | afgerond | art. 6 | ||
Evaluatieonderzoek BOSA en SPUK Stimulering sport | ED | 2023 | afgerond | art. 6 | |
Discriminatie in de zorg en de sport: wat weten we (niet)? | Kennis | 2023 | afgerond | art. 6 | |
Schaduwdansen - Een onderzoek naar grensoverschrijdend gedrag in het dansen | Kennis | 2023 | afgerond | art. 6 | |
Onderzoek over consequenties van sturen via wetgeving in de sport | Kennis | 2023 | afgerond | art. 6 | |
BOSA en SPUK Stimulering Sport | EP | 2024 | afgerond | art. 6 | |
Monitor Sportakkoord II: Fundament versterkt | ED | jaarlijks | afgerond | art. 6 | |
Topsport in Nederland | ED | jaarlijks | afgerond | art. 6 | |
Evaluatie Nederlandse Sportraad | EP | 2024 | afgerond | art. 6 | |
Monitor strategie Mensen met een handicap | ED | jaarlijks | afgerond | art. 6 | |
Ethiek | |||||
Titel Onderzoek | Type onderzoek | Afronding | Status | Begrotingsartikel(en) | Vindplaats onderzoek |
Evaluatie subsidieregeling NIPT | EP | 2021 | afgerond | art. 1 | |
Evaluatie Regeling beoordelingscommissie late zwangerschapsafbreking en levensbeëindiging bij pasgeborenen | EP | 2022 | afgerond | art. 1 | |
Wetsevaluatie van de Wet toetsing levensbeëindiging op verzoek en hulp bij zelfdoding | EP | 2023 | afgerond | art. 1 |
Rapportage GALA-monitor 2024: Eerste stand van zaken
Het Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA) biedt het fundament voor samenhangend gezondheidsbeleid. In het akkoord, dat begin 2023 getekend is, wordt aan 7 doelen gewerkt om mensen gezonder en actiever te laten leven. Binnen het GALA worden ontwikkelingen op 3 vlakken bijgehouden. Het gaat dan om de gemeentelijke inzet, regionale samenwerking en de gezondheidseffecten van 5 ketenaanpakken. December 2024 heeft het RIVM de voortgangrapportage GALA opgeleverd. Deze is onderdeel van de Mid-term review, die Q1 2025 zal worden afgerond. Het RIVM heeft in 2024 de eerste rapportage van de GALA-monitor opgeleverd.
Het blijkt dat het GALA de samenwerking een impuls heeft gegeven. Bij de uitwerking van de plannen weten gemeente en zorgverzekeraar elkaar te vinden. De komst van het GALA heeft de samenwerking minder vrijblijvend gemaakt. Ook heeft het akkoord het urgenter en vanzelfsprekender gemaakt dat de verschillende partijen samenwerken aan gezondheid. Het is nu zaak om de ambities om te zetten in actie. Het kost tijd om de gezondheid te verbeteren. Concrete effecten van het GALA op gezondheid kunnen daarom in de monitor niet worden gegeven. Het RIVM benadrukt dat de activiteiten die in het GALA zijn afgesproken langer moeten doorgaan dan het akkoord duurt.
Bevolkingsonderzoeken
In Nederland bestaan er meerdere bevolkingsonderzoeken naar kanker. De programma’s en de effectiviteit worden jaarlijks gemonitord. Deze monitors worden aan de Kamer aangeboden waarbij ontwikkelingen worden geduid en voorgenomen aanpassingen worden gemeld. Daarnaast vinden er periodiek evaluaties plaats door de Gezondheidsraad. In 2023 is met de drie bevolkingsonderzoeken naar kanker bij ruim 27.000 mensen kanker of een voorstadium daarvan gevonden. Dat blijkt uit de monitors over de bevolkingsonderzoeken naar darmkanker, baarmoederhalskanker en borstkanker. Door mee te doen, kan kanker worden voorkomen of vroeg worden opgespoord. Bij dit laatste is dan vaak een minder zware behandeling mogelijk en meer kans op overleving.
Impact van het Nationaal Preventieakkoord voor roken, overgewicht en problematisch alcoholgebruik
In 2018 hebben ruim 70 partijen samen met het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) afspraken gemaakt om bij te dragen aan een gezonder Nederland. Deze afspraken zijn vastgelegd in het Nationaal Preventieakkoord (NPA). In het NPA is afgesproken dat het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) eens in de vier jaar de impact van de afspraken in het NPA doorrekent om in te schatten of de ambities voor 2040 worden bereikt. De doorrekening laat zien dat met de huidige voortgang van de NPA, het aandeel volwassenen en jongeren (12 t/m 16 jaar) dat rookt naar verwachting lager uitkomt in 2040 dan zonder die afspraken. Hetzelfde geldt voor het aandeel volwassenen en jeugd (4 t/m 17 jaar) met overgewicht en volwassenen met obesitas. Voor obesitas bij de jeugd, diabetes type 2 en problematisch alcoholgebruik is de impact van het NPA minimaal. In alle gevallen worden de ambities van het NPA niet gehaald.
Update van de impact van de JOGG-aanpak op overgewicht en beweeggedrag bij kinderen en jongeren
JOGG, voorheen voluit Jongeren Op Gezond Gewicht genoemd, is een landelijke stichting die in 2014 werd opgericht als opvolger van het Convenant Gezond Gewicht (2010-2014). In het onderzoek staat het effect van de JOGG-aanpak op overgewicht en beweeggedrag bij kinderen en jongeren centraal. Uit het onderzoek blijkt in de buurten waar de JOGG-aanpak is ingevoerd geen statistisch significant effect te zien op het percentage kinderen en jongeren van 2 tot en met 19 jaar met overgewicht. Ook voor het voldoen aan de Beweegrichtlijnen door jongeren van 12 tot en met 19 jaar is geen statistisch significant effect van de JOGG-aanpak gevonden. Wel is een patroon te zien van een gunstig effect in de eerste jaren na de invoering van de JOGG-aanpak. Maar ondanks de grotere aantallen die voor analyse beschikbaar zijn, zijn de verschillen nog steeds niet statistisch significant.
Evaluatieonderzoek BOSA en SPUK Stimulering Sport
In dit onderzoek is de doeltreffendheid en doelmatigheid van twee regelingen onderzocht, namelijk de subsidie Stimulering bouw en onderhoud sportaccommodaties (BOSA) en de specifieke uitkering Stimulering sport (SPUK Sport). Geconcludeerd wordt dat de BOSA een logisch en goed werkend instrument is, met enkele aandachtspunten. Zo levert de BOSA een belangrijke bijdrage aan de (betaalbaarheid van) sportinfrastructuur, en leidt tot meer duurzame investeringskeuzes. Verbeterpunten zijn nog te onderkennen in het verhogen van de bekendheid van de regeling, aanscherping van definities en het schrappen van aanvullende subsidie voor veiligheidsbeleving. Voor de SPUK Stimulering Sport wordt geconcludeerd dat het bijdraagt aan het doel, maar de aanvraagprocedure niet doelmatig is. Voor dit laatste wordt geadviseerd om het bevoorschottingsproces te gaan baseren op een gestandaardiseerd verdeelmechanisme.
