Base description which applies to whole site

2. BELEIDSAGENDA

2014 staat in het teken van het verder realiseren van de inzet van het kabinet om te komen tot een veiliger Nederland, ingebed in een sterke rechtsstaat. Dit tegen de achtergrond van een stevige budgettaire opgave.

Veiligheid en Justitie gaat deze uitdaging aan, door te blijven zoeken naar efficiënte en effectieve manieren om resultaat te behalen – zowel binnen het departement als in de ketens. Grote veranderingstrajecten als de invoering van de nationale politie, de voltooiing van de herziene Gerechtelijke Kaart op 1 januari 2013 en de hervorming van het gevangeniswezen dragen hier sterk aan bij. Daarnaast is het van groot belang om de samenwerking binnen de strafrecht-, executie- en vreemdelingenketen te versterken. Zo wordt ook in 2014 met kracht uitvoering gegeven aan het programma Versterking Prestaties Strafrechtketen (VPS), inclusief het programma Uitvoeringsketen Strafrechtelijke Beslissingen (USB) dat beoogt door betere samenwerking tussen de ketenpartners uitval in de executieketen te voorkomen.

Ondanks de financiële opgave, dragen de verandertrajecten bij aan het realiseren van een veiliger Nederland en versterking van de rechtsstaat. Veiligheid en Justitie zal zich ook in 2014 onverkort inzetten om de veiligheid op straat te vergroten, delicten met een hoge impact op het slachtoffer hard aan te pakken en ondermijnende criminaliteit te bestrijden. Dan gaat het bijvoorbeeld om overvallen en woningbraken, maar ook om vaak minder direct zichtbare criminaliteit als mensenhandel, drugssmokkel, ernstige fraude of witwassen. Verder blijven wij ons sterk maken voor de positie van het slachtoffer, onder andere door het verruimen van het spreekrecht en makkelijker verhalen van schade via het strafproces of het civiele recht. Vreemdelingen die verblijf willen in Nederland moeten kunnen rekenen op een snelle, zorgvuldige en rechtvaardige behandeling van hun verzoek. Een humaan asielbeleid met het oog voor de menselijke maat komt ook tot uitdrukking door goede opvang voor degenen die daar recht op hebben. Hierbij is er specifiek aandacht voor kwetsbare groepen.

Een veiliger Nederland en onze rechtsstaat staan niet op zichzelf. Zij worden direct beïnvloed door veiligheid en recht elders in de wereld. Daarom kiezen wij voor een open en pragmatische houding, als het gaat om internationale samenwerking op de terreinen van veiligheid en justitie. Dat uit zich in een constructieve en op praktisch resultaat gerichte houding in de Europese Unie en het streven om de internationale samenwerking bij de aanpak grensoverschrijdende misdrijven te verbeteren. Ook leveren wij een bijdrage aan de versterking van de rechtsstaat in landen waar dat voor Nederland van direct belang is.

Internationalisering en technologische ontwikkelingen vragen in toenemende mate om een nieuwe aanpak van veiligheidsproblemen. Om fenomenen als cybersecurity, cybercrime, terrorisme en radicalisering effectief te kunnen aanpakken, is een netwerkgerichte aanpak noodzakelijk. Hierbij worden nationale én internationale, publieke én private partijen in (steeds veranderende) netwerkverbanden gericht samengebracht, om gezamenlijk resultaten te boeken in de bestrijding van deze veiligheidsproblemen.

Deze gezamenlijkheid uit zich eveneens door de samenwerking tussen de Ministeries van Veiligheid en Justitie en Defensie, die reeds een lange traditie kent. Zo wordt op het terrein van crisisbeheersing intensief samengewerkt in het programma Versterking Civiel Militaire Samenwerking (VCMS), waarmee in 2014 de grondslag gelegd zal worden voor een betere positionering van Defensie als een structurele veiligheidspartner van de civiele overheid, naast bijvoorbeeld brandweer, politie en GHOR. Daarnaast wordt onderzocht of de taken van de KMar, die zich reeds als waardevol partner in de vreemdelingenketen bewijst, kunnen worden verruimd, opdat zij zelfstandig mensenhandelonderzoeken in relatie tot het grensverkeer af kan handelen.

De ambitie om te komen tot een veiliger Nederland, ingebed in een sterke rechtsstaat, wil het Ministerie van Veiligheid en Justitie realiseren door te werken aan de acht kernthema’s die daarvoor van belang zijn. Aan de hand van deze kernthema’s volgen hieronder de belangrijkste beleidsvoornemens voor 2014.

Versterking Prestaties Strafrechtsketen (artikel 31, 32, 33, 34)

Slachtoffers en verdachten hebben recht op een herkenbaar, krachtig en op maat gesneden strafrecht. Het strafrecht moet ook een adequate reactie zijn op ontoelaatbaar gedrag. Daarom worden de prestaties van de strafrechtketen in 2014 verder verbeterd en versterkt.

De aangifte

De burger moet eenvoudig aangifte kunnen doen en snel en effectief geholpen worden. Concreet betekent dit dat de burger straks via diverse kanalen, zoals telefoon of internet, aangifte kan doen en dat de aangever wordt geïnformeerd over het verloop en de afloop van de aangifte.

Om strafzaken succesvol af te handelen is het ook van belang dat de kwaliteit van de aangiften en processen-verbaal beter wordt. Daarom investeren we in 2014 fors in verhoging van de kwaliteit van politiefunctionarissen die aangiften opnemen, beoordelen en wegen op opsporingsindicaties. Ook investeren we in kwaliteit van de hulpofficieren van justitie en komen er duidelijke afspraken tussen politie en het Openbaar Ministerie (OM) over de criteria waaronder de politie zaken kan «uitscreenen» of voortijdig beëindigen. Met en tussen de overige ketenpartners komen er duidelijke afspraken over de overdracht van zaken. De ZSM-werkwijze (zo slim, snel, simpel en samenlevingsgericht mogelijk) zal in 2014 landelijk zijn uitgerold. Daarmee realiseren we een grote versnelling in het afdoeningsproces van strafzaken.

Digitalisering van onderdelen van de strafrechtketen is een belangrijke voorwaarde om strafzaken sneller, slimmer, beter en transparanter af te wikkelen. De ambitie is dat het wetsvoorstel digitale handhaving op 1 januari 2015 in werking treedt. Vanaf dat moment hoeven bij de handhaving op straat geen papieren bonnen meer te worden overhandigd. De verdere ontwikkeling van de strafrechtketenmonitor in 2014 maakt de in-, door- en uitstroom van strafzaken in de keten verder inzichtelijk en transparant en tevens de zaakstromen tussen de ketennetwerkpartners.

Rechtspraak

Een belangrijk onderdeel van VPS is de herstructurering van (kern-)onderdelen van het Wetboek van Strafvordering en andere wetgeving. De herstructurering wordt ingezet om de regels en lasten te verminderen en zal een bijdrage leveren aan de versnelling van de doorlooptijden, het verminderen van administratieve lasten, de vereenvoudiging en stroomlijning van procedures en het digitaliseren van de strafrechtsketen. Ik streef er naar dat in 2016 het hiervoor ingestelde wetgevingsprogramma is afgerond.

