Base description which applies to whole site

Bijlage 3: Verdiepingshoofdstuk

In deze bijlage worden voor alle artikelen op de SZW-begroting de mutaties van de uitgaven en ontvangsten tussen de eerste suppletoire begroting 2023 en de ontwerpbegroting 2024 gedetailleerd toegelicht. Dit gebeurt zowel voor de begrotingsgefinancierde als voor de premiegefinancierde regelingen. De eerdere mutaties zijn in de betreffende stukken toegelicht.

Tabel 144 Uitgaven beleidsartikel 1 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023

1.505.632

1.343.300

1.165.714

977.792

714.350

 

Mutaties Nota van Wijziging begroting 2023

211.000

     

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

‒ 203.812

‒ 291.483

‒ 308.907

‒ 316.173

‒ 250.836

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Loon- en prijsbijstelling 2023

22.424

4.425

9.833

7.056

4.654

 

2. Overboekingen met andere departementen

‒ 3.733

‒ 4.757

‒ 116

   

3. Overboekingen van Aanvullende Post

0

0

0

363

724

 

4. Kasschuiven

‒ 34.036

13.736

‒ 5.700

0

26.000

 

5. Budgettair neutrale herschikkingen

4.254

5.092

414

414

318

 

6. Afrekening 2022

‒ 22.325

     

7. Vrijval sectoraal maatwerk regeling NLLD programma

‒ 1.218

     

8.Vrijval STAP

‒ 147.370

     

9. Scholingsregling SLIM

 

25.000

25.000

15.685

8.000

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024

1.330.816

1.095.313

886.238

685.137

503.210

321.257

  • 1. De loon- en prijsbijstelling 2023 is overgeheveld om het budget op prijspeil 2023 te brengen.

  • 2. Er zijn negen overboekingen met andere departementen. De grootste mutatie is de overboeking naar het Ministerie van Financiën voor het uitvoeren van de wet DBA door de Belastingdienst (- € 3,3 miljoen).

  • 3. Door de verbreding van de banenafspraak zullen er meer mensen recht krijgen op het LKV banenafspraak en zal de doelgroep toenemen. Daarvoor wordt er budget overgeboekt van de aanvullende post van de begroting van Financiën.

  • 4. Om beter aan te sluiten bij het kasritme, zijn er diverse kasschuiven. De grootste zijn voor middelen voor de Maatwerkregeling duurzame inzetbaarheid en eerder uittreden (MDIEU) van 2023 (- € 26,0 miljoen) naar 2027, van 2024 naar 2025 voor de Stimuleringsregeling voor leren en ontwikkelen in mkb (SLIM-regeling € 10,0 miljoen), van 2023 naar 2025 voor Bedrijfsartsen (€ 4,3 miljoen), en van 2023 naar 2024 voor Duurzame inzetbaarheid en leven lang ontwikkelen (- € 2,9 miljoen).

  • 5. Er is sprake van diverse budgettair neutrale herschikkingen binnen de SZW-begroting.

  • 6. De nabetalingen bij de NOW zijn in totaal € 22,3 miljoen lager uitgevallen dan aanvankelijk geraamd.

  • 7. Er is een meevaller van € 1,2 miljoen sectoraal maatwerk regeling Nederland Leert Door (NLLD) omdat twee aanvragers hun projecten ingetrokken hebben.

  • 8. De scholingssubsidie STAP, die per 2024 wordt stopgezet, is in 2023 conform motie Van der Lee gerichter vormgegeven. Hierdoor valt in 2023 een bedrag vrij van € 147,4 miljoen. Van dit bedrag wordt € 73,7 miljoen aangewend om het budget voor de SLIM incidenteel te verhogen van 2024 tot en met 2027 (zie hieronder bij nummer 9).

  • 9. Dit extra budget voor SLIM wordt (cf. motie Van der Lee c.s.) ingezet voor individuele scholing. De middelen worden bij SLIM doorgeschoven naar latere jaren (2024-2027).

Tabel 145 Ontvangsten beleidsartikel 1 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023

206.505

13.880

13.880

13.880

13.880

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

754.610

1.000

1.000

1.000

1.000

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Afrekening 2022

10.207

     

2. Bijstelling ontvangsten NOW

698

     
       

Stand ontwerpbegroting 2024

972.020

14.880

14.880

14.880

14.880

14.880

  • 1. De uitgaven aan STAP van € 173,5 miljoen in eerdere jaren komen € 10,2 miljoen lager uit dan het bevoorschotte bedrag van € 183,7 miljoen.

  • 2. Op basis van de ontvangen informatie van UWV is de raming van de terugontvangsten NOW opwaarts bijgesteld. Dit leidt tot € 0,7 miljoen meerontvangsten in 2023.

Tabel 146 Uitgaven premiegefinancierd artikel 1 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023 reëel

377.786

390.830

389.542

388.378

387.098

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

12.345

‒ 16.748

‒ 11.044

‒ 5.292

513

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Uitvoeringsmutaties

17.252

15.385

13.823

12.229

10.601

 

2. Overheveling indexatie 2023

17.409

16.693

16.890

17.095

17.297

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024 reëel

424.792

406.160

409.211

412.410

415.509

418.631

       

Stand ontwerpbegroting 2023 nominaal

14.294

29.435

43.924

58.394

73.011

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

3.115

8.331

15.083

22.123

28.079

 
       

Nieuwe mutaties:

      

3. Overheveling indexatie 2023

‒ 17.409

‒ 16.693

‒ 16.890

‒ 17.095

‒ 17.297

 

4. Nominale bijstelling

 

829

897

1.027

552

 

5. Bijstelling MEV

 

5.827

6.805

7.160

7.508

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024 nominaal

0

27.729

49.819

71.609

91.853

111.124

       

Stand ontwerpbegroting 2024

424.792

433.889

459.030

484.019

507.362

529.755

  • 1. Op basis van de realisatiecijfers in de Juninota van UWV is er in 2023 sprake van een tegenvaller bij de transitievergoeding van € 17,3 miljoen die afloopt naar circa € 9 miljoen in 2028. Er is enerzijds een opwaartse bijstelling van het aantal toegewezen compensaties, doordat relatief minder aanvragen worden afgewezen. Anderzijds is er een neerwaarts effect omdat het aantal werknemers dat naar verwachting arbeidsongeschikt raakt de komende jaren minder snel stijgt.

  • 2. Om de hoogte van de raming op prijsniveau 2023 te brengen wordt de nominale reeks betreffende de indexatie 2023 overgeheveld van nominaal naar reëel.

  • 3. Zie mutatie nummer 2.

  • 4. Ramingsbijstelling van de nominale ontwikkeling door gewijzigde indexatiepercentages vanaf 2024.

  • 5. Ramingsbijstelling op basis van de nieuwe CPB-prognose (MEV 2024).