Monitor Sportakkoord II: Fundament versterkt
Voortgangsrapportage juni 2024 van Mulier Instituut over het Sportakkoord II, waarin wordt gekeken vanuit het perspectief van sportbonden en adviseurs lokale sport. De belangrijkste thema’s zijn: sociaal veilige sport, vitale sportaanbieders en ruimte voor sport en bewegen. Deze voortgangsrapportage laat zien dat de partners en betrokken partijen samenwerken om het fundament van de sport te versterken, maar ook dat er nog veel werk te verzetten is op deze thema's. De Voortgangsrapportage over de tweede helft van 2024 wordt begin 2025 verwacht.
Topsport in Nederland (TiN) 2024
De monitor Topsport in Nederland (TiN) is een nieuwe programmering van monitoring en onderzoek op het gebied van topsport in Nederland, verzorgd door het Mulier Instituut. Hiervoor wordt in oneven jaren data verzameld bij organisaties die de ‘topsportomgeving’ vormen (zoals de Team-NL centra en gemeenten) en in de even jaren onder doelgroepen in de ‘topsport’ (zoals sporters, coaches en bonden). In de TiN-rapportage 2024 komen onderwerpen aan de orde zoals waardering van topsportprestaties, het inzichtelijk maken van het brede palet van topsportprestaties, de aandacht voor een verantwoord topsportklimaat en de mate waarin gemeenten actief topsportbeleid hebben. De belangrijkste conclusies zijn:
– Nederland is overwegend positief over topsport;
– De aandacht voor een verantwoord topsportklimaat neemt toe, maar het effect is nog onduidelijk;
– Nederland heeft een hogere positie op de medaillespiegel, maar dit leidt niet tot meer trots;
– In topsportbeleid is steeds meer aandacht voor de waarde van bredere topsportprestaties, naast de internationale medaillespiegel.
Evaluatie Nederlandse Sportraad
Het evaluatierapport geschreven door AEF heeft inzicht gegeven in de ontwikkeling en het functioneren van de Nederlandse Sportraad (hierna: raad) in de periode 2019–2023. De raad is een permanent adviescollege op het terrein van beleid ten aanzien van sport en bewegen en maatschappelijke vraagstukken in relatie tot sport en bewegen. De conclusie is dat de raad zich heeft doorontwikkeld en meerdere stappen heeft gezet naar een professionele en gevestigde adviesraad. De meerwaarde van de raad is onomstreden. De doorontwikkeling van de raad kent echter ook een keerzijde. Zo is de slagkracht van de organisatie niet meegegroeid met het niveau van professionalisering. Ook zijn de onderlinge verhoudingen met partijen in het veld nog niet optimaal en wordt van de raad een meer neutrale houding verwacht bij advisering. Het verwerven en versterken van de positie van de raad kost tijd, zeker in uitdagende omstandigheden. De raad is nu aan zet om het vervolg vorm te geven. Zoals aangegeven in de beleidsreactie op het rapport staan er geen verrassingen in en geeft het aanknopingspunten om de raad verder door te ontwikkelen en de constructieve samenwerking tussen de raad en VWS verder te versterken.
Monitor strategie Mensen met een handicap
Volgens de Strategie 2030 moet sporten voor mensen met een handicap in 2030 vanzelfsprekend zijn. Deze voortgangsrapportage van Mulier Instituut geeft aan welke concrete maatregelen daarvoor inmiddels zijn genomen en welke resultaten te zien zijn. Uiteindelijk doel is met deze inzichten de voortgang richting de ambitie tot 2030 in de tijd te volgen. De maatregelen zijn in detail uitgewerkt voor o.a. jeugdsport en volwassenensport alsook naar breedtesport versus topsport. De voortgangsrapportage laat zien dat betrokkenen nog veel stappen moeten zetten om in 2030 het beeld van vanzelfsprekend sporten te realiseren.
Titel Onderzoek | Type onderzoek | Afronding | Status | Begrotingsartikel(en) | Vindplaats onderzoek |
---|---|---|---|---|---|
Een vernieuwend akkoord | EP | 2021 | afgerond | art. 2 | |
Substantieel potentieel | EP | 2021 | afgerond | art. 2 | |
Zvw-pgb 2020/2021 | ED | 2021 | afgerond | art. 2 | |
Acute Zorg 2020 | ED | 2021 | afgerond | art. 2 | |
Bereikbaarheidsanalyse SEH’s en acute verloskunde 2021 | EP | 2021 | afgerond | art. 2 | |
Effectonderzoek Campagne Orgaandonaties | EP | 2021 | afgerond | art. 2 | |
Evaluatie subsidieregeling Donatie bij Leven | EP | 2021 | afgerond | art. 2 | |
Polisaanbod en betalingsbereidheid verzekerden | EP | 2022 | afgerond | art. 2 | |
Kenmerken wanbetalers zorgverzekering 2021 | EP | 2022 | afgerond | art. 2 | |
Terugdringen Bestaansonzekerheid op de gezondheid | EP | 2022 | afgerond | art. 2 | |
Stand van zaken gecombineerde leefstijlinterventie | ED | 2022 | afgerond | art. 2 | |
Evaluatie Subsidieregeling Zorgnetwerken ABR | ED | 2023 | afgerond | art. 2 | |
Evaluatie subsidieregeling borstprothesen transvrouwen | ED | 2023 | afgerond | art. 2 | |
Monitor Kostenontwikkeling Huisartsenzorg en Multidisciplinaire zorg | ED | 2023 | afgerond | art. 2 | |
MKBA gegevensuitwisseling acute zorg | EA | 2023 | afgerond | art. 2 | |
Onderzoek naar vrijwillig eigen risico | EA | 2023 | afgerond | art. 2 | |
Evaluatie wet Verzekerdeninvloed | ED | 2023 | afgerond | art. 2 | |
Onderzoek naar de ontwikkeling van het aantal collectiviteiten | EP | 2023 | afgerond | art. 2 | |
Mid-term review IZA | ED | 2024 | periodiek (gedurende looptijd) | art. 2 | |
Eindrapportage van de Lerende evaluatie Juiste Zorg Op de Juiste Plek | EP | 2024 | afgerond | art. 2 | |
Mid-term review IZA
In september 2022 hebben veertien zorg- en welzijnspartijen1gezamenlijk het Integraal Zorgakkoord (IZA) afgesloten, met als belangrijkste doel de (curatieve) zorg nu én in de toekomst toegankelijk te houden.
