Base description which applies to whole site

HOOFDSTUK 7 RAAD VOOR DE RECHTSPRAAK

Beleidsmatige ontwikkelingen

Een kwalitatief goede en efficiënte rechtspraak is een belangrijk fundament voor het functioneren van rechtsstaat en samenleving. Voor het tijdig en op kwalitatief goede wijze verwerken van de verwachte instroom van zaken zonder dat de doorlooptijd oploopt is de beschikbaarheid van voldoende middelen voor de rechtspraak een belangrijke voorwaarde. Bij de verwachte toename van het aantal rechtszaken en daarbij achterblijvende financiële middelen zal de druk op de gerechten toenemen. Dit mag echter niet ten koste gaan van de kwaliteit. Zoveel mogelijk zullen de inspanningen van de afgelopen jaren om de kwaliteit van rechtspraak ook op de lange termijn te verzekeren en waar nodig te verbeteren worden voortgezet. Daarnaast zal er ruimte dienen te zijn voor innovatie en organisatieverandering. Hieronder zullen de geplande activiteiten op de genoemde gebieden nader worden toegelicht.

Voor goede rechtspraak is evenzeer vereist dat de Rechtspraak in staat is te blijven beantwoorden aan de veranderende wensen uit de samenleving. Op de belangrijkste gebieden zal sprake zijn van het verdergaan op eerder ingeslagen wegen. Binnen de beperkte financiële middelen zal ruimte worden geboden voor kwaliteitsbepalende elementen, zoals de meervoudige behandeling van zaken, instructie en feitenonderzoek en het meelezen van vonnissen.

Aan de realisatie van de vier centrale doelstellingen van de Rechtspraak: deskundige rechtspraak, betrouwbare rechtspraak, effectieve rechtspraak en rechtspraak in de samenleving, zal op onderdelen ook in 2011 nog verder worden gewerkt.

Onderwerpen die in dit verband moeten worden genoemd zijn de verbetering van de digitale toegankelijkheid van de Rechtspraak. Hiervoor is in 2008 een meerjarig traject in gang is gezet. In 2011 zullen burgers een beroep bij de bestuursrechter elektronisch kunnen indienen en de voortgang in die procedures en ook in zaken bij de kantonrechter elektronisch kunnen volgen. Een project om het mogelijk te maken om procedures tot verhaal van een geldvordering digitaal aan te brengen zal in dat jaar worden afgerond indien ook de daarvoor benodigde wetgeving tijdig tot stand komt.

Voorts zullen op alle gebieden landelijk uniforme procesreglementen zijn vastgesteld, waarmee de rechtseenheid op dit punt voor de justitiabelen en rechtshulpverleners aanmerkelijk zal zijn verbeterd. Tevens is voorzien in een periodieke actualisering van die reglementen.

Waar het gaat om deskundigheidsbevordering zal het al ingevoerde stelsel voor permanente educatie waar nodig worden verbeterd en aangescherpt en zullen voor belangrijke specialistische kennisgebieden kenniscentra zijn ingericht bij de gerechtshoven. In samenspraak met het op 1 januari 2010 gestarte Nederlands Register Gerechtelijk Deskundigen zal worden gewerkt aan verdere kwaliteitsverbetering van inbreng van externe deskundigen in gerechtelijke procedures.

De jaren 2011 en volgende zullen in belangrijke mate in het teken staan van de wijzigingen in de gerechtelijke kaart en daarmee bepalend zijn voor hoe de rechterlijke organisatie er in de toekomst uit zal gaan zien. Afhankelijk van de voortgang van het wetgevingsproces zal de (voorbereiding van de) invoering van de beoogde wijzigingen een groot deel van de aandacht en middelen opeisen. De wijzigingen zullen moeten leiden tot versterking van de bestuurskracht van de organisatie en tot vergroting van de mogelijkheden om de kwaliteit van de rechtspraak ook op de langere termijn te waarborgen.

Naar verwachting zal op 1 januari 2011 tevens een andere belangrijke organisatieverandering zijn beslag krijgen. Afhankelijk van het wetgevingsproces zal naar het zich laat aanzien op die datum de competentiegrens van de kantonrechter worden verhoogd van € 5 000,– naar € 25 000,–. Hiermee zal de drempel tot de rechter voor de burger worden verlaagd en de rechtspraak beter in staat worden gesteld maatwerk te bieden door het realiseren van differentiatie van zaaksbehandeling.

