Base description which applies to whole site

2.2 De productartikelen

Hieronder worden alle beleidsmatig relevante mutaties op het niveau van het artikelonderdeel zichtbaar gemaakt, en waar zinvol en relevant, ook toegelicht (zie leeswijzer). In de verdiepingsbijlage is een meerjarige mutatietabel opgenomen op artikelonderdeelniveau met daarbij de aansluiting tussen de vorige stand van de begroting en de nu voorgestelde stand. Dit voor de volledige looptijd van het fonds.

Artikel 12 Hoofdwegennet

Budgettaire gevolgen van uitvoering: Eerste suppletoire begroting 2018 (bedragen x € 1.000)

12 Hoofdwegennet

Stand ontwerpbegroting

Mutaties via NvW en amendement

Stand vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie

2019

Mutatie

2020

Mutatie

2021

Mutatie

2022

 

(1)

(2)

(3)=(1+2)

(4)

(5)=(3+4)

       

Verplichtingen

3.255.485

0

3.255.485

939.295

4.194.780

468.972

251.153

32.100

48.457

Uitgaven

2.575.982

0

2.575.982

263.686

2.839.668

544.913

234.464

51.323

43.558

Waarvan juridisch verplicht

91%

     

76%

       

12.01 Verkeersmanagement

3.680

0

3.680

0

3.680

0

0

0

0

– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS

3.680

0

3.680

0

3.680

0

0

0

0

12.02 Beheer, onderhoud en vervanging

645.593

0

645.593

19.221

664.814

0

0

0

0

12.02.01 Beheer en onderhoud

576.208

0

576.208

– 1

576.207

0

0

0

0

– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS

576.208

0

576.208

– 1

576.207

0

0

0

0

12.02.04 Vervanging

69.385

0

69.385

19.222

88.607

– 159

– 159

– 159

– 159

12.03 Aanleg

781.590

0

781.590

– 29.111

752.479

32.704

– 13.658

7.300

0

12.03.01 Realisatie

545.870

0

545.870

75.145

621.015

62.280

60.044

– 4.923

1.002

– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS

30.616

0

30.616

0

30.616

0

0

0

0

12.03.02 Verkenningen en planuitwerkingen

235.720

0

235.720

– 104.256

131.464

– 29.576

– 73.702

12.223

– 1.002

– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS

12.407

0

12.407

– 186

12.221

300

0

0

0

12.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS

581.030

0

581.030

– 14.000

567.030

– 159

– 159

– 159

– 159

12.06 Netwerkgebonden kosten HWN

564.089

0

564.089

0

564.089

48.928

48.928

0

0

12.06.01 Apparaatskosten RWS

447.350

0

447.350

– 28

447.322

48.928

48.928

0

0

– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS

447.350

0

447.350

– 28

447.322

48.928

48.929

0

0

12.06.02 Overige netwerkgebonden kosten

116.739

0

116.739

28

116.767

0

0

0

0

– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS

110.739

0

110.739

28

110.767

0

0

0

0

12.07 Investeringsruimte

0

0

0

287.576

287.576

463.440

199.353

44.182

43.717

Ontvangsten

90.402

0

90.402

– 1.818

88.584

5.850

241

– 859

– 159

12.09.01 Ontvangsten

90.402

0

90.402

– 1.818

88.584

5.850

241

– 859

– 159

12.09.02 Topopgave

0

0

0

0

0

0

0

0

0

Verplichtingen

De verplichtingenophoging van € 939,2 miljoen in 2018 is voornamelijk het gevolg van de technische verwerking van het saldo over 2017 (€ 699,9 miljoen), de verhoging van het Infrastructuurfonds volgend uit het regeerakkoord van het kabinet-Rutte III (€ 287,6 miljoen) en bijstellingen op diverse projecten om aan te sluiten bij de actuele projectplanningen en uitgavenramingen (– € 35,7 miljoen). Tot slot leiden overige mutaties tot een verlaging van het verplichtingenbudget (– € 12,2 miljoen).

De verplichtingenbijstellingen om aan te sluiten bij de actuele projectplanningen en uitgavenramingen hebben met name betrekking op de volgende projecten en posten:

  • A4 Delft-Schiedam (– € 18,8 miljoen);

  • A2 passage Maastricht (– € 16,6 miljoen);

  • Beheer, onderhoud en vervanging (– € 13,6 miljoen);

  • A50 Ewijk-Valburg (– € 10,9 miljoen);

  • A10 Tweede Coentunnel (+ € 6,9 miljoen);

  • A27/A12 Utrecht (+ € 6,0 miljoen);

  • Meerjarenprogramma Geluidsanering (+ € 5,0 miljoen);

  • N33 Assen-Zuid (+ € 5,0 miljoen).

12.02 Beheer, onderhoud en vervanging

Dit artikelonderdeel wordt in 2018 met € 19,2 miljoen verhoogd als gevolg van de technische verwerking van het saldo over 2017. Dit betekent dat in 2017 € 19,2 miljoen minder is uitgegeven dan oorspronkelijk begroot. Het saldo wordt in 2018 aan dit artikelonderdeel toegevoegd, zodat de omvang van de budgetten meerjarig ongewijzigd blijft.

12.03 Aanleg

Dit artikelonderdeel wordt in 2018 per saldo met € 29,1 miljoen verlaagd. Het artikelonderdeel wordt verlaagd als gevolg van overboekingen voor het programma Beter Benutten (– € 39,9 miljoen), meerjarig budgetneutrale kasschuiven tussen modaliteiten (– € 33,0 miljoen, waarvan de terugboeking in de jaren 2019, 2020 en 2021 plaatsvindt), overboekingen naar de begroting Hoofdstuk XII (– € 8,3 miljoen), en een overboeking naar artikelonderdeel 12.04 voor de A24 Blankenburgverbinding (– € 7,7 miljoen). Hiertegenover staan verhogingen als gevolg van de technische verwerking van het saldo over 2017 (€ 56,0 miljoen), een overboeking vanuit artikelonderdeel 12.04 voor N18 Varsseveld (€ 2,4 miljoen), en bijdragen van derden (€ 1,8 miljoen). Tot slot leiden overige mutaties tot een verlaging van het artikelonderdeel (– € 0,4 miljoen).

Saldo 2017

Dit artikelonderdeel wordt in 2018 met € 56,0 miljoen verhoogd als gevolg van de technische verwerking van het saldo over 2017. Dit betekent dat in 2017 € 56,0 miljoen minder is uitgegeven dan oorspronkelijk begroot. Het saldo wordt in 2018 aan dit artikelonderdeel toegevoegd, zodat de omvang van de budgetten meerjarig ongewijzigd blijft.