De uitvoering van strafrechtelijke beslissingen

Een snelle tenuitvoerlegging van opgelegde straffen draagt bij aan de geloofwaardigheid van de rechtsstaat en het rechtvaardigheidsgevoel in de samenleving. Het programma Uitvoeringsketen Strafrechtelijke Beslissingen (USB), waarin alle ketenpartners samenwerken, richt zich op de tenuitvoerlegging van strafrechtelijke beslissingen. Dit alles met als doel die beslissingen beter, sneller en goed geïnformeerd (bijvoorbeeld informatie aan burgemeesters en slachtoffers) ten uitvoer te kunnen leggen.

Streven is het wetsvoorstel waarmee de wettelijke regeling van de tenuitvoerlegging van strafrechtelijke beslissingen wordt herzien op 1 januari 2015 in werking te laten treden. Met de voorgestelde wijzigingen gaat onder meer de formele verantwoordelijkheid voor de tenuitvoerlegging van strafrechtelijke beslissingen over van het OM naar de Minister van Veiligheid en Justitie. Om meer structureel inzicht te krijgen in de prestaties in de uitvoeringsketen is een keten prestatie-indicatoren monitor executie ontwikkeld door het WODC. Op basis van deze monitor zijn streefnormen vastgesteld, onder meer gericht op terugdringen van uitval in de executieketen. Zo moet in 2016 het percentage van de principale vrijheidsstraffen waarbij de tenuitvoerlegging na 24 maanden gaande of afgerond is zijn gestegen van het huidige cijfer 87% naar 92%.

Het Regeerakkoord bevat nog een aantal maatregelen om de slagkracht en effectiviteit van de executieketen te vergroten. Daarbij gaat het onder meer om het opnemen van minimale strafeisen in de strafvorderingsrichtlijnen van het OM voor ernstige gevallen van recidive en het direct ten uitvoerleggen van vrijheidsstraffen van meer dan 2 jaar die in eerste aanleg zijn opgelegd.

Op het terrein van de forensische zorg zal de komende jaren de implementatie van de Wet Forensische Zorg de belangrijkste opgave zijn. De belangrijkste doelen zijn herstel van de forensische patiënt en verdere vermindering van de kans op recidive, ten behoeve van de veiligheid van de samenleving.

Nederland Veiliger (artikel 31, 32, 33, 34, 35)

De intensieve aanpak van criminaliteit en onveiligheid van de afgelopen jaren werpt zijn vruchten af. Deze wordt in 2014 dan ook met kracht voortgezet. Preventieve en repressieve maatregelen gaan hierbij hand in hand en behalve voor politie en OM is er ook een actieve rol voor het lokaal bestuur. Het gaat hierbij niet alleen om het vergroten van de veiligheid op straat en het verminderen van criminaliteit. Ook de door burgers ervaren overlast en onveiligheidsgevoelens moeten in 2017 met 10% zijn afgenomen ten opzichte van 2012. 1

Criminaliteit tegen bedrijfsleven

Uit een fenomeenanalyse van de Taskforce Criminaliteit tegen Bedrijven blijkt dat op veel terreinen de criminaliteit (licht) daalt. Een stevige en duurzame publiek-private samenwerking (pps), onder andere met lokale ondernemers, is hierbij een succesfactor. In 2014 en verder wordt de focus dan ook gelegd op het verstevigen van met name de lokale en regionale pps en inzet van effectief gebleken instrumenten op basis van een verbeterde informatiepositie.

Problematische jeugdgroepen

De aanpak van problematische jeugdgroepen in het algemeen en van criminele jeugdgroepen in het bijzonder is in 2013 een nieuwe fase ingegaan en wordt in 2014 voortgezet. Wij zetten er op in dat in 2014 alle criminele jeugdgroepen die volgens de shortlistmethodiek zijn geïnventariseerd worden aangepakt en dat er een verdere afname is van het aantal hinderlijke, overlastgevende en criminele jeugdgroepen. Gemeenten voeren daarbij de regie op een integrale meersporenaanpak. Een klein operationeel team gaat de lokale driehoek daarbij tot eind 2014 ondersteunen. Met name in die gemeenten waar nog hardnekkige criminele jeugdgroepen actief zijn. De voortgang wordt gemonitord op de gebruikelijk manier (1x landelijk beeld, 2x per jaar voortgang op de criminele jeugdgroepen en 1x overzicht opgelegde interventies) en tegelijkertijd wordt gekeken naar de mogelijkheden om de monitoring te verbeteren c.q. te vereenvoudigen.

In 2014 treedt ook het wetsvoorstel adolescentenstrafrecht in werking. Daarmee voorzien we in een samenhangend sanctiepakket, waarmee een sanctie op maat kan worden opgelegd aan jongeren en jongvolwassenen in de leeftijd van 16 tot 23 jaar en recidive verder beperkt wordt. Verder zal het kabinet in 2014 bij de Tweede Kamer een Wetsvoorstel terbeschikkingstelling aan het onderwijs (TBO) indienen. Met dit wetsvoorstel voorzien we in een strafrechtelijke maatregel waarmee jeugdige delict plegers vanaf 12 jaar worden verplicht onderwijs te volgen om zo een startkwalificatie voor de arbeidsmarkt te behalen.

High Impact Crimes

Gewelddadige vermogenscriminaliteit, zoals overvallen, straatroven en woninginbraken hebben een grote impact op slachtoffers, hun directe omgeving en het veiligheidsgevoel in de maatschappij. Ze brengen grote (psychische en fysieke) schade toe. Daarom blijft de aanpak van deze «high impact crimes» (HIC) ook in 2014 een topprioriteit. De ingezette harde aanpak zetten we met kracht door. We richten ons daarbij op een intensieve daderaanpak en versterking van de heterdaadkracht. Dit alles via een gebiedsgerichte aanpak en aandacht voor preventie. Deze aanpak heeft in de afgelopen jaren haar vruchten afgeworpen. In 2014 zetten we in op een verdere afname van het aantal overvallen van bijna 2.300 in 2011 tot ca. 1.900 en het aantal straatroven daalt van ruim 7.800 in 2011 tot circa 6.500 in 2014. Ook de aanpak van woninginbraken gaan we het komend jaar sterk intensiveren. Op lokaal niveau gaan bestuur, OM, politie, woningcorporaties en provincies heldere afspraken maken over de beste lokale aanpak – zowel preventief als repressief. Verhogen van de verdachtenratio, afpakken van crimineel vermogen ter vergoeding van de schade aan het slachtoffer en extra inzet op preventie zijn bij deze aanpak de speerpunten. Doel is om het aantal woninginbraken van 91.000 in 2012 in 2014 terug te brengen tot ca. 83.000 en in 2017 tot ca. 65.000.

Veiligheid in de buurt

Het vergroten van de veiligheid in de buurt raakt mensen direct. Hiertoe is het belangrijk om scherp te hebben welke problematiek lokaal speelt zodat deze direct aangepakt kan worden. In 2014 dienen alle territoriale eenheden van het korps – indien daartoe door de gemeenten verzocht – een gebiedsscan op gemeentelijk niveau uit te voeren. Deze gebiedsscan kan door de gemeenten worden gebruikt voor het opstellen van een integraal veiligheidsplan. In de gebiedsscan wordt onder andere aandacht besteed aan de veiligheid in wijken, uitgaansgebieden, openbaar vervoer en rond coffeeshops.