Ondanks de verhoogde druk op de productie bij gerechten ten gevolge van het verwachte verschil tussen instroom en financiële middelen zal de kwaliteit van gerechtelijke procedures en uitspraken centraal dienen te staan. Blijvend aandachtspunt vormt voorts de kwaliteit bij de uitoefening van de toezichthoudende taken van de rechter. Binnen de mogelijkheden die het wetsvoorstel versterking positie rechter-commissaris daarvoor laat, zal de rol van de raadsheer commissaris worden versterkt. Waar het gaat om het toezicht op insolventies zal worden geïnvesteerd in verbetering van de processen bij die afdelingen, onder meer door de ondersteuning van werkprocessen en de uitwisseling met ketenpartners door middel van IT en in kennisversterking. Tot slot zal ook het toezicht op beschermingsbewind, curatele en mentorschap worden versterkt op basis van een inventarisatie van knelpunten. Door middel van wetgeving zal de kwaliteit van bewindvoerders beter dan thans het geval is worden verzekerd.

Om de forse toename van de instroom van zaken te verwerken zou een substantiële verhoging van de bijdrage van het Ministerie van Justitie nodig zijn. De uitkomst van de afweging van het kabinet op dit moment is echter dat voor de rechtspraak in geringe mate extra geld beschikbaar is. Uit deze middelen moet voor de Rechtspraak ook de loon- en prijsontwikkeling worden gedekt. Als de huidige instroomverwachtingen worden bewaarheid en er, ook in latere jaren, geen aanvullende financiering beschikbaar komt zal dit onvermijdelijk leiden tot oplopende voorraden en doorlooptijden.

De Rechtspraak wil al wat mogelijk is doen om te hoog oplopende voorraden tegen te gaan. In 2010 en 2011 zal de Rechtspraak een deel van de capaciteitsuitbreidingen financieren met de beschikbare middelen op de balans.

Meerjarige begroting van baten en lasten

Meerjarige begroting van baten en lasten x € 1 000
 

2009

2010

2011

2012

2013

2014

2015

Baten

       

Bijdrage Ministerie van Justitie

904 766

919 729

922 611

916 012

910 125

896 463

896 551

Vooruitontvangen bijdrage

0

0

0

0

0

0

0

Bijdrage derden

25 394

25 000

25 000

25 000

25 000

25 000

25 000

Rentebaten

124

300

300

300

300

300

300

Bijdrage meer/ minder werk

– 4 279

22 210

20 000

0

0

0

0

Totaal baten

926 005

967 239

967 911

941 312

935 425

921 763

921 851

        

Lasten

       

Personele kosten

668 615

702 747

701 363

673 769

669 398

659 256

659 321

Materiele kosten

232 036

243 881

243 401

233 824

232 308

228 788

228 811

Afschrijvingskosten

21 430

22 000

23 000

25 000

25 000

25 000

25 000

Rentekosten

2 826

3 600

4 000

4 000

4 000

4 000

4 000

Gerechtskosten

1 257

4 529

4 719

4 719

4 719

4 719

4 719

Totale lasten

926 164

976 757

976 482

941 312

935 425

921 763

921 851

Resultaat

– 159

– 9 518

– 8 571

0

0

0

0

Baten

Bijdrage Ministerie van Justitie

De bijdrage van het Ministerie van Justitie bestaat uit een productiegerelateerde bijdrage, een bijdrage voor gerechtskosten en een bijdrage voor overige taken. Daarnaast bevat de bijdrage middelen voor taken die niet voortvloeien uit de Wet op de rechterlijke organisatie zoals tuchtrecht en de commissies van toezicht voor het gevangeniswezen.

Bijdrage derden

De bijdrage derden bestaat met name uit de bijdragen aan de Rechtspraak van andere departementen.

Rentebaten

Voor het jaar 2011 wordt rekening gehouden met een renteopbrengst van € 300 000,–.