Tabel 147 Uitgaven beleidsartikel 2 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023

6.855.655

7.114.522

7.266.482

7.433.756

7.630.851

 

Mutaties amendementen

150

     

Mutaties Nota van Wijziging begroting 2023

50.000

     

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

200.500

191.459

191.256

154.559

150.516

 

Mutaties Nota van Wijziging 1e suppletoire begroting 2023

‒ 50

‒ 30

    
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Loon- en prijsbijstelling 2023

316

901

907

908

908

 

2. Overboekingen met andere departementen

‒ 17.889

‒ 739

‒ 903

‒ 631

‒ 1.631

 

3. Overboekingen van Aanvullende Post

0

91

483

182

182

 

4. Kasschuiven

150

150

‒ 300

   

5. Budgettair neutrale herschikkingen

‒ 4.085

‒ 8.447

‒ 2.613

‒ 70

‒ 100

 

6. Uitvoeringsmutaties

2.473

7.147

6.594

6.634

7.302

 

7. Bijstelling prijsniveau 2023

701.572

736.781

755.364

771.967

792.227

 

8. Verhoging bijstand door taakstelling statushouders

15.010

28.437

25.384

21.574

18.678

 

9. Tijdelijke oplossing alleenverdieners

   

38.000

20.000

 

10. Tegemoetkoming energiekosten studenten

2.000

69.000

    

11. Onderwijsroute

0

0

0

‒ 2.500

‒ 2.500

 

12. IOW verlenging

0

0

0

‒ 7.355

‒ 21.424

 

13. Koopkrachtpakket

0

32.542

39.319

39.318

39.317

 

14. Noodfonds

0

60.000

    

15. Bijstelling MEV

‒ 50.213

‒ 111.627

‒ 24.147

2.327

6.534

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024

7.755.589

8.120.187

8.257.826

8.458.669

8.640.860

8.846.952

  • 1. De loon- en prijsbijstelling 2023 is overgeheveld om het budget op prijspeil 2023 te brengen.

  • 2. Er zijn zeven overboekingen met andere departementen. De grootste mutatie is de overboeking naar het Gemeentefonds voor de Energietoeslag voor studenten (- € 17,5 miljoen).

  • 3. Er zijn twee overboekingen van de begroting van Financiën: een voor Caribisch Nederland (zie punt 4) van € 0,3 miljoen in 2025 en een correctieboeking voor de Participatiewet in balans.

  • 4. Om beter aan te sluiten bij het kasritme worden middelen voor de verhoging van de onderstand en AWW Caribisch Nederland van de aanvullende post (zie punt 3) naar de jaren 2023 en 2024 geschoven.

  • 5. Er is sprake van diverse budgettair neutrale herschikkingen binnen de SZW-begroting.

  • 6. Op basis van de uitvoeringsinformatie van de Toeslagenwet is er een opwaartse bijstelling van het volume. Dit resulteert in een tegenvaller die meerjarig doorwerkt.

  • 7. Ramingsbijstelling van de uitkeringen om die op prijspeil 2023 te brengen.

  • 8. Doordat de definitieve huisvestingstaakstelling voor 2023 hoger is uitgevallen dan eerder werd verwacht, worden de uitgaven aan de bijstand naar boven bijgesteld. Een deel van de statushouders die wordt gehuisvest in een gemeente stroomt in bij de bijstand en daarom zorgt een hogere huisvestingstaakstelling voor meer uitgaven.

  • 9. Gemeenten gaan tot en met 2027 de tijdelijke oplossing voor de alleenverdienersproblematiek uitvoeren. Financiering van gemeenten zal naar verwachting plaatsvinden via een specifieke uitkering, met uitbetaling aan gemeenten in jaar T+2.

  • 10. Tegemoetkoming energiekosten studenten wordt door DUO uitbetaald. De middelen worden vanaf artikel 2 overgemaakt naar DUO.

  • 11. Tijdelijke voortzetting onderwijsroute van 2026 tot en met 2029. De onderwijsroute is voor deze jaren vastgesteld op een prijs van € 17.000 per inburgeraar. Deze prijs wordt meegenomen in de berekening van de gemiddelde prijs van een leerroute in deze jaren.

  • 12. Als gevolg van het verlengen van de IOW met vier jaar neemt het aantal IOW-uitkeringen toe. Hierdoor neemt ook het aantal aanvullingen vanuit de Toeslagenwet op IOW-uitkeringen toe.

  • 13. In het koopkrachtpakket van augustus 2023 zijn onder andere middelen gereserveerd voor de verhoging van de onderstand tot 85% van het WML per 1 januari 2024, een energietoelage in 2024 en in de bijstand het terugdraaien van de versnelling afbouw AHK met bevriezen vanaf 2024. Het bevriezen van de dubbele algemene heffingskorting in de bijstand in 2024 en het schrappen van het versnelde afbouwpad in 2024 en 2025 resulteert in een opwaartse bijstelling van de uitkeringslasten van de Toeslagenwet.

  • 14. Het kabinet reserveert in 2024 in totaal maximaal € 60 miljoen voor een bijdrage aan de heropening van het Tijdelijk Noodfonds Energie in de komende winter.

  • 15. Ramingsbijstelling op basis van de nieuwe CPB-prognose (MEV 2024).

Tabel 148 Ontvangsten beleidsartikel 2 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023

18.232

40.416

63.215

62.148

61.807

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

68.940

21.273

‒ 3.479

‒ 3.607

‒ 18.941

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Afrekeningen 2022

19.085

0

0

0

0

 

2. Uitvoeringsmutaties

0

134

61

122

167

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024

106.257

61.823

59.797

58.663

43.033

14.786

  • 1. Er zijn diverse terugontvangsten door afrekeningen over het jaar 2022. De grootste is van het SVB voor de Toeslagenwet (€ 16,7 miljoen).

  • 2. De verwerking van definitieve realisaties 2022 zorgt voor hogere verwachte ontvangsten vanaf 2024.

Tabel 149 Uitgaven beleidsartikel 3 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023

9.893

6.156

2.407

803

808

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

‒ 3.199

3.146

4.465

2.224

30

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Loon- en prijsbijstelling 2023

539

317

95

0

0

 

2. Bijstelling prijsniveau 2023

139

98

96

97

98

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024

7.372

9.717

7.063

3.124

936

939

  • 1. De loon- en prijsbijstelling 2023 is overgeheveld om het budget op prijspeil 2023 te brengen.

  • 2. Ramingsbijstelling van de uitkeringen om die op prijspeil 2023 te brengen.

Tabel 150 Uitgaven premiegefinancierd artikel 3 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023 reëel

11.686.788

11.968.374

12.082.204

12.180.013

12.256.481

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

768.642

648.878

606.023

576.654

558.596

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Uitvoeringsmutaties

‒ 29.548

‒ 3.511

10.164

9.190

150

 

2. Overheveling indexatie 2023

614.317

624.064

629.967

635.183

639.839

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024 reëel

13.040.199

13.237.805

13.328.358

13.401.040

13.455.066

13.627.110

       

Stand ontwerpbegroting 2023 nominaal

1.477.613

1.910.110

2.339.718

2.775.963

3.227.918

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

‒ 863.296

‒ 578.872

‒ 316.932

‒ 50.109

142.622

 
       

Nieuwe mutaties:

      

3. Overheveling indexatie 2023

‒ 614.317

‒ 624.064

‒ 629.967

‒ 635.183

‒ 639.839

 

4. Nominale bijstelling

0

3.428

‒ 637

‒ 2.303

‒ 7.460

 

5. Bijstelling MEV

0

157.181

181.852

189.007

196.565

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024 nominaal

0

867.783

1.574.034

2.277.375

2.919.806

3.564.244

       

Stand ontwerpbegroting 2024

13.040.199

14.105.588

14.902.392

15.678.415

16.374.872

17.191.354

  • 1. Op basis van de uitvoeringsinformatie van UWV zijn de ramingen bijgesteld. Er is een uitwisseling tussen de IVA (meer uitkeringen) en WGA (minder uitkeringen). Ook in de WAO ligt het aantal uitkeringen lager dan eerder verwacht. Per saldo levert dit een meevaller op.