Cybercrime

In 2014 blijven we werken aan een zichtbare rechtshandhaving op het internet. Doel is om door middel van concrete acties helder te maken dat Nederland het recht ook handhaaft op het internet. Hier moeten burgers op kunnen vertrouwen. De harde aanpak van hackers tot digitale bankrovers wordt onverminderd voortgezet, evenals het ontmantelen van criminele infrastructuren zoals het neerhalen van complete botnets. Dit wordt gedaan in samenwerking met vele publieke en private partijen in binnen- en buitenland. De samenwerking met de bancaire sector verdient extra aandacht en wordt daarom verbreed met als doel betere selecties en keuzes te kunnen maken om cybercrime te voorkomen, te detecteren, te mitigeren, op te sporen en te vervolgen. Capaciteitsuitbreiding maakt een toename mogelijk van het aantal High Tech Crime opsporingsonderzoeken tot twintig op jaarbasis, ten opzichte van vijftien onderzoeken in 2013 en tien onderzoeken in 2012. Ook is uitbreiding van opsporingsbevoegdheden voorzien middels de Wet Computercriminaliteit III. Binnen de politie wordt in 2014 verder gewerkt aan het verder inrichten van intelligence, kennis en expertise op het gebied van cybercrime, ten behoeve van de standaardisering, uniformering en professionalisering van de Digitale Expertise binnen de Nederlandse politie.

Kinderporno en kindersekstoerisme

De afgelopen jaren is fors geïnvesteerd in de versterking van de bestrijding van kinderporno. Onder andere via capaciteitsuitbreiding. In 2014 moet dit leiden tot een toename van aangeleverde verdachten bij het OM van 25% (ten opzichte van 2010) tot 600. Deze stijging geschiedt binnen de afgesproken focusverschuiving naar verdachten van seksueel misbruik bij kinderen, vervaardiging en verspreiding van kinderpornografisch materiaal. Hierbij worden downloaders overigens niet uit het oog verloren en is er tevens aandacht voor slachtoffers.

De aanpak van kindersekstoerisme vergt extra inspanningen. In september 2013 wordt daarvoor een meerjarig actieplan opgeleverd. De uitvoering van dit plan leidt tot een meerjarige intensivering en uitbreiding van concrete acties ter voorkoming en bestrijding van kindersekstoerisme.

Veiligheid kinderen

Het actieplan «Kinderen Veilig 2012–2016» vormt de basis voor de aanpak van kindermishandeling in 2014. De Taskforce kindermishandeling en seksueel misbruik – in 2012 ingesteld door de ministeries van VWS en VenJ – ziet toe op zowel de uitvoering van de acties uit het actieplan, als op de uitvoering van de maatregelen naar aanleiding van de Commissie Samson. Met het oog op de decentralisatie van de jeugdzorg, om zo de zorg dichter bij de burger te brengen, werken we aan een certificeringssystematiek, die een goede uitvoering van jeugdreclassering en jeugdbescherming moet borgen. In 2014 moeten alle aanbieders van jeugdreclassering en jeugdbescherming zich laten certificeren.

Georganiseerde criminaliteit

Tegen ondermijnende, georganiseerde misdaad wordt als één overheid opgetreden. De geïntegreerde aanpak, met de inzet van strafrechtelijke, bestuurlijke en fiscale interventies, gaan we dan ook verder versterken. We zetten in 2014 in op verdere professionalisering van de structuur met de tien RIECs (Regionale Informatie en Expertise Centra) en het LIEC (Landelijk Informatie en Expertise Centrum). Zodanig dat deze zowel het lokale bestuur als de brede, geïntegreerde aanpak krachtig kunnen ondersteunen. Bijzondere aandacht krijgen de thema’s mensenhandel, drugscriminaliteit, milieucriminaliteit, witwassen en zware fraude. Het aantal criminele samenwerkingsverbanden dat we op deze manier aanpakken zal in 2014 zijn verdubbeld ten opzichte van 2009.

Fraudebestrijding

Fraude is zeer schadelijk voor de samenleving als geheel, voor de integriteit van het financieel-economische stelsel en voor de overheidsfinanciën. Voorkómen en bestrijden van fraude heeft daarom topprioriteit voor dit kabinet, evenals het terughalen en afpakken van onrechtmatig of anderszins ten onrechte ontvangen overheidsgelden en langs criminele weg verkregen vermogen. Omdat dit een departementale aanpak overstijgt, zet het kabinet in op een rijksbrede en programmatische aanpak, onder coördinatie van Veiligheid en Justitie. Concrete doelstellingen hierbij zijn het voorkomen en bestrijden van fraude met individuele inkomensoverdrachten en subsidies, inclusief daarbij gehanteerde werkwijzen zoals misbruik van rechtspersonen, gebruik van schijnconstructies, identiteitsfraude etc. De versterking van de aanpak van faillissementsfraude blijkt ook uit het wetgevingsprogramma Herijking Faillissementsrecht, waarover eind juni een eerste voortgangsbrief naar de Tweede Kamer is gestuurd. Het doel is nog deze kabinetsperiode het faillissementsrecht stevig te moderniseren. Twee voor de fraudebestrijding belangrijke wetsvoorstellen zijn inmiddels in consultatie gegaan. Het betreft de invoering van een civielrechtelijk bestuursverbod en de uitbreiding van strafrechtelijke mogelijkheden om faillissementsfraude eerder en strenger aan te pakken. Verder komt er een versterking van de positie van de curator waardoor mogelijke fraude bij faillissementen eerder kan worden gesignaleerd. Een wetsvoorstel hierover gaat in het najaar in consultatie.

Afpakken

Het afpakken van crimineel vermogen is een prioriteit van het kabinet en het stuurt met het ketenprogramma afpakken dan ook op ambitieuze doelstellingen. De begrote opbrengst bedraagt € 70,1 mln. in 2014 en loopt op tot € 100 mln. in 2018, terwijl in 2012 nog € 49,7 mln. werd geïncasseerd. Het Openbaar Ministerie zet in het kader van de strafrechtelijke vervolging onder meer in op ontnemingsvorderingen van wederrechtelijk verkregen voordeel, verbeurdverklaringen en ontnemingen als onderdeel van een transactie. De opbrengsten kunnen mede ten goede komen aan de compensatie van slachtoffers.

Vergroten heterdaadkracht

Door zichtbaar en snel optreden en betere samenwerking met burgers wordt de heterdaadkracht verder vergroot. Hierdoor worden meer verdachten opgepakt en kunnen deze sneller afgehandeld worden. Voor 2014 staat de doelstelling bij heterdaadkracht om de heterdaadratio met 25% te vergoten ten opzichte van 2009.