Bijdragen derden

Deze post bestaat uit de bijdragen van derden aan diverse projecten. De belangrijkste bijdragen zijn:

  • N35 Zwolle – Wijthmen: de gemeente Zwolle en het waterschap leveren een bijdrage voor de realisatie van een fietsbrug en grondverwerving. In totaal gaat het om € 4,9 miljoen, waarvan € 0,9 miljoen in 2018.

  • A7 Zuidelijke Ringweg Groningen, fase 2: de gemeente heeft een bijdrage geleverd à € 0,6 miljoen.

Overboekingen naar de begroting Hoofdstuk XII

Dit artikelonderdeel wordt in 2018 met € 8,3 miljoen verlaagd als gevolg van twee overboekingen naar de begroting Hoofdstuk XII, te weten:

  • Topsector Logistiek (– € 17,5 miljoen, waarvan – € 5,2 miljoen in 2018): voor de uitvoering van het Jaarplan Topsector Logistiek worden er budgetten overgeheveld naar de begroting van HXII.

  • Brede doeluitkering A24 Blankenburgverbinding (– € 3,1 miljoen): Dit betreft een overboeking vanuit het Infrastructuurfonds naar Artikel 25 Brede Doeluitkering op de begroting HXII ten behoeve van het door de Metropoolregio Rotterdam Den Haag opgestelde Kwaliteitsprogramma Blankenburgverbinding.

Programma Beter Benutten

Voor de uitvoering van het programma Beter Benutten wordt het artikelonderdeel in 2018 met € 39,9 miljoen verlaagd. Hieraan liggen de volgende overboekingen ten grondslag:

  • Een overboeking naar artikel 25 Brede Doeluitkering op de begroting Hoofdstuk XII (€ 26,4 miljoen);

  • Diverse overboekingen naar het Provinciefonds, het Gemeentefonds en het BTW-compensatiefonds (€ 10,8 miljoen);

  • Een overboeking naar artikel 14 Wegen en Verkeersveiligheid op de begroting Hoofdstuk XII (€ 2,7 miljoen).

Kasschuiven tussen modaliteiten

Dit artikelonderdeel wordt verlaagd als gevolg van meerjarig budgetneutrale kasschuiven tussen modaliteiten (– € 33,0 miljoen, waarvan de terugboeking in de jaren daarop plaatsvindt). Om voor alle modaliteiten tot een sluitende programmering te komen, zijn budgettair neutrale kasschuiven over de diverse jaren tussen alle modaliteiten in het Infrastructuurfonds noodzakelijk.

A24 Blankenburgverbinding

In het najaar van 2017 is het DBFM-contract voor het project A24 Blankenburgverbinding getekend. Als gevolg van het afsluiten van een DBFM-contract heeft in 2017 een betaling van € 7,7 miljoen plaatsgevonden vanaf artikelonderdeel 12.04 Geïntegreerde contractvormen. Omdat de DBFM-conversie nog niet heeft plaatsgevonden staat het projectbudget nog op artikelonderdeel 12.03 Aanleg. Daarom wordt er nu € 7,7 miljoen overgeheveld van artikelonderdeel 12.03 Aanleg naar artikelonderdeel 12.04 Geïntegreerde contractvormen.

N18 Varsseveld

Op het project N18 Varsseveld heeft bij de begroting 2018 een DBFM-conversie plaatsgevonden. In 2017 heeft nog een betaling van € 2,4 miljoen plaatsgevonden vanaf 12.03 Aanleg voor restwerkzaamheden die geen onderdeel uitmaken van het DBFM-contract. Dit bedrag wordt bij de eerste suppletoire begroting overgeheveld vanaf artikelonderdeel 12.04 Geïntegreerde contractvormen naar artikelonderdeel 12.03 Aanleg.

12.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS

De verlaging van het artikelonderdeel van € 14,0 miljoen is hoofdzakelijk het gevolg van de technische verwerking van het saldo over 2017 (– € 18,7 miljoen), en overboekingen tussen artikelonderdeel 12.03 Aanleg en 12.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS voor de A24 Blankenburgverbinding (€ 7,7 miljoen) en de N18 Varsseveld (– € 2,4 miljoen). Tot slot leiden overige mutaties tot een verlaging van het artikelonderdeel (– € 0,6 miljoen).

Saldo 2017

Dit artikelonderdeel wordt in 2018 met € 18,7 miljoen verlaagd als gevolg van de technische verwerking van het saldo over 2017. Dit betekent dat in 2017 € 18,7 miljoen meer is uitgegeven dan oorspronkelijk begroot. Het saldo wordt in 2018 op dit artikelonderdeel in mindering gebracht, zodat de omvang van de budgetten meerjarig ongewijzigd blijft.

A24 Blankenburgverbinding

In het najaar van 2017 is het DBFM-contract voor het project A24 Blankenburgverbinding getekend. Als gevolg van het afsluiten van een DBFM-contract heeft in 2017 een betaling van € 7,7 miljoen plaatsgevonden vanaf artikelonderdeel 12.04 Geïntegreerde contractvormen. Omdat de DBFM-conversie nog niet heeft plaatsgevonden staat het projectbudget nog op artikelonderdeel 12.03 Aanleg. Daarom wordt er nu € 7,7 miljoen overgeheveld van artikelonderdeel 12.03 Aanleg naar artikelonderdeel 12.04 Geïntegreerde contractvormen.

N18 Varsseveld

Op het project N18 Varsseveld heeft in 2017 een DBFM-conversie plaatsgevonden, waarmee het projectbudget is overgeheveld van artikelonderdeel 12.03 Aanleg naar artikelonderdeel 12.04 Geïntegreerde contractvormen. In 2017 heeft echter nog een betaling van € 2,4 miljoen plaatsgevonden vanaf 12.03 Aanleg voor restwerkzaamheden voor de N18 Varsseveld die geen onderdeel uitmaken van het DBFM-contract. Dit bedrag wordt bij de eerste suppletoire begroting overgeheveld vanaf artikelonderdeel 12.04 Geïntegreerde contractvormen naar artikelonderdeel 12.03 Aanleg, waar de betaling heeft plaatsgevonden.

12.06 Netwerkgebonden kosten HWN

Op dit artikelonderdeel worden de aan het netwerk te relateren apparaatskosten van Rijkswaterstaat en de overige netwerkgebonden kosten geraamd. De verhoging van het Infrastructuurfonds volgend uit het Regeerakkoord kabinet-Rutte III heeft apparaatsconsequenties voor Rijkswaterstaat. De apparaatsconsequenties zijn reeds in beeld en resulteren in een ophoging van het artikelonderdeel 12.06 Netwerkgebonden kosten HWN in 2019 en 2020.

