Base description which applies to whole site

6 RAAD VOOR DE RECHTSPRAAK

Beleidsmatige ontwikkelingen

Rechtspraak maakt samen leven mogelijk. Een kwalitatief goede en efficiënte rechtspraak is een belangrijk fundament voor het functioneren van rechtsstaat en samenleving. Om aan de veranderende eisen die de samenleving stelt te kunnen voldoen, zullen al degenen die verantwoordelijkheid dragen binnen het rechtsbestel zich moeten vernieuwen, ook de Rechtspraak. Om die vernieuwing gestalte te geven, is in 2011 gestart met de uitvoering van een ambitieuze strategische agenda, die in 2014 zal moeten zijn gerealiseerd. De Agenda van de Rechtspraak 2011–2014 bevat vier centrale doelstellingen: deskundige rechtspraak, betrouwbare rechtspraak, effectieve rechtspraak en rechtspraak in de samenleving. Een deel van de agenda is door de Minister van Veiligheid en Justitie opgenomen in zijn brief aan de Tweede Kamer over innovatie van het rechtsbestel (TK 2010–2011, 33 071, nr. 5). Het jaar 2013 wordt een cruciaal jaar, waarin de belangrijkste resultaten zichtbaar moeten worden.

Om de zojuist bedoelde doelstellingen te bereiken, zijn drie programma’s ingericht, waarbinnen projectmatig wordt gewerkt aan concrete resultaten. Uitvoering van het programma «Digitale Toegankelijkheid» moet ertoe leiden dat vanaf 2015 alle civiel- en bestuursrechtelijke procedures, waarvoor dat van belang is, digitaal kunnen worden aangebracht, de voortgang ervan via het internet kan worden gevolgd en belanghebbenden toegang krijgen tot uitspraken via een digitaal register. Binnen dit programma zal ook een eenvoudige, snelle en volledig digitale procedure worden ontwikkeld in het project e-kantonrechter. De resultaten van dit project zullen kunnen worden gebruikt om het wettelijke kader voor een snelle, eenvoudige standaard (bodem)procedure in civiele zaken te ontwikkelen. Het aanbrengen van zaken tot verhaal van een geldvordering zal geheel digitaal gaan verlopen, evenals de aansluitende verwerking van die zaken in de primaire processystemen, zodat een optimale efficiency wordt bereikt voor deze incassozaken, terwijl er tegelijkertijd rechterlijk toezicht is gegarandeerd op een correct en eerlijk verloop daarvan.

Met het programma «Rechtspraak en samenleving» wordt getracht nieuwe wegen te zoeken om de Rechtspraak in communicatieve zin beter te laten aansluiten bij de ontwikkelingen in de samenleving. Het gaat dan om de uitleg van waar de Rechtspraak voor staat en hoe het proces van rechtspreken werkt en de omgang met de media.

Het programma «Procesinnovatie» is bedoeld om ruimte te creëren om door middel van pilots aan innovatie te kunnen werken en deze voor zover mogelijk in de praktijk op hun praktische uitwerking en resultaat te kunnen testen. In het kader van dit programma is in 2012 de nieuwe zaaksbehandeling in bestuurszaken landelijk ingevoerd. Deze herinrichting van de bestuursrechtelijke procedure komt er op neer dat een zaak snel op een «regiezitting» komt – binnen drie maanden – en dat de rechter de zaak op die regiezitting op een «nieuwe» manier behandelt, met veel aandacht voor het achterliggende conflict en de wijze waarop dat kan worden opgelost. Verder wordt bezien hoe de rechtspraak in eerste aanleg en in hoger beroep kan worden verbeterd en versneld.