Nationale veiligheid (artikel 36)

Zoals aangegeven in de inleiding op dit hoofdstuk heeft onze maatschappij in toenemende mate te maken met veiligheidsproblematiek behorend bij een netwerksamenleving. Voorbeelden hiervan zijn cybersecurity, terrorisme en radicalisering. De veiligheidsaanpak vergt (telkens) een nieuwe impuls die maat houdt met de ontwikkelingen op de desbetreffende terreinen.

Cybersecurity

De recente reeks cyberaanvallen op vitale onderdelen van onze maatschappij illustreren dat verhoging van de digitale weerbaarheid van Nederland noodzakelijk is. Reden om de Nationale Cyber Security Strategie te actualiseren. De implementatie hiervan volgt in 2014. Belangrijke onderdelen van de Nationale Cyber Security Strategie zien op het detecteren van digitale dreigingen en het leveren van respons hierop. Hiertoe gaan we in 2014 het Nationale Detectie Netwerk en het Nationale Response Netwerk opbouwen en vormgeven. Tevens versterken we de juridische positie van het Nationaal Cyber Security Centrum (NCSC). Daarnaast wordt de ICT-Response Board van de huidige twintig cyber experts uitgebreid naar zestig in 2014 en wordt de private deelname aan het NCSC geïntensiveerd. Ook vinden in 2014 de onderhandelingen en implementatie plaats van de EU-richtlijn over netwerk- en informatiebeveiliging.

Crisisbeheersing

Het functioneren van de Wet Veiligheidsregio's en het stelsel van rampenbestrijding en crisisbeheersing wordt in 2013 geëvalueerd door de commissie Hoekstra. In 2014 worden hieruit voortvloeiende (eind 2013) aangekondigde maatregelen ter verbetering van de prestaties op brandweerzorg, rampenbestrijding en crisisbeheersing verder ontwikkeld en zo mogelijk ingevoerd.

Bestrijding extremisme en terrorisme

Onlangs is het dreigingsniveau terrorisme in ons land verhoogd. Aanleiding hiervoor zijn de reisbewegingen naar jihadistische strijdgebieden en het vervolgens terugkeren naar Nederland van deze reizigers. Om deze reisbewegingen tegen te gaan en de risico's van terugkeerders in te dammen, zetten we samen met de contraterrorismepartners in op preventie, signalering en interventie. Inlichtingenmatige, juridische, bestuurlijke en andere middelen spelen hierbij een rol. Om de dreiging van concrete aanslagen tegen te gaan, zetten we onverminderd in op bijtijds signaleren van voorbereidingshandelingen van terroristische aanslagen in samenwerking met de nationale en internationale partners.

Bestendiging en versterking rechtsstaat (artikel 32, 33)

Het legaliteitsbeginsel, machtenscheiding, onafhankelijke en onpartijdige rechtspraak en bescherming van grond- en mensenrechten zijn vanouds de waarborgen die een rechtsstaat kenmerken. Voor deze waarborgen is een goede juridische infrastructuur onontbeerlijk. We moeten blijven zorgen dat de kernwaarden van ons rechtsbestel, goed verankerd blijven.

In dit licht werken we samen met de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties aan de verankering in de Grondwet van het grondrecht op een eerlijk proces voor een onafhankelijke en onpartijdige rechter. Samen met het Ministerie van BZ zet Veiligheid en Justitie zich daarnaast in om ook de rechtsstatelijkheid binnen de EU en haar lidstaten te versterken.

Voor de rechtspraak, het OM en de politie is er een nieuw en stevig fundament gelegd met de herziening van de gerechtelijke kaart en de nieuwe Politiewet. Dit nieuwe bestel betekent ook versterking van de rol van het bestuur als krachtdadige partner in het veiligheidsdomein. Daarop bouwen we de komende jaren voort.

Om bij te dragen aan een goede, snelle, efficiënte, toegankelijke en betaalbare rechtspraak is in september 2012 het programma Kwaliteit en Innovatie rechtspraak (KEI) van start gegaan. Dit programma beoogt het procesrecht voor civiele en bestuursrechtelijke zaken te vereenvoudigen en zoveel mogelijk te uniformeren door – onder meer – stroomlijning van het hoger beroep, één eenvoudige basisprocedure voor eenvoudige zaken en vergroting van de regierol van de rechter. In de rechtspraak worden civiele en bestuursrechtelijke procedures vereenvoudigd, geüniformeerd en gedigitaliseerd, zodat de rechter toegankelijker wordt en doorlooptijden korter.

Verruiming disciplinaire maatregelen en modernisering toezicht

Disciplinaire maatregelen die getroffen kunnen worden ten aanzien van voor het leven benoemde rechterlijke ambtenaren worden verruimd. Daarnaast wordt het toezicht op de advocatuur gemoderniseerd middels het Wetsvoorstel positie en toezicht advocatuur. Dit wetsvoorstel heeft onder andere als doel de onafhankelijkheid van het toezicht ten opzichte van zowel de centrale overheid als de beroepsgroep te waarborgen.

Stelselvernieuwing rechtsbijstand en griffierechten

We moeten zuinig zijn op onze rechtsstaat. Dat betekent ook dat we moeten bekijken hoe we bij een toenemend aantal zaken de kosten van de rechtspraak en de gesubsidieerde rechtsbijstand kunnen beheersen. Zodanig, dat het rechtsbestel goed kan blijven functioneren en tegelijkertijd de allerzwaksten in de samenleving ontzient. Aanpassing van de griffierechten en herziening van het stelsel van rechtsbijstand zijn onontkoombaar. Het bijbehorende wetsvoorstel verhoging tarieven griffierechten en de stelselvernieuwing rechtsbijstand zullen in 2014 worden ingevoerd c.q. verder worden gebracht.

Nationale politie (artikel 31)

De realisatie van de nationale politie zorgt voor een efficiëntere bedrijfsvoering en betere politieprestaties. Door de verdere realisatie van de nationale politie in 2014 zal de burger steeds meer te maken krijgen met een doelmatige en uniform georganiseerde politie. Een politie met meer professionele ruimte, meer kwaliteit, minder bureaucratie, versterkte lokale inbedding en meer dynamische aanwezigheid op straat. De voortgang van de realisatie wordt getoetst langs de drie voorwaarden: 1. de realisatie geschiedt binnen de vastgestelde budgettaire kaders. 2. de operationele doelsterkte van de politie blijft 49.500 fte en 3. de politie levert de afgesproken prestaties. Dit met immer hetzelfde doel: een veiliger Nederland.

Realisatie nationale politie

2014 staat in het teken van de verdere realisatie van de nationale politie. De meeste nieuwe structuren en werkwijzen van de in het Realisatieplan Nationale Politie geprioriteerde operationele doelen, zullen eind 2014 in werking zijn gebracht. De robuuste basisteams zijn, net als de andere onderdelen van de regionale eenheden, operationeel in 2014. Aan de vorming van het politiedienstencentrum (PDC) wordt in 2014 voortvarend verder gewerkt. Dit proces zal doorlopen tot 2017. Het financieel beheer wordt verder ingericht met als doel eind 2014 te kunnen beschikken over één financiële administratie.