  • 2. Om de hoogte van de raming op prijsniveau 2023 te brengen wordt de nominale reeks betreffende de indexatie 2023 overgeheveld van nominaal naar reëel.

  • 3. Zie bij mutatie nummer 2.

  • 4. Ramingsbijstelling van de nominale ontwikkeling door gewijzigde indexatiepercentages vanaf 2024.

  • 5. Ramingsbijstelling op basis van de nieuwe CPB-prognose (MEV 2024).

Tabel 151 Uitgaven beleidsartikel 4 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023

3.763.461

3.799.311

3.859.507

3.887.937

3.918.221

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

‒ 48.447

‒ 42.591

‒ 36.129

‒ 34.518

‒ 31.277

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Overboekingen met andere departementen

0

610

650

690

720

 

2. Bijstelling prijsniveau 2023

468.967

474.058

482.723

486.776

491.281

 

3. Uitvoeringsmutaties

‒ 35.550

‒ 32.892

‒ 41.312

‒ 51.430

‒ 64.109

 

4. Afrekening 2022

2.639

     
       

Stand ontwerpbegroting 2024

4.151.070

4.198.496

4.265.439

4.289.455

4.314.836

4.340.733

  • 1. Er is een overboeking van het Gemeentefonds voor de middelen voor de werkvoorzieningen en de structurele uitvoeringskosten. Het wetsvoorstel werkvoorzieningen Visueel beperkten heeft tot doel om de uitvoering van technische werkvoorzieningen voor mensen uit de doelgroep Participatiewet met een visuele beperking over te dragen aan UWV, op een vergelijkbare manier als bij de tolkvoorziening is gebeurd in het kader van de Wet centraliseren tolkvoorzieningen.

  • 2. Ramingsbijstelling van de uitkeringen om die op prijspeil 2023 te brengen.

  • 3. Ramingsbijstelling Wajong op basis van de uitvoeringsgegevens van UWV. Deze meevaller wordt grotendeels veroorzaakt door een sterke opwaartse bijstelling van de uitstroom in de oude Wajong-regelingen. De komende jaren gaan naar verwachting veel meer mensen met pensioen dan eerder werd verwacht.

  • 4. Dit betreft een nabetaling aan UWV op basis van de jaarrekening 2022 UWV voor het re-integratiebudget voor de Wajong.

Tabel 152 Ontvangsten beleidsartikel 4 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023

0

0

0

0

0

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Afrekening 2022

41.861

     
       

Stand ontwerpbegroting 2024

41.861

0

0

0

0

0

  • 1. De mutatie van € 41,9 miljoen betreft de afrekening naar aanleiding van de jaarrekening 2022 van UWV over het Wajong budget. Dit is het verschil tussen voorschot en realisatie volgens de aansluitingstabel van UWV.

Tabel 153 Uitgaven beleidsartikel 5 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023

237.578

140.321

123.067

94.085

62.059

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

‒ 47.752

35.923

‒ 48.094

‒ 27.627

9.861

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Loon- en prijsbijstelling 2023

4.528

1.262

0

0

0

 

2. Budgettair neutrale herschikkingen

983

460

0

0

0

 

3. Uitvoeringsmutaties

‒ 4.067

‒ 3.326

‒ 1.479

‒ 2.685

‒ 3.322

 

4. Bijstelling prijsniveau 2023

12.873

11.735

9.645

8.554

9.257

 

5. Afrekening UWV 2022

2.424

     

6. IOW verlenging

0

0

0

‒ 4.602

‒ 8.929

 

7. Bijstelling MEV

0

0

‒ 624

‒ 88

2.126

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024

206.567

186.375

82.515

67.637

71.052

90.522

  • 1. De loon- en prijsbijstelling 2023 is overgeheveld om het budget op prijspeil 2023 te brengen.

  • 2. Er is sprake van diverse budgettair neutrale herschikkingen binnen de SZW-begroting.

  • 3. Ramingsbijstelling op basis van de uitvoeringsgegevens van UWV. Er is sprake van een neerwaartse bijstelling als gevolg van lagere volumes en prijzen door het verwerken van uitvoeringsinformatie. Ook is de WW-instroom voor de jaren 2023 tot en met 2027 lager.

  • 4. Ramingsbijstelling van de uitkeringen om die op prijspeil 2023 te brengen.

  • 5. Dit betreft een nabetaling aan UWV op basis van het jaarverslag UWV (kassiersverslag) voor de personeelsbudgetten en aanvullende dienstverlening.

  • 6. De SMB maatregel vereenvoudigde claimbeoordeling 60-plussers resulteert in een besparing op de IOW. Als gevolg van de verlenging van de IOW met 4 jaren loopt ook deze besparing langer door.

  • 7. Ramingsbijstelling op basis van de nieuwe CPB-prognose (MEV 2024).

Tabel 154 Ontvangsten beleidsartikel 5 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023

0

0

0

0

0

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Afrekening UWV 2022

4.756

     
       

Stand ontwerpbegroting 2024

4.756

0

0

0

0

0

  • 1. De mutatie van € 4,8 miljoen betreft de afrekening naar aanleiding van de jaarrekening 2022 van UWV over het WW Scholingsbudget (€ 2,6 miljoen) en de IOW (€ 2,1 miljoen). Dit is het verschil tussen voorschot en realisatie volgens de aansluitingstabel van UWV.

Tabel 155 Uitgaven premiegefinancierd artikel 5 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023 reëel

3.073.114

3.527.994

3.820.282

4.017.571

4.190.785

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

‒ 305.664

‒ 350.778

‒ 306.603

‒ 243.174

‒ 156.164

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Budgettair neutrale herschikkingen

772

772

772

772

772

 

2. Uitvoeringsmutaties

65.513

‒ 8.834

‒ 92.166

‒ 93.874

‒ 80.278

 

3. Overheveling indexatie 2023

170.069

195.446

216.265

232.385

248.471

 

4. Bijstelling MEV

‒ 84.205

8.296

190.388

263.341

271.105

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024 reëel

2.919.599

3.372.896

3.828.938

4.177.021

4.474.691

4.765.376

       

Stand ontwerpbegroting 2023 nominaal

265.895

329.935

486.289

677.250

885.797

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

‒ 95.826

37.265

114.049

177.879

229.714

 
       

Nieuwe mutaties:

      

5. Overheveling indexatie 2023

‒ 170.069

‒ 195.446

‒ 216.265

‒ 232.385

‒ 248.471

 

6. Nominale bijstelling

0

‒ 450

‒ 9.544

‒ 14.734

‒ 16.427

 

7. Bijstelling MEV

0

19.483

41.971

66.821

84.092

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024 nominaal

0

190.787

416.500

674.831

934.705

1.213.129

       

Stand ontwerpbegroting 2024

2.919.599

3.563.683

4.245.438

4.851.852

5.409.396

5.978.505

  • 1. Er is sprake van diverse budgettair neutrale herschikkingen binnen de SZW-begroting.

  • 2. Ramingsbijstelling op basis van de uitvoeringsgegevens van UWV. Er is sprake van een neerwaartse bijstelling als gevolg van lagere volumes en prijzen door het verwerken van uitvoeringsinformatie. Ook is de WW-instroom voor de jaren 2023 tot en met 2027 lager.