De voortgang van het IZA wordt doorlopend gemonitord. De monitor bestaat uit:
1. (input) een voortgangsrapportage (kwartaalrapportage) met betrekking tot de stand van zaken van de 400 IZA-acties, transformatieplannen (Zorgverzekeraars Nederland), financiële cijfers (kaders), toegankelijkheid van zorg (NZa) en arbeidsmarkt (CBS)17;
2. (output) vijf deel-monitors van de IZA-beweging:
1. ‘Beweging naar een sterkere eerste lijn’ (NIVEL)18;
2. ‘Passende zorg als norm’ (Zorginstituut Nederland)19;
3. ‘Naar meer hybride zorg’ (RIVM)20;
4. ‘Naar meer regionale samenwerking’ (RIVM);21 en
5. ‘Volumes bij interventies met voorgestelde normen hoogcomplexe medisch-specialistische zorg’ (NZa)22.
6. (outcome) een doelgroepenmonitor, opgesteld door Zorginstituut Nederland23.
Conclusie van de laatste voortgangsrapportage IZA (Q4 2024): met het IZA is met veldpartijen ingezet op een grote transitie in de zorg. Hiermee is een belangrijke beweging ingezet: naar onder andere passende zorg, betere samenwerking in de regio en tussen domeinen, de beweging naar de voorkant en het realiseren van gegevensuitwisseling. Alle partijen werken hard om de IZA-afspraken te realiseren en daarmee de toegankelijkheid van zorg en ondersteuning te vergroten. In de voortgangsrapportage wordt aangegeven wat er in de afgelopen periode is gebeurd24.
Bij de ondertekening van het IZA is ook afgesproken om halverwege de looptijd een tussentijdse evaluatie (‘mid-term review’ of MTR) uit te voeren. De MTR heeft de vorm van een vakblad met een aantal bijlagen:25
– De kwartaalrapportage (voortgangsrapportage) IZA Q2 2024;
– Een advies van de speciaal gezant passende zorg;
– Een reflectie van het IZA-talentennetwerk;
– Een reflectie van de kwartiermaker IZA in de regio;
– Het rapport ‘Eerste review van de bijdrage van het IZA aan de toegankelijkheid’ van Significant Public en Pluut & Partners + bijlage;
– De nulmeting monitor van de IZA-beweging, uitgevoerd door RIVM, Zorginstituut, Nivel en NZa (4 monitors; sterkere eerste lijn, passende zorg als norm, meer hybride zorg, meer regionale samenwerking);
– Het memo ‘Actualisatiecijfers IZA 2023’;
– Het rapport ‘Cliëntvolgend onderzoek in de wijkverpleging’ van Equalis;
– Een analyse van het macrokader ggz door het Zorginstituut;
– Een aanvullende analyse van het macrokader ggz; en
– De doelgroepenmonitor (uitgevoerd door het Zorginstituut); deze is beschikbaar via www.regiobeeld.nl.
In juni 2024 is de MTR aan de Tweede Kamer aangeboden26. De hoofdboodschap van de MTR is dat er veel in gang is gezet en er eerste resultaten te zien zijn, maar dat er ook nog veel moet gebeuren. Reeds bereikte resultaten zijn:
– Beweging naar de voorkant: een belangrijk uitgangspunt is de focus op gezondheid in plaats van ziekte. Het gaat daarbij om het voorkomen dat mensen ziek worden, of voorkomen dat ze zieker worden. De afspraken hierover zijn opgenomen in het onderdeel Gezond leven en preventie en uitgewerkt in het GALA
– Beweging naar passende zorg: Eén van de kernbegrippen van de akkoorden is ‘passende zorg’. Inmiddels heeft het Zorginstituut 21 Passende Zorgpraktijken gepubliceerd die regionaal, afhankelijk van de context, al kunnen worden geïmplementeerd en onderdeel kunnen zijn van de contractering.
– Veranderend zorglandschap: Het afgelopen jaar is door regionale partijen hard gewerkt aan het opstellen van regiobeelden en plannen, die nu voor alle regio’s beschikbaar zijn. Door dit proces gezamenlijk te doorlopen hebben partijen elkaar niet alleen beter leren kennen, maar is ook het commitment om in de regio samen te werken aan de toegankelijkheid van zorg en ondersteuning versterkt.
– Landelijke randvoorwaarden: Voor het thema arbeidsmarkt zijn er stappen gezet op het gebied van zeggenschap van professionals, technologische innovatie en flexibel en modulair opleiden. Daarnaast is er een uitvoeringsakkoord gegevensuitwisseling gesloten. Dit akkoord betreft verstrekkende afspraken om de gegevensuitwisseling in de zorg te verbeteren en te standaardiseren. De implementatie van het uitvoeringsakkoord wordt verder uitgewerkt in sectorplannen.
De uitkomsten van de MTR zijn op 3 juni 2024 besproken met de bestuurders van de IZA-partijen. De belangrijkste conclusie is dat zij door willen gaan met de ingezette beweging, omdat de urgentie en het maatschappelijk belang daarvan nog net zo groot zijn als toen het IZA werd ondertekend. De conclusies en verbeterpunten uit de MTR die betrekking hebben op het bijsturen van het IZA worden meegenomen in het nog af te sluiten Aanvullend Zorg- en Welzijnsakkoord (AZWA).
Eindrapportage van de Lerende evaluatie Juiste Zorg Op de Juiste Plek
Om de zorg toegankelijk, betaalbaar en van hoge kwaliteit te houden, is verandering nodig. Het ministerie van VWS(Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport) is daarom in 2018 met verschillende organisaties die zorg en ondersteuning bieden de ‘beweging’ De Juiste Zorg Op de Juiste Plek (JZOJP) begonnen. Het doel is zorgen dat minder mensen zorg nodig hebben (voorkomen), de benodigde zorg dichter bij de patiënt aan te bieden (verplaatsen) en waar mogelijk online aan te bieden (vervangen). Het RIVM heeft aan de hand van een lerende evaluatie (over de periode 2019-2023) onderzocht wat er nodig is om de gewenste beweging verder te brengen. Het RIVM concludeert dat de beweging het beste kan worden gezien als de eerste fase van een langdurig veranderingsproces op weg van zorg naar gezondheid.27 Met de komst van het IZA, in combinatie met het GALA en WOZO, is JZOJP opgegaan in de bredere transformatie van zorg en welzijn.