Om de kwaliteit en toegankelijkheid van Rechtspraak ook op de langere termijn te kunnen blijven garanderen is echter meer nodig. De Rechtspraak staat daarom in de startblokken om tussen nu en 2015 de ingrijpende vernieuwingsagenda »Kwaliteit en Innovatie» uit te voeren. Gezien het belang van Rechtspraak voor de samenleving en economie zal het maatschappelijk rendement aanzienlijk zijn. Het gaat concreet om:

  • Procedures minder formeel maken en de nadruk leggen op de zitting (snellere mondelinge behandeling);

  • Procedures vergaand versnellen en digitaliseren. Investeringen in de digitalisering van de Rechtspraak vergroten de toegankelijkheid van de Rechtspraak voor de burger, bekorten de doorlooptijden en leggen minder beslag op de algemene middelen;

  • Processen efficiënter laten verlopen en kosten beter beheersbaar maken.

Nodig voor de rechtspraak om dit te realiseren is medewerking van de wetgever in de vorm van vereenvoudiging van het procesrecht en het wegnemen van belemmering voor efficiënt en digitaal procederen (vooral de in veel zaken verplichte dagvaarding) en ten slotte voldoende financiële stabiliteit om de noodzakelijke investeringen te doen en zodoende te voorkomen dat er achterstanden ontstaan.

Tot slot blijft evenals in voorgaande jaren deskundigheidsbevordering een belangrijk punt van aandacht. De herziening van de gerechtelijke kaart zal nieuwe mogelijkheden bieden voor een gespecialiseerde behandeling van zaken. Verder zal het stelsel voor permanente educatie waar nodig worden verbeterd en aangescherpt, zullen landelijke kenniscentra worden ingericht voor complexe zaken/deelgebieden van het recht. Ook zal de deskundigheid op niet-juridisch gebied die van belang is voor de kwaliteit van rechtspraak, bijvoorbeeld de kennis op forensisch gebied of op het gebied van statistiek, worden bevorderd door middel van cursussen en de inzet van deskundigen op dit gebied. Binnen de mogelijkheden die het wetsvoorstel versterking positie rechter-commissaris daarvoor laat, zal voorts de rol van de raadsheer-commissaris worden versterkt.

Ondanks de verhoogde druk op de productie bij gerechten ten gevolge van het verwachte verschil tussen instroom en financiële middelen, dient de kwaliteit van gerechtelijke procedures en uitspraken centraal te staan. Er moet financiële ruimte blijven voor kwaliteitsbepalende elementen, zoals de meervoudige behandeling van zaken, instructie en feitenonderzoek en het meelezen van vonnissen. Waar het gaat om de deskundigheid op bijzondere kennisgebieden zijn er kenniscentra bij de gerechtshoven ingericht.

Om de nog steeds toenemende instroom van zaken te verwerken zou een substantiële verhoging van de bijdrage van het Ministerie van Veiligheid en Justitie vanaf 2013 nodig zijn. De uitkomst van de afweging van het Kabinet op dit moment is dat voor de Rechtspraak in beperkte mate extra geld beschikbaar wordt gesteld. Voor het uitvoeringsjaar 2012 is de bijdrage met € 46 mln. verlaagd om de gevolgen van het niet doorgaan van het wetsvoorstel Verhoging griffierechten op te vangen. Uit de beschikbaar gestelde middelen moet voor de Rechtspraak overigens ook de prijsontwikkeling worden gedekt. VenJ breed wordt naar een oplossing van dit probleem gezocht. De Rechtspraak wil al wat mogelijk is doen door eigen middelen (egalisatierekening en eigen vermogen) in te zetten om te hoog oplopende voorraden voor de korte termijn tegen te gaan. Als de huidige meerjarige instroomverwachtingen uitkomen en er, ook in latere jaren, geen aanvullende financiering beschikbaar komt zal dit onvermijdelijk leiden tot oplopende voorraden en doorlooptijden.