  • 3. Om de hoogte van de raming op prijsniveau 2023 te brengen wordt de nominale reeks betreffende de indexatie 2023 overgeheveld van nominaal naar reëel.

  • 4. Ramingsbijstelling op basis van de nieuwe CPB-prognose (MEV 2024).

  • 5. Zie mutatie nummer 3.

  • 6. Ramingsbijstelling van de nominale ontwikkeling door gewijzigde indexatiepercentages vanaf 2024.

  • 7. Ramingsbijstelling op basis van de nieuwe CPB-prognose (MEV 2024).

Tabel 156 Ontvangsten premiegefinancierd artikel 5 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023 reëel

223.370

223.370

223.370

217.980

210.467

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

‒ 37.370

‒ 23.370

‒ 8.641

11.700

27.709

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Uitvoeringsmutaties

‒ 17.468

‒ 9.331

‒ 8.354

‒ 7.582

0

 

2. Overheveling indexatie 2023

11.468

12.331

13.239

14.161

14.685

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024 reëel

180.000

203.000

219.614

236.259

252.861

261.248

       

Stand ontwerpbegroting 2023 nominaal

10.295

19.396

28.611

37.008

44.829

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

1.173

3.856

8.334

15.424

21.535

 
       

Nieuwe mutaties:

      

3. Overheveling indexatie 2023

‒ 11.468

‒ 12.331

‒ 13.239

‒ 14.161

‒ 14.685

 

4. Bijstelling MEV

0

682

456

303

1.663

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024 nominaal

0

11.603

24.162

38.574

53.342

67.125

       

Stand ontwerpbegroting 2024

180.000

214.603

243.776

274.833

306.203

328.373

  • 1. Ramingsbijstelling op basis van de uitvoeringsgegevens van UWV. Neerwaartse bijstelling als gevolg van lagere volumes en prijzen van de WW door het verwerken van uitvoeringsinformatie.

  • 2. Om de hoogte van de raming op prijsniveau 2023 te brengen wordt de nominale reeks betreffende de indexatie 2023 overgeheveld naar reëel.

  • 3. Zie mutatie nummer 2.

  • 4. Ramingsbijstelling op basis van de nieuwe CPB-prognose (MEV 2024).

Tabel 157 Uitgaven beleidsartikel 6 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023

57.606

64.233

64.041

63.853

63.754

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

‒ 11.639

‒ 6.214

‒ 6.476

‒ 6.334

‒ 6.254

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Bijstelling prijsniveau 2023

1.977

2.260

2.213

2.214

2.215

 

2. Nabetaling TAS

47

     

3. Koopkrachtpakket

0

100

100

100

100

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024

47.991

60.379

59.878

59.833

59.815

59.827

  • 1. Ramingsbijstelling van de uitkeringen om die op prijspeil 2023 te brengen.

  • 2. Dit betreft de definitieve afrekening van de TAS over de uitgaven van 2022.

  • 3. In het koopkrachtpakket van augustus 2023 zijn middelen gereserveerd voor de verhoging van het Wettelijk Minimumloon (WML). Dit heeft doorwerking op de uitkeringslasten van de ZV.

Tabel 158 Ontvangsten beleidsartikel 6 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023

0

0

0

0

0

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Afrekening UWV 2022

290

     
       

Stand ontwerpbegroting 2024

290

0

0

0

0

0

Tabel 159 Uitgaven premiegefinancierd artikel 6 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023 reëel

4.466.849

4.571.311

4.651.228

4.718.019

4.724.269

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

‒ 120.896

‒ 50.422

‒ 16.306

‒ 14.078

5.704

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Uitvoeringsmutaties

‒ 15.425

‒ 56.678

‒ 69.163

‒ 68.433

‒ 68.463

 

2. Overheveling indexatie 2023

267.344

278.101

285.105

289.347

290.934

 

3. Afrekening 2022

476

     

4. Bijstelling MEV

0

8.221

‒ 9.067

‒ 14.590

‒ 16.685

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024 reëel

4.598.348

4.750.533

4.841.797

4.910.265

4.935.759

4.977.452

       

Stand ontwerpbegroting 2023 nominaal

294.797

417.673

598.571

803.844

1.009.063

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

‒ 27.453

107.362

198.194

269.177

307.966

 
       

Nieuwe mutaties:

      

5. Overheveling indexatie 2023

‒ 267.344

‒ 278.101

‒ 285.105

‒ 289.347

‒ 290.934

 

6. Nominale bijstelling

0

‒ 2.913

‒ 7.191

‒ 10.742

‒ 13.994

 

7. Bijstelling MEV

0

27.946

28.696

29.206

29.556

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024 nominaal

0

271.967

533.165

802.138

1.041.657

1.279.296

       

Stand ontwerpbegroting 2024

4.598.348

5.022.500

5.374.962

5.712.403

5.977.416

6.256.748

  • 1. Afgezien van de loon- en prijsbijstelling, dalen de ZW-uitgaven per saldo naar verwachting gedurende alle jaren. Dit komt vooral doordat een aantal grote uitzendbureaus eigenrisicodrager is geworden, waardoor zij geen ZW-uitgaven en premie meer betalen. De gemiddelde prijs is opwaarts bijgesteld, omdat het effect van de WML-verhoging van 1 januari 2023 op de gemiddelde uitkeringshoogte groter is dan verwacht.

  • 2. Om de hoogte van de raming op prijsniveau 2023 te brengen wordt de nominale reeks betreffende de indexatie 2023 overgeheveld naar reëel.

  • 3. Dit betreft de definitieve afrekening van de ZEZ over de uitgaven van 2022.

  • 4. Ramingsbijstelling op basis van de nieuwe CPB-prognose (MEV 2024).

  • 5. Zie mutatie nummer 2.

  • 6. Ramingsbijstelling van de nominale ontwikkeling door gewijzigde indexatiepercentages vanaf 2024.

  • 7. Ramingsbijstelling op basis van de nieuwe CPB-prognose (MEV 2024).

Tabel 160 Uitgaven beleidsartikel 7 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023

4.317.157

4.473.173

6.178.221

6.433.385

6.603.981

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

‒ 43.345

‒ 167.307

‒ 1.518.084

‒ 828.428

‒ 511.782

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Loon- en prijsbijstelling 2023

311.859

315.700

341.450

410.929

446.718

 

2. Overboekingen met andere departementen

850

0

0

0

0

 

3. Overboeking van Aanvullende Post

0

27.552

5.542

144

144

 

4. Kasschuiven

‒ 4.000

1.500

‒ 2.199

3.799

720

 

5. Budgettair neutrale herschikkingen

‒ 1.121

0

0

0

0

 

6. Ramingsbijstelling KOT

‒ 42.157

21.037

‒ 13.753

‒ 19.109

55.777

 

7. Herijking KO pakket

4

‒ 40.209

51.434

64.901

157.641

 

8. KOT Eerstegraads Bloedverwanten

0

300

3.500

3.700

0

 

9. Koopkrachtpakket

0

200

200

200

200

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024

4.539.247

4.631.946

5.046.311

6.069.521

6.753.399

7.050.253

  • 1. De loon- en prijsbijstelling 2023 is overgeheveld om de uitgaven op prijspeil 2023 te brengen.