12.07 Investeringsruimte

De verhoging van dit artikelonderdeel is het gevolg van de verhoging van het Infrastructuurfonds zoals opgenomen in het regeerakkoord van het kabinet-Rutte III.

12.09 Ontvangsten

Bij de Voorjaarsnota 2018 vinden twee mutaties plaats die per saldo leiden tot € 1,8 miljoen lagere ontvangsten. Het artikelonderdeel wordt verlaagd als gevolg van de verwerking van het saldo 2017 (€ 3,4 miljoen). Hiertegenover staat een verhoging als gevolg van bijdragen derden (€ 1,6 miljoen).

Saldo 2017

De begrotingstand in 2018 wordt met € 1,8 miljoen verlaagd als gevolg van de technische verwerking van het saldo over 2017. Dit betekent dat in 2017 € 1,8 miljoen meer is ontvangen dan oorspronkelijk begroot.

Bijdragen derden

Deze post bestaat uit de bijdragen van derden aan diverse projecten. De belangrijkste bijdragen zijn:

  • N35 Zwolle – Wijthmen: de gemeente Zwolle en het waterschap leveren een bijdrage voor de realisatie van een fietsbrug en grondverwerving. In totaal gaat het om € 4,9 miljoen, waarvan € 0,9 miljoen in 2018.

  • A7 Zuidelijke Ringweg Groningen, fase 2: de gemeente heeft een bijdrage geleverd à € 0,6 miljoen.

Artikel 13 Spoorwegen

Budgettaire gevolgen van uitvoering: Eerste suppletoire begroting 2018 (bedragen x € 1.000)

13 Spoorwegen

Stand ontwerpbegroting

Mutaties via NvW en amendement

Stand vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie

2019

Mutatie

2020

Mutatie

2021

Mutatie

2022

 

(1)

(2)

(3)=(1+2)

(4)

(5)=(3+4)

       

Verplichtingen

2.527.321

0

2.527.321

896.553

3.423.874

386.808

188.739

43.913

39.049

Uitgaven

2.190.386

0

2.190.386

219.915

2.410.301

430.516

187.698

55.852

56.493

Waarvan juridisch verplicht

91%

     

95%

       

13.02 Beheer, onderhoud en vervanging

1.245.258

0

1.245.258

– 70.642

1.174.616

– 4.314

– 6.515

– 5.805

– 4.744

13.03 Aanleg

766.273

0

766.273

47.784

814.057

41.055

18.845

35.704

34.889

13.03.01 Realisatieprogramma personenvervoer

505.834

0

505.834

226.121

731.955

109.608

105.532

87.296

104.141

13.03.02 Realisatieprogramma goederenvervoer

62.124

0

62.124

11.504

73.628

– 102

– 503

– 503

– 503

13.03.04 Verk. en planuitw. personenvervoer

195.706

0

195.706

– 195.282

424

– 68.451

– 86.184

– 51.089

– 68.749

13.03.05 Verk. en planuitw. goederenervoer

2.609

0

2.609

5.441

8.050

0

0

0

0

13.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS

162.258

0

162.258

17.208

179.466

2.777

1.664

0

0

13.07 Rente en aflossing

16.597

0

16.597

0

16.597

0

0

0

0

13.08 Investeringsruimte

0

0

0

225.565

225.565

390.998

173.704

25.953

26.348

13.09 Ontvangsten

314.250

0

314.250

55.930

370.180

– 4.245

– 7.350

– 6.701

– 6.555

Verplichtingen

De verplichtingenophoging van € 896,6 miljoen in 2018 is voornamelijk het gevolg van de technische verwerking van het saldo over 2017 (€ 700,4 miljoen), de verhoging van het Infrastructuurfonds volgend uit het regeerakkoord van het kabinet-Rutte III (€ 212,3 miljoen) en bijstellingen op diverse projecten om aan te sluiten bij de actuele projectplanningen en uitgavenramingen (– € 9,0 miljoen). Tot slot leiden overige mutaties tot een verlaging van het verplichtingenbudget (– € 7,1 miljoen).

De verplichtingenbijstellingen om aan te sluiten bij de actuele projectplanningen en uitgavenramingen hebben met name betrekking op de volgende projecten en posten:

  • Sporendriehoek Noord-Nederland (– € 29,3 miljoen);

  • Meerjarenprogramma Geluidsanering (+ € 27,8 miljoen);

  • Landelijk verbeterprogramma overwegen (– € 11,7 miljoen);

  • Infraprovider beschikbaarheidsvergoeding (+ € 8,0 miljoen).

  • Rente en aflossing (– € 6,6 miljoen)

  • Reservering aanpak HSL verstoringen (+ € 2,2 miljoen)

13.02 Beheer, onderhoud en vervanging

De verlaging van het artikelonderdeel in 2018 van € 70,7 miljoen is hoofdzakelijk het gevolg van de technische verwerking van het saldo over 2017 (– € 70,2 miljoen) en overige mutaties (– € 0,5 miljoen)

Saldo 2017

Dit artikelonderdeel wordt in 2018 met € 70,2 miljoen verlaagd als gevolg van de technische verwerking van het saldo over 2017. Dit betekent dat in 2017 € 70,2 miljoen meer is uitgegeven dan oorspronkelijk begroot. Het saldo wordt in 2018 op dit artikelonderdeel in mindering gebracht, zodat de omvang van de budgetten meerjarig ongewijzigd blijft.

Intercity Brussel

Vanaf 9 april 2018 rijdt de Intercity Brussel over de HSL-Zuid. Als gevolg hiervan ontvangt IenW een lagere concessievergoeding voor het gebruik van de HSL-Zuid. Hiertegenover staat dat ProRail een hogere gebruikersvergoeding ontvangt. De hogere gebruikersvergoeding wordt in mindering gebracht op de subsidie die IenW verstrekt aan ProRail voor beheer, onderhoud en vervanging. Hiertoe wordt dit artikelonderdeel vanaf 2019 meerjarig met € 72,4 miljoen verlaagd.