Titel Onderzoek | Type onderzoek | Afronding | Status | Begrotingsartikel(en) | Vindplaats onderzoek |
---|---|---|---|---|---|
Discussienota Zorglandschap ggz | EA | 2021 | afgerond | art. 2 | |
Verkenning eigen risico ggz | EA | 2021 | art. 2 | ||
Effectonderzoek Campagne Hey het is oké | EP | 2021 | afgerond | art. 2 | |
Financiële continuïteit en stabiliteit van 113 Zelfmoordpreventie | EA | 2021 | afgerond | art. 2 | |
Evaluatie Wet verplichte geestelijke gezondheidszorg en Wet zorg en dwang | ED | 2022 | afgerond | art. 2 | |
Ketenmonitor WVGGZ | ED | 2023 | afgerond | art. 2 | |
Kerncijfers ggz | monitor | 2024 | periodiek | art. 2 |
Kerncijfers ggz
De NZa brengt periodiek de ontwikkeling van de ggz in beeld uitgedrukt in kosten (per sector), aantal patiënten, groei en het aantal aanbieders. De NZa kerncijfers tonen dat de kosten voor de geestelijke gezondheidszorg (ggz) in 2023 met 11,6% zijn gestegen tot €5,3 miljard. Het aantal patiënten steeg met 4% naar bijna 1,5 miljoen, terwijl het aantal ggz-instellingen groeide van 319 naar 368. Het aantal vrijgevestigde aanbieders daalde licht, en het aantal praktijkondersteuners ggz bleef stabiel rond de 6.000. Deze trends wijzen op een toenemende vraag naar ggz en veranderingen in de sectorstructuur.
Titel Onderzoek | Type onderzoek | Afronding | Status | Begrotingsartikel(en) | Vindplaats onderzoek |
---|---|---|---|---|---|
Evaluatie Transparantieregister Zorg 2021 | ED | 2021 | afgerond | art. 2 | |
MKBA Medicatie-overdracht | EA | 2021 | afgerond | art. 2 | |
Inzicht in de onderkant van de geneesmiddelenmarkt | EA | 2021 | afgerond | art. 2 | |
Evaluatie Bureau voor medicinale cannabis | 2021 | afgerond | art. 2 | ||
Eindrapportage Verkenning vereenvoudiging hulpmiddelen | EA | 2022 | afgerond | art. 2 | |
Monitor overheveling geneesmiddelen voor de ziekte van Gaucher | ED | 2022 | afgerond | art. 2 | |
Ex post evaluatie geneesmiddelenvisie - Van grip naar greep | EP | 2023 | afgerond | art. 2 | |
Mid-term Review IZA - Dure Geneesmiddelen | ED | 2024 | afgerond | art. 2 | |
Periodieke rapportage Genees-, hulpmiddelen en lichaamsmateriaal | EP | 2025 | lopend | art. 2 |
Periodieke rapportage Genees-, hulpmiddelen en lichaamsmateriaal
Centrale vraag in de periodieke rapportage is: In welke mate zijn de beleidsinstrumenten ten behoeve van of met een effect op de beschikbaarheid van geneesmiddelen, medische hulpmiddelen en lichaamsmaterialen (medische producten) doeltreffend en doelmatig? Dit in relatie tot de bijdrage die deze beleidsinstrumenten leveren aan de toegankelijkheid, veiligheid, kwaliteit en betaalbaarheid hiervan. Vanwege prioritering op acute tekorten is, anders dan in de Kamerbrief van 26 september 2023 voorgenomen, het proces voor de daadwerkelijke evaluatie niet in 2024 uitgevoerd28. Naar verwachting zal de evaluatie in 2025 worden afgerond.
Titel Onderzoek | Type onderzoek | Afronding | Status | Begrotingsartikel(en) | Vindplaats onderzoek |
---|---|---|---|---|---|
Kwaliteitscriteria Gezinshuizen | EA | 2021 | afgerond | art. 5 | |
Zesde voortgangsrapportage Actieprogramma Zorg voor de Jeugd | ED | 2021 | afgerond | art. 5 | |
Rapport Landelijke jeugdmonitor 2021 | ED | 2021 | afgerond | art. 5 | |
Slotrapportage Actieprogramma Zorg voor de Jeugd | EP | 2021 | afgerond | art. 5 | |
Onderzoek inzicht in pleegzorgtarieven | EA | 2021 | afgerond | art. 5 | |
Verdiepingsonderzoek financiële positie jeugdhulpaanbieders | EP | 2021 | afgerond | art. 5 | |
Jeugdbescherming en jeugdreclassering 1e halfjaar 2021 | ED | 2021 | afgerond | art. 5 | |
Jeugdhulp 1e halfjaar 2021 | ED | 2021 | afgerond | art. 5 | |
Gezinshuizen - cijfers in context 2020 | ED | 2021 | afgerond | art. 5 | |
Ervaringen uit het proces van sluiting van De Hoenderloo Groep | EP | 2021 | afgerond | art. 5 | |
OBC's in beeld - Het (residentiële) zorglandschap van Orthopedagogische Behandelcentra | EP | 2021 | afgerond | art. 5 | |
Geweldsmeldingen en calamiteiten in de jeugdzorg | ED | 2021 | afgerond | art. 5 | |
De VIR in beeld | EP | 2021 | afgerond | art. 5 | |
Bevorderen continuïteit jeugdhulp - Convenant tussen partijen in het jeugdstelsel | EA | 2021 | afgerond | art. 5 | |
Nadere analyse in- en uitstroom in jeugdzorg | ED | 2021 | afgerond | art. 5 | |
Rapportage verdiepende analyse door- en uitstroom in jeugdzorg | ED | 2021 | afgerond | art. 5 | |
Gestapelde ambities | EA | 2021 | afgerond | art. 5 | |
Ontwikkelmogelijkheden in het jongerenwerk voor jongeren in specialistische jeugdzorg | ED | 2021 | afgerond | art. 5 | |
Jeugdzorg: een onderwerp van aanhoudende zorg | ED | 2021 | afgerond | art. 5 | |
Jeugdhulp 2020 | ED | 2021 | afgerond | art. 5 | |
Ontwikkeling jeugdhulp in de wijk- of buurtteams | ED | 2021 | afgerond | art. 5 | |
Inzicht in ambulante jeugdhulp | ED | 2021 | afgerond | art. 5 | |
Jeugdbescherming en jeugdreclassering 2020 | ED | 2021 | afgerond | art. 5 | |
Evaluatie nadere onderzoeken beleidsinformatie jeugd | ED | 2021 | afgerond | art. 5 | |
Nader onderzoek inbedding beleidsinformatie in ICT-systemen grote jeugdhulpaanbieders | ED | 2021 | afgerond | art. 5 | |
Maatregelen financiële beheersbaarheid Jeugdwet | EA | 2021 | afgerond | art. 5 | |
Eigenwijs transformeren | EA | 2021 | afgerond | art. 5 | |
Rapport Financiële Positie Jeugdhulpaanbieders 2019 | ED | 2021 | afgerond | art. 5 | |
Toegang voor jeugd met een levenslange en levensbrede hulpvraag | EA | 2021 | afgerond | art. 5 | |
Verschillen in uitstroom Jeugdhulp in 4 gemeenten onderzocht | ED | 2022 | afgerond | art. 5 | |
CBS-cijfers jeugdhulp 1e halfjaar 2022 | ED | 2022 | afgerond | art. 5 | |
Samen verder | EA | 2022 | afgerond | art. 5 | |
Slachtoffermonitor seksueel geweld tegen kinderen 2017-2021 | ED | 2022 | afgerond | art. 5 | |
Gebruik gezinsgericht verblijf in 4 jeugdregio's onderzocht | EP | 2022 | afgerond | art. 5 | |
Meerkosten door corona in het sociaal domein | EP | 2022 | afgerond | art. 5 | |
Jongerenperspectief op de Hervormingsagenda Jeugd | ED | 2023 | afgerond | art. 5 | |
Rapportage onderzoek IV3 jeugd & WMO | ED | 2023 | afgerond | art. 5 | |
Verkenning verminderen behandelduur in de jeugdzorg | EA | 2023 | afgerond | art. 5 | |
Jeugdzorggebruik in de Noordelijke Provincies | ED | 2023 | afgerond | art. 5 | |
Jaarrapport 2024 Landelijke Jeugdmonitor | ED | 2024 | afgerond | art. 5 | |
Monitor Hervormingsagenda Jeugd | ED | 2024 | afgerond | art. 5 |
Jaarrapport 2024 Landelijke Jeugdmonitor
Hoewel het aandeel jongvolwassenen dat tevreden is met het leven in 2023 gelijk bleef aan dat van 2022 nam het aandeel jongvolwassenen dat zich gelukkig voelde wel weer iets toe. Toch zijn beide aspecten nog niet terug op het niveau van 2019, voor de coronaperiode. Jonge vrouwen hadden in 2022/2023 minder vaak een hoog persoonlijk welzijn dan mannen. Verder is in 2023 het aantal jongeren met jeugdzorg gestegen. Ook viel het op dat tussen 2021 en 2023 het gebruik van de e-sigaret of vape is vervijfvoudigd. Positieve ontwikkelingen waren de afname van het aantal kinderen dat opgroeit in een bijstandsgezin, en de toename van het aantal jongeren met betaald werk.