Bijdrage meer- en minderwerk

De bijdrage meer- en minderwerk (egalisatierekening van de Rechtspraak) betreft het saldo van meer- en minderwerk ten opzichte van de productie zoals afgesproken met en gefinancierd door de Minister van Justitie. Het meer- en minderwerk wordt afgerekend tegen 70% van de afgesproken productgroepprijzen. Het is de verwachting dat als gevolg van de economische teruggang de instroom in met name civiele en bestuursrechtelijke zaken de komende jaren zal toenemen. Het kabinet heeft hiervoor na verrekening van taakstellingen per saldo geen aanvullende middelen aan de rechtspraak beschikbaar gesteld. Om de verwachte instroom toch zo goed mogelijk te kunnen verwerken is de Raad voornemens om de komende jaren de capaciteit uit te breiden. De Rechtspraak houdt er rekening mee dat zodoende in de jaren 2010 en 2011 een hogere productie zal worden geleverd dan nu vooraf door de Minister van Justitie is gefinancierd. De hogere kosten zullen worden gedekt door het eigen vermogen en de afrekening achteraf uit de egalisatierekening.

Lasten

Personele kosten

Ten opzichte van 2009 zullen de personele kosten toenemen omdat de Rechtspraak een fors hogere instroom zal verwerken. Financiering vindt voor het grootste deel plaats uit egalisatierekening en eigen vermogen. Met de huidige inzichten zullen met ingang van 2012 zowel de egalisatierekening als het eigen vermogen geen ruimte meer bieden om de hogere kosten te dekken en zal het personeelsbestand moeten worden afgebouwd. Indien de huidige instroomprognoses ook in de komende jaren de werkelijkheid benaderen of wellicht zelfs overtreffen zullen aanvullende middelen gevonden moeten worden om oplopende achterstanden en sterk stijgende doorlooptijden te voorkomen.

Materiële kosten

De materiele kosten nemen gelijk met de personele kosten in de jaren 2010–2012 toe maar zullen daarna ook weer worden teruggebracht.

Afschrijvingskosten

Materiele vaste activa

Afschrijvingstermijn

Hard- en software

3 jaar

Vervoersmiddelen, inventaris, meubilair kort en kantoormachines

5 jaar

Audio- en visuele middelen en stoffering

8 jaar

Verbouwingen, installaties, bekabeling en meubilair lang

10 jaar

De afschrijvingskosten voor de Rechtspraak zijn berekend door de totale afschrijvingskosten op de activa in een jaar te verminderen met de verwachte vrijval in dat jaar van de balanspost «Vooruitontvangen bedragen OM». De post «vooruitontvangen bedragen OM» betreft de eerder door het OM verstrekte bijdrage in de aanschaf van activa die gemeenschappelijk worden gebruikt door OM én ZM. Met deze bijdrage in de aanschaf heeft het OM destijds zijn deel van de afschrijvingskosten voldaan. In 2009 bedroeg de bijdrage van het OM € 2 511 000,–, in 2010 is dit naar verwachting € 1 684 000,–, in 2011 naar verwachting € 1 161 000,– en in 2012–2016 zal deze gemiddeld € 435 000,– per jaar bedragen.

Rentekosten

Voor de financiering van materiële vaste activa sluit de Rechtspraak leningen af bij het Ministerie van Financiën. Voor de berekening van deze kosten wordt rekening gehouden met de door Financiën afgegeven rentepercentages. Gemiddeld betreft dit een rentepercentage van 2,7 %.

Gerechtskosten

Het gaat hier om de kosten die het gerecht in civiele en bestuurlijke zaken maakt gedurende of als gevolg van de behandeling van een aan de rechter voorgelegde zaak zoals advertentiekosten bij faillissementen, tolken en vertalers en deskundigen.

Bijdrage Ministerie van Justitie

In de tabel opbouw bijdrage Ministerie van Justitie is de bijdrage van het Ministerie van Justitie gespecificeerd.

Opbouw bijdrage Ministerie van Justitie x € 1 000
 

2010

2011

2012

2013

2014

2015

Productiegerelateerde bijdrage

877 629

882 620

876 000

870 063

856 399

856 487

       

Bijdrage voor gerechtskosten

4 539

4 730

4 730

4 730

4 730

4 730

       

Bijdrage voor overige uitgaven

      

Bijzondere kamers rechtspraak

9 844

7 951

7 951

7 968

7 969

7 969

College van Beroep v/h bedrijfsleven

5 903

5 899

5 881

5 868

5 868

5 868

Megazaken

13 440

13 114

13 143

13 171

13 172

13 172

       

Bijdrage Niet-BFR 2005 taken

      

Tuchtrecht

2 892

2 892

2 888

2 895

2 895

2 895

Commissies van toezicht voor het gevangeniswezen

5 410

5 406

5 419

5 431

5 431

5 431

Overige taken

73

0

0

0

0

0

Totaal

919 729

922 611

916 012

910 125

896 463

896 551

De productiegerelateerde bijdrage is het meest omvangrijke onderdeel van de bijdrage van het Ministerie van Justitie.

