Base description which applies to whole site

1. LEESWIJZER

Voor u ligt de begroting 2015 van het Ministerie van Infrastructuur en Milieu (IenM), Hoofdstuk XII van de Rijksbegroting (Begroting hoofdstuk XII). De begroting bestaat uit de volgende onderdelen:

  • De beleidsagenda beschrijft de beleidsprioriteiten van IenM voor 2015. Tevens wordt in de agenda een totaaloverzicht van de beleidsdoorlichtingen, verstrekte garanties en een begroting op hoofdlijnen gepresenteerd.

  • De beleidsartikelen bieden systematisch inzicht in de algemene doelstellingen, de rollen en verantwoordelijkheden, de financiële instrumenten en het evaluatieoverzicht.

  • In de niet-beleidsartikelen worden uitgaven verantwoord die niet zinvol of doelmatig kunnen worden toegerekend aan de beleidsartikelen.

  • In de agentschapsparagrafen zijn de relevante financiële gegevens van KNMI, RWS, ILT en NEa opgenomen.

  • De volgende bijlagen zijn opgenomen in deze begroting:

    • o Overzicht van onder IenM vallende Zelfstandige Bestuursorganen (ZBO’s) en Rechtspersonen met een Wettelijke Taak (RWT’s).

    • o Verdiepingshoofdstuk: een beknopte samenvatting van alle financiële wijzigingen van uitgaven en ontvangsten op artikelniveau.

    • o Overzicht van moties en toezeggingen.

    • o Subsidieoverzicht: hierin wordt een overzicht van alle via IenM verstrekte subsidies opgenomen.

    • o Evaluatie- en overig onderzoek: hierin is een overzicht van effectenonderzoeken ex-post en overige evaluatieonderzoeken opgenomen.

    • o Overzichtsconstructie Milieu: met informatie over alle Milieu-gerelateerde begrote uitgaven van het Rijk (dus ook uitgaven buiten de begroting van IenM).

    • o Lijst met afkortingen.

Naast de Begroting hoofdstuk XII, kent IenM ook de begroting van het Infrastructuurfonds, fonds A van de Rijksbegroting, waarin de concrete investeringsprojecten en programma’s worden geraamd. Met dit aparte fonds voor de infrastructuur wordt invulling gegeven aan de doelstellingen zoals genoemd in de Wet op het Infrastructuurfonds (Stb. 1993, nr. 319), te weten het bevorderen van een integrale afweging van prioriteiten en het bevorderen van continuïteit van middelen voor infrastructuur.

Daarnaast kent IenM de begroting van het Deltafonds, fonds J van de Rijksbegroting. In de Waterwet (Stb. 2009, nr. 107) is opgenomen dat een Deltafonds wordt ingesteld met als doel de bekostiging van maatregelen, voorzieningen en onderzoeken op het gebied van waterveiligheid en zoetwatervoorziening. Met ingang van deze begroting worden ook uitgaven op het gebied van waterkwaliteit verantwoord op het Deltafonds; zie ook hieronder.

De begrotingen van IenM zijn ook digitaal beschikbaar op www.rijksbegroting.nl.

Motie Schouw

In juni 2011 is de motie Schouw ingediend en aangenomen. Deze motie zorgt er voor dat de landenspecifieke aanbevelingen van de Europese Raad op grond van de nationale hervormingsprogramma’s een eigenstandige plaats krijgen in de departementale begrotingen. Voor IenM heeft de Raad voor 2015 geen specifieke aanbevelingen gedaan.

Verantwoord Begroten

Op 20 april 2011 is de aanpassing van de presentatie van de Rijksbegroting onder de naam «Verantwoord Begroten» in de Tweede Kamer behandeld (Kamerstukken II, 2010/11, 31 865, nr. 26). De nieuwe presentatie geeft meer inzicht in de financiële informatie, de rol en verantwoordelijkheid van de Minister en laat een duidelijke splitsing tussen apparaat en programma zien. In deze begroting zijn alle begrotingsartikelen ingevuld volgens de nieuwe voorschriften.

Wat is nieuw in deze begroting

Groeiparagraaf

De begroting 2015 is op de volgende punten gewijzigd ten opzichte van de begroting 2014:

Prijsbijstelling tranche 2014

Aan de Tweede Kamer is toegezegd (Kamerstukken II, 2013/14, 33 750 XII nr. 14) dat de Kamer uiterlijk bij ontwerpbegroting 2015 wordt geïnformeerd over de effecten van de korting op de prijsbijstelling tranche 2014 voor de IenM begrotingen. Als gevolg van deze korting zijn de projecten en programma’s op de fondsen geïndexeerd uit de resterende investeringsruimte bij de modaliteiten. Daarbij is kritisch bezien bij welke projecten en programma’s indexatie dit jaar noodzakelijk was (bijvoorbeeld vanuit juridische en/of bestuurlijke verplichtingen). Bij de Voorjaarsnota is het restant van de aanvullende post prijsbijstelling tranche 2014 daarnaast toegevoegd aan de IenM begrotingen.

