Base description which applies to whole site

4.3 Budgettair overzicht interventies t.b.v. de financiele sector

Tabel 1: Budgettair overzicht interventies

(bedragen in € mln.) – update MJN 2013

2008

2010

2011

2012

2013

A. Verwerving Fortis/RFS/AA

       

1. ABN AMRO Group N.V. – ASR Verzekeringen N.V. – RFS Holdings B.V. (incl. Z-share en residual N-share)

27 971

27 955

27 955

27 955

2. Overbruggingskrediet Fortis

4 575

3 750

3 750

3 750

3. Aflossingen overbruggingskrediet Fortis

 

– 825

0

0

4. Renteontvangsten overbruggingskredieten Fortis

– 1 374

– 169

– 152

– 107

5. Dividend ABN Amro Group N.V.

0

– 200

– 50

– 394

6. Dividend ASR Verzekeringen N.V.

0

0

– 71

0

7. Dividend RFS Holdings B.V.

– 6

0

0

0

         

Capital Relief Instrument ABN-AMRO

       

8. Garantieverlening (geëffectueerd)

32 611

     

9. Afname voorwaardelijke verplichting (zonder uitgaven)

– 32 611

     

10. Premieontvangsten

– 193

0

0

0

         

Counter Indemnity ABN-AMRO

       

11. Garantieverlening (geëffectueerd)

950

     

12. Premieontvangsten

– 26

– 26

– 26

– 26

         

∆ Staatsschuld

30 844

– 1 236

– 299

– 527

         

B. Kapitaalverstrekkingsfaciliteit (€ 20 mld.)

       

13. Verstrekt kapitaal ING

10 000

     

14. Verstrekt kapitaal Aegon

3 000

     

15. Verstrekt kapitaal SNS Reaal

750

     

16. Aflossing ING

– 5000

– 2 000

– 750

– 750 

17. Aflossing Aegon

– 1500

– 1 500

   

18. Aflossing SNS Reaal

– 185

     

19. Couponrente ING

– 684

     

20. Couponrente Aegon

– 177

     

21. Couponrente SNS Reaal

– 39

     

22. Repurchase fee ING

– 347

– 1 000

– 375

– 375 

23. Repurchase fee Aegon

– 160

– 750

   

24. Repurchase fee SNS Reaal

0

     
         

∆ Staatsschuld

5 659

– 5 250

– 1 125

– 1 125

         

C. Back-up faciliteit ING EUR/USD>

1,34

1,29

1,27

1,25

25. Funding fee (rente + aflossing)

8 248

3 242

2 459

1 948

26. Management fee

106

39

33

31

27. Portefeuilleontvangsten

(rente + aflossing)

– 7 877

– 3 012

– 2 245

– 1 749

28. Garantiefee

– 232

– 85

– 73

– 67

29. Additionele garantiefee

– 154

– 128

– 110

– 101

30. Additionele fee

– 91

– 55

– 49

– 44

31. Verhandelbaarheidsfee

– 

– 

– 16

– 19

32. Saldo Back-up faciliteit ( 25 t/m 31)

0

0

0

0

33. Meerjarenverplichting aan ING

13 084

10 264

8 203

6 679

34. Alt-A portefeuille

16 376

13 934

11 719

9 651

         

∆ Staatsschuld = saldo Back-up faciliteit

0

0

0

0

         

D. Garantiefaciliteit bancaire leningen

       

35. Garantieverlening (geëffectueerd)

50 275

     

36. Afname voorwaardelijke verplichting

– 11 277

– 5 823

– 14 925

0

37. Stand openstaande garanties (cumulatief 35–36)

38 998

33 175

18 250

18 250

38. Premieontvangsten garanties bancaire leningen (gesaldeerd)

– 523

– 361

– 230

– 169

39. Schade-uitkeringen

0

0

0

0

         

∆ Staatsschuld (excl. nr. 35, 36 en 37)

– 523

– 361

– 230

– 169

         

E1. IJsland

       

40. Uitkering DGS Icesave

1 428

     

41. Uitvoeringskosten IJslandse DGS

door DNB

7

     

42. Vordering op IJsland

1 329

919

736

 

tussenrekening «recovery topping up'

 

33

15

 

43. Opbouw rente op vordering

51

42

31

 

Totale vordering (42 + reeks 43)

1 380

1 012

860

 

44. Ontvangsten aflossing lening

0

– 443

– 197

 

45. Renteontvangsten op lening

0

0

0

 
         

E2. Griekenland

       

46. Lening Griekenland

1 248

1 946

5

0

47. Vordering op Griekenland

1 248

3 194

3 199

3 199

48. Ontvangsten aflossing lening

0

0

0

 

49. Premieontvangsten incl. servicefee

– 30

– 115

– 16

– 56

50. DNB (niet-relevante-winst) compensatie Griekenland

       

51. Rentevergoeding Griekenland

   

13

13

         

∆ Staatsschuld (excl. nr. 42, 43 en 47)

2 653

1 388

– 195

– 43

         

F. Europese instrumenten

       

52. Garantieverlening NL-aandeel

EU-begroting

2 946

– 120

   

53. Garantieverlening NL-aandeel EFSF (hoofdsom en rente)

25 872

71 910

   

54. Garantieverlening NL-aandeel ESM

   

35 445

 

55. Garantieverlening aan DNB i.v.m. ophoging middelen IMF

 

13 610

   

56. Deelneming EFSF

1

1

   

57. Stortingen ESM

   

1 829

1 829

         

∆ Staatsschuld (56 en 57)

1

1

1 829

1 829

         

G. Overige gevolgen

       

58. Uitvoeringskosten en inhuur externen

62

3

6

2

59. Terug te vorderen kosten

0

0

0

 0

60. Ontvangen teruggevorderde kosten

– 19

– 5

– 1

 0

         
         

∆ Staatsschuld (excl. rente)

38 634

– 5 458

– 20

 – 35

Staatsschuld cumulatief (excl. rente)

38 634

33 176

33156

33 121

Toerekenbare rentelasten

3 979

1 280

1 161

1 173

Licence