Landelijke meldkamerorganisatie

Het transitieakkoord, waarin de afspraken zijn opgenomen, wordt in september 2013 door alle betrokken partijen ondertekend. In 2014 wordt gewerkt aan de wetswijziging die nodig is om te komen tot een landelijke meldkamerorganisatie (LMO). De kwartiermaker LMO, die in 2013 start, gaat in 2014 verder met de transitie van de huidige regionale meldkamers naar de instelling van één LMO met tien meldkamerlocaties. Ook komt de kwartiermaker met een voorstel voor een goede afhandeling van noodhulpvragen. Uitgangspunt is hierbij de burger op een verantwoorde wijze zoveel mogelijk in het eerste contact te helpen. Voor zowel de meldkamer als C2000 worden de kosten verdeeld over de gebruikers. Het lopende beheercontract voor C2000 loopt af. Omwille van de continuïteit wordt tijdig voor een (vervolg)contract zorggedragen.

Beperken administratieve lasten

Het presterend vermogen van de politie wordt vergroot door de uitvoering van het actieprogramma «Minder regels, meer op straat». 2 Verbetering van de prestaties vindt enerzijds plaats via vermindering van de administratieve lasten, anderzijds via versterking van het vakmanschap en kwaliteitsverbetering en versnelling in de (strafrecht)keten. In 2014 werken we er hard aan om de uiteindelijke doelstelling – 25% productiviteitswinst (5.000 fte) door vermindering van de administratieve lasten – te realiseren. De belangrijkste winst in 2014 bereiken we door (onder meer) de aanpak van de bureaucratie rondom de bijzondere opsporingsbevoegdheden van de politie en mobiele toepassingen voor politiemensen op straat.

ICT bij de politie op orde

Aan het verder op orde brengen van de ICT bij de politie, door uitvoering van het (Bijgesteld) Aanvalsprogramma Informatievoorziening Politie ((B)AVP), werken we in 2014 voortvarend door. Dit moet onder meer leiden tot meer gebruiksgemak, minder uitval en verlies van gegevens, meer en betere informatie-uitwisseling en lagere kosten van de informatievoorziening en ICT. In dit traject worden relevante partners, zoals de KMAR, vanzelfsprekend nauw betrokken.

Politieacademie

Het ondersteunend beheer van de Politieacademie zal worden ondergebracht bij de nationale politie. De Politieacademie blijft verantwoordelijk voor de onafhankelijke uitvoering van het politieonderwijs, en van de kennis- en wetenschappelijk onderzoeksfuncties. Aan het bijbehorende wetsvoorstel werken we in 2014 verder; de inwerkingtreding is voorzien op 1 januari 2015.

Slachtoffer centraal (artikel 34)

Een veilige en rechtvaardige samenleving doet recht aan slachtoffers van strafbare feiten. Rechten van slachtoffers breiden wij dan ook uit; belangen van slachtoffers wegen zwaarder mee. Schade verhalen wij zo veel mogelijk op de daders. Voor slachtoffers is ondersteuning beschikbaar bij het herstellen van de gevolgen van strafbare feiten.

In het Regeerakkoord heeft het kabinet het slachtofferbeleid voor deze kabinetsperiode kernachtig verwoord: we verbeteren de positie van slachtoffers voor, tijdens en na afloop van het strafproces. De behoeften van het slachtoffer staan centraal.

Wetgeving

In 2014 vindt de parlementaire behandeling plaats van het wetsvoorstel «opheffen beperkingen spreekrecht». Van de Wet conservatoir beslag ten behoeve van slachtoffers, die op 1 januari 2014 in werking treedt, worden in 2014 de eerste resultaten verwacht. Verder zal het wetsvoorstel uitbreiding reikwijdte Schadefonds Geweldsmisdrijven gereed zijn voor parlementaire behandeling, evenals het wetsvoorstel dat voeging in het strafproces mogelijk maakt voor ouders van minderjarige slachtoffers. In 2014 vindt ook de parlementaire behandeling plaats van de implementatiewetgeving naar aanleiding van de eind 2012 aangenomen EU-richtlijn minimumnormen voor slachtoffers.

Belangen Slachtoffers

Herstelbemiddeling kan – voor slachtoffers die dit willen – een bijdrage leveren aan het herstel van (im)materiële schade en relaties. De pilots herstelbemiddeling die dit jaar starten worden in de zomer van 2014 afgerond. De eerste resultaten van het begeleidende evaluatieonderzoek naar de pilots, onder andere naar de ervaringen van slachtoffers, worden eind 2014 verwacht. Op het gebied van de informatievoorziening aan slachtoffers, vereenvoudiging van het schadeverhaal en het meewegen van de belangen van slachtoffers in de fase van tenuitvoerlegging van de straf of maatregel, implementeren de ketenpartners in 2014 de eerste concrete verbetermaatregelen. Zo komt er een vereenvoudigd schadeformulier. Het onderzoek naar de rol van verzekeraars bij het schadeverhaal op daders wordt in 2014 afgerond.

Immigratie en Asiel (artikel 37)

Nederland biedt bescherming aan vluchtelingen die op grond van het asielbeleid onze bescherming nodig hebben. Daarnaast voert Nederland een uitnodigend toelatingsbeleid voor kennismigranten, die een bijdrage leveren aan de Nederlandse economie en wetenschap onder andere via faciliteren van «start-ups».

Vreemdelingen die een asielverzoek doen hebben recht op een snelle en zorgvuldige afhandeling van hun verzoek. Met de uitvoering van het Programma Stroomlijning Toelatingsprocedures (PST) streeft de overheid er naar om vaker binnen acht dagen een beslissing te nemen op een asielverzoek. Is er meer onderzoek nodig, dan wordt daar de tijd voor genomen. Door zoveel mogelijk aspecten in één keer mee te wegen, kunnen we opeenvolgende asielaanvragen voorkomen. Versnelde afdoening moet stapeling van ongegronde procedures ontmoedigen.

Voor kennis-, gezins- en arbeidsmigranten is het modern migratiebeleid ontwikkeld. Dit beleid voorziet in snelle, transparante en zorgvuldige besluitvormingsprocessen, zodat snel helder is of iemand aanspraak maakt op een verblijfstitel. Personen, instellingen en bedrijven die vreemdelingen naar Nederland halen hebben de verplichting om te zorgen dat de vreemdeling in staat wordt gesteld om deel te nemen aan de samenleving. Ook moeten ze de IND op de hoogte te stellen van gewijzigde omstandigheden.

Terugkeer

Voor een deel van de asielzoekers blijkt na een zorgvuldige afweging dat zij geen bescherming nodig hebben. Voor deze groep regelt de Dienst Terugkeer en Vertrek (DT&V) op een zorgvuldige, humane en snelle wijze terugkeer naar het land van herkomst. Ook andere vreemdelingen die niet (langer) rechtmatig in Nederland verblijven worden overgedragen aan de DT&V. Nederland ondersteunt vreemdelingen bij hun re-integratie zowel financieel als in natura. Ook stimuleren we herkomstlanden om beter mee te werken aan de terugkeer van hun onderdanen. Dit betreft ook de handels- en ontwikkelingscontacten met deze landen. Om de groep vreemdelingen die in vreemdelingenbewaring gesteld wordt te verkleinen, werkt Veiligheid en Justitie aan verbreding van toezichthoudende maatregelen – inclusief vrijheid beperkende maatregelen –, gericht op het realiseren van terugkeer. Het juridische kader en het regime voor vreemdelingenbewaring passen we zodanig aan, dat er meer aandacht is voor de bijzondere positie van de mensen die in vreemdelingenbewaring terechtkomen.