Deze bijdrage komt tot stand door de productieafspraken tussen Raad en minister te vermenigvuldigen met de afgesproken prijzen. De productieafspraken zijn als volgt:

Productieafspraken
 

2009

2010 1

2011

2012

2013

2014

2015

Totaal

1 934 220

1 927 198

1 880 382

1 866 543

1 853 660

1 824 408

1 824 597

        

Gerechtshoven

       

Civiel

16 130

15 448

16 107

15 989

15 878

15 628

15 629

Straf

37 610

38 944

39 773

39 480

39 207

38 589

38 593

Belasting

3 370

3 327

2 760

2 740

2 721

2 678

2 678

        

Rechtbanken

       

Civiel

280 110

285 395

283 581

281 494

279 551

275 140

275 168

Straf

217 460

197 917

194 785

193 351

192 017

188 986

189 006

Bestuur (excl. Vreemdelingenkamers)

44 410

48 664

47 432

47 083

46 758

46 020

46 025

Bestuur (Vreemdelingenkamers)

45 860

56 170

53 336

52 944

52 578

51 748

51 754

Kanton

1 258 440

1 251 356

1 214 326

1 205 389

1 197 070

1 178 179

1 178 301

Belasting

23 290

22 233

20 402

20 251

20 112

19 794

19 796

        

Bijzondere colleges

       

Centrale Raad van Beroep

7 540

7 745

7 881

7 823

7 769

7 646

7 647

1

Afspraak op basis van de 1e suppletoire begroting

Zoals reeds is aangegeven blijft de financiering de komende jaren achter bij de instroomverwachtingen van de Rechtspraak. Hiermee ontstaat het risico dat de voorraden en daarmee de doorlooptijden de komende jaren kunnen gaan oplopen. Gegeven de huidige instroomraming heeft de Raad in onderstaande tabel aangegeven welke omvang de voorraden zou kunnen aannemen. Indien instroombeperkende maatregelen kunnen worden genomen zal de voorraadproblematiek beperkter van omvang zijn. De ontwikkelingen zullen in de reguliere begrotingscyclus op de voet worden gevolgd en indien nodig en mogelijk zullen later aanvullende maatregelen getroffen worden.

Deze indicatieve voorraadontwikkeling is hierna weergegeven. In dit overzicht zijn de startvoorraden niet meegenomen.

Cumulatieve voorraad vanaf 2010
 

2010

2011

2012

2013

2014

2015

Totaal

113 184

221 876

391 919

647 094

1 023 800

1 501 031

       

Gerechtshoven

      

Civiel

1 995

4 993

8 690

13 326

19 312

26 503

Straf

124

1 712

5 060

9 725

16 233

24 032

Belasting

16

24

308

713

1 366

2 223

       

Rechtbanken

      

Civiel

15 915

17 354

29 429

50 674

86 212

131 629

Straf

26 931

54 885

74 400

90 088

107 709

126 186

Bestuur (excl. Vreemdelingenkamers)

2 111

10 211

20 210

32 934

49 455

69 563

Bestuur (Vreemdelingenkamers)

0

0

0

0

0

0

Kanton

65 358

126 909

240 217

425 870

706 853

1 068 495

Belasting

723

4 653

9 721

16 592

25 464

36 338

       

Bijzondere colleges

      

Centrale Raad van Beroep

10

1 134

3 885

7 171

11 195

16 063

Met het inzetten van de egalisatierekening en het eigen vermogen door de rechtspraak kunnen de negatieve effecten op de voorraden op de korte termijn worden beperkt. Daarmee kan het oplopen van de voorraad beperkt worden tot 6% in 2011 en 18% in 2012. Wanneer de huidige instroomramingen echter realiteit blijken te zijn en er geen aanvullende middelen en/of maatregelen getroffen worden zal de voorraad toenemen met uiteindelijk 76% van de jaarlijkse instroom in 2015.

