Base description which applies to whole site

2.3 Niet beleidsartikelen

Artikel 91. Nominaal en onvoorzien

Budgettaire gevolgen van beleid

Budgettaire gevolgen van beleid, artikel 91 (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
     

Stand oorspronkelijk vastgestelde begroting (na nota van wijziging, amendementen en ISB) (1)

Stand 1e suppletoire begroting (2)

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting (4)=(2+3)

Verplichtingen

1.355

230.807

– 230.807

0

Uitgaven

1.355

230.807

– 230.807

0

 

Loonbijstelling

0

103.445

– 103.445

0

 

Prijsbijstelling

0

62.887

– 62.887

0

 

Nader te verdelen

1.355

64.475

– 64.475

0

Ontvangsten

0

0

0

0

In de kolom «Mutaties 2e suppletoire begroting 2015» worden de mutaties ten opzichte van de «Stand 1e suppletoire begroting 2015» weergegeven. Hieronder worden de belangrijkste mutaties toegelicht.

Toelichting mutaties:

Uitgaven

Toelichting per instrument:

Loonbijstelling

  • De post loonbijstelling wordt per saldo met € 103,5 miljoen verlaagd. Dit betreft de doorverdeling van de loonbijstelling tranche 2015. De verdeling over de begrotingsartikelen is reeds toegelicht in het algemeen deel van het verdiepingshoofdstuk uit de OCW-begroting 2016.

  • Daarnaast wordt de post loonbijstelling verhoogd en direct weer verlaagd met een bedrag van € 231,4 miljoen. Het Kabinet heeft op 10 juli 2015 een Loonruimte-overeenkomst publieke sector 2015 – 2016 afgesloten. Dit betreft de toevoeging en doorverdeling van de kabinetsbijdrage voor OCW voor 2015. Voor de sector Onderwijs gaat het om een bedrag van € 228,3 miljoen en voor de sector Rijk om € 3,1 miljoen. Onderstaande tabellen geeft de doorverdeling over de begrotingsartikelen weer:

Tabel Verdeling loonruimte-overeenkomst, sector Onderwijs (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)

Art.

Omschrijving

2015

1

Primair onderwijs

85.999

3

Voortgezet onderwijs

62.811

4

Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie

28.355

6

Hoger beroepsonderwijs

20.472

7

Wetenschappelijk onderwijs

22.704

9

Arbeidsmarkt- en personeelsbeleid

2.102

16

Onderzoek en wetenschapsbeleid

5.858

Totaal van de verdeling

228.301

Tabel Verdeling loonruimte-overeenkomst, sector Rijk (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)

Art.

Omschrijving

2015

1

Primair onderwijs

258

3

Voortgezet onderwijs

197

4

Beroepsonderwijs en volwasseneneducatie

89

6

Hoger beroepsonderwijs

93

8

Internationaal beleid

43

9

Arbeidsmarkt- en personeelsbeleid

37

11

Studiefinanciering

504

12

Tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten

94

13

Lesgeld

42

14

Cultuur

128

16

Onderzoek en wetenschapsbeleid

2

25

Emancipatie

1

95

Apparaatsuitgaven

1.577

Totaal van de verdeling

3.065

Prijsbijstelling

  • De post prijsbijstelling wordt in totaal met € 62,9 miljoen verlaagd. Dit betreft voor € 33,0 miljoen de doorverdeling van de prijsbijstelling tranche 2015. De verdeling over de begrotingsartikelen is reeds toegelicht in het algemeen deel van het verdiepingshoofdstuk uit de OCW-begroting 2016. Voor € 29,9 miljoen betreft het prijsbijstelling tranche 2015 over de niet kaderrelevante uitgaven studiefinanciering.

Nader te verdelen

  • Het restant van de eindejaarsmarge 2014/2015 wordt ingezet ter dekking van incidentele OCW-brede problematiek. Het betreft onder meer extra uitgaven voor het Programma Vernieuwing Studiefinanciering (PVS) als gevolg van de invoering van het studievoorschot, tegenvallers bij de contributie aan het CERN en het onderwijs op Caribisch Nederland als gevolg van koersverschillen en de bijdrage van OCW aan de voorzieningen binnen de generieke digitale infrastructuur (GDI).