Meerjarige begroting van baten en lasten

Meerjarige begroting van baten en lasten x € 1 000
 

2011

2012

2013

2014

2015

2016

2017

Baten

             

Bijdrage Ministerie van VenJ

955 071

954 263

986 795

958 288

965 955

964 481

964 489

Overige bijdrage van Ministerie van VenJ

26 192

33 133

33 133

33 133

33 133

33 133

33 133

Overige opbrengsten

9 325

11 933

11 933

11 933

11 933

11 933

11 933

Rentebaten

80

100

100

100

100

100

100

Bijdrage meer/minder werk

18 798

17 000

1 000

0

0

0

0

Totaal baten

1 009 466

1 016 429

1 032 961

1 003 454

1 011 121

1 009 647

1 009 655

               

Lasten

             

Personele kosten

739 153

764 665

772 993

765 521

752 786

751 480

751 486

Materiële kosten

220 843

228 465

230 954

228 721

224 916

224 526

224 528

Afschrijvingskosten

22 851

23 000

25 000

25 000

25 000

25 000

25 000

Rentekosten

2 498

4 000

4 000

4 000

4 000

4 000

4 000

Gerechtskosten

4 167

3 799

4 014

4 211

4 419

4 641

4 641

Totale lasten

989 512

1 023 929

1 036 961

1 027 454

1 011 121

1 009 647

1 009 655

Resultaat

19 954

-7 500

-4 000

-24 000

0

0

0

Baten

Bijdrage Ministerie van Veiligheid en Justitie

De bijdrage bestaat uit een productiegerelateerde bijdrage, een bijdrage voor gerechtskosten en een bijdrage voor overige taken. Daarnaast bevat de bijdrage middelen voor taken die niet voortvloeien uit de Wet op de rechterlijke organisatie zoals tuchtrecht en de commissies van toezicht voor het gevangeniswezen.

Overige bijdragen van het Ministerie van VenJ en overige opbrengsten

Deze posten betreffen bijdragen van het Openbaar Ministerie (VenJ) voor Spirit en SSR en bijdragen aan de Rechtspraak van andere departementen.

Rentebaten

Voor het jaar 2012 wordt rekening gehouden met een renteopbrengst van € 0,1 mln.

Bijdrage meer- en minderwerk

De bijdrage meer- en minderwerk (egalisatierekening van de Raad) betreft het saldo van meer- en minderwerk ten opzichte van de productie zoals afgesproken met en gefinancierd door de Minister van Veiligheid en Justitie. Het meer- en minderwerk wordt afgerekend tegen 70% van de afgesproken productgroepprijzen.

Lasten

Personele kosten

Ten opzichte van 2011 zullen de personele kosten in 2012 en 2013 toenemen omdat de Rechtspraak een hogere instroom zal verwerken. Vanaf 2014 ontbreken vooralsnog de middelen om deze hogere instroom nog bij te kunnen houden en moet bij het uitblijven van aanvullende middelen de capaciteit bij de gerechten worden afgebouwd.

Materiële kosten

De materiële kosten nemen gelijk met de personele kosten in de jaren 2012–2013 toe maar zullen daarna ook weer worden teruggebracht.

Afschrijvingskosten

Materiële vaste activa
 

Afschrijvingstermijn

Hard- en software

3 jaar

Vervoersmiddelen, inventaris, meubilair kort en kantoormachines

5 jaar

Audio- en visuele middelen en stoffering

8 jaar

Verbouwingen, installaties, bekabeling en meubilair lang

10 jaar

De afschrijvingskosten voor de Rechtspraak zijn berekend door de totale afschrijvingskosten op de activa in een jaar te verminderen met de verwachte vrijval in dat jaar van de balanspost «vooruitontvangen bedragen OM». De post «vooruitontvangen bedragen OM» betreft de eerder door het OM verstrekte bijdrage in de aanschaf van activa die gemeenschappelijk worden gebruikt door OM én ZM. Met deze bijdrage in de aanschaf heeft het OM destijds zijn deel van de afschrijvingskosten voldaan. In 2011 bedroeg de bijdrage van het OM € 1 814 000, in 2012 is dit naar verwachting € 1 000 000, in 2013 naar verwachting € 874 000 en in 2014–2017 zal deze gemiddeld € 565 000 per jaar bedragen.

Rentekosten

Voor de financiering van materiële vaste activa sluit de Rechtspraak leningen af bij het Ministerie van Financiën. Voor de berekening van deze kosten wordt rekening gehouden met de door Financiën afgegeven rentepercentages. Gemiddeld betreft dit een rentepercentage van 1,6%.