Productgroepprijzen 2011–2013

In de tabel hierna zijn de prijzen opgenomen die de Raad voor de rechtspraak en het Ministerie van Justitie in januari 2010 overeengekomen zijn voor de periode 2010–2013. Voor de prijsperiode 2011–2013 zullen nieuwe productgroepprijzen gaan gelden. In de prijzen voor 2011 tot en met 2013 is rekening gehouden met nieuwe wetgeving en prijsverlagende factoren ten gevolge van een verwachte lichtere samenstelling van zaken.

Overzicht prijzen per productgroep x € 1

Productgroep

2010

2011

Rechtbanken

  

Civiel

854,13

864,48

Bestuur

1 729,14

1 947,88

Straf

827,09

845,18

Kanton

128,25

135,07

Vreemdelingen

787,65

826,56

Belasting

1 135,43

1 069,08

   

Gerechtshoven

  

Civiel

3 734,44

3 494,42

Straf

1 347,65

1 272,27

Belasting

3 520,38

2 955,48

   

Centrale Raad v. Beroep

3 102,69

3 210,43

De prijzen zijn gebaseerd op loon- en prijspeil 2009

Ontwikkeling eigen vermogen

Ontwikkeling eigen vermogen x € 1 000
 

2009

2010

2011

2012

2013

2014

2015

Eigen vermogen per 1-1

39 461

40 368

30 850

22 278

22 278

22 278

22 278

Wettelijke reserve

1 066

0

0

0

0

0

0

Resultaat

– 159

– 9 518

– 8 571

0

0

0

0

Eigen vermogen per 31-12

40 368

30 850

22 278

22 278

22 278

22 278

22 278

In de jaren 2010 tot en met 2012 is de Rechtspraak voornemens om eigen vermogen in te zetten voor een capaciteitsuitbreiding in aanvulling op de bijdrage van het moederdepartement. Naar de huidige inzichten zal de egalisatierekening en het eigen vermogen met ingang van 2012 geen ruimte meer kunnen bieden om de hogere kosten te dekken en zal het personeelsbestand moeten worden afgebouwd.

Doorlooptijden

In de volgende tabel wordt de realisatie weergegeven ten opzichte van de norm voor 2011. Wanneer de meerjarige financiering achterblijft bij de instroom zullen de voorraden oplopen en komt het halen van de aangegeven doelstelling in gevaar.

Lengte van de procedures in 2007/2009, afgezet tegen norm voor 2011

Realisatie

2007

2008

2009

 

Norm 2011

Rechtbank, sector kanton

%

%

%

%

binnen

Handelszaken met verweer

89

95

96

90

1 jaar

 

73

81

81

75

6 maanden

Beschikkingen arbeidsontbinding op tegenspraak

96

96

95

90

3 maanden

Handelszaken zonder verweer (verstek)

95

92

91

90

15 dagen

Beschikkingen geregelde arbeidsontbinding

79

79

77

90

15 dagen

Kort geding

98

96

95

90

3 maanden

Overtreding

88

89

88

80

1 maand

Mulderzaken

76

74

80

80

3 maanden

      

Rechtbank, sector civiel

%

%

%

%

binnen

Handelszaken met verweer

81

85

86

80

2 jaar

 

61

62

62

70

1 jaar

Handelszaken zonder verweer (verstek)

71

69

73

90

1 maand

Verzoekschriftprocedure handel (voor insolventie)

76

84

86

90

3 maanden

Beëindigen faillissementen

77

73

72

90

3 jaar

Scheidingszaken

91

91

94

95

1 jaar

 

60

60

58

50

2 maanden

Alimentatie en bijstandsverhaal

91

94

94

90

1 jaar

Omgangs- en gezagszaken

82

83

82

80

1 jaar

Beschikking verzoekschriftprocedure kinderrechter

92

90

90

90

3 maanden

Kort geding

91

91

91

90

3 maanden

      

Rechtbank, sector straf

%

%

%

%

binnen

Strafzaken MK (=meervoudig behandeld)

x

86

85

90

6 maanden

Politiezaken (incl. economische)

x

85

86

90

5 weken

Strafzaken bij de kinderrechter (enkelvoudig)

x

84

83

85

5 weken

Raadkamerzaken m.b.t. voorlopige hechtenis

x

99

100

95

2 weken

Raadkamerzaken niet voorlopige hechtenis

x

82

81

85

4 maanden

      