Vreemdelingentoezicht

Handhaving van het vreemdelingenbeleid begint bij de Nederlandse buitengrenzen van het Schengengebied. De infrastructuur van het grenstoezicht wordt verbeterd, zodat de identiteit van reizigers betrouwbaar en snel kan worden vastgesteld. Het doel is de doorstroom van reizigers aan de buitengrenzen te verbeteren en de (nationale) veiligheid te bevorderen, onder meer door beter zicht op criminaliteit, terrorisme, illegale immigratie en mensenhandel. Vreemdelingen die hier rechtmatig verblijven, maar strafrechtelijk zijn veroordeeld, worden eerder Nederland uitgezet. Dit past in de bredere aanpak van criminaliteit. Nederland zet ook in op de verbetering van de Europese samenwerking op gebied van het Europese grensbewakingssysteem.

Strafbaarstelling illegaal verblijf

Illegaal verblijf is maatschappelijk onwenselijk, omdat het vaak gepaard gaat met uitbuiting, criminaliteit en overlast. In 2014 wordt de strafbaarstelling van illegaal verblijf geïmplementeerd. Bij de bestrijding van illegaal verblijf blijft de prioriteit liggen bij overlastgevende en criminele illegalen. Betere samenwerking en informatie-uitwisseling tussen de organisaties in de vreemdelingen- en strafrechtketen maakt het mogelijk gerichter op te treden tegen illegaal verblijf, met een meer efficiënte inzet van de capaciteit.

Keteninformatisering

Het programma keteninformatisering vreemdelingenketen richt zich op digitalisering van de informatie-uitwisseling binnen deze keten. Het programma maakt de gezamenlijke uitvoering van het vreemdelingenbeleid efficiënter, effectiever en flexibeler. De basis hiervoor is de Architectuur Vreemdelingenketen, die begin 2013 is vastgesteld. In 2014 wordt het stelsel van voorzieningen voor de digitale uitwisseling van – nu nog papieren – informatie stapsgewijs opgeleverd. Een deel van de huidige papieren informatiestromen wordt omgezet in digitale documenten en berichten.

Kansspelen

De modernisering van het kansspelbeleid heeft als uitgangspunt de Nederlandse burger op een veilige en verantwoorde manier te laten deelnemen aan kansspelen. De afgelopen jaren is in Nederland een kansspelbeleid gevoerd met als doel de bestaande vraag naar kansspelen te leiden naar een door de overheid gereguleerd en gecontroleerd aanbod. Aan het Nederlandse kansspelbeleid liggen het voorkomen van kansspelverslaving, het beschermen van de consument en het tegengaan van criminaliteit en illegaliteit ten grondslag. Daarbij is voor de consument van belang dat een passend en attractief aanbod beschikbaar is.

Jaarlijks spelen bijna één miljoen Nederlanders mee op niet in Nederland gereguleerde kansspelsites. Een vergunningstelsel voor online kansspelen zorgt ervoor dat een belangrijk deel van de online spelers binnen deze kabinetsperiode veilig en verantwoord bij een aanbieder met een vergunning kunnen spelen. Aangezien het aanbieden van gokspelen geen kerntaak is van de overheid, zal Holland Casino onder voorwaarden worden verkocht. Vergunningen voor loterijen worden vanaf 2015 op transparante wijze vergund.

Het kabinet treft maatregelen voor het tegengaan van kansspelverslaving, het beschermen van de consument en het tegengaan van fraude en witwassen. Dit wordt bereikt door voor zowel de land-based als voor de internetmarkt strikte regels te stellen (in wetten en vergunningen), toezicht te houden op de naleving van die regels en illegaal aanbod tegen te gaan. Door in het vergunningstelsel ruimte te bieden voor een passend en attractief aanbod wordt gestimuleerd dat de burger binnen de gereguleerde kansspelmarkt blijft spelen.

Om kansspelen «op afstand» wettelijk te reguleren wordt in 2014 een wetsvoorstel aan de Tweede Kamer aangeboden. Ook een wetsvoorstel voor de herinrichting van de casinomarkt zal in 2014 aan de Tweede Kamer worden aangeboden.

Overzichtstabel met belangrijkste beleidsmatige mutaties.

Onderstaande tabel bevat de belangrijkste budgettaire mutaties sinds de begroting 2013 (inclusief de eerste suppletoire begroting 2013). Het betreft mutaties die groter zijn dan € 10 mln. Indien politiek relevant, worden ook kleinere mutaties toegelicht.

Belangrijkste beleidsmatige uitgavenmutaties (x € 1.000)
 

Beleidsartikel

2013

2014

2015

2016

2017

2018

Mutaties 1e suppletoire begroting 2013

 

97.633

65.332

76.562

-36.030

-204.352

100.372

Nieuwe Mutaties:

             

Maatregelen Regeerakkoord

             

1. Efficiencytaakstelling Regeerakkoord

alle

0

0

0

-125.297

-279.947

-343.596

2. Ontslagroute via kantonrechter

32

0

0

0

-5.000

-5.000

-5.000

3. Doelmatiger strafrechtketen

92

0

-30.000

-60.000

-60.000

-60.000

-60.000

               

Overige beleidsmatige mutaties:

             

4. Intensiveringsmiddelen veiligheid

31 en 34

0

40.000

36.800

29.500

29.400

29.400

5. Maatregelen rechtspraak afname volume a.g.v. verhoging griffierechten

32

0

-5.000

-13.000

-13.000

-14.000

-14.000

6. Maatregelen rechtsbijstand

32

0

-33.000

-42.775

-86.369

-88.851

-91.090

7. Trendmatige ontwikkeling rechtspraak

32

40.000

0

-33.825

-5.000

0

0

8. Kapitaalslasten strafrechtelijke forensische zorg

34

26.673

26.673

26.673

26.673

26.673

26.673

9. Wijziging masterplan Dienst Justitële Inrichtingen (DJI)

34

2.000

12.000

46.000

53.000

61.000

69.000

10. Alternatieven Vreemdelingenbewaring

34

0

-2.000

7.000

-10.000

-10.000

-10.000

11. Btw-compensatie veiligheidsregio's

36

0

50.137

50.137

50.137

50.137

50.137

12. Kasschuif nominaal en onvoorzien

92

-20.000

0

0

10.000

10.000

0

13. Departementale bijdrage

alle

0

-23.600

-23.600

-23.600

-23.600

-23.600

1. Efficiencytaakstelling

Zoals afgesproken in het Regeerakkoord Rutte/Asscher krijgen alle departementen een efficiencytaakstelling. Voor het Ministerie van Veiligheid en Justitie betekent dit een taakstelling van € 344 mln. structureel vanaf 2018.