13.03 Aanleg

Het artikelonderdeel wordt in 2018 per saldo met € 47,8 miljoen verhoogd. Het artikelonderdeel wordt verhoogd als gevolg van de afrekening van ProRail over het derde tertaal 2017 (€ 40,4 miljoen), de technische verwerking van het saldo over 2017 (€ 27,0 miljoen), bijdragen derden (€ 4,4 miljoen), perronaanpassing Rotterdam Centraal (€ 3,8 miljoen) en geluidsmaatregelen HSL-Zuid (€ 1,7 miljoen). Hiertegenover staan verlagingen als gevolg van meerjarig budgetneutrale kasschuiven tussen modaliteiten (– € 16,0 miljoen), overboekingen voor het programma Beter Benutten (– € 9,5 miljoen) en een overboeking naar de begroting Hoofdstuk XII (– € 3,8 miljoen). Tot slot leiden overige mutaties tot een verlaging van het artikelonderdeel (– € 0,2 miljoen). Voorts wordt in de jaren 2020 tot en met 2022 in totaal € 60 miljoen aan dit artikelonderdeel toegevoegd voor prestatieverbeteringen van de HSL-Zuid.

Afrekening ProRail derde tertaal 2017

ProRail ontvangt voor de in uitvoering zijnde aanlegprojecten ieder tertaal voorschotten. Deze voorschotten worden het daaropvolgende tertaal per project afgerekend op basis van de werkelijke gemaakte kosten. De technische afrekening over het derde tertaal van 2017 van te hoog bevoorschotte projecten aan ProRail bedraagt € 40,4 miljoen.

Saldo 2017

Dit artikelonderdeel wordt in 2018 met € 27,0 miljoen verhoogd als gevolg van de technische verwerking van het saldo over 2017. Dit betekent dat in 2017 € 27,0 miljoen minder is uitgegeven dan oorspronkelijk begroot. Het saldo wordt in 2018 aan dit artikelonderdeel toegevoegd, zodat de omvang van de budgetten meerjarig ongewijzigd blijft.

Bijdragen derden

Deze post bestaat uit de bijdragen van derden aan diverse projecten. De belangrijkste bijdragen zijn:

  • Hogere concessievergoeding voor het hoofdrailnet (€ 6,8 miljoen, waarvan € 1,5 miljoen in 2018). De middelen worden ingezet voor de aanleg van het treinbeïnvloedingssysteem TBL1+ op de Belgische grensbaanvakken op het traject Roosendaal-Antwerpen. Een ontvangst ten behoeve van de post Nazorg voor het Nieuw Sleutel Project (NSP) Breda (€ 2,5 miljoen)

Perronaanpassing Rotterdam Centraal

IenW doet een bijdrage voor de perronaanpassing op Rotterdam Centraal. In totaal wordt € 6,5 miljoen beschikbaar gesteld, waarvan € 3,8 miljoen in 2018. De dekking vindt plaats uit artikelonderdeel 13.08 Investeringsruimte. Het project heeft als doel een directe Eurostar service naar Londen, zonder overstap in Brussel, mogelijk te maken.

Geluidsmaatregelen HSL-Zuid

Bij de ontwerpbegroting 2016 zijn middelen vrijgemaakt voor het verminderen van de geluidshinder door de HSL-Zuid. Gezien de geluidsmaatregelen geen relatie hebben met de restpunten van de constructie van de HSL-Zuid, worden deze middelen overgeheveld van artikelonderdeel 17.03 HSL-Zuid naar planuitwerking en verkenning op artikelonderdeel 13.03 Aanleg. Bij de tweede suppletoire begroting 2017 is reeds het bedrag dat in 2017 geraamd stond (€ 1,7 miljoen) overgeheveld naar artikelonderdeel 13.03 Aanleg.

Kasschuiven tussen modaliteiten

Het artikelonderdeel wordt verlaagd als gevolg van meerjarig budgetneutrale kasschuiven tussen modaliteiten (– € 16,0 miljoen, waarvan de terugboeking in de jaren daarop plaatsvindt). Om voor alle modaliteiten tot een sluitende programmering te komen, zijn budgettair neutrale kasschuiven over de diverse jaren tussen alle modaliteiten in het Infrastructuurfonds noodzakelijk.

Programma Beter Benutten

Voor de uitvoering van het programma Beter Benutten wordt het artikelonderdeel in 2018 met € 9,5 miljoen verlaagd door diverse overboekingen naar het Provinciefonds en het BTW-compensatiefonds.

Overboeking naar de begroting Hoofdstuk XII

Het artikelonderdeel wordt in 2018 met € 8,3 miljoen verlaagd als gevolg van een overboeking naar de begroting Hoofdstuk XII voor de uitvoering van de Topsector Logistiek (– € 12,9 miljoen, waarvan – € 3,8 miljoen in 2018)

Prestatieverbetering HSL-Zuid

In de 40e voortgangsrapportage van de HSL-zuid is aangekondigd € 60 miljoen vrij te maken voor infrastructurele maatregelen ter verbetering van de prestaties op de HSL-Zuid (Kamerstukken, 2017–2018, 22 026, nr. 498). In 2017 heeft reeds een verplichtingenoverboeking plaatsgevonden. Dit betreft de meerjarige doorwerking voor de periode 2020–2022.

13.04 Geïntegreerde contractvormen/PPS

Het artikelonderdeel wordt in 2018 met € 17,2 miljoen verhoogd als gevolg van de verwerking van het saldo over 2017 (€ 14,2 miljoen) en een opdracht aan het consortium Infraspeed in het kader van de HSL-Zuid (€ 3,0 miljoen).

Saldo 2017

Dit artikelonderdeel wordt in 2018 met € 14,2 miljoen verhoogd als gevolg van de technische verwerking van het saldo over 2017. Dit betekent dat in 2017 € 14,2 miljoen minder is uitgegeven dan oorspronkelijk begroot. Het saldo wordt in 2018 aan dit artikelonderdeel toegevoegd, zodat de omvang van de budgetten meerjarig ongewijzigd blijft.

Opdracht Infraspeed HSL-Zuid

Het nemen van maatregelen tegen de zettingenproblematiek op de HSL-Zuid, verloopt via het consortium Infraspeed. Hiertoe worden middelen overgeheveld vanuit artikelonderdeel 17.03 HSL-Zuid naar artikelonderdeel 13.04 Geïntegreerde contractvormen (€ 7,4 miljoen, waarvan € 3,0 miljoen in 2018).

13.08 Investeringsruimte

Het artikelonderdeel wordt in 2018 per saldo met € 225,6 miljoen verhoogd. Het artikelonderdeel wordt verhoogd als gevolg van de verhoging van het Infrastructuurfonds volgend uit het regeerakkoord van het kabinet-Rutte III (€ 212,3 miljoen) en de verwerking van het saldo over 2017 (€ 19,1 miljoen). Daartegenover staan verlagingen als gevolg van een perronaanpassing op Rotterdam Centraal (– € 3,8 miljoen) en zettingsproblematiek op de HSL-Zuid (– € 2,1 miljoen). Voorts wordt in de jaren 2020 tot en met 2022 in totaal € 60 miljoen uit de investeringsruimte onttrokken voor prestatieverbeteringen van de HSL-Zuid.