Per saldo effect op IenM begrotingen (periode 2014–2028)

Infrastructuurfonds

€ 387mln

waarvan

Hoofdwegen

€ 303 mln

 

Spoorwegen 1

 

Regionaal/Lokale Infrastructuur

€ 11 mln

 

Hoofdvaarwegen

€ 73 mln

Deltafonds

€ 79 mln

Hoofdstuk XII

Totaal effect op de IenM begrotingen

€ 466 mln

1

De besluitvorming over indexatie van de budgetten Spoorwegen voor Beheer, Onderhoud en Vervanging is aangehouden tot de begroting 2016.

De bedragen uit de tabel zijn ten laste van de investeringsruimte op de fondsen gebracht. Evenals vorig jaar resteert er op de fondsen een kasprobleem. Technisch is dit kasprobleem verwerkt via een minregel op de investeringsruimte van de modaliteiten. In het uitvoeringsjaar wordt een risico op een kasoverschrijding ter omvang van het minbedrag in de begroting geaccepteerd. IenM lost de minregel uiterlijk bij ontwerpbegroting 2017 op, maar zo mogelijk bij de eerstvolgende herijking van het investeringsprogramma.

Intertemporele aanpassingen Fondsen

Investeringen in aanleg, beheer en onderhoud zijn gebaat bij continuïteit en een kasbeeld met beperkte schommelingen. In de Infrastructuurfondsbegroting was er in 2016 echter sprake van een forse terugloop van de totale beschikbare middelen ten opzichte van het jaar 2014. Bij het realiseren van meerjarige infrastructuurprojecten is dit een onwenselijke situatie. Het is immers niet zonder meer mogelijk om projecten gedurende 2014 in uitvoering te nemen indien de daarvoor beschikbare kasmiddelen in het uitvoeringsjaar 2016 zeer schaars zijn.

Het verloop van de budgetten vergde daarom een oplossing om het programma zo veel mogelijk volgens planning in uitvoering te blijven nemen. Deze oplossing heb ik – samen met de Minister van Financiën – gevonden in twee kasschuiven op het Infrastructuurfonds ten gunste van het jaar 2016. Eén via het generale beeld (€ 250 miljoen uit 2014 naar 2016 en 2017) en één via het Deltafonds (€ 150 miljoen uit 2018 en 2019 naar 2016). Met deze laatste schuif heb ik tevens een bijdrage geleverd aan een evenwichtiger kasbeeld op het Deltafonds. Op dit fonds was juist in 2016 sprake van een budgettaire piek en een terugloop in 2018 en 2019. Beide kasschuiven zijn reeds verwerkt en aan u gemeld bij Voorjaarsnota 2014. Bij het opstellen van de Miljoenennota bleek dat er binnen de volledige Rijksbegroting nog ruimte was om – aanvullend op deze reeds verwerkte kasschuiven – de beschreven dip in 2016 verder te verlichten. Om deze reden wordt bij Miljoenennota voorgesteld om aanvullend € 40 miljoen te versnellen van 2017 naar 2016.

Waterkwaliteit

Op grond van het amendement Jacobi (Kamerstukken II, 2013/14, 33 503, nr. 8) is het met ingang van 1 januari 2015 mogelijk om de uitgaven op het gebied van waterkwaliteit, ook wanneer deze uitgaven geen relatie hebben met waterveiligheid en zoetwatervoorziening, te verantwoorden op het Deltafonds. Hierdoor is het mogelijk om vanuit het Deltafonds projecten waarin ook waterkwaliteitsaspecten een rol spelen integraal te financieren. Hiertoe zijn middelen overgeboekt van artikel 12 op de Begroting hoofdstuk XII naar het nieuwe artikel 7 in het Deltafonds. Het gaat daarbij om de realisatieprojecten Verbeterprogramma Waterkwaliteit Rijkswateren, Natuurcompensatie Perkpolder, Verruiming Vaargeul Westerschelde en Natuurlijker Markermeer/IJmeer. Tevens is voor dekking gezorgd voor de totale opgave voor de Kaderrichtlijn Water (KRW), die loopt tot en met 2027 (zie ook de «Groeiparagraaf» (Wat is nieuw in deze begroting») in het Deltafonds).

Conversie artikel 11 Waterkwantiteit en artikel 12 Waterkwaliteit naar één integraal waterartikel

In het verlengde van de overheveling van KRW middelen van artikel 12 Waterkwaliteit naar het Deltafonds (zie voorgaand punt), is IenM voornemens om bij Begroting 2016 de artikelen 11 Waterkwantiteit en 12 Waterkwaliteit samen te voegen tot één integraal waterartikel, met behoud van het onderscheid tussen waterkwantiteit en waterkwaliteit. Hiertoe wordt een gewijzigd artikel voorgesteld bestaande uit de artikelonderdelen Waterkwaliteit en Waterkwantiteit. Met dit integrale waterartikel wordt beoogd de samenhang tussen de artikelen te benadrukken, zonder af te doen aan de transparantie van de begroting.

Wijziging naam en algemene doelstelling artikel 15

De naam en algemene doelstelling van artikel 15 is aangepast van «Openbaar Vervoer» in «OV-keten». Deze naam sluit beter aan bij de beleidsinzet van IenM. De oude naam was te breed gedefinieerd; het hoofdrailnet valt bijvoorbeeld ook onder openbaar vervoer, terwijl dat wordt toegelicht in artikel 16. Daarnaast wordt er in artikel 15 verwezen naar beleid ten aanzien van fietsen, dat niet als openbaar vervoer kan worden aangemerkt.

Licence