2. Ontslagroute via kantonrechter

In het Regeerakkoord is opgenomen dat het ontslagrecht met ingang van 1 juli 2014 wordt hervormd. Conform het Sociaal Akkoord wordt het ontslagrecht echter pas met ingang van 1 januari 2016 gemoderniseerd. Afhankelijk van de reden voor het ontslag komt er een ontslagroute: voor bedrijfseconomisch ontslag en wegens langdurige arbeidsongeschiktheid via een procedure bij UWV en voor (andere) in de persoon gelegen redenen en bij een verstoorde arbeidsverhouding via ontbinding door de kantonrechter. De uitvoeringskosten van de kantonrechtersroute (€ 5 mln. per jaar) zijn hiertoe overgeheveld van de rechtspraak naar het UWV.

3. Doelmatiger strafrechtketen

In het Regeerakkoord is besloten tot bezuinigingen in de strafrechtketen. Door een betere aansluiting van de te onderscheiden schakels (politie, OM en ZM) moeten in de strafrechtketen efficiëntiewinsten worden gerealiseerd. De eerste tranche van deze ombuiging wordt onder andere ingevuld door de overgang naar centrale verwerking van gegevens van flitsapparatuur door het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB).

4. Intensiveringsmiddelen veiligheid

Met de intensivering veiligheid wordt vanaf 2015 het fundament van de politie versterkt. In 2014 wordt reeds gestart met deze versterking en wordt dekking gevonden binnen de begroting van VenJ. Door in te zetten op het verbeteren van efficiëntie en kwaliteit – zaken slimmer en beter aanpakken – wordt de inzetbaarheid en productiviteit van de politie vergroot en stijgt de verdachtenratio. Dit gebeurt uiteraard met oog voor de balans in de (strafrecht)keten, waar de politie onderdeel van uitmaakt. Concreet wordt:

  • van aangifte tot overdracht de kwaliteit van politieproces en -producten als basis van de strafrechtketen versterkt;

  • met «Mobiel Effectiever Op Straat» beter, meer en efficiënter gebruik gemaakt van bestaande contactmomenten tussen politie en burger;

  • de uitvoering van executie- en betekeningopdrachten in de keten door de politie effectiever en efficiënter ingericht waardoor vonnissen vaker en sneller tot uitvoer gebracht worden en de politie meer ruimte voor de uitvoering van haar kerntaken krijgt;

  • flitsboetes efficiënter verwerkt door het overhevelen van een niet-kerntaak van de politie naar het CJIB waardoor er – bij gelijkblijvende operationele politiesterkte – meer blauw op straat komt.

5. Maatregelen rechtspraak afname volume a.g.v. verhoging griffierechten

Teneinde de huidige kwaliteit te handhaven en om de verwachte instroom van de rechtspraak op te kunnen vangen, worden de griffierechten met gemiddeld 15% verhoogd. De verhoging heeft invloed op zowel de uitgaven aan de rechtspraak als de griffierechtontvangsten. De daling van de uitgaven is het gevolg van de geraamde vraaguitval.

6. Maatregelen rechtsbijstand

Op het terrein van de rechtsbijstand wordt een aantal beleidsmaatregelen getroffen. De belangrijkste beleidsmaatregel is de stelselvernieuwing die vanaf 2015 zorgt voor lagere uitgaven. Daarnaast wordt in 2014 een aantal kleinere wetswijzigingen en AMVB’s doorgevoerd, die het budgettaire beroep op de rechtsbijstand verlagen.

7. Trendmatige ontwikkeling rechtspraak

Op basis van de meest recente uitkomsten van het prognose model justitiële ketens (PMJ), worden de geraamde uitgaven aan de rechtspraak bijgesteld.

8. Kapitaalslasten strafrechtelijke forensische zorg

Met ingang van 2007 zijn de exploitatiemiddelen voor de strafrechtelijke forensische zorg overgeheveld uit het algemeen Fonds Bijzondere Ziektekosten naar de begroting van het Ministerie van VenJ. De bijbehorende kapitaalslasten waren nog niet overgeheveld in afwachting van de ontwikkeling van een normatieve huisvestingscomponent (NHC). Inmiddels zijn afspraken gemaakt over de invoering van de NHC en is het resterende deel van de middelen naar VenJ worden overgeboekt.

9. Wijziging Masterplan Dienst Justitiële Inrichtingen (DJI)

Naar aanleiding van de behandeling van het Masterplan DJI in de Tweede Kamer zijn middelen uit de loon- en prijsbijstelling vrijgemaakt voor de aanpassing van het masterplan. Grootste wijziging betreft het niet doorgaan van elektronische detentie «aan de voorkant». Gevolg is dat minder penitentiaire inrichtingen hoeven te sluiten en minder fte’s af te hoeven vloeien.

10. Alternatieven vreemdelingenbewaring

In de vreemdelingenbewaring wordt onderzocht in hoeverre de faciliteiten en de voorzieningen op de vrijheidsbeperkende locaties aangepast kunnen worden, met als doel vreemdelingenbewaring alléén als ultimum remedium in te zetten en de terugkeer van de vreemdelingen verder te stimuleren. Het aantal plekken in de Vreemdelingenbewaring is teruggebracht naar 933. Dit levert € 51 mln. op waarvan € 10 mln. ingezet wordt voor alternatieven voor de vreemdelingebewaring.

11. Btw-compensatie veiligheidsregio’s

Per 1 januari 2014 dient de brandweer in alle veiligheidsregio’s te zijn geregionaliseerd. Hiermee komt een einde aan de gemeentelijke brandweer. Vanaf dat moment vervalt het recht van de veiligheidsregio’s om via de deelnemende gemeenten de btw op brandweeruitgaven te compenseren via het btw-compensatiefonds. Bij de behandeling van het wetsvoorstel tot wijziging van de Wet Veiligheidsregio’s in verband met de verplichte regionalisering van de brandweer (per 1 januari 2013 van kracht geworden) is afgesproken dat de veiligheidsregio’s voor het «verlies» van in totaal € 44,1 mln. (prijspeil 2010) structureel worden gecompenseerd door middel van uitname uit het btw-compensatiefonds. Deze compensatie is ook opgenomen in de brief aan de Tweede Kamer over het onderzoek «Financiële consequenties verplichte regionalisering van de brandweer» (Kamerstukken TK 2011–2012, 29 517, nr. 52). Dit bedrag wordt gecorrigeerd voor loon- en prijsstijgingen uit de jaren 2011 en 2012 en voor de btw-verhoging naar 21%. De totale uitname uit het btw-compensatiefonds, die in 2014 structureel wordt toegevoegd aan de begroting van VenJ, bedraagt daarmee € 50,1 mln.

12. Kasschuif nominaal en onvoorzien

Deze mutatie betreft een budgettair neutrale kasschuif tussen verschillende jaren waarmee de begrote uitgaven in lijn worden gebracht met het te verwachten uitgavenpatroon.