Saldo 2017

Dit artikelonderdeel wordt in 2018 met € 19,1 miljoen verhoogd als gevolg van de technische verwerking van het saldo over 2017. Dit betekent dat in 2017 € 19,1 miljoen minder dekking uit de investeringsruimte heeft plaatsgevonden dan oorspronkelijk begroot. Het saldo wordt in 2018 aan dit artikelonderdeel toegevoegd, zodat de omvang van de budgetten meerjarig ongewijzigd blijft.

Perronaanpassing Rotterdam Centraal

IenW doet een bijdrage voor de perronaanpassing op Rotterdam Centraal. In totaal wordt € 6,5 miljoen beschikbaar gesteld, waarvan € 3,8 miljoen in 2018. De dekking vindt plaats uit artikelonderdeel 13.08 Investeringsruimte. Het project heeft als doel een directe Eurostar service naar Londen, zonder overstap in Brussel, mogelijk te maken.

Zettingenproblematiek HSL-Zuid

De verwachte kosten voor het oplossen van de zettingenproblematiek op de HSL-Zuid valt € 6,4 miljoen hoger uit dan tot nu toe verwacht. Hiertoe wordt € 6,4 miljoen, waarvan € 2,1 miljoen in 2018 overgeheveld vanuit artikelonderdeel 13.08 Investeringsruimte naar artikelonderdeel 17.03 HSL-Zuid.

Prestatieverbetering HSL-Zuid

In de 40e voortgangsrapportage van de HSL-zuid is aangekondigd € 60 miljoen vrij te maken voor infrastructurele maatregelen ter verbetering van de prestaties op de HSL-Zuid (Kamerstukken, 2017–2018, 22 026, nr. 498). In 2017 heeft reeds een verplichtingenoverboeking plaatsgevonden. Dit betreft de meerjarige doorwerking voor de periode 2020–2022.

13.09 Ontvangsten

De hogere ontvangsten bij Eerste suppletoire begroting 2018 van € 55,9 miljoen is het gevolg van de afrekening van ProRail over het derde tertaal 2017 (€ 40,4 miljoen), de verwerking van het saldo over 2017 (€ 11,6 miljoen), en bijdragen van derden (€ 3,9 miljoen).

Afrekening ProRail derde tertaal 2017

ProRail ontvangt voor de in uitvoering zijnde aanlegprojecten ieder tertaal voorschotten. Deze voorschotten worden het daaropvolgende tertaal per project afgerekend op basis van de werkelijke gemaakte kosten. De technische afrekening over het derde tertaal van 2017 van te hoog bevoorschotte projecten aan ProRail bedraagt € 40,4 miljoen.

Saldo 2017

De begrotingstand in 2018 wordt met € 11,6 miljoen verhoogd als gevolg van de technische verwerking van het saldo over 2017. Dit betekent dat in 2017 € 11,6 miljoen minder is ontvangen dan oorspronkelijk begroot.

Bijdragen van derden

Deze post bestaat uit de bijdragen van derden aan diverse projecten. De belangrijkste bijdragen zijn:

  • Hogere concessievergoeding voor het hoofdrailnet (€ 6,8 miljoen, waarvan € 1,5 miljoen in 2018). De middelen worden ingezet voor de aanleg van het treinbeïnvloedingssysteem TBL1+ op de Belgische grensbaanvakken op het traject Roosendaal-Antwerpen.

  • Een ontvangst ten behoeve van de post nazorg voor het Nieuw Sleutel Project (NSP) Breda (€ 2,5 miljoen).

Intercity Brussel

Vanaf 9 april 2018 rijdt de Intercity Brussel over de HSL-Zuid. Als gevolg hiervan ontvangt IenW een lagere concessievergoeding voor het gebruik van de HSL-Zuid. Hiertegenover staat dat ProRail een hogere gebruikersvergoeding ontvangt. De hogere gebruikersvergoeding wordt in mindering gebracht op de subsidie die IenW verstrekt aan ProRail voor beheer, onderhoud en vervanging. Hiertoe wordt dit artikelonderdeel vanaf 2019 meerjarig met € 72,4 miljoen verlaagd.

Artikel 14 Regionaal, lokale infrastructuur

Budgettaire gevolgen van uitvoering: Eerste suppletoire begroting 2018 (bedragen x € 1.000)

14 Regionaal, lokale infrastructuur

Stand ontwerpbegroting

Mutaties via NvW en amendement

Stand vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie

2019

Mutatie

2020

Mutatie

2021

Mutatie

2022

 

(1)

(2)

(3)=(1+2)

(4)

(5)=(3+4)

       

Verplichtingen

59.087

0

59.087

26.565

85.652

– 58.751

9.811

0

0

Uitgaven

246.600

0

246.600

– 43.444

203.156

– 58.761

9.811

0

0

Waarvan juridisch verplicht

100%

     

70%

       

14.01 Grote regionaal/lokale projecten

194.764

0

194.764

1.206

195.970

0

0

0

0

14.01.02 Planuitw. progr. Reg./lok.

0

0

0

498

498

0

0

0

0

14.01.03 Realisatieprogrogramma Reg./lok.

194.764

0

194.764

708

195.472

0

0

0

0

14.01.04 Investeringsruimte

0

0

0

0

0

0

0

0

0

14.02 Regionale Mob. Fondsen

0

0

0

0

0

0

0

0

0

14.03 RSP-ZZL: Pakket Bereikbaarheid

51.836

0

51.836

– 44.650

7.186

– 58.761

9.811

0

0

14.03.01 RSP – ZZL: RB projecten

2.595

0

2.595

– 259

2.336

– 10

0

0

0

14.03.02 RSP – ZZL: RB mob. fondsen

33.034

0

33.034

– 33.034

0

– 42.544

27.238

0

0

14.03.03 RSP – ZZL: REP

16.207

0

16.207

– 11.357

4.850

– 16.207

– 17.427

0

0

14.09 Ontvangsten

0

0

0

0

0

0

0

0

0

Verplichtingen

De hogere verplichtingen worden veroorzaakt door meerjarig budgetneutrale kasschuiven tussen modaliteiten (€ 48,9 miljoen) de technische verwerking van het saldo over 2017 (– € 22,4 miljoen).

14.03 RSP-ZZL: Pakket Bereikbaarheid

Het artikelonderdeel wordt per saldo met € 43,4 miljoen verlaagd als gevolg van de technische verwerking van het saldo over 2017 (– € 92,4 miljoen) en meerjarig budgetneutrale kasschuiven tussen modaliteiten (€ 49,0 miljoen).