Gerechtskosten

Het gaat hier om de kosten die het gerecht in civiele en bestuurlijke zaken maakt gedurende of als gevolg van de behandeling van een aan de rechter voorgelegde zaak zoals advertentiekosten bij faillissementen, tolken en vertalers en deskundigen.

Bijdrage Ministerie van Veiligheid en Justitie

In ondestaande tabel is de bijdrage van het Ministerie van Veiligheid en Justitie gespecificeerd.

 

2012

2013

2014

2015

2016

2017

Productiegerelateerde bijdrage

912 109

943 597

914 458

921 515

919 817

919 825

             

Bijdrage voor gerechtskosten

3 799

4 014

4 211

4 419

4 641

4 641

             

Bijdrage voor overige uitgaven

           

Bijzondere kamers rechtspraak

7 946

7 985

7 989

7 988

7 988

7 988

College van Beroep v/h bedrijfsleven

5 994

6 002

6 005

6 004

6 004

6 004

Megazaken

15 471

16 183

16 606

17 012

17 012

17 012

             

Bijdrage Niet-BFR 2005 taken

           

Tuchtrecht

2 974

2 978

2 980

2 979

2 979

2 979

Cie. van toezicht

5 897

6 037

6 040

6 039

6 039

6 039

Overige taken

73

0

0

0

0

0

             

bijdrage Ministerie van VenJ

954 263

986 795

958 288

965 955

964 481

964 489

De productiegerelateerde bijdrage is het meest omvangrijke onderdeel van de bijdrage van het Ministerie van Veiligheid en Justitie.

Deze bijdrage komt tot stand door de productieafspraken tussen Raad en minister te vermenigvuldigen met de afgesproken prijzen. In onderstaande tabel zijn de productieafspraken opgenomen.

Productieafspraken begroting 2013
 

2011

20121

2013

2014

2015

2016

2017

Totaal

1 806 870

1 763 423

1 860 789

1 834 963

1 884 720

1 905 139

1 905 139

               

Gerechtshoven

             

Civiel

17 308

15 804

16 436

15 587

15 715

15 683

15 683

Straf

38 789

38 042

38 132

38 257

38 257

38 234

38 234

Belasting

4 130

4 675

4 673

4 423

4 374

4 337

4 337

               

Rechtbanken

             

Civiel

340 531

325 919

339 658

320 228

319 829

316 480

316 480

Straf

196 996

187 253

184 727

185 912

186 569

186 655

186 655

Bestuur

(exclusief Vreemdelingenkamers)

47 668

42 571

43 899

41 054

41 071

40 542

40 542

Bestuur (Vreemdelingenkamers)

43 519

51 870

54 880

56 000

56 000

56 000

56 000

Kanton

1 083 128

1 064 037

1 144 136

1 141 681

1 191 140

1 215 797

1 215 797

Belasting

27 326

25 814

26 885

25 044

25 151

25 023

25 023

               

Bijzondere colleges

             

Centrale Raad van Beroep

7 475

7 438

7 364

6 777

6 615

6 388

6 388

1

Afspraak op basis van de 1ste suppletoire begroting.

De bovenstaande gefinancierde productie blijft achter bij de capaciteitsbehoefte volgens het Prognosemodel Justitiële Ketens. Hiermee ontstaat het risico dat de voorraden en daarmee de doorlooptijden de komende jaren kunnen gaan oplopen. De ontwikkelingen zullen in de reguliere begrotingscyclus op de voet worden gevolgd en indien nodig en mogelijk zullen later aanvullende maatregelen getroffen worden.

Productgroepprijzen 2011–2013

In de tabel hierna zijn de prijzen opgenomen die de Raad voor de rechtspraak en het Ministerie van Veiligheid en Justitie in januari 2010 overeengekomen zijn voor de periode 2011–2013.