13. Departementale bijdrage

Het kabinet heeft besloten tot een aanvullend bezuinigingspakket van structureel € 6 mld. Dit pakket is noodzakelijk om de overheidsfinanciën weer in lijn te brengen met de economische realiteit. De departementale begrotingen leveren een budgettaire bijdrage ter gedeeltelijke invulling van de bezuinigingspakket. De bijdrage van VenJ hierin bedraagt € 23,6 mln. Deze bijdrage is ingevuld op de diverse beleidsartikelen van de VenJ-begroting.

Belangrijkste beleidsmatige ontvangstenmutaties (x € 1.000)
 

Beleidsartikel

2013

2014

2015

2016

2017

2018

               

Mutaties 1e suppletoire begroting 2013

 

– 113.260

– 59.560

29.340

44.740

68.740

7.240

Nieuwe mutaties:

             

Maatregelen Regeerakkoord

             

1. Kosten strafzaken en detentie

32, 34

0

0

60.000

60.000

60.000

60.000

2. Afromen kansspelbelasting

34

0

0

10.000

10.000

10.000

10.000

               

Overige beleidsmatige mutaties:

             

3. Maatregelen rechtspraak afname a.g.v. verhoging griffierechten

32

0

33.000

38.000

40.000

42.000

44.000

4. Griffierechten

32

– 40.000

0

0

0

0

0

5. Boeten en transacties

33

80.000

0

0

0

0

0

6. Centraliseren verwerking flitsgegevens

33

0

13.500

15.400

15.400

15.400

15.400

1. Kosten strafzaken en detentie

Zoals aangekondigd in het Regeerakkoord, komt er een bijdrageregeling voor gedetineerden. Voor de verblijfskosten wordt (indicatief) € 12,50 per dag in rekening gebracht voor een maximum periode van 6 maanden. Naar verwachting wordt met deze maatregel een jaarlijkse ontvangst op de VenJ-begroting van zo’n € 7 mln. gerealiseerd. Daarnaast wordt een «eigen bijdrage» geheven voor strafzaken in eerste aanleg, waarmee een deel van de kosten van het strafrecht (in geval van een veroordeling) aan de veroordeelde worden doorberekend. Hiermee wordt een jaarlijkse ontvangst op de VenJ-begroting van zo’n € 53 mln. gerealiseerd.

2. Afromen kansspelbelasting

Zoals aangekondigd in het Regeerakkoord wordt het kansspelbeleid gemoderniseerd. Online kansspelen, sportweddenschappen en pokerevenementen worden strikt gereguleerd. Vanaf 2015 worden de vergunningen voor loterijen niet meer onderhands, maar door middel van een transparante procedure gegund. De hiermee samenhangende taakstellende ontvangst die op de VenJ-begroting is ingeboekt bedraagt € 10 mln. per jaar.

3. Maatregelen rechtspraak afname a.g.v. verhoging griffierechten

Teneinde de huidige kwaliteit te handhaven en om de verwachte instroom van de rechtspraak op te kunnen vangen, worden de griffierechten met gemiddeld 15% verhoogd. De verhoging heeft invloed op zowel de uitgaven aan de rechtspraak als de griffierechtontvangsten. De stijging van de ontvangsten is het gevolg van de verhoging van de tarieven.

4. Griffierechten

Bij de griffierechten wordt een tegenvaller van € 40 mln. verwacht in 2013. Eind 2012 was de dalende griffierechtontvangst reeds waar te nemen. De trend lijkt zich door te zetten. De raad voor de rechtspraak heeft in het jaarverslag 2012 aangegeven dat het aantal handelszaken, zowel rechtbank en kanton is gedaald. De hiermee samenhangende daling van de griffierechtopbrengst werd in 2012 nog gecompenseerd door de stijging van het aantal familiezaken bij kanton, maar ook die trend is volgens de Raad inmiddels omgebogen naar een daling. Voor wat betreft de dalende trend bij handel vermoedt de Raad een verband met de invoering van de Wgbz per 1 november 2010 en de competentiegrenswijziging kanton per 1 juli 2011.

5. Boeten en transacties

Door toename van de instroom vanuit de nieuwe trajectcontrolesystemen A2 en A4 en hoger gerealiseerde prijzen bij 30-WAM (als gevolg van een toenemende aantal aanmaningen) worden in 2013 hogere boeten- en transactieontvangsten verwacht. Deze meevaller wordt ingezet voor tegenvallende griffierechten en voor financiering van de Rechtspraak

6. Centraliseren verwerken flitsgegevens

De verwerking van gegevens van flitsapparatuur wordt gecentraliseerd bij het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB). Dit kan niet alleen leiden tot efficiency, maar ook tot hogere boeteontvangsten (zo’n € 15 mln. per jaar) door minder uitval.

Planning beleidsdoorlichtingen

Onderstaand overzicht geeft aan wanneer de doelstellingen van de VenJ-begroting worden doorgelicht.

   

Realisatie

Planning

     

Artikel

Omschrijving artikel

2012

2013

2014

2015

2016

2017

2018

31

Nationale politie

             
 

Veiligheid regio’s en politie (oud o.d. 23) 1

(Planning 2012 en afgerond 2013)

 

X

         
 

Bekostiging Nationale politie (31.2) 2

           

X

 

Kwaliteit, arbeidsvoorwaarden en ICT politie (31.3) 3

(Planning 2012 en afgerond 2013)

 

X

         

32

Rechtspleging en rechtsbijstand

             
 

Adequate toegang tot het rechtsbestel (32.2)

     

X

     
 

Slagvaardige en kwalitatief goede rechtspleging (32.3)

     

X

     

33

Rechtshandhaving en vervolging

             
 

Bestuur, informatie en technologie (33.2)

   

X

       
 

Opsporing en vervolging (33.3)

   

X

       

34

Sanctietoepassing

             
 

Preventieve maatregelen (34.2) (Planning 2012 en afgerond 2013)

 

X

         
 

Tenuitvoerlegging strafrechtelijke sancties en Vreemdelingenbewaring (34.3)

       

X

   
 

Slachtofferzorg (34.4)

(planning 2013 en af te ronden in 2013)

 

X

         

35

Jeugd

             
 

Uitvoering jeugdbescherming en Voogdij AMV’s (35.2)

X

           
 

Tenuitvoerlegging justitiële sancties Jeugd (35.3)

         

X

 

36

Contraterrorisme en nationale veiligheidsbeleid

             
 

Nationale Veiligheid en terrorismebestrijding

(36.2)

       

X

   
 

Veiligheid (radicalisering) (36.2, oud 25.1)

 

X

         
 

Onderzoeksraad voor Veiligheid (36.3)

         

X

 

37

Vreemdelingen

             
 

Toegang, toelating en opvang vreemdelingen (37.2)

         

X

 
 

Terugkeer (37.3)

           

X

1

Dit betreft een oude operationele doelstelling van het oude beleidsartikel 23, dit is opgegaan in beleidsartikelen 31 en 36.

2

De nationale politie bestaat sinds 1 januari 2013. Doorlichting vindt plaats in 2018.

3

Voorheen Veiligheid (ICT).

1

Dit betreft de ervaren gevoelens van overlast en criminaliteit. Zie voor een nadere cijfermatige duiding de toelichting bij beleidsartikel 33.

2

Minder regels, meer op straat. Kamerstukken TK, 29 628, nr. 238.

Licence