Saldo 2017

Dit artikelonderdeel wordt in 2018 met € 92,4 miljoen verlaagd als gevolg van de technische verwerking van het saldo over 2017. Dit betekent dat in 2017 € 92,4 miljoen meer is uitgegeven dan oorspronkelijk begroot. Het saldo wordt in 2018 op dit artikelonderdeel in mindering gebracht, zodat de omvang van de budgetten meerjarig ongewijzigd blijft.

Kasschuiven tussen modaliteiten

Het artikelonderdeel wordt verlaagd als gevolg van meerjarig budgetneutrale kasschuiven tussen modaliteiten (€ 49,0 miljoen, waarvan de terugboeking in de jaren daarop plaatsvindt). Om voor alle modaliteiten tot een sluitende programmering te komen, zijn budgettair neutrale kasschuiven over de diverse jaren tussen alle modaliteiten in het Infrastructuurfonds noodzakelijk.

Artikel 15 Hoofdvaarwegennet

Budgettaire gevolgen van uitvoering: Eerste suppletoire begroting 2018 (bedragen x € 1.000)

15 Hoofdvaarwegennet

Stand ontwerpbegroting

Mutaties via NvW en amendement

Stand vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie

2019

Mutatie

2020

Mutatie

2021

Mutatie

2022

 

(1)

(2)

(3)=(1+2)

(4)

(5)=(3+4)

       

Verplichtingen

863.989

0

863.989

135.306

999.295

34.548

6.721

– 12.636

2.635

Uitgaven

964.746

0

964.746

40.654

1.005.400

60.048

34.721

– 9.063

4.935

Waarvan juridisch verplicht

99%

     

81%

       

15.01 Verkeersmanagement

8.525

0

8.525

0

8.525

0

0

0

0

– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS

8.525

0

8.525

0

8.525

0

0

0

0

15.02 Beheer, onderhoud en vervanging

376.866

0

376.866

20.718

397.584

– 4.718

– 4.718

– 5.928

0

15.02.01 Beheer en onderhoud

269.466

0

269.466

– 7.050

262.416

– 5.928

– 5.928

– 5.928

0

– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS

264.728

0

264.728

– 3.230

261.498

– 5.928

– 5.928

– 5.928

0

15.02.04 Vervanging

107.400

0

107.400

27.768

135.168

1.210

1.210

0

0

– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS

0

0

0

0

0

0

0

0

0

15.03 Aanleg

227.570

0

227.570

– 8.601

218.969

– 1.618

8.000

– 8.000

0

15.03.01 Realisatie

218.362

0

218.362

– 6.589

211.773

– 1.214

7.963

9.218

0

15.03.02 Verkenningen en planuitwerkingen

9.208

0

9.208

– 2.012

7.196

– 404

37

– 17.218

0

– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS

379

0

379

– 1

378

0

0

0

0

15.04 Geïntegreerde contractvormen

44.839

0

44.839

– 9.090

35.749

0

0

0

0

15.06 Netwerkgebonden kosten HVWN

306.946

0

306.946

0

306.946

0

0

0

0

15.06.01 Apparaatskosten RWS

278.254

0

278.254

0

278.254

0

0

0

0

– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS

278.254

0

278.254

0

278.254

0

0

0

0

15.06.02 Overige netwerkgebonden kosten

28.692

0

28.692

0

28.692

0

0

0

0

– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS

28.692

0

28.692

0

28.692

0

0

0

0

15.07 Investeringsruimte

0

0

0

37.627

37.627

66.384

31.439

4.865

4.935

15.09 Ontvangsten

131.197

0

131.197

3.436

134.633

1.210

1.210

0

0

Verplichtingen

De verplichtingenophoging van € 135,3 miljoen in 2018 is voornamelijk het gevolg van de technische verwerking van het saldo over 2017 (€ 29,6 miljoen), de verhoging van het Infrastructuurfonds volgend uit het regeerakkoord van het kabinet-Rutte III (€ 37,6 miljoen) en bijstellingen op diverse projecten om aan te sluiten bij de actuele projectplanningen en uitgavenramingen (€ 68,7 miljoen). Tot slot leiden overige mutaties tot een verlaging van het verplichtingenbudget (– € 0,7 miljoen).

De verplichtingenbijstellingen om aan te sluiten bij de actuele projectplanningen en uitgavenramingen hebben met name betrekking op de volgende projecten en posten:

  • Nieuwe Sluis Terneuzen (€ 49,0 miljoen);

  • Lekkanaal (€ 6,0 miljoen);

  • Beheer, onderhoud en vervanging (€ 5,0 miljoen).

15.02 Beheer, onderhoud en vervanging

De verhoging van dit artikelonderdeel van per saldo € 20,7 miljoen is het gevolg van drie mutaties, te weten de technische verwerking van het saldo over 2017 (€ 23,2 miljoen), bijdragen derden (€ 3,6 miljoen), en overboekingen naar het Ministerie van Defensie (– € 6,1 miljoen).

Saldo 2017

Dit artikelonderdeel wordt in 2018 met € 23,2 miljoen verhoogd als gevolg van de technische verwerking van het saldo over 2017. Dit betekent dat in 2017 € 23,2 miljoen minder is uitgegeven dan oorspronkelijk begroot. Het saldo wordt in 2018 aan dit artikelonderdeel toegevoegd, zodat de omvang van de budgetten meerjarig ongewijzigd blijft.

Bijdragen derden

Voor de renovatie van de Waalbrug wordt een bijdrage van de gemeente Nijmegen ontvangen van € 6,1 miljoen, waarvan € 3,6 miljoen in 2018.

Overboekingen Ministerie van Defensie

Dit betreft een overboeking naar het Ministerie van Defensie. In het kader van de Kustwacht draagt IenW bij aan de instandhouding van de kustwachtvliegtuigen, betonning en noodsleephulp op de Noordzee. In totaal wordt € 23,9 miljoen overgeheveld, waarvan € 6,1 miljoen in 2018.

15.03 Aanleg

Het artikelonderdeel wordt per saldo met € 8,6 miljoen verlaagd als gevolg van de technische verwerking van het saldo over 2017 (– € 10,9 miljoen) en bijdragen derden (€ 2,2 miljoen). Tot slot leiden overige mutaties tot een verhoging van het artikelonderdeel (€ 0,1 miljoen).

Saldo 2017

Dit artikelonderdeel wordt in 2018 met € 10,9 miljoen verlaagd als gevolg van de technische verwerking van het saldo over 2017. Dit betekent dat in 2017 € 10,9 miljoen meer is uitgegeven dan oorspronkelijk begroot. Het saldo wordt in 2018 op dit artikelonderdeel in mindering gebracht, zodat de omvang van de budgetten meerjarig ongewijzigd blijft.

