Base description which applies to whole site

3. Overzicht belangrijkste mutaties in 2019

In dit wetsvoorstel is een aantal begrotingswijzigingen opgenomen die per saldo leiden tot een verlaging van de geraamde uitgaven 2019 van Buitenlandse Zaken (V) met EUR 27,5 miljoen. Deze incidentele afname wordt veroorzaakt door de EU-afdrachten. Naar aanleiding van de bronnenrevisie van het Centraal Bureau voor de Statistiek is het Nederlandse BNI opwaarts bijgesteld. Voor 2019 leidt dit via de jaarlijkse nacalculatie van de EU-afdrachten tot ophoging van deze afdracht van EUR 318 miljoen. Het restant van de reservering valt vrij.

De overige begrotingswijzigingen (excl. EU-afdrachten) laten per saldo een structurele toename zien van EUR 76,5 miljoen in 2019. Dit is onder andere het gevolg van loon- en prijsontwikkelingen wereldwijd (inflatiecorrectie) en de inzet van de eindejaarsmarge op apparaatsuitgaven.

De mutaties van de 1e suppletoire begroting 2019 van BZ worden bij onderdeel 4 en 5, toelichting per beleidsartikel resp. niet-beleidsartikel, nader toegelicht.

Een aantal, in omvang grootste mutaties, is in dit onderdeel opgenomen en toegelicht.

Verplichtingen

De mutaties van de verplichtingen zijn overeenkomstig de mutaties bij uitgaven en worden bij onderdeel 4 en 5, toelichting per beleidsartikel resp. niet-beleidsartikel, nader toegelicht.

Uitgaven

Overzicht belangrijkste suppletoire uitgavenmutaties 2019 (Eerste suppletoire begroting) (bedragen in EUR 1.000)
 

Artikelnummer

Uitgaven

Vastgestelde begroting

 

9.976.656

Belangrijkste suppletoire mutaties

   

1) Afdrachten aan de Europese Unie

3.1

– 105.200

2) Samen met ketenpartners het personenverkeer regelen

4.2

11.700

3) Apparaat

7

75.100

4) overige mutaties

 

– 9.101

stand 1e suppletoire begroting

 

9.949.155

Artikel 3.1

De afdracht aan de EU wordt incidenteel met EUR 105,2 miljoen neerwaarts bijgesteld. Dit is het gevolg van het surplus dat de EU over 2018 overhield. Dit surplus wordt elk jaar aan de lidstaten teruggegeven via een lagere BNI-afdracht. Voor Nederland leidt het surplus tot een neerwaartse bijstelling van de BNI-afdracht met EUR 88 miljoen. Daarnaast is de raming van de BNI-afdracht met EUR 17 miljoen neerwaarts bijgesteld doordat de raming van de overige inkomsten van de EU in de Europese begroting voor 2019 opwaarts is bijgesteld.

Artikel 4.2

De mutaties op dit artikel zijn onder meer een gevolg van de autonome groei van visa, waardoor de uitgaven van de dienstverlening toenemen, zoals ICT kosten, vervoerskosten visumproces en aankoop visumstickers. De uitgaven voor modernisering van de consulaire diplomatie worden in 2019 en 2020 verhoogd om de digitaliseringsagenda conform planning en budget uit te voeren.

Artikel 7

De personele en materiele uitgaven van het apparaatsbudget laten een stijging zien van EUR 75,1 miljoen. Het budget neemt toe als gevolg van loon- en prijsontwikkelingen wereldwijd. Verder neemt het materiele budget toe als gevolg van de inzet van de eindejaarsmarge op reguliere apparaatsuitgaven voor bedrijfsvoering, huisvesting buitenland, ICT en facilitaire kosten. Deze middelen zijn vanuit 2018 doorgeschoven.

De volgende mutaties zijn het gevolg van de uitvoering van het beleid:

Vredespaleis

De toonaangevende internationale positie van Nederland brengt verantwoordelijkheden met zich mee. Om concurrerend te kunnen blijven, werkt het Ministerie van Buitenlandse Zaken aan een rijksbreed gedragen strategisch gastlandbeleid. Dit vergt permanente inspanning van het Ministerie van Buitenlandse Zaken als coördinerend ministerie voor gastlandzaken. In deze hoedanigheid heeft BZ een gastlandverantwoordelijkheid voor het Vredespaleis. BZ heeft geen verantwoordelijkheid voor het Vredespaleis als Rijksmonument, maar meent vanuit zijn gastlandverantwoordelijkheid wel dat de twee Hoven (Internationaal Gerechtshof van de VN en Permanent Hof van Arbitrage) goed gehuisvest dienen te zijn. Daartoe dient het Vredespaleis te worden gerenoveerd. De benodigde middelen zijn vanaf 2021 gereserveerd in de 1e suppletoire begroting. Tevens is EUR 50 miljoen op de Aanvullende Post gereserveerd voor de renovatie. Dit bedrag is nog niet toegevoegd aan de BZ-begroting.

Chinastrategie

Het Nederlandse Chinabeleid raakt een groot aantal ministeries onder andere op het terrein van internationale rechtsorde, mensenrechten, handel, klimaat, energie, ontwikkelingssamenwerking en veiligheid. Voor de uitvoering van de Chinastrategie worden extra middelen (EUR 24 miljoen) vanuit de HGIS ter beschikking gesteld voor de periode 2019–2023. Deze middelen worden verdeeld over een aantal departementen en hoofdzakelijk ingezet om extra capaciteit vrij te maken.

Ontvangsten

Overzicht belangrijkste suppletoire ontvangstenmutaties 2019 (Eerste suppletoire begroting) (bedragen in EUR 1.000)
 

Artikelnummer

Ontvangsten

Vastgestelde begroting

 

459.511

Belangrijkste suppletoire mutaties

   

1) EU overige ontvangsten

3.10

– 331.371

2) Diverse ontvangsten apparaat

7.10

20.000

3) overige mutaties

 

3.859

stand 1e suppletoire begroting

 

151.999

Artikel 3.10

Het onderhavige wetsvoorstel leidt tot een verlaging van de geraamde ontvangsten 2019 van Buitenlandse Zaken (V) met EUR -331,4 miljoen.

Artikel 7.10

De raming op de apparaatsontvangsten voor de verkoop van vastgoed wordt met EUR 20 miljoen naar boven bijgesteld. Met deze middelen worden de investeringen gedekt voor de modernisering en rationalisering van de huisvestingsportefeuille.

De ontvangsten worden per artikel nader toegelicht in onderdeel 4 en 5.

Licence