  • 2. Er is een overboeking van het Ministerie van Financiën voor de rentederving van de toeslagen. In onderling overleg met SZW is afgesproken om de in rekening te brengen belastingrente niet te verhogen en vast te zetten op 4% per 1 januari 2024. Doordat het vastzetten van de belastingrente toeslagen met terugwerkende kracht bekrachtigd wordt door middel van een wetswijziging, kan in 2023 (vanaf 1 juli) alleen de in rekening te brengen belastingrente op 4% vastgezet worden. De te vergoeden belastingrente toeslagen zal conform de ‘oude’ wettelijke systematiek stijgen naar 6% in de tweede helft van 2023. Deze asymmetrie in 2023 resulteert in een rentederving van € 1,8 miljoen (waarvan € 0,9 miljoen kinderopvangtoeslag en € 0,9 miljoen kindgebonden budget) die conform de gemaakte afspraak gedekt zal worden door Financiën.

  • 3. Er zijn enkele overboekingen van de Aanvullende Post van de begroting van Financiën. We benoemen de belangrijkste. De prognose van het aantal gedupeerden van de toeslagenaffaire is opgehoogd van 30.000 naar 42.000. Dit leidt tot een toename van de uitgaven voor het kwijtschelden van publieke schulden in het kader van de hersteloperatie kinderopvangtoeslag. Het gaat om € 12,6 miljoen in 2024 en in totaal € 5,4 miljoen vanaf 2025 (zie ook de kasschuif bij mutatie 4). Daarnaast zijn er overboekingen voor uitvoeringskosten van de herziening van het kinderopvangstelsel (in totaal € 14,8 miljoen).

  • 4. Een bedrag van € 0,5 miljoen aan uitvoeringskosten voor de herziening van het kinderopvangstelsel wordt verschoven van 2023 naar 2024. Ook is de bouw/ontwikkeling van huisvesting KO BES vertraagd en wordt hiervoor € 2,5 miljoen uit 2023 naar 2024 (€ 1,5 miljoen) en 2025 (€ 1,0 miljoen) verschoven. Omdat een uitvoerder het niet haalt om de subsidie voor «Zij-instroom afstand tot de arbeidsmarkt» dit jaar nog te beschikken worden de middelen uit 2023 (€ 1,0 miljoen) en 2024 en 2025 (beide € 0,5 miljoen) naar 2026 geschoven (€ 2,0 miljoen). Tot slot zijn er AP-middelen voor het kwijtschelden van publieke schulden in het kader van de hersteloperatie kinderopvangtoeslag van 2025 (€ 2,7 miljoen) verschoven naar latere jaren (waaronder € 1,8 miljoen naar 2026 en € 0,7 miljoen naar 2027).

  • 5. Er is sprake van diverse budgettair neutrale herschikkingen binnen de SZW-begroting.

  • 6. De uitgaven aan kinderopvangtoeslag zijn bijgesteld op basis van uitvoeringsinformatie van Dienst Toeslagen en de nieuwe CPB-prognose (MEV 2024) van de werkloosheid. Er gaan meer kinderen naar de opvang dan eerder verwacht. Daarentegen loopt de werkloosheid sterker op dan was voorzien. Per saldo is het aantal kinderen meerjarig naar boven bijgesteld, wat doorwerkt in hogere uitgaven. Het gemiddelde vergoedingspercentage komt lager uit vanwege het gemiddeld hogere huishoudinkomen van ouders. Dit werkt nog tot en met 2026 door in lagere uitgaven aan kinderopvangtoeslag.

  • 7. Deze mutatie betreft de herijking van de budgettaire gevolgen van het uitstel van het nieuwe kinderopvangstelsel van 2025 naar 2027. Daarbij is ook de uitsplitsing naar uitgaven en ontvangsten gemaakt. De uitgaven komen in totaal € 233,8 miljoen hoger uit. Daar staan in totaal € 285,7 miljoen hogere ontvangsten tegenover (zie mutatie 3 in Tabel 149). Per saldo leidt de herijking tot € 52,0 miljoen lagere uitgaven.

  • 8. Het kabinet is voornemens om ouders die samenwonen met een eerstegraads bloedverwant voor diverse toeslagen (waaronder de kinderopvangtoeslag) niet langer als toeslagpartners te beschouwen. Voor deze groep wordt de hoogte van de toeslag berekend op basis van een lager toetsingsinkomen. Als gevolg daarvan stijgen de uitgaven kinderopvangtoeslag.

  • 9. In het koopkrachtpakket van augustus 2023 zijn middelen gereserveerd voor de verhoging van het wettelijk minimumloon. Dit heeft doorwerking op de personeelskosten voor kinderopvang en daarmee op de hoogte van de subsidieregeling voor KO BES.

Tabel 161 Ontvangsten beleidsartikel 7 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023

1.765.766

1.760.939

1.718.997

1.642.948

1.568.937

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

‒ 40.735

‒ 40.955

‒ 31.992

‒ 12.609

4.143

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Uitvoeringsmutaties

2.973

9.092

11.632

7.973

4.230

 

2. Afrekening 2022

45

     

3. Herijking KO pakket

0

0

36.567

111.417

137.754

 

4. Bijstelling MEV

84.526

97.749

100.056

101.297

106.789

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024

1.812.575

1.826.825

1.835.260

1.851.026

1.821.853

1.755.824

  • 1. Er is een meevaller op de ontvangsten Kinderopvangtoeslag. Bij het overhevelen van de loon- en prijsbijstelling zijn de uitgaven op prijspeil 2023 gebracht (zie mutatie 1 bij de uitgaven). De hogere uitgaven leiden, met vertraging, ook tot meer ontvangsten uit terugvorderingen.

  • 2. De SVB heeft in 2022 € 45.000 minder aan WKO buitenland uitgegeven dan SZW heeft bevoorschot. Dit bedrag komt als ontvangsten binnen in 2023.

  • 3. Deze mutatie betreft de herijking van de budgettaire gevolgen van het uitstel van het nieuwe kinderopvangstelsel van 2025 naar 2027. Daarbij is ook de uitsplitsing naar uitgaven en ontvangsten gemaakt. De ontvangsten komen in totaal € 285,7 miljoen hoger uit. Daar staan in totaal € 233,8 miljoen hogere uitgaven tegenover (zie mutatie 7 in Tabel 148). Per saldo leidt de herijking tot € 52,0 miljoen lagere uitgaven.

  • 4. Ramingsbijstelling op basis van de nieuwe CPB-prognose (MEV 2024).

Tabel 162 Uitgaven beleidsartikel 8 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023

36.835

38.853

41.106

43.645

46.256

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

774

664

137

‒ 467

‒ 824

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Bijstelling prijsniveau 2023

4.335

4.556

4.763

4.995

5.259

 

2. Afrekening 2022

1

     

3. Koopkrachtpakket

0

9.100

9.600

10.200

10.700

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024

41.945

53.173

55.606

58.373

61.391

65.077

  • 1. Ramingbijstelling van de uitkeringen om die op prijspeil 2023 te brengen.

  • 2. Aan de hand van de definitieve bevoorschotting zijn de uitgaven voor de Overbruggingsregeling AOW € 0,1 miljoen hoger uitgevallen.

  • 3. In het koopkrachtpakket van augustus 2023 zijn middelen gereserveerd voor de verhoging van de AOV tot 85% van het WML per 1 jan 2024.