Bijdragen derden

Dit betreft een bijdrage van Vlaanderen voor het programma Walradarsystemen voor de radartoren Ossenisse en Capfiller radarsysteem (€ 0,7 miljoen) en een bijdrage van de provincie Groningen voor het ontwikkelen van een vogelbroedeiland binnen het project verruiming vaarweg Eemshaven-Noordzee (€ 1,5 miljoen).

15.04 Geïntegreerde contractvormen

De verlaging van het artikelonderdeel met € 9,1 miljoen is met name het gevolg van de technische verwerking van het saldo over 2017 (– € 8,3 miljoen). Dit betekent dat in 2017 € 8,3 miljoen meer is uitgegeven dan oorspronkelijk begroot. Het saldo wordt in 2018 op dit artikelonderdeel in mindering gebracht, zodat de omvang van de budgetten meerjarig ongewijzigd blijft. Tot slot leiden overige mutaties tot een verlaging van het artikelonderdeel (– € 0,8 miljoen).

15.07 Investeringsruimte

De verhoging van dit artikelonderdeel is het gevolg van de verhoging van het Infrastructuurfonds volgend uit in het regeerakkoord van het kabinet-Rutte III.

Artikel 17 Megaprojecten verkeer en vervoer

Budgettaire gevolgen van uitvoering: Eerste suppletoire begroting 2018 (bedragen x € 1.000)

17 Megaprojecten Verkeer en Vervoer

Stand ontwerpbegroting

Mutaties via NvW en amendement

Stand vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie

2019

Mutatie

2020

Mutatie

2021

Mutatie

2022

 

(1)

(2)

(3)=(1+2)

(4)

(5)=(3+4)

       

Verplichtingen

310.309

0

310.309

433.888

744.197

2.323

4.257

0

0

Uitgaven

262.497

0

262.497

61.057

323.554

– 20.423

– 12.943

– 16.600

– 16.700

Waarvan juridisch verplicht

100%

     

45%

       

17.02 Betuweroute

4.942

0

4.942

2.093

7.035

0

0

0

0

17.03 Hogesnelheidslijn-Zuid

8.894

0

8.894

1.294

10.188

– 20.423

– 12.943

– 16.600

– 16.700

17.03.01 Realisatie HSL-Zuid

8.894

0

8.894

1.294

10.188

– 20.423

– 12.943

– 16.600

– 16.700

17.06 Project Mainportontwikkeling R'dam

34.940

0

34.940

3.976

38.916

0

0

0

0

17.07 ERTMS

98.823

0

98.823

24.582

123.405

0

0

0

0

17.08 Zuidasdok

114.898

0

114.898

29.112

144.010

0

0

0

0

17.09 Ontvangsten

30.436

0

30.436

– 838

29.598

0

621

0

0

Verplichtingen

De hogere verplichtingen worden met name veroorzaakt door de technische verwerking van het saldo over 2017 (€ 442,2 miljoen).

17.07 ERTMS

De verhoging van dit artikelonderdeel met € 24,6 miljoen is het gevolg van de technische verwerking van het saldo over 2017 (€ 26,6 miljoen) en een overboeking naar de begroting Hoofdstuk XII (– € 2,0 miljoen).

Saldo 2017

Dit artikelonderdeel wordt in 2018 met € 26,6 miljoen verhoogd als gevolg van de technische verwerking van het saldo over 2017. Dit betekent dat in 2017 € 26,6 miljoen minder is uitgegeven aan het programma ERTMS dan oorspronkelijk begroot. Het saldo wordt in 2018 aan dit artikelonderdeel toegevoegd, zodat de omvang van de budgetten meerjarig ongewijzigd blijft.

Overboeking begroting Hoofdstuk XII

De apparaatsuitgaven ten behoeve van het programma ERTMS worden verantwoord op artikel 98 Apparaatsuitgaven Kerndepartement op de begroting Hoofdstuk XII. Op de apparaatsuitgaven hebben zich in 2017 vertragingen voorgedaan. Het niet-uitgeputte apparaatsbudget is in 2017 teruggeboekt naar het Infrastructuurfonds, zodat het budget voor ERTMS in stand blijft. Een deel van deze overgehevelde budgetten (€ 2,0 miljoen) vloeien bij de Eerste suppletoire begroting terug naar de begroting Hoofdstuk XII.

17.08 ZuidasDok

Dit artikelonderdeel wordt in 2018 met € 29,1 miljoen verhoogd als gevolg van de technische verwerking van het saldo over 2017. Dit betekent dat in 2017 € 29,1 miljoen minder is uitgegeven aan het project ZuidasDok dan oorspronkelijk begroot. Het saldo wordt in 2018 aan dit artikelonderdeel toegevoegd, zodat de omvang van de budgetten meerjarig ongewijzigd blijft.

Artikel 18 Overige uitgaven en ontvangsten

Budgettaire gevolgen van uitvoering: Eerste suppletoire begroting 2018 (bedragen x € 1.000)

18 Overige uitgaven en ontvangsten

Stand ontwerpbegroting

Mutaties via NvW en amendement

Stand vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie

2019

Mutatie

2020

Mutatie

2021

Mutatie

2022

 

(1)

(2)

(3)=(1+2)

(4)

(5)=(3+4)

       

Verplichtingen

2.966

– 1.872

1.094

54.278

55.372

3.754

4.777

5.000

5.000

Uitgaven

2.966

– 1.872

1.094

54.514

55.608

3.754

4.777

5.000

5.000

Waarvan juridisch verplicht

100%

     

0%

       

