Base description which applies to whole site

2.5 Strategische Evaluatie Agenda

De Strategische Evaluatie Agenda (SEA) is een overkoepelende agenda met daarin de evaluatieprogrammering van de beleidsterreinen van SZW. De evaluatieonderzoeken staan geordend naar thema’s die aansluiten bij de strategie van heel SZW en zijn opgebouwd vanuit onze maatschappelijke opgaven (top-down) en vanuit onze kennis van hoe ons beleid werkt (bottom-up).

Dit is het vierde en formeel het laatste jaar van de overgangsfase van de systematiek van beleidsdoorlichtingen naar de SEA. Bij de begroting van 2024, is gekeken naar de samenhang met beleidsthema’s van andere departementen en de verschillende thema’s van SZW. Dit is terug te zien in de toelichtende teksten bij de thema’s en het agenderen van onderzoeken onder meerdere thema’s.

De evaluaties op deze SEA dienen niet alleen ter verantwoording van gevoerd beleid, maar zijn ook gericht op verbetering van bestaand beleid en het voorbereiden van nieuw beleid. Met de evaluaties kan op langere termijn worden beoordeeld hoe het beleid werkt en hoe we het beleid kunnen verbeteren. Daarbij hebben we aandacht voor de publieke waarde van ons beleid; ofwel de impact van beleid op de maatschappij. De SEA is van en voor heel SZW om te reflecteren op bestaand beleid ten behoeve van keuzes voor toekomstige SZW beleid.

Per SEA-thema is (voor een periode van de komende 4-7 jaar) inzichtelijk gemaakt:

  • welke doelen het beleid op dat thema heeft;

  • welke vastgestelde kennis er op dit thema al is;

  • welke kennis er nog niet is en wat de inzichtbehoeften zijn;

  • hoe de evaluatieplanning daaruit volgt;

  • waar een eventuele overlap met andere thema’s van de SEA bestaat.

In de SEA maakt SZW onderscheid tussen evaluaties en overig onderzoek. De evaluaties zijn als volgt getypeerd: ex-ante evaluaties (zoals pilots, nulmetingen en experimenten), ex-durante evaluaties (zoals monitoring en tussenevaluaties), ex-post evaluaties (zoals wets- en effectevaluaties en periodieke rapportages). Bijlage 6 bij deze begroting biedt een beschrijving per individuele evaluatie van elk thema op de SEA.

Thema 1: Gezonde en veilige arbeidsomstandigheden

Het beleid omtrent gezond en veilig werken (G&VW) heeft tot doel dat werkenden in Nederland hun werk op een gezonde en veilige manier kunnen doen, zodat zij gezond blijven en werkend de pensioenleeftijd kunnen halen. Het fundament van de beleidsinzet wordt gevormd door de Arbeidsomstandighedenwet, het Arbeidsomstandighedenbesluit en de Arbeidstijdenwet. Een belangrijk deel van het beleid bestaat uit stimuleringsprogramma’s en -projecten gericht op werkgevers en werknemers, communicatie via het Arboportaal, en de dialoog met sociale partners en andere stakeholders.

SZW heeft in september 2020 een uitgebreide beleidsdoorlichting over artikel 1 van de SZW-begroting uitgevoerd, inclusief het beleidsterrein van G&VW. SZW werkt aan de Arbovisie 2040, onder meer op basis van deze beleidsdoorlichting en het onderzoek toekomstverkenning arbeid & gezondheid. In de Arbovisie 2040 wordt de basis gelegd voor het gezonder en veiliger werken in Nederland. Met onder andere de sociale partners werken we deze Arbovisie verder uit, door een stevige inzet op preventie, een betere uitvoering van de arboregels met als sluitstuk goed toezicht en handhaving. Daarmee bieden we ook een handvat om in de toekomst terug te blikken en te evalueren.

Naast de genoemde trajecten volgt G&VW met een meerjarig monitoringsprogramma de ontwikkelingen op de arbeidsmarkt ten aanzien van de gezondheid en veiligheid van werkenden. Dit alles biedt, samen met de evaluaties van de beleidsinstrumenten onder dit thema, input voor de periodieke rapportage die in 2028 gepland staat.