Rechtbanken, sector bestuur

%

%

%

%

binnen

Bodemzaken bestuur regulier

67

73

71

90

1 jaar

 

50

47

47

70

9 maanden

Voorlopige voorziening bestuur regulier

94

95

95

90

3 maanden

Bodemzaak belasting lokaal

27

44

42

90

9 maanden

Bodemzaak rijksbelastingen

x

51

51

90

1 jaar

Bodemzaak vreemdelingen

70

68

67

90

9 maanden

      

Gerechtshoven

%

%

%

%

binnen

Handelszaak dagvaarding

65

67

71

80

2 jaar

Handelsrekest

61

57

70

90

3 maanden

Familierekest

92

88

87

90

1 jaar

Belastingzaak

x

33

30

85

1 jaar

Strafzaak MK (=meervoudig behandeld)

x

74

67

85

9 maanden

Strafzaak EK

x

59

44

90

6 maanden

Strafzaak EK kantonzaak

 

64

55

90

6 maanden

Raadkamerzaken m.b.t. voorlopige hechtenis

x

50

45

95

2 weken

Raadkamerzaken niet voorlopige hechtenis

x

32

61

85

4 maanden

Vetgedrukt zijn de realisatiepercentages die al conform de normering 2011 zijn of dicht (– 4%) daarbij komen

Kasstroomoverzicht

Kasstroomoverzicht x € 1 000
  

2009

2010

2011

2012

2013

2014

2015

1.

Rekening-courant RHB 1 januari

134 761

150 937

120 655

81 137

56 618

39 600

30 081

2.

Totaal operationele kasstroom

36 643

– 22 328

– 18 453

– 1 188

7 685

15 185

15 185

3a-

Totaal investeringen (-/-)

22 159

29 000

28 000

26 000

26 000

26 000

26 000

3b+

Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)

       

3.

Totaal investeringskasstroom

– 22 159

– 29 000

– 28 000

– 26 000

– 26 000

– 26 000

– 26 000

4a-

Eenmalige uitkering aan bestuursdepartement (-/-)

       

4b+

Eenmalige storting door bestuursdepartement (+)

 

16 700

     

4c-

Aflossingen op leningen (-/-)

20 467

24 653

21 066

23 331

24 703

24 703

24 703

4d+

Beroep op leenfaciliteit (+)

22 159

29 000

28 000

26 000

26 000

26 000

26 000

4.

Totaal financieringskasstroom

1 692

21 047

6 934

2 669

1 297

1 297

1 297

5.

Rekening-courant RHB 31 december 1

150 937

120 655

81 137

56 618

39 600

30 081

20 563

 

62 065

45 581

15 581

8 081

581

581

581

1

Inclusief Rekening-courant egalisatierekening

Toelichting

De operationele kasstroom bestaat uit het saldo van baten en lasten gecorrigeerd voor afschrijvingen, mutaties in eventuele voorzieningen en in mutaties in het netto werkkapitaal. De Raad heeft een vordering op het Ministerie van Justitie van € 16,7 mln. voor een dotatie aan de egalisatierekening. In het kasstroomoverzicht wordt er door de Raad van uitgegaan dat dit bedrag in 2010 wordt gestort.

Investeringen

Investeringen

2010

2011

2012

2013

2014

2015

Hard- en software

10 440

10 080

9 360

9 360

9 360

9 360

Vervoersmiddelen, inventaris, meubilair kort en kantoormachines

2 030

1 960

1 820

1 820

1 820

1 820

Audio- en visuele middelen en stoffering

3 480

3 360

3 120

3 120

3 120

3 120

Verbouwingen, installaties en meubilair lang

13 050

12 600

11 700

11 700

11 700

11 700

Totaal

29 000

28 000

26 000

26 000

26 000

26 000

Investeringen verdeeld naar vervanging en uitbreiding

      

Vervanging

24 157

22 980

19 411

22 869

25 205

25 205

Uitbreiding

4 843

5 020

6 589

3 131

795

795

Om de kapitaalgoederenvoorraad op peil te kunnen houden is in 2011 een vervangingsinvestering van € 28 miljoen nodig. Daarnaast is rekening gehouden met de noodzakelijke uitbreidingsinvesteringen ten gevolge van de groei van de Rechtspraak.

Licence