18.01 Saldo van de afgesloten rekeningen

0

0

0

0

0

0

0

0

0

18.02 Beter Benutten

0

0

0

0

0

0

0

0

0

18.03 Intermodaal vervoer

0

0

0

0

0

0

0

0

0

18.04 Gebiedsgerichte aanpak (UPR)

0

0

0

0

0

0

0

0

0

18.06 Externe veiligheid

1.016

0

1.016

4.627

5.643

0

0

0

0

18.07 Modaliteitsonafhankelijke kennis en expertise

0

0

0

0

0

0

0

0

0

18.08 Netwerkoverstijgende kosten

0

0

0

44.887

44.887

0

0

0

0

18.08.01 Apparaatskosten RWS

0

0

0

0

0

0

0

0

0

– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS

0

0

0

0

0

0

0

0

0

18.08.02 Overige netwerkoverstijgende kosten

0

0

0

0

0

0

0

0

0

– Waarvan bijdrage aan agentschap RWS

0

0

0

0

0

0

0

0

0

18.08.03 Afroming eigen vermogen RWS

0

0

0

44.887

44.887

0

0

0

0

18.11 Investeringsruimte

0

0

0

5.000

5.000

5.000

5.000

5.000

5.000

18.12 Nader toe te wijzen BenO en Vervanging

0

0

0

0

0

0

0

0

0

18.12.01 Beheer en onderhoud

0

0

0

0

0

0

0

0

0

18.12.02 Vervanging

0

0

0

0

0

0

0

0

0

18.13 Tol gefinancierde uitgaven

0

0

0

0

0

0

0

0

0

18.14 Minregel: rentevrijval

0

0

0

0

0

0

0

0

0

18.15 Ramingsbijstelling en kasschuif

0

0

0

0

0

0

0

0

0

18.15.01 Ramingsbijstelling

0

0

0

0

0

0

0

0

0

18.15.02 Kasschuif

0

0

0

0

0

0

0

0

0

18.16 Reservering Omgevingswet

1.950

– 1.872

78

0

78

– 1.246

– 223

0

0

18.09 Ontvangsten

0

0

0

12.376

12.376

0

0

0

0

18.10 Saldo van de afgesloten rekeningen

0

0

0

78.728

78.728

0

0

0

0

Verplichtingen

De verplichtingenophoging van € 54,2 miljoen in 2018 is voornamelijk het gevolg van de technische verwerking van het saldo over 2017 (€ 56,7 miljoen), een overboeking naar het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties in het kader van de Omgevingswet (– € 22,7 miljoen), afroming van eigen vermogen van Rijkswaterstaat (€ 12,4 miljoen) en de verhoging van het Infrastructuurfonds volgend uit het regeerakkoord van het kabinet-Rutte III (€ 5,0 miljoen). Tot slot leiden overige mutaties tot een verhoging van het verplichtingenbudget (€ 2,9 miljoen).

18.06 Externe veiligheid

Dit artikelonderdeel wordt met € 4,6 miljoen verhoogd als gevolg van de technische verwerking van het saldo over 2017. Dit betekent dat in 2017 € 4,6 miljoen minder aan Externe veiligheid is uitgegeven dan oorspronkelijk begroot. Het saldo wordt in 2018 aan dit artikelonderdeel toegevoegd, zodat de omvang van de budgetten meerjarig ongewijzigd blijft.

18.08 Netwerkoverstijgende kosten

De verhoging van dit artikelonderdeel is het gevolg van de technische verwerking van het saldo over 2017 (€ 32,5 miljoen) en afroming van het eigen vermogen van Rijkswaterstaat (€ 12,4 miljoen).

Saldo 2017

Dit artikelonderdeel wordt in 2018 met € 32,5 miljoen verhoogd als gevolg van de technische verwerking van het saldo over 2017. Dit betekent dat in 2017 € 32,5 miljoen minder is uitgegeven dan oorspronkelijk begroot. Het saldo wordt in 2018 aan dit artikelonderdeel toegevoegd, zodat de omvang van de budgetten meerjarig ongewijzigd blijft.

Afroming eigen vermogen Rijkswaterstaat

Het eigen vermogen van een baten-lastenagentschap is via de Regeling agentschappen gebonden aan een maximumomvang van 5 procent van de gemiddelde jaaromzet, berekend over de laatste drie jaar. De maximale omvang van het eigen vermogen wordt door Rijkswaterstaat overschreden. Conform de Regeling agentschappen wordt het surplus eigen vermogen uiterlijk bij de eerstvolgende suppletoire begrotingswet afgedragen aan de eigenaar (IenW). Voor het surplus eigen vermogen van Rijkswaterstaat geldt dat – in lijn met het zwaartepunt van de herkomst – deze middelen vooralsnog toegevoegd worden aan het kader van het Infrastructuurfonds.

18.11 Investeringsruimte

De verhoging van dit artikelonderdeel is het gevolg van de verhoging van het Infrastructuurfonds volgend uit het regeerakkoord van het kabinet-Rutte III.

18.16 Reservering Omgevingswet

De Omgevingswet valt sinds het kabinet Rutte-III onder verantwoordelijkheid van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. De middelen bestemd voor de Omgevingswet die via de werking van het saldo naar 2018 zijn geschoven (€ 22,7 miljoen), worden overgeheveld naar het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (– € 22,7 miljoen). Per saldo wijzigt dit artikelonderdeel niet.

18.09 Ontvangsten

De hogere ontvangsten zijn een gevolg van de afroming van het eigen vermogen bij Rijkswaterstaat zoals toegelicht bij artikelonderdeel 18.08 Netwerkoverstijgende kosten.

18.10 Saldo van de afgesloten rekeningen

Zoals in het algemene deel van deze memorie van toelichting reeds is aangegeven, bedraagt het voordelig saldo van het fonds over het jaar 2017 € 78,7 miljoen. Dit saldo wordt gevormd door de saldering van de in dat jaar gerealiseerde uitgaven en ontvangsten en wordt in 2017 geheel ten gunste gebracht van het artikelonderdeel 18.10 Saldo van de afgesloten rekeningen. Bij alle uitgaven- en ontvangstenartikelen zijn in dit wetsvoorstel mutaties opgenomen, die voortvloeien uit de verdeling van het voordelig saldo van de afgesloten rekeningen naar de juiste artikelen en producten.

Artikel 19 Bijdragen ten laste van begroting Hoofdstuk XII

Budgettaire gevolgen van uitvoering: Eerste suppletoire begroting 2018 (bedragen x € 1.000)

19 Bijdragen andere begrotingen Rijk

Stand ontwerpbegroting

Mutaties via NvW en amendement

Stand vastgestelde begroting

Mutaties 1e suppletoire begroting

Stand 1e suppletoire begroting

Mutatie

2019

Mutatie

2020

Mutatie

2021

Mutatie

2022

 

(1)

(2)

(3)=(1+2)

(4)

(5)=(3+4)

       

Ontvangsten

5.676.892

– 1.872

5.675.020

448.568

6.123.588

957.232

463.807

94.072

100.000

19.09 Ten laste van begroting IenW

5.676.892

– 1.872

5.675.020

448.568

6.123.588

957.232

463.807

94.072

100.000

19.09 Ontvangsten

De opwaartse bijstelling van de ontvangsten wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door de verhoging van het Infrastructuurfonds volgend uit het regeerakkoord van het kabinet-Rutte III. Daarnaast vinden diverse overboekingen naar de begroting Hoofdstuk XII plaats. De belangrijkste overboekingen worden toegelicht in paragraaf 2.1. Overzicht uitgaven- en ontvangsten mutaties.

Licence