Thema 1: Gezonde en veilige arbeidsomstandigheden

Thema

Type onderzoek

Afronding

Begrotingsartikel

Periodieke rapportage gezonde en veilige arbeidsomstandigheden

Ex-post evaluatie

2028

1

Tussenevaluatie Programma Brede Maatschappelijke Samenwerking Burn-outklachten (BMS)

Ex-durante evaluatie

2024

1

Evaluatie beleidsmaatregel asbeststelsel

Ex-durante evaluatie

2024

1

Toekomstverkenning arbeid & gezondheid

Ex-ante evaluatie

2024

1

Arbobalans

Ex-durante monitoring

2024

1

Evaluatie Regeling tegemoetkoming stoffengerelateerde beroepsziekten (TSB)

Ex-post evaluatie

2027

1

Evaluatie meldplicht arbeidsongevallen en vergewisplichten uitleners

Ex-post evaluatie

2030

1

Thema 2: Leven lang ontwikkelen

De beleidsinstrumenten onder het thema leven lang ontwikkelen (LLO) stimuleren en faciliteren mensen om zichzelf verder te ontwikkelen en duurzaam inzetbaar te blijven op de arbeidsmarkt. Met name op een arbeidsmarkt die steeds in beweging is, wordt het belang van LLO steeds groter.

LLO helpt werkloosheid voorkomen door kennis en vaardigheden actueel te houden; LLO stimuleert doorgroeien in de loopbaan en geeft meer voldoening, werkplezier en meer inkomen. LLO draagt daarmee bij aan het goed functioneren van de arbeidsmarkt, het beter matchen van vraag en aanbod en het kunnen realiseren van ambities op het gebied van de klimaat- en energietransities, innovatie en groei. Cruciaal is een sterke ontwikkelcultuur waarin het voor mensen en bedrijven vanzelfsprekend is om zich te blijven ontwikkelen. Daarnaast wordt er steeds meer toegewerkt naar een op skills gerichte arbeidsmarkt, waarin niet alleen diploma’s van belang zijn, maar ook vaardigheden, competenties, kennis en bekwaamheid. SZW werkt op dit thema samen met onder andere OCW, EZK, SER en de NWO zodat onderzoeksagenda’s op elkaar afgestemd worden.

Op dit moment lopen er diverse subsidieregelingen die gericht zijn op werkenden of werkgevers: zoals de SLIM-regeling, NL leert door en de expeditie-regeling. Voor deze subsidieregelingen zijn al evaluatieplanningen opgesteld en opgenomen in de SEA 2024. Deze evaluaties geven inzicht in de vraag of de instrumenten doeltreffend en doelmatig zijn. Met deze evaluaties werken we toe naar een periodieke rapportage waarin we kijken naar de samenhang tussen de instrumenten. Het is de wens om hiermee inzicht te krijgen in de toegankelijkheid en het gebruik van de regelingen voor de verschillende groepen werkenden, waaronder flexwerkers en praktisch opgeleiden. Onder andere met het oog op deze inzichtbehoefte wordt komend jaar gekeken of het nuttig is om ook de evaluaties die worden uitgevoerd in het kader van het Europees Sociaal Fonds Plus (ESF+) op te nemen op dit SEA-thema. Een van de prioriteiten van ESF+ is ‘Kwetsbare werkenden en werkzoekenden’, waarbij een van de doelstellingen ‘een leven lang ontwikkelen’ is.

Daarnaast is er behoefte aan inzicht in de mate waarin scholing aansluit op de arbeidsmarkt. Met de huidige arbeidsmarktkrapte is intersectorale mobiliteit steeds belangrijker. Echter, mensen blijven doorgaans hun gehele loopbaan in dezelfde sector werken. Er is daarom behoefte om de onderliggende motivatie en mechanismen voor deelname aan formeel, non-formeel en informeel leren en omscholing ten behoeve van intersectorale mobiliteit te onderzoeken en hoe daar binnen het LLO-beleid beter op ingezet kan worden. Momenteel wordt verkend of het mogelijk is om dit in de geplande onderzoeken mee te nemen. Dit zijn twee cohortstudies die het wellicht mogelijk maken om loopbanen en de factoren die daarop van invloed zijn, waaronder scholing en ontwikkeling, over langere tijd te volgen. Tot slot wordt gekeken of het mogelijk is om in deze rapportage te kijken naar de samenhang tussen instrumenten op het thema LLO en verwante instrumenten van andere thema’s, zoals van werk naar werk, scholingsbudget voor de WW-doelgroep, leerwerkloketten en het Nationaal Groeifonds (NGF).