Artikel 95. Apparaatskosten

Budgettaire gevolgen van beleid

Budgettaire gevolgen van beleid, artikel 95 (Tweede suppletoire begroting) (bedragen x € 1.000)
     

Stand vastgestelde begroting(na nota van wijziging, amendementen en ISB) (1)

Stand 1e suppletoire begroting (2)

Mutaties 2e suppletoire begroting (3)

Stand 2e suppletoire begroting (4)=(2+3)

Verplichtingen

247.052

244.571

4.652

249.223

Uitgaven

247.052

244.571

4.652

249.223

             

Personele uitgaven

159.386

171.807

2.948

174.755

Waarvan

       
 

eigen personeel

143.343

160.110

3.698

163.808

 

externe inhuur

6.081

8.305

– 750

7.555

             

Materiële uitgaven

87.666

72.764

554

73.318

Waarvan

       
 

eigen personeel

21.136

30.915

– 5.407

25.508

 

externe inhuur

29.454

24.035

6.363

30.398

             

Begrotingsreserve schatkistbankieren

0

0

1.150

1.150

Ontvangsten

567

567

1.150

1.717

In de kolom «Mutaties 2e suppletoire begroting 2015» worden de mutaties ten opzichte van de «Stand 1e suppletoire begroting 2015» weergegeven. Hieronder worden de belangrijkste mutaties toegelicht.

Toelichting mutaties:

Uitgaven

Toelichting per instrument:

Personele uitgaven

Het budget voor personele uitgaven wordt per saldo met € 2,9 miljoen verhoogd. Dit wordt veroorzaakt door:

  • de doorverdeling van de loonbijstelling tranche 2015 en de extra middelen uit de loonruimte-overeenkomst voor 2015 € 3,3 miljoen;

  • de inzet van € 10,0 miljoen van de eindejaarsmarge ter dekking van de problematiek op de apparaatskosten;

  • diverse interdepartementale overboekingen en technische mutaties hebben geleid tot een verhoging van € 0,1 miljoen;

  • diverse kasschuiven die hebben geleid tot een verlaging van het budget met totaal € 5,5 miljoen. De belangrijkste hiervan zijn:

    • een kasschuif van 2015 naar 2016 t/m 2019 van € 4,4 miljoen waarmee het budget wordt aangepast aan het verwachte uitgavenpatroon;

    • als gevolg van een vertraging in de realisatie van het project «Rijk aan informatie» en het project «OCW naar 3F» zal € 1,1 miljoen pas in 2016 uitgegeven worden.

  • een verlaging van € 5,0 miljoen ten behoeve van het Programma Dienstverlening Instellingen bij DUO, waarbij, in lijn met kabinetsbeleid «Digitaal 2017», wordt gewerkt aan inrichting van een online zelfbedieningsplatform voor onderwijsinstellingen.

Materiële uitgaven

Het budget voor materiële uitgaven wordt per saldo met € 0,6 miljoen verhoogd. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door:

  • toevoeging van de prijsbijstelling van totaal € 0,8 miljoen.

  • de inzet van € 2,4 miljoen van de eindejaarsmarge ter dekking van de problematiek op de apparaatskosten;

  • de dekking voor de bijdrage van OCW voor Rijksbrede ICT-problematiek (Uitwerking Commissie Elias en Generieke Digitale Infrastructuur) ad € 6,0 miljoen.

  • diverse kasschuiven die hebben geleid tot een verlaging van het budget met totaal € 8,0 miljoen. De belangrijkste hiervan zijn:

    • een kasschuif van 2015 naar 2016 t/m 2019 van € 0,9 miljoen waarmee het budget wordt aangepast aan het verwachte uitgavenpatroon;

    • als gevolg van een vertraging in de oplevering van de nieuwe ICT-werkplek zal € 5,9 miljoen pas in 2016 uitgegeven worden;

    • door vertraagde interdepartementale besluitvorming kan in 2015 niet gestart worden met de voorziene herinrichting van de Hoftoren. De projectkosten ad € 1,2 miljoen verschuiven daarmee naar 2016.

  • diverse interdepartementale overboekingen en technische mutaties hebben geleid tot een verlaging van € 0,6 miljoen.

Begrotingsreserve schatkistbankieren

OCW staat garant voor onderwijsinstellingen die bij de Staat lenen (schatkistbankieren). Voor het risico dat OCW hierdoor loopt, ontvangt OCW een vergoeding (risicopremie). De risicopremie voor 2014 is ontvangen in 2015 en deze bedraagt € 1,2 miljoen. Deze premie wordt (via een desaldering) toegevoegd aan de begrotingsreserve schatkistbankieren.

Ontvangsten

Zie hiervoor de toelichting bij de Begrotingsreserve schatkistbankieren.

Licence