Tabel 163 Uitgaven premiegefinancierd artikel 8 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023 reëel

43.657.561

44.126.845

44.919.563

45.976.422

47.053.544

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

‒ 256.041

‒ 270.088

‒ 278.808

‒ 276.886

‒ 269.650

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Overheveling indexatie 2023

4.598.430

4.646.473

4.750.888

4.863.391

4.978.593

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024 reëel

47.999.950

48.503.230

49.391.643

50.562.927

51.762.487

52.235.083

       

Stand ontwerpbegroting 2023 nominaal

4.543.164

6.425.061

8.175.459

10.085.080

12.085.655

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

55.266

1.325.126

1.625.234

2.445.774

2.887.196

 
       

Nieuwe mutaties:

      

2. Overheveling indexatie 2023

‒ 4.598.430

‒ 4.646.473

‒ 4.750.888

‒ 4.863.391

‒ 4.978.593

 

3. Nominale bijstelling

0

11.152

‒ 833

‒ 1.260

‒ 1.635

 

4. Bijstelling MEV

0

516.114

666.745

658.286

675.200

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024 nominaal

0

3.630.980

5.715.717

8.324.489

10.667.823

12.952.307

       

Stand ontwerpbegroting 2024

47.999.950

52.134.210

55.107.360

58.887.416

62.430.310

65.187.390

  • 1. Om de hoogte van de raming op prijsniveau 2023 te brengen wordt de nominale reeks betreffende de indexatie 2023 overgeheveld van nominaal naar reëel.

  • 2. Zie mutatie nummer 1.

  • 3. Ramingsbijstelling van de nominale ontwikkeling door gewijzigde indexatiepercentages vanaf 2024.

  • 4. Ramingsbijstelling op basis van de nieuwe CPB-prognose (MEV 2024).

Tabel 164 Uitgaven beleidsartikel 9 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023

1.714

1.910

2.030

2.048

2.059

 

Mutaties Nota van Wijziging 1e suppletoire begroting 2023

50

30

0

0

0

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

182

180

171

164

163

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Bijstelling prijsniveau 2023

221

244

257

258

259

 

2. Koopkrachtpakket

0

600

600

600

600

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024

2.167

2.964

3.058

3.070

3.081

3.090

  • 1. Ramingsbijstelling van de uitkeringen om die op prijspeil 2023 te brengen.

  • 2. In het koopkrachtpakket van augustus 2023 zijn middelen gereserveerd voor de verhoging van de AWW tot 85% van het WML per 1 jan 2024.

Tabel 165 Uitgaven premiegefinancierd artikel 9 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023 reëel

295.874

287.283

275.783

266.208

258.643

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

5.091

5.232

6.009

6.191

6.447

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Budgettair neutrale herschikkingen

‒ 1.169

‒ 1.143

‒ 1.138

‒ 1.137

‒ 1.139

 

2. Overheveling indexatie 2023

32.529

31.603

30.429

29.400

28.602

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024 reëel

332.325

322.975

311.083

300.662

292.553

293.520

       

Stand ontwerpbegroting 2023 nominaal

30.509

36.390

39.954

45.239

51.067

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

2.020

9.931

12.656

16.732

19.070

 
       

Nieuwe mutaties:

      

3. Overheveling indexatie 2023

‒ 32.529

‒ 31.603

‒ 30.429

‒ 29.400

‒ 28.602

 

4. Nominale bijstelling

0

‒ 46

‒ 80

‒ 136

‒ 201

 

5. Koopkrachtpakket

0

2.981

7.925

8.611

8.535

 

6. Bijstelling MEV

0

5.087

4.602

4.365

4.316

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024 nominaal

0

22.740

34.628

45.411

54.185

63.660

       

Stand ontwerpbegroting 2024

332.325

345.715

345.711

346.073

346.738

357.180

  • 1. Er is sprake van diverse budgettair neutrale herschikkingen binnen de SZW-begroting.

  • 2. Ramingsbijstelling van de uitkeringen om die op prijspeil 2023 te brengen.

  • 3. Zie mutatie nummer 2.

  • 4. Ramingsbijstelling van de nominale ontwikkeling door gewijzigde indexatiepercentages vanaf 2024.

  • 5. Dit betreft het effect op de Anw van het bevriezen van de dubbele AHK in 2024 en het schrappen van de versnelde afbouw in 2025.

  • 6. Ramingsbijstelling op basis van de nieuwe CPB-prognose (MEV 2024).

Tabel 166 Uitgaven beleidsartikel 10 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023

7.662.279

7.425.834

7.165.473

7.037.133

7.024.456

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

115.478

189.836

174.163

118.686

82.093

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Kasschuiven

76

‒ 76

0

0

0

 

2. Overboekingen met andere departementen

900

0

0

0

0

 

3. Uitvoeringsmutaties

‒ 130.575

95.862

44.534

15.883

13.849

 

4. Bijstelling prijsniveau 2023

540.685

464.020

442.888

428.696

424.447

 

5. Afrekening 2022

3.746

     

6. Correctie AKW LPO

10.948

24.252

24.284

24.293

24.295

 

7. Koopkrachtpakket

81.641

1.079.664

1.128.117

1.114.359

1.083.687

 

8. Bijstelling MEV

‒ 87.819

‒ 30.575

‒ 21.612

‒ 30.927

‒ 37.762

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024

8.197.359

9.248.817

8.957.847

8.708.123

8.615.065

8.497.293

  • 1. In verband met vertraging van de structurele regeling voor dubbele kinderbijslag intensieve zorg (tot 1 juli 2024) wordt de incidentele regeling in Caribisch Nederland verlengd. In 2023 stond nog € 76.000 voor de structurele regeling. Dat kan ingezet worden. Daarnaast staat voor 2024 € 152.000 voor de structurele regelingen. Hiervan kan de helft worden ingezet. Omdat de regeling in 2023 wordt uitgekeerd is hiervoor een kasschuif nodig. In totaal zijn hiermee de kosten gedekt.

  • 2. Er is een overboeking van het Ministerie van Financiën voor de rentederving van de Toeslagen. In onderling overleg met SZW is afgesproken om de in rekening te brengen belastingrente niet te verhogen en vast te zetten op 4% per 1 januari 2024. Doordat het vastzetten van de belastingrente toeslagen met terugwerkende kracht bekrachtigd wordt door middel van een wetswijziging, kan in 2023 (vanaf 1 juli) alleen de in rekening te brengen belastingrente op 4% vastgezet worden. De te vergoeden belastingrente toeslagen zal conform de «oude» wettelijke systematiek stijgen naar 6% in de tweede helft van 2023. Deze asymmetrie in 2023 resulteert in een rentederving van € 1,8 miljoen (KOT € 0,9 miljoen +WKB € 0,9 miljoen) die conform de gemaakte afspraak gedekt zal worden door Financiën.

  • 3. Ramingsbijstelling op basis van de uitvoeringsgegevens.

  • 4. Ramingsbijstelling van de uitkeringen om die op prijspeil 2023 te brengen.

  • 5. De SVB heeft in 2022 meer uitgegeven dan SZW heeft bevoorschot. Dit bedrag wordt in 2023 aan de SVB nabetaald.

  • 6. De indexatie van de AKW is per 1 januari hoger uitgevallen en per 1 juli 2023 lager uitgevallen dan verwacht doordat de inflatie in oktober hoger en april lager uitviel dan verwacht bij de bijstelling van het prijsniveau 2023. Deze boeking betreft een correctie daarop.