Overzicht prijzen per productgroep x € 11

Productgroep

2012

Rechtbanken

 

Rechtbank Civiel

894,31

Rechtbank Bestuur

2 015,06

Rechtbank Straf

874,34

Rechtbank Kanton

139,73

Rechtbank VK

855,07

Rechtbank Belasting

1 105,96

   

Hoven

 

Hof Civiel

3 614,94

Hof Straf

1 316,15

Hof Belasting

3 057,41

   

Centrale Raad van beroep

3 321,16

1

De prijzen zijn gebaseerd op loon- en prijspeil 2011.

Ontwikkeling eigen vermogen

Eigen vermogen x € 1 000
 

2011

2012

2013

2014

2015

2016

2017

Eigen vermogen per 1–1

18 448

38 402

30 902

26 902

2 902

2 902

2 902

Resultaat

19 954

– 7 500

– 4 000

– 24 000

0

0

0

Eigen vermogen per 31–12

38 402

30 902

26 902

2 902

2 902

2 902

2 902

De bijdrage van het Ministerie van Veiligheid en Justitie voor 2012 is met € 46 mln. verlaagd. In 2012 zal de Rechtspraak daarom eigen vermogen inzetten in aanvulling op de bijdrage van het departement. Naar de huidige inzichten zal de egalisatierekening en het eigen vermogen met ingang van 2013 onvoldoende ruimte bieden om de vereiste capaciteitskosten te dekken.

Doorlooptijden

In onderstaande tabel wordt de realisatie weergegeven ten opzichte van de norm voor 2012. Wanneer de meerjarige financiering achterblijft bij de instroom zullen de voorraden oplopen en komt het halen van de aangegeven doelstelling in gevaar.

 

Realisatie

Realisatie

Realisatie

Norm

 

2009

2010

2011

Rechtbanken sector kanton

       

binnen:

Handelszaken met verweer

95%

95%

95%

90%

1 jaar

 

78%

79%

78%

75%

6 mnd.

Beschikking arbeidsontbinding op tegenspraak

96%

94%

96%

90%

3 mnd.

Handelszaken zonder verweer (verstek)

84%

77%

84%

90%

15 dagen

Beschikking geregelde arbeidsontbinding

83%

86%

83%

90%

15 dagen

Kort geding

96%

97%

96%

90%

3 mnd.

Overtreding

88%

92%

88%

80%

1 mnd.

Mulderzaak

80%

78%

80%

80%

3 mnd.

           

Rechtbanken, sector civiel

         

Handelszaken met verweer

87%

87%

87%

80%

2 jaar

 

63%

62%

63%

70%

1 jaar

Handelszaken zonder verweer (verstek)

76%

72%

76%

90%

1 mnd.

Verzoekschriftprocedure handel (vooral insolventie)

84%

83%

84%

90%

3 mnd.

Beëindigde faillissementen

77%

81%

77%

90%

3 jaar

Scheidingszaak

93%

94%

93%

95%

1 jaar

 

62%

65%

62%

50%

2 mnd.

Alimentatie en bijstandsverhaal

93%

93%

93%

90%

1 jaar

Omgangs- en gezagszaken

81%

84%

81%

80%

1 jaar

Beschikking verzoekschriftprocedure kinderrechter

92%

91%

92%

90%

3 mnd.

Kort geding

92%

92%

92%

90%

3 mnd.

           

Rechtbanken, sector straf

         

Strafzaak MK (=meervoudig behandeld)

84%

83%

84%

90%

6 mnd.

Politierechterzaak (incl. economische)

84%

85%

84%

90%

5 weken

Strafzaak bij de kinderrechter (enkelvoudig)

82%

77%

82%

85%

5 weken

Raadkamerzaken m.b.t. voorlopige hechtenis

99%

100%

99%

95%

2 weken

Raadkamerzaken niet voorlopige hechtenis

80%

83%

80%

85%

4 mnd.

           

Rechtbanken, sector bestuur

         

Bodemzaak bestuur regulier

68%

77%

68%

90%

1 jaar

 

49%

60%

49%

70%

9 mnd.

Voorlopige voorziening bestuur regulier

94%

95%

94%

90%

3 mnd.