Monitor Hervormingsagenda jeugd
Om gaandeweg de Hervormingsagenda (HA) Jeugd zicht en grip te houden op de voortgang van de gemaakte afspraken wordt jaarlijks een rapportage opgesteld. In oktober 2024 is de eerste afspraken Monitor opgeleverd. De Monitor is een zelfanalyse en biedt zicht op de door betrokken partijen ervaren voortgang per afspraak tot en met juni 2024 (de Monitor om breder te sturen op de doelen van de HA is in ontwikkeling). De conclusie is dat veel afspraken in gang zijn gezet, maar de meeste nog in uitvoering zijn. Dit is deels in overeenstemming met de oorspronkelijke planning, en deels komt dit omdat de uitwerking van bepaalde onderdelen meer tijd vraagt dan bij ondertekening van de HA was voorzien. De voortgang wordt volgens de betrokken actoren beïnvloed door wederzijdse afhankelijkheden. De onderzoekers raden aan de monitor actiever in te zetten als leerinstrument voor de verschillende actoren. Het verder met elkaar inhoudelijk bespreken van de (beleving van de) voortgang, mogelijke verschillen en verwachtingen kan bijdragen aan het goede gesprek over de agenda en uiteindelijke de gewenste beweging. We nemen deze aanbeveling mee in het vervolgproces.
Titel Onderzoek | Type onderzoek | Afronding | Status | Begrotingsartikel(en) | Vindplaats onderzoek |
---|---|---|---|---|---|
Benchmark Eén tegen eenzaamheid, overzichtsrapportage 2021 | ED | 2021 | afgerond | art. 3 | |
Verandering in prevalentie van eenzaamheid onder ouderen in de periode 1992 – najaar 2020 | EP | 2021 | afgerond | art. 3 | |
Monitor Dak- en Thuisloosheid | ED | 2021 | afgerond | art. 3 | |
Landelijke rapportage Cliëntervaringsonderzoek Wmo - Verantwoordingsjaar 2021 | ED | 2021 | afgerond | art. 3 | |
Geweld hoort nergens thuis | EP | 2021 | afgerond | art. 3 | |
Onderzoek verbeteragenda toegang sociaal domein | EA | 2021 | afgerond | art. 3 | |
Vierde meting monitor abonnementstarief Wmo | ED | 2022 | afgerond | art. 3 | |
Eindrapport: inzet uitvoeringsvarianten in de Wmo | EP | 2024 | afgerond | art. 3 | |
Onderzoek naar de effecten van open house | EP | 2024 | afgerond | art. 3 | |
Zien, luister, helpen (SCP) | Kennis | 2024 | afgerond | art. 3 | |
De sociale basis en de houdbaarheid van de Wmo | Kennis | 2024 | afgerond | art. 3 |
Eindrapport: inzet uitvoeringsvarianten in de Wmo
In dit onderzoek staat de mate van doelmatigheid van taakgerichte financiering in de Wmo centraal. Dit onderzoek wijst uit dat iedere gemeente/regio zoveel mogelijk probeert te werken vanuit de definitie ‘taakgericht’ of ‘inspanningsgericht’, maar ook dat iedere gemeente/regio vanuit eigen beleidsvrijheid de Wmo taak anders uitvoert. Deze verschillen leiden vooral voor zorgaanbieders die gecontracteerd zijn door meerdere gemeenten en/of regio’s tot extra inspanning en lasten in de uitvoering. Terwijl landelijke of regionale uniformering en standaardisatie op bepaalde vlakken ook goed mogelijk lijkt te zijn.
Vanuit alle organisaties wordt aangegeven dat de samenwerking tussen alle partijen onderling steeds beter verloopt. Aan de andere kant wordt er ook openlijk gesproken dat er 9 jaar na de decentralisatie weinig vertrouwen is, leidend tot controlevragen. Zeer gedetailleerde P*Q financiering met dito verantwoordingslasten in de declaratie en verantwoording heeft niet tot meer gemeentelijke grip op het Wmo-aanbod geleid. De uitvoering van inspanningsgericht en taakgerichte constructies zijn onderling zo verschillend, dat het lastig is uitspraken te doen over de doelmatigheid ervan in het algemeen en de bijkomende administratieve last in het bijzonder. Wat duidelijk is is dat de lokale/regionale uitvoering van de Wmo valt of staat met een goede samenwerking waarin men elkaar als partners kan vertrouwen en waarin men volledig op elkaar kan bouwen in goede en slechte tijden.
Onderzoek naar de effecten van open house
Dit onderzoek is een verkenning en richt zich op de effecten van het inkopen van jeugdzorg en maatschappelijke ondersteuning via open house op de kwaliteit, betaalbaarheid, toegankelijkheid en beschikbaarheid van zorg. Uit het onderzoek blijkt dat op de vraag of open house een geschikt of juist geen geschikt instrument is om maatschappelijke ondersteuning en jeugdzorg in te kopen geen eenduidig antwoord is te formuleren. De geschiktheid hangt onder andere af van de (verander)doelstellingen van de gemeenten ten aanzien van de in te kopen zorgvorm, van het huidige zorglandschap, van toetredingsbarriéres voor nieuwe zorgaanbieders, van keuzes in bekostiging en productdefinitie, en van kansen en risico's die open house inkoop verder met zich meebrengt in de betreffende context. Daarbij geldt dat inkoop een middel is in het bredere uitvoeringsstelsel en dat het moet aansluiten bij beleid, verordening, toegang en andere voorzieningen in het sociale domein. Negatieve effecten die aan open house als instrument worden toegeschreven blijken in veel gevallen te relateren aan de wijze waarop het instrument is gehanteerd en de mate waarin de gemeente de juiste randvoorwaardelijke zaken regelt (het stellen van de juiste kwalitatieve eisen, actief contractmanagement, toezicht et cetera) om open house te laten slagen. Dit geldt overigens ook voor selectieve inkoop. Daarom wordt op basis van dit onderzoek geen grondslag voor het (wettelijk) beperken van open house voorgesteld.
De sociale basis en de houdbaarheid van de Wmo
Het doel van dit onderzoek naar de relatie tussen de sociale basis en de ontwikkelingen in de Wmo-maatwerkvoorzieningen is om meer inzicht te geven in: a) de (ontwikkeling van) sturing van gemeenten op de sociale basis, b) hoe de sociale basis zich verhoudt tot de maatwerkvoorzieningen binnen de Wmo 2015 en c) welke uitgaven hier mee gepaard gaan. Voor een volledig beeld van de getrokken conclusies en aanbevelingen wordt verwezen naar de rapportage zelf.
Titel Onderzoek | Type onderzoek | Afronding | Status | Begrotingsartikel(en) | Vindplaats onderzoek |
---|---|---|---|---|---|
Monitoren woonvormen dementie | ED | 2021 | afgerond | art. 3 | |
Evaluatie overgang van ggz-cliënten naar de Wlz | EP | 2021 | afgerond | art. 3 | |
Coronamonitor Verpleeghuizen | ED | 2021 | afgerond | art. 3 | |
Evaluatie op maatregelen complexe zorg | EP | 2021 | afgerond | art. 3 | |
Opbrengsten met betekenis. Samenwerkende partijen evalueren programma Langer Thuis | EP | 2021 | afgerond | art. 3 | |
Monitor covid-19-strategie mensen met beperking 2021 | ED | 2021 | afgerond | art. 3 | |
Monitor dienstverlening hulpmiddelen | ED | 2021 | afgerond | art. 3 | |
Kennisinfrastructuur Langdurige Zorg | EA | 2022 | afgerond | art. 3 | |
Onderzoek meerkosten geclusterde woonvormen Wet langdurige zorg (Wlz) | EA | 2022 | afgerond | art. 3 | |
WOZO monitor | ED | 2023 | afgerond | art. 3 | |
IBO ouderenzorg - Niets doen is geen optie | EP | 2023 | afgerond | art. 3 | |
Eindrapportage Waardigheid en trots op locatie | EP | 2024 | afgerond | art. 3 | |
Rapport tussenevaluatie Nationaal Programma Palliatieve Zorg II | ED | 2024 | afgerond | art. 3 | |
Monitor Nationale Dementiestrategie | ED | 2024 | jaarlijks | art. 3 | |
Tussentijdse evaluatie Nationale Dementiestrategie | ED | 2025 | lopend | art. 3 |
Rapport tussenevaluatie Nationaal Programma Palliatieve Zorg II
De resultaten van dit onderzoek (en het onderzoeksrapport) zijn opgenomen in de brief over palliatieve zorg aan de Kamer van 17 december 2024. Van augustus tot en met november 2024 heeft een tussenevaluatie van het Nationaal Programma Palliatieve zorg II (NPPZ II) door een extern bureau plaatsgevonden. Aan de onderzoekers is gevraagd vanaf de start in 2022 tot halverwege 2024 de volgende onderwerpen te evalueren: a) Stand van zaken van NPPZ II, b) Inrichting van het programma en c) Samenwerking. De algemene conclusie van de onderzoekers is dat het NPPZ II op schema loopt. De Transformatie palliatieve zorg draagt positief bij aan het behalen van de gestelde doelen. Daarvoor is het wel nodig dat er samenwerking blijft plaatsvinden tussen alle betrokken partijen. Verder geven zij aan dat vanaf nu meer ingezet mag worden op structurele borging van rollen, taken en verantwoordelijkheden voor verschillende werkzaamheden op verschillende niveaus.
Eindrapportage Waardigheid en trots op locatie
De eindrapportage beschrijft de resultaten van alle activiteiten die in de afgelopen jaren (2018 ‒ 2023) vanuit het programma Waardigheid en trots op locatie zijn ondernomen. De resultaten laten zien dat het programma een grote bijdrage heeft geleverd aan ‘de beweging naar verdere verbetering van de verpleeghuiszorg’, en daarmee aan het welzijn van en goede zorg voor ouderen. Ondanks de invloed van corona lieten deelnemers aan het programma op alle thema’s van het kwaliteitskader zichtbare verbeteringen zien. Met de activiteiten is bijgedragen aan inzicht, bewustwording, en motivatie van zorgmedewerkers om beter te gaan voldoen aan het kwaliteitskader en aan het versterken van een cultuur van leren en verbeteren. Tijdens de corona-epidemie heeft het programma bovendien snel en flexibel weten in te spelen op urgente vraagstukken vanuit de praktijk. Ondanks de stappen die met het programma zijn gezet, laten de resultaten ook nog veel ruimte zien voor verbetering, zowel op het gebied van persoonsgerichte en veilige zorg als van belangrijke condities daarvoor, zoals voldoende en deskundig personeel, samenwerking met familie en naasten, de inzet van technologie, en data gedreven werken. Dit is vervolgens meegenomen als uitgangspunt voor ‘passende zorg’: zorg die de wensen en behoeften van bewoners centraal stelt, die uitgaat van de eigen ervaren gezondheid en functioneren, en die tot stand komt gezamenlijk met en rondom de bewoner.
Monitor Nationale Dementiestrategie
De monitor van de Nationale Dementiestrategie biedt inzicht in de voortgang en impact van de Nationale Dementiestrategie op basis van ontwikkelde indicatoren. De resultaten van de indicatoren worden verwerkt in de voortgangsbrieven welke jaarlijks naar de kamer worden verzonden, de laatste is verstuurd in 2024. Niet alle indicatoren sluiten goed aan op de doelstellingen. Bij de revaluatie van de Nationale Dementiestrategie begin 2025 dient er gekeken te worden of en hoe de doelstellingen bijgesteld kunnen worden. De beoogde planning blijft gehanteerd.
Tussentijdse evaluatie Nationale Dementiestrategie
De Nationale Dementiestrategie is in 2021 gestart en werd in 2024 door de komst van andere akkoorden en programma’s en wetenschappelijke ontwikkelingen geëvalueerd door onderzoeksbureau Berenschot. De rapportage geeft weer dat de Nationale Dementiestrategie belangrijk en uniek is, het is van belang deze te behouden. De inhoudelijke thema’s zijn ook goed gekozen, wel dienen de doelen geactualiseerd te worden, moet er meer aandacht zijn voor de beeldvorming van mensen met dementie en dient er opnieuw gekeken te worden naar de governance. Aan de hand van de evaluatie wordt de Nationale Dementiestrategie in 2025 geactualiseerd. De Kamer zal naar verwachting in februari 2025 over dit rapport worden geïnformeerd.
Titel Onderzoek | Type onderzoek | Afronding | Status | Begrotingsartikel(en) | Vindplaats onderzoek |
---|---|---|---|---|---|
Evaluatie maatregelen complexe zorg: Eindrapportage fase 1, 2 en 3 | ED | 2023 | afgerond | art. 3 | |
Eindrapportage Innovatie-impuls Gehandicaptenzorg 2019-2022 | EP | 2023 | afgerond | art. 3 | |
Veilige zorgrelatie in gehandicaptenzorg | ED | 2023 | afgerond | art. 3 en 4 | |
Rapporten van onderzoek naar de in- en doorstroom van complexe zorg in de gehandicaptenzorg | EP | 2023 | afgerond | art. 3 | |
Toekomstagenda Gehandicaptenzorg | ED | 2024-2026 | lopend | art. 3 |
Toekomstagenda gehandicaptenzorg
Het RIVM heeft de opdracht gekregen om een plan van aanpak voor de monitoring en evaluatie te maken. Dat leveren zij Q1 van 2025 op; er is door wisseling van het projectteam bij het RIVM vertraging ontstaan. Er is inmiddels wel een werkset aan indicatoren vastgesteld, aan de hand waarvan meerjarig zal worden gemonitord. Naast de plannen van aanpak levert het RIVM ook een beschrijving van hun eerste bevindingen op in Q1 van 2025.
Titel Onderzoek | Type onderzoek | Afronding | Status | Begrotingsartikel(en) | Vindplaats onderzoek |
---|---|---|---|---|---|
Evaluatieonderzoek Artikel 36a Wet BIG met betrekking tot de inzet van de Bachelor Medisch Hulpverlener | EA | 2021 | afgerond | art. 4 | |
Voortgangsrapport Evaluatie experiment Art 36a Geregistreerd Mondhygiënist | ED | 2021 | afgerond | art. 4 | |
Rapport Periodiek Registratie Certificaat (PRC): Analyse van de werking van huidige scholingsprogramma’s, toetsing en alternatieven van de Universiteit Maastricht | EA | 2021 | afgerond | art. 4 | |
Opschalen anders werken en eindrapportage van de commissie Werken in de Zorg (CWidZ) | EP | 2021 | afgerond | art. 4 | |
Evaluatie Subsidieregeling Kwaliteitsimpuls Personeel Ziekenhuiszorg | EP | 2022 | afgerond | art. 4 | |
Kernindicatoren programma Toekomstbestendige Arbeidsmarkt Zorg en Welzijn | ED | 2024 | afgerond | art. 4 | |
Evaluatie subsidieregeling Basis Acute Zorg (BAZ) | EP | 2025 | lopend | art. 4 | |
Evaluatie subsidieregeling Opleidingen in een Jeugd ggz instelling | ED | 2025 | lopend | art. 4 | |
Arbeidsmarkt & ontzorgen zorgprofessionals IZA | ED | 2026 | lopend | art. 4 |
Kernindicatoren programma Toekomstbestendige Arbeidsmarkt Zorg en Welzijn
De effecten van de inzet op het programma TAZ Zijn gemeten via een aantal indicatoren. Hierbij geldt dat er geen één op één relatie te leggen is tussen een afzonderlijke afspraak en de uitkomst van een indicator. Deze set aan indicatoren geeft echter wel een beeld of de inzet van partijen voldoende resultaat heeft opgeleverd. Dit beeld is aangevuld met een jaarlijkse schriftelijke voortgangsrapportage waarin meer kleuring is gegeven aan de bereikte mijlpalen en voortgang op de transformatie naar een toekomstbestendige arbeidsmarkt.
Evaluatie subsidieregeling Basis Acute Zorg (BAZ)
De evaluatie van de subsidieregeling Basis Acute Zorg (BAZ) zal inzicht geven op de beleidstheorie en doeltreffendheid. Hieruit zal blijken of de beoogde beleidsdoelen zijn behaald. Daarnaast zal er gekeken worden naar het beleidsproces en de uitvoering evenals de doelmatigheid van de subsidieregeling. Hieruit zal de effectiviteit van de inzet de middelen uit blijken en welke succes en risicofactoren er aan de uitvoering van regeling verbonden zijn. Het onderzoek is in 2024 van start gegaan en zal in de eerste helft van 2025 worden afgerond.
Evaluatie subsidieregeling Opleidingen in een Jeugd ggz instelling
De evaluatie van de subsidieregeling Opleidingen in een Jeugd ggz instelling zal inzicht geven in de vragen of en op welke wijze de subsidieregeling dient te worden voortgezet. De opdracht voor de evaluatie is in 2024 gestart en zal in de loop van 2025 worden afgerond.
Arbeidsmarkt & ontzorgen zorgprofessionals IZA
Monitoring van de voortgang op de afspraken in het IZA die zien op de arbeidsmarkt worden bijgehouden in de IZA voortgangsrapportage. De monitoring van de ontwikkeling op het gebied van de arbeidsmarkt vindt plaats middels een arbeidsmarktmonitor op basis van cijfers van het Onderzoeksprogramma Arbeidsmarkt Zorg en Welzijn.
Titel Onderzoek | Type onderzoek | Afronding | Status | Begrotingsartikel(en) | Vindplaats onderzoek |
---|---|---|---|---|---|
Evaluatie Waarborgfonds voor de zorgsector (Wfz) | EP | 2021 | afgerond | 4 | |
Evaluatie (Ont)Regel de zorg | EP | 2021 | afgerond | 4 | |
Health Care in the U.S. Compared to Other High-Income Countries | ED | 2021 | afgerond | 4 | |
Country Health Profiles 2021 | ED | 2021 | afgerond | 4 | |
Health at a Glance 2021 | ED | 2021 | afgerond | 4 | |
Maatschappelijke kosten en baten van toepassing van AI in de zorg | EA | 2021 | afgerond | 4 | |
Digitale gegevensuitwisseling en ICT-infrastructuur in het zorgdomein 2021 | EA | 2021 | afgerond | 4 | |
Evaluatie omzetdrempels zorg | EP | 2021 | afgerond | 4 | |
Wegen van Populatiebekostiging | EA | 2021 | afgerond | 4 | |
Aan de slag voor de zorg (SER) | EA | 2021 | afgerond | 4 | |
Impactanalyse TNO Quickscan EHDS | EA | 2022 | afgerond | 4 | |
Financiële impactanalyse KPMG | EA | 2022 | afgerond | 4 | |
Juridisch advies over het voorstel voor de EHDS Verordening (Radboud) | EA | 2022 | afgerond | 4 | |
Evaluatie diensten en aanbod PGOsupport 2018 ‒ 2020 | EP | 2022 | afgerond | 4 | |
Melius Health Informatics Transitieplan «Van ZIB-compliance naar hergebruik van zorginformatie» | EA | 2022 | afgerond | 4 | |
Model voor stelselregie (Nictiz) | EA | 2022 | afgerond | 4 | |
Rapport marktwerking in de zorg-ICT-markt (Deloitte) | EP | 2022 | afgerond | 4 | |
Naar een geïntegreerd gezondheidsinformatiesysteem in Nederland (OECD) | EA | 2022 | afgerond | 4 | |
Bureau Gateway Reviewrapport Programma Egiz | EA | 2022 | afgerond | 4 | |
Impact assessment Eenheid van Taal (D&A) | EA | 2022 | afgerond | 4 | |
Evaluatie aftrek specifieke zorgkosten | EP | 2022 | afgerond | 4 | |
Beleidsreactie op evaluatie van agenda Goed bestuur in de zorg | EP | 2022 | afgerond | 4 | |
Ex durante evaluatie van de pilot Lerend Evalueren | ED | 2022 | afgerond | 4 | |
Invoeringstoets Wtza | ED | 2023 | afgerond | 4 | |
Kaderwetevaluatie NZa 2018-2022 - «Op weg naar meer stevigheid" | EP | 2023 | afgerond | 4 | |
Onderzoek naar geschilleninstanties Wkkgz | ED | 2023 | afgerond | 4 | |
Technische werkgroep Macrobeheersing Zorguitgaven | EA | 2023 | afgerond | 4 | |
Tussentijdse evaluatierapport Pandemische paraatheid | ED | 2024 | afgerond | 1 | |
Nivel-onderzoek naar vertrouwen in databeschikbaarheid van gezondheidsgegevens voor primair en secundair gebruik | EP | 2024 | afgerond | 4 | |
Doorlichting aCBG - agentschap College ter Beoordeling van Geneesmiddelen | EP | 2024 | afgerond | 4 | |
CAK - Kaderwetevaluatie | EP | 2025 | lopend | 4 | volgt 1e kwartaal 2025 |
PUR - Kaderwetevaluatie | EP | 2025 | lopend | 4 | volgt 1e kwartaal 2025 |
Nivel-onderzoek naar vertrouwen in databeschikbaarheid van gezondheidsgegevens voor primair en secundair gebruik
In dit onderzoek stond centraal het vergroten van inzicht in de diversiteit aan opvattingen, overwegingen en voorwaarden die samenhangen met vertrouwen van burgers en zorgprofessionals in Nederland in uitwisseling en hergebruik van gezondheidsgegevens. Uitwisseling en hergebruik van gezondheidsgegevens zijn onderwerpen waar zowel burgers als zorgprofessionals veel belang aan hechten, maar waarover de meningen verdeeld zijn en waarover snel misverstanden kunnen ontstaan. Uit het onderzoek blijkt dat zowel burgers als zorgprofessionals open staan voor dialogen over uitwisseling en hergebruik van gegevens maar dat ze het ook lastig vinden om hier keuzes in te maken, bijvoorbeeld over wat relevante gegevens zijn of de wijze waarop zeggenschap moet worden geregeld. Het lijkt daarom van belang om als overheid transparante en verantwoorde keuzes te maken waarbij zichtbaar is dat verschillende belangen zijn meegenomen. Belangrijke randvoorwaarden voor uitwisseling en hergebruik van gezondheidsgegevens liggen onder andere in: data kwaliteit, alleen relevante gegevens delen, transparantie en bewustzijn creëren over uitwisseling en hergebruik van gezondheidsgegevens.
Tussentijdse evaluatierapport Pandemische paraatheid
Significant heeft in 2023/2024 in opdracht van VWS een ex durante evaluatie uitgevoerd voor het beleidsprogramma pandemische paraatheid, met name gericht op de vraag in hoeverre het beleidsprogramma de onderstaande opgaven kan realiseren:
1. Versterkte publieke gezondheidszorg en infectieziektebestrijding
2. Zorg: goed voorbereid, flexibel en opschaalbaar
3. Versterkte leveringszekerheid, innovatie en internationale samenwerking
Op 6 juni heeft de Tweede Kamer het rapport ontvangen.
Daarnaast zijn ook overkoepelende opgaven zoals de internationale bijdrage en kennis en innovatie bekeken. Op 6 juni heeft de Tweede Kamer het rapport ontvangen.
Significant concludeert dat het programma voortvarend van start is gegaan, maar dat de voortgang per (sub)beleidsopgave wisselend is. De opgaves worden nu afzonderlijk uitgevoerd en de onderzoekers geven aan dat meer afstemming tussen de (sub)beleidsopgaven kan bijdragen aan meer synergie. Daarnaast is pandemische paraatheid niet echt te definiëren maar wel is duidelijk dat het een constante beweging en voorbereiding vraagt. Toch is het niet altijd duidelijk waar bij de beleidsopgaven naar toe wordt bewogen.
Significant constateert dat er samenhang is tussen het programma en regulier beleid en dat dit wenselijk en logisch is, maar ook leidt tot discussie. Het programma raakt bredere vraagstukken rond sturing en de rol van de overheid.
Doorlichting aCBG – agentschap College ter Beoordeling van Geneesmiddelen
De Agentschapsdoorlichting van het agentschap College ter Beoordeling van Geneesmiddelen (aCBG) concludeert dat de governance en de sturing binnen de driehoek eigenaar, opdrachtgever en opdrachtnemer (aCBG) en de hiermee samenhangende rapportagemomenten over het algemeen goed zijn ingeregeld. De governance is niet volgens het klassieke driehoeksmodel vormgegeven, vanwege de procedures voor de farmaceutische bedrijven en het Europees Geneesmiddelenagentschap (EMA). Het aCBG oefent veel taken uit op Europees niveau en hier is vanuit VWS beperkt tot geen sturing op. Een knelpunt in de bekostiging is het ontbreken van eenduidige afspraken binnen de driehoek over duurzame financiering van de taken waar onvoldoende dekking voor is. De doorlichting toont tot slot aan dat – met aandacht voor bovenstaande punten - het agentschapsmodel functioneert voor het aCBG – en de driehoek - en dat het passend is binnen de uitgangspunten van verzelfstandiging binnen het Rijk.
CAK – Kaderwetevaluatie
De einderesultaten van het onderzoek zijn december 2024 opgeleverd. De Kamerbrief met (beleids)reactie is in voorbereiding en zal in Q1 2025 naar beide Kamers worden gestuurd.
PUR – Kaderwetevaluatie (EP)
De einderesultaten van het onderzoek zijn november 2024 opgeleverd. De Kamerbrief met (beleids)reactie is in voorbereiding en zal in Q1 2025 naar beide Kamers worden gestuurd.