  • 7. In het koopkrachtpakket van augustus 2023 zijn middelen gereserveerd voor de verhoging van het Kindgebonden budget (WKB), de verlaging van de ALO-kop en het verlagen van het afbouwpunt paren.

  • 8. Ramingsbijstelling op basis van de nieuwe CPB-prognose (MEV 2024).

Tabel 167 Ontvangsten beleidsartikel 10 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023

225.743

209.496

199.656

196.111

195.416

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

33.879

89.271

68.810

64.166

56.599

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Uitvoeringsmutaties

19.376

34.610

29.998

30.979

30.494

 

2. Koopkrachtpakket

0

15.115

56.436

75.059

84.328

 

3. Bijstelling MEV

‒ 702

‒ 2.683

‒ 3.342

‒ 2.890

‒ 2.820

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024

278.296

345.809

351.558

363.425

364.017

359.709

  • 1. De ontvangsten voor de WKB zijn op basis van uitvoeringsgegevens naar boven bijgesteld, onder meer naar aanleiding van de indexatie van 2022 op 2023. Hoe groter de WKB beschikkingen in absolute zin, hoe groter ook de nabetalingen en terugvorderingen in absolute zin worden.

  • 2. De budgettaire gevolgen van de verhoging van de WKB zijn uitgesplitst naar uitgaven en ontvangsten. Deze boeking bevat de mutatie op de ontvangsten. Zie ook de gelijknamige boeking bij de uitgaven.

  • 3. Ramingsbijstelling op basis van de nieuwe CPB-prognose (MEV 2024).

Tabel 168 Uitgaven beleidsartikel 11 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023

657.751

625.080

615.365

612.106

612.825

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

31.827

22.273

13.125

12.491

13.880

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Loon- en prijsbijstelling 2023

39.116

38.886

38.553

38.453

38.476

 

2. Overboekingen met andere departementen

‒ 1.670

‒ 1.460

‒ 401

‒ 473

527

 

3. Kasschuiven

‒ 10.300

7.542

2.758

0

0

 

4. Budgettair neutrale herschikkingen

216

676

0

0

0

 

5. Uitvoeringsmutaties

0

4.243

4.125

3.713

‒ 186

 

6. Afrekening 2022

35.299

0

0

0

0

 

7. Onderwijsroute

0

0

0

‒ 2.000

‒ 1.000

 

8. IOW verlenging

0

0

0

607

958

 

9. Bijstelling MEV

0

‒ 1

‒ 22

18

50

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024

752.239

697.239

673.503

664.915

665.530

666.240

  • 1. De loon- en prijsbijstelling 2023 is overgeheveld om het budget op prijspeil 2023 te brengen.

  • 2. Er zijn 9 overboekingen met andere departementen. De grootste mutatie is de overboeking € 1,1 miljoen in 2023 en € 1,7 miljoen in 2024 en verder naar het Ministerie van VWS voor de hogere uitvoeringskosten van het CIZ voor de indicatiestelling dubbele AKW voor kinderen die intensieve zorg van ouders nodig hebben.

  • 3. Betreft een kasschuif van € 8 miljoen voor de uitvoering UWV van STAP van 2023 naar 2024. De gehele uitvoeringskosten zijn in 2024 afgeboekt, terwijl er nog afrondende werkzaamheden zullen plaatsvinden (laatste tranche is 1 november tot en met 31 december).

  • 4. Er is sprake van diverse budgettair neutrale herschikkingen binnen de SZW-begroting.

  • 5. Ramingsbijstelling op basis van de uitvoeringsgegevens. Daarnaast is er een correctie uitgevoerd voor de uitvoeringskosten STAP die bij de voorjaarsbesluitvorming zijn afgeboekt.

  • 6. Betreft een nabetaling op de uitvoeringskosten UWV naar aanleiding van de afrekening van het jaarverslag UWV 2022. De grootste zijn NOW 6 (€ 20,9 miljoen), Wajong (€ 8,6 miljoen) en basisdienstverlening (€ 5,4 miljoen).

  • 7. Dekking artikel 11 en vrijval ten behoeve van de onderwijsroute van 2026 t/m 2029 (niet structureel).

  • 8. Betreft een mutatie voor de uitvoeringskosten UWV naar aanleiding van de verlenging van de IOW.

  • 9. Ramingsbijstelling op basis van de nieuwe CPB-prognose (MEV 2024).

Tabel 169 Ontvangsten beleidsartikel 11 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023

0

0

0

0

0

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Afrekening 2022

53.045

0

0

0

0

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024

53.045

0

0

0

0

0

  • 1. De mutatie van € 53,0 miljoen betreft een terugontvangst op de uitvoeringskosten UWV naar aanleiding van de afrekening van het jaarverslag UWV 2022. De grootste betreffende de NOW 1-5 (€ 32,8 miljoen), de re-integratie Wajong (€ 6,1 miljoen), en de inzet doelgroep banenafspraak ( € 4,0 miljoen).

Tabel 170 Uitgaven premiegefinancierd artikel 11 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023 reëel

2.124.786

2.123.431

2.133.529

2.158.458

2.185.854

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

‒ 48.821

‒ 77.192

‒ 70.291

‒ 71.475

‒ 72.281

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Uitvoeringsmutaties

‒ 15.547

‒ 41.435

‒ 43.958

‒ 45.108

‒ 46.845

 

2. Overheveling indexatie 2023

131.422

129.415

130.490

131.992

133.675

 

3. Kasschuif

‒ 1.310

0

1.310

0

0

 

4. Overheveling Aanvullende Post

0

5.000

0

0

0

 

5. Bijstelling MEV

0

14.545

22.479

24.314

24.288

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024 reëel

2.190.530

2.153.764

2.173.559

2.198.181

2.224.691

2.257.725

       

Stand ontwerpbegroting 2023 nominaal

100.798

172.123

253.953

337.765

425.062

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

30.624

61.683

85.166

109.076

122.645

 
       

Nieuwe mutaties:

      

6. Overheveling indexatie 2023

‒ 131.422

‒ 129.415

‒ 130.490

‒ 131.992

‒ 133.675

 

7. Nominale bijstelling

0

‒ 2.086

‒ 4.863

‒ 7.766

‒ 10.662

 

8. Bijstelling MEV

0

9.862

9.159

14.223

17.743

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024 nominaal

0

112.167

212.925

321.306

421.113

521.843

       

Stand ontwerpbegroting 2024

2.190.530

2.265.931

2.386.484

2.519.487

2.645.804

2.779.568

  • 1. Ramingsbijstelling op basis van de uitvoeringsgegevens. Betreft een mutatie op het uitvoeringsbudget UWV, naar aanleiding van het aanpassen van de volumes voor WW, ZW, WAO, WIA en WAZ.

  • 2. Om de hoogte van de raming op prijsniveau 2023 te brengen wordt de nominale reeks betreffende de indexatie 2023 overgeheveld van nominaal naar reëel.

  • 3. In verband met heroverwegingen in het programma Keten voor Derdenbeslag over de inrichting van Stroomlijning Keten Derdenbeslag is er vertraging opgelopen en een kasschuif benodigd.

  • 4. Betreffen de incidentele uitvoeringskosten UWV voor de invoering van loonkostensubsidie (LKS) in de WIA.

  • 5. Ramingsbijstelling op basis van de nieuwe CPB-prognose (MEV 2024).