Thema 2: Leven lang ontwikkelen

Thema

Type onderzoek

Afronding

Begrotingsartikel

Periodieke rapportage leven lang ontwikkelen

Ex-post evaluatie

2027

1

Evaluatie NL leert door

Ex-durante en ex-post evaluatie

2024

1

Evaluatie SLIM-regeling

Ex-ante, ex-durante en ex-post onderzoek

2025

1

Evaluatie expeditie-regeling

Ex-post evaluatie

2027

1

Evaluatie subsidieregeling STAP-budget

Ex-ante, ex-durante en ex-post onderzoek

2027

1

Enquête Leven Lang Ontwikkelen en Skills Survey

Overig onderzoek

2030

1

Thema 3: Arbeidsverhoudingen en arbeidsvoorwaarden

De beleidsinstrumenten onder het thema Arbeidsverhoudingen en -voorwaarden beschermen en versterken de positie van werkenden. Op die manier bevorderen ze het functioneren van de arbeidsmarkt (evenwicht tussen werkgevers en werknemers). De beleidsinstrumenten onder dit thema zijn divers: van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag die ervoor zorgt dat iedere werknemer een minimum loon ontvangt, tot de Wet arbeidsvoorwaarden voor gedetacheerde werknemers in de EU, en beleid rondom gelijke behandeling op de werkvloer.

In 2020 is de beleidsdoorlichting naar artikel 1 Arbeidsmarkt van de SZW-begroting afgerond. De belangrijkste conclusie was dat niet of nauwelijks te beoordelen was in hoeverre de doelen van artikel 1 worden bereikt, omdat de instrumenten moeilijk te koppelen zijn aan deze doelen en weinig voor de beleidsdoorlichting bruikbare evaluaties van de instrumenten zijn uitgevoerd. Om te zorgen dat er bij de volgende periodieke rapportage wel uitspraken gedaan kunnen worden over onder andere de bijdrage van beleid aan het bereiken van de doelen is artikel 1 opgesplitst in een aantal thema’s, waaronder arbeidsverhoudingen en -voorwaarden. De beleidstheorie van het thema wordt momenteel uitgewerkt. Om te voorkomen dat er net als bij de vorige doorlichting onvoldoende bruikbaar evaluatiemateriaal beschikbaar is, wordt momenteel en de komende jaren gekeken welke inzichtbehoeften er zijn en welke onderzoeken uitgevoerd dienen te worden.

Inzichtbehoeften komen voort uit veranderingen in de instrumenten en/of veranderingen in de maatschappij. Voor de inzichtbehoeften die voortkomen uit instrumentwijzigingen staan verschillende evaluaties gepland, zoals de Wet arbeidsmarkt in balans, de Implementatiewet herziene detacheringsrichtlijn en de Meldingsplicht Wet Arbeidsvoorwaarden gedetacheerde werknemers in de Europese Unie. Ook op handen zijnde wijzigingen in de instrumenten kunnen aanleiding vormen voor het plannen van een onderzoek. Voorbeeld van dergelijk onderzoek is het ex-ante onderzoek EU-richtlijn platformwerk. Middels dit onderzoek wordt inzicht verkregen in de gevolgen van de implementatie van het richtlijnvoorstel voor platformwerkers. Daarbij is aandacht voor de wensen van platformmedewerkers en de risico's die zij signaleren. Ook het uitwerken van het arbeidsmarktpakket kan de komende periode leiden tot extra onderzoeksbehoeften. De onderzoeksprogrammering hiervoor wordt nog uitgewerkt. Een verandering in de maatschappij die om onderzoek vraagt betreft de migratiecrisis. Vraagstukken op het thema arbeidsverhoudingen en arbeidsvoorwaarden die daaruit voortvloeien zijn: Hoe ziet de arbeidsmarkt van de toekomst eruit en wat betekent dit voor arbeidsmigratie? Wat bepaalt de omvang van arbeidsmigratie en welke handvatten biedt dit om hierop te sturen? Deze beleidsvraagstukken worden nader verkend en daaruit kunnen op termijn nieuwe onderzoeksbehoeften voortkomen. Daaraan gerelateerd is het onderzoek van de Staatscommissie Demografie 2050, die in 2022 is ingesteld en begin 2024 een rapport zal opleveren. Dit kan belangrijke inzichten geven voor het (arbeids)migratiebeleid op de lange termijn.

Tot slot wordt er komend jaar nagegaan of het nuttig is om de evaluaties die worden uitgevoerd in het kader van het Europees Sociaal Fonds Plus (ESF+) op te nemen op dit SEA-thema. Het programma is momenteel in ontwikkeling en lijkt op onderdelen raakvlakken te hebben.

Thema 3: Arbeidsverhoudingen en arbeidsvoorwaarden

Thema

Type onderzoek

Afronding

Begrotingsartikel

Periodieke rapportage arbeidsverhoudingen en arbeidsvoorwaarden

Ex-post evaluatie

2027

1

Monitoring en evaluatie Implementatiewet herziene detacheringsrichtlijn

Ex-durante monitoring en evaluatie

2023

1

Ex-ante onderzoek EU-richtlijn platformwerk

Ex-ante evaluatie

2023

1

Positie van kinderen van arbeidsmigranten

Overig onderzoek

2023

1

Quickscan naar instrumenten en methodieken voor de waardebepaling

Overig onderzoek

2023

1

Evaluatie hoogte van de Wet minimumloon en minimumvakantiebijslag (WML)

Ex-post evaluatie

2023

1

Evaluatiekader en nulmeting regulering uitzendsector

Ex-ante evaluatie

2024

1

Nulmeting evaluatie Wet toezicht gelijke kansen bij werving en selectie

Ex-ante evaluatie

2024

1

Evaluatie Wet arbeidsmarkt in balans (WAB)

Ex-post evaluatie

2025

1

Tweede evaluatie Meldplicht WagwEU

Ex-post evaluatie

2025

1

Invoeringstoets Implementatiewet detachering wegvervoer

Ex-ante evaluatie

2025

1

Evaluatie Wet arbeid vreemdelingen

Ex-post evaluatie

2025

1

Verkenning arbeidsrechtelijke verschillen tussen Caribisch Nederland en het Europese deel van Nederland

Overig onderzoek

2026

1

Tevredenheidsonderzoek onder arbeidsmigranten

Overig onderzoek

2028

1

Thema 4: Arbeid, zorg en de ontwikkeling van het kind

Het beleid van SZW op het gebied van arbeid en zorg en de ontwikkeling van het kind valt uiteen in de onderwerpen kinderopvang, kinderbijslag en het kindgebonden budget (tegemoetkoming ouders) alsook arbeid en zorg (onder andere zwangerschaps-, bevallings-, geboorte- en ouderschapsverlof).

Dit thema in de SEA maakt inzichtelijk dat het beleid enerzijds ziet op het bevorderen van arbeidsparticipatie en anderzijds op het bieden van inkomensondersteuning aan ouders. Het biedt mensen controle op hun werk en leven en tegelijk de mogelijkheid zich te kunnen ontwikkelen. De regelingen voortvloeiend uit dit beleid hebben ten slotte het streven een bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van het kind en het bestrijden van armoede onder kinderen.

De komende jaren zal middels evaluaties in en van dit thema als geheel het beleid van SZW (op onderwerpen die raken aan arbeid en zorg en de ontwikkeling van het kind) nader worden bezien. Wat zijn de doelen van dit SZW-beleid, welke inzichtbehoefte bestaat er op dit vlak en vooral ook waar is overlap en waar ontbreekt kennis of een eventuele hogere doelomschrijving en link met ander (SZW- of rijks-)beleid. Samenhangend hiermee staan er twee onderzoeken gepland naar de situatie van gezinnen in Nederland en gezinsbeleid van