Bodemzaak belasting lokaal

48%

62%

48%

90%

9 mnd.

Bodemzaak rijksbelastingen

53%

63%

53%

90%

1 jaar

Bodemzaak vreemdelingen

57%

75%

57%

90%

9 mnd.

           

Gerechtshoven

         

Handelszaak dagvaarding

71%

74%

 79%

80%

2 jaar

Handelsrekest

70%

70%

 71%

90%

3 mnd.

Familierekest

87%

85%

 88%

90%

1 jaar

Belastingzaak

30%

42%

 48%

85%

1 jaar

Strafzaak MK (=meervoudig behandeld)

67%

55%

 55%

85%

9 mnd.

Strafzaak EK

44%

36%

 29%

90%

6 mnd.

Strafzaak EK kantonzaak

55%

67%

 70%

90%

6 mnd.

Raadkamerzaken met betrekking tot voorlopige hechtenis

45%

55%

 55%

95%

2 weken

Raadkamerzaken niet voorlopige hechtenis

61%

46%

 54%

85%

4 mnd.

Kasstroomoverzicht

Kasstroomoverzicht x € 1 000
 

Omschrijving

2011

2012

2013

2014

2015

2016

2017

1.

Rekening courant RHB 1 januari (plus stand depositorekeningen)

111 535

145 216

120 716

115 716

91 716

91 716

91 716

                 

2.

Totaal operationele kasstroom

55 534

3 000

23 000

5 500

30 000

30 000

30 000

– /– totaal investeringen

– 16 749

– 30 000

– 30 000

– 30 000

– 30 000

– 30 000

– 30 000

+/+ totaal boekwaarde desinvesteringen

659

0

0

0

0

0

0

                 

3.

Totaal investeringskasstroom

– 16 090

– 30 000

– 30 000

– 30 000

– 30 000

– 30 000

– 30 000

 

– /– eenmalige uitkering aan moederdepartement

             
 

+/+ eenmalige storting door moederdepartement

16 700

           

– /– Aflossingen op leningen

– 22 551

– 27 500

– 28 000

– 29 500

– 30 000

– 30 000

– 30 000

+/+ beroep op de leenfaciliteit

16 788

30 000

30 000

30 000

30 000

30 000

30 000

                 

4.

Totaal financieringskasstroom

– 5 763

2 500

2 000

500

0

0

0

                 

5.

Rekening courant RHB 31 december plus stand depositorekeningen (= 1+2+3+4). Maximale roodstand is € 0,5 mln..1

145 216

120 716

115 716

91 716

91 716

91 716

91 716

   

33 062

8 562

62

62

62

62

62

1

Incl. rekening-courantstand egalisatierekening.

Toelichting

De operationele kasstroom bestaat uit het saldo van baten en lasten gecorrigeerd voor afschrijvingen, mutaties in eventuele voorzieningen en in mutaties in het netto werkkapitaal.

Investeringen x € 1 000

Omschrijving

2012

2013

2014

2015

2016

2017

Hard- en software

10 541

8 541

8 540

7 941

6 541

6 541

Vervoersmiddelen, inventaris, meubilair kort en kantoormachines

527

2 347

2 347

2 347

2 347

2 347

Audio- en visuele middelen en stoffering

447

3 326

3 327

3 327

4 526

4 526

Verbouwingen, installaties en meubilair lang

18 485

15 786

15 786

16 385

16 586

16 586

Totaal

30 000

30 000

30 000

30 000

30 000

30 000

Investeringen verdeeld naar vervanging en uitbreiding

           

Vervanging

20 674

21 864

24 674

24 552

25 583

25 583

Uitbreiding

9 326

8 136

5 326

5 448

4 417

4 417

Investeringen

Om de kapitaalgoederenvoorraad op peil te kunnen houden is in 2013 een vervangingsinvestering van € 30 mln. nodig. Daarnaast is rekening gehouden met de noodzakelijke uitbreidingsinvesteringen ten gevolge van de groei van de Raad.

Licence