  • 6. Zie mutatie nummer 2.

  • 7. Ramingsbijstelling van de nominale ontwikkeling door gewijzigde indexatiepercentages vanaf 2024.

  • 8. Ramingsbijstelling op basis van de nieuwe CPB-prognose (MEV 2024).

Tabel 171 Uitgaven beleidsartikel 12 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023

24.100.898

24.528.194

25.230.366

26.204.589

27.197.575

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

‒ 3.466.600

‒ 1.508.600

‒ 1.972.800

‒ 2.499.600

‒ 3.039.600

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Uitvoeringsmutaties

15.635

14.288

14.286

14.667

22.314

 

2. Bijstelling MEV

‒ 20.200

5.060.300

5.406.400

5.844.000

6.291.500

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024

20.629.733

28.094.182

28.678.252

29.563.656

30.471.789

30.597.445

  • 1. Ramingsbijstelling op basis van de uitvoeringsgegevens.

  • 2. Ramingsbijstelling op basis van de nieuwe CPB-prognose (MEV 2024).

Tabel 172 Ontvangsten beleidsartikel 12 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023

0

0

0

0

0

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Afrekening 2022

20

     
       

Stand ontwerpbegroting 2024

20

0

0

0

0

0

Tabel 173 Uitgaven beleidsartikel 13 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023

389.946

352.774

323.165

301.264

298.333

 

Mutaties amendementen

4.000

0

0

0

0

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

64.020

378.298

220.032

206.253

71.299

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Loon- en prijsbijstelling 2023

4.216

15.509

14.899

13.843

13.849

 

2. Overboekingen met andere departementen

‒ 393

0

0

7.000

7.000

 

3. Budgettair neutrale herschikkingen

‒ 300

5.350

5.700

8.100

0

 

4. Uitvoeringsmutaties

20.338

9.190

9.085

8.870

0

 

5. Bijstelling prijsniveau 2023

1.027

1.002

975

945

904

 

6. Onderwijsroute

0

0

0

22.900

10.000

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024

482.854

762.123

573.856

569.175

401.385

345.844

  • 1. De loon- en prijsbijstelling 2023 is overgeheveld om het budget op prijspeil 2023 te brengen.

  • 2. Er zijn 3 overboekingen met andere departementen. De grootste mutatie is de overboeking van OCW van € 7 miljoen in voor de bijdrage aan de onderwijsroute.

  • 3. Er is sprake van enkele budgettair neutrale herschikkingen binnen de SZW-begroting.

  • 4. Op basis van recente prognoses is de raming voor DUO Leningen en Maatschappelijke Begeleiding voor 2023 aangepast. De prognose voor DUO Leningen is aangepast met € 15,1 miljoen. De raming Maatschappelijke Begeleiding is aangepast met € 5,3 miljoen.

  • 5. Bijstelling van de raming van de uitkeringen om die op prijspeil 2023 te brengen.

  • 6. Tijdelijke voortzetting onderwijsroute van 2026 t/m 2029.

Tabel 174 Ontvangsten beleidsartikel 13 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023

1.000

1.000

1.000

1.000

1.000

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

10.270

0

0

0

0

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Afrekening 2022

3.656

     
       

Stand ontwerpbegroting 2024

14.926

1.000

1.000

1.000

1.000

1.000

  • 1. Terugontvangst van de onderuitputting 2022 van het COA en DUO.

Tabel 175 Uitgaven niet-beleidsartikel 96 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023

501.604

495.405

482.122

478.077

476.563

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

37.478

39.361

32.151

31.752

31.287

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Loon- en prijsbijstelling 2023

24.632

24.806

27.923

26.518

26.633

 

2. Overboekingen met andere departementen

‒ 418

‒ 818

‒ 215

‒ 215

‒ 215

 

3. Kasschuiven

0

56

56

56

‒ 385

 

4. Budgettair neutrale herschikkingen

3.732

4.010

2.821

170

296

 

5. Nieuwe begroting RSO

7.083

7.083

7.083

7.083

7.083

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024

574.111

569.903

551.941

543.441

541.262

538.560

  • 1. De loon- en prijsbijstelling 2023 is overgeheveld om het budget op prijspeil 2023 te brengen.

  • 2. Er zijn 4 overboekingen met andere departementen. De grootste is de overboeking naar VWS (- € 0,9 in 2023 en € -0,7 in 2024) voor de Commissie Maatschappelijk Impact Team (MIT).

  • 3. Om beter aan te sluiten bij de uitgaven worden middelen in het personeelsbudget in het juiste ritme geplaatst.

  • 4. Er is sprake van diverse budgettair neutrale herschikkingen binnen de SZW-begroting.

  • 5. RSO heeft een nieuwe begroting opgesteld. De stijging van de uitgaven doet zich met name voor bij externe inhuur en bij de kosten voor schoonmaak.

Tabel 176 Ontvangsten niet-beleidsartikel 96 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023

83.567

84.216

84.916

83.716

83.916

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Nieuwe begroting RSO

7.083

7.083

7.083

7.083

7.083

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024

90.650

91.299

91.999

90.799

90.999

88.479

  • 1. De stijging van de uitgaven van RSO wordt doorberekend aan de opdrachtgevers (zie mutatie 5 van de uitgaven).

Tabel 177 Uitgaven niet-beleidsartikel 99 (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Stand ontwerpbegroting 2023

252.795

240.789

160.278

201.351

189.749

 

Mutaties amendementen

‒ 4.750

0

0

0

0

 

Mutaties 1e suppletoire begroting 2023

‒ 31.671

181.889

226.280

212.425

186.365

 
       

Nieuwe mutaties:

      

1. Loon- en prijsbijstelling 2023

‒ 100.328

‒ 90.224

‒ 95.328

‒ 89.477

‒ 86.968

 

2. Overboekingen met andere departementen

‒ 38.753

30.944

2.051

21.803

24.672

 

3. Kasschuiven

‒ 84.551

77.500

7.051

0

0

 

4. Budgettair neutrale herschikkingen

‒ 6.030

‒ 74.041

‒ 5.749

‒ 8.041

59

 

5. Reserveringen

17.500

‒ 75.300

‒ 2.900

‒ 21.700

‒ 6.300

 
       

Stand ontwerpbegroting 2024

4.212

291.557

291.683

316.361

307.577

287.462

  • 1. De loon- en prijsbijstelling 2023 is overgeheveld om de uitgaven op prijspeil 2023 te brengen.

  • 2. Er zijn 18 overboekingen met andere departementen. De grootste mutatie is een overboeking met OCW in verband met een bijdrage aan het programma schoolmaaltijden dat wordt verlengd in 2024 (€ 52,5 miljoen). Daarnaast is er een overboeking met het Gemeentefonds voor vroegsignalering en bijzondere bijstand (van € 50 miljoen in 2024).

  • 3. Om beter aan te sluiten bij het kasritme hebben er meerdere kasschuiven plaats gevonden. De grootste is een kasschuif voor de energietoeslag studenten van 2023 naar 2024 van € 63 miljoen. Deze middelen zijn erna overgeheveld naar het beleidsartikel.

  • 4. Er zijn diverse budgettair neutrale herschikkingen binnen de SZW-begroting.

  • 5. Er is sprake van diverse reserveringen die later overgeboekt worden naar het desbetreffende artikel, onder andere voor beschut werk.

Licence