Base description which applies to whole site

2.1 Overzicht uitgaven- en ontvangsten mutaties

Uitgaven en Ontvangsten

Suppletore mutaties 2011 (Voorjaarsnota) ( x EUR 1 mln.)
   

Art.nr.

Uitgaven

Ontvangsten

Stand ontwerpbegroting 2011

 

8 321,9

8 321,9

         

Nota van Wijziging, Kamerstukken II, 2010–2011, 32 500 A, nr. 4

 

61,4

61,4

Amendement van het lid de Rouwe, Kamerstukken II, 2010–2011, 32 500 A, nr. 13

 

21,6

21,6

Amendement van het lid Slob, Kamerstukken II, 2010–2011, 32 500 A, nr. 65

 

0,0

0,0

         

Stand vastgestelde begroting 2011

 

8 404,8

8 404,8

         

– Suppletore mutaties:

     
         

1.

Voordelig saldo 2010

18.10

 

354,7

 

Toevoeging voordelig saldo 2010 aan artikelen

div.

406,7

52,0

2.

Kasschuif Hoogwaterbeschermingsprogramma

11/19

- 254,3

- 254,3

3.

Zandmotor

11/19

28,1

28,1

4.

Inpassing DBFM A12 Lunetten-Veenendaal

12/19

- 78,0

- 78,0

5.

Beheer en Onderhoud

12/19

- 200,0

- 200,0

6.

Kasschuif Planstudie voor tracébesluit

12/19

100,0

100,0

7.

Quickwins binnenvaart

15/19

9,3

9,3

8.

BTW

17/19

11,0

11,0

9.

Subsidietaakstelling

div./19

– 6,0

– 6,0

10.

Bijdrager FES

div./19

– 99,0

– 99,0

11.

Diverse overboekingen andere begrotingen Rijk

div./19

– 8,7

– 8,7

12.

Diversen

 

– 12,3

– 12,3

Stand 1e suppletore begroting 2011

 

8 301,6

8 301,6

Algemeen

De begroting van het Infrastructuurfonds vertoont over het jaar 2010 een voordelig saldo van ca. € 354,7 mln. Dit wordt gevormd door de saldering van de in dat jaar gerealiseerde uitgaven en ontvangsten.

Het voordelig saldo is ten gunste van ontvangstenartikel 18.10 (Saldo van de afgesloten rekeningen) gebracht. In dit wetsvoorstel is echter naast deze ontvangstenverhoging ook het volledige voordelig saldo op de juiste uitgaven- en ontvangstenartikelen (producten) verwerkt.

Over de oorzaken die hebben geleid tot het voordelig saldo is de Kamer geïnformeerd via de tweede suppletoire begroting (Najaarsnota, Wet van 27 januari 2011, Stb. 77) en het slotregularisatievoorstel over 2010 dat onlangs bij de Kamer is ingediend.

De mutatie met betrekking tot het Hoogwaterbeschermingsprogramma is onderdeel van een grotere kasschuif om het Bestuursakkoord Water mogelijk te maken (Kamerstukken II, 2010–2011, 27 625, nr. 190). Hiermee is voor de periode 2011–2020 een bedrag van € 1,2 mld. gemoeid.

Als gevolg van een herstructurering van de bekostiging van RWS, wordt in deze suppletoire begroting voorgesteld op de artikelen 11, 12, 15, 16 en 18 een nieuwe operationele doelstelling in te voegen met de hoofdproducten «Apparaatskosten RWS» en «Overige netwerkgebonden kosten» respectievelijk «Overige netwerkoverstijgende kosten» op artikel 18. Tussen deze artikelen en artikel 14 worden budgettair neutrale structurele mutaties aangebracht als conversie naar het nieuwe bekostigingsmodel. In mijn brieven aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten Generaal (Kamerstukken II, 30 119 nrs. 4 en 5 van resp. 10 januari 2011 en 3 maart 2011) heb ik de Kamer hierover eerder geïnformeerd.

Om een herhaling van toelichtingen te voorkomen worden de mutaties die het gevolg zijn van het nieuwe bekostigingsmodel bij RWS en de verwerking van het voordelig saldo over 2010 onder de productartikelen niet nader toegelicht. Daar waar sprake is van mutaties met een andere oorzaak dan de hierboven genoemde, worden deze uiteraard wel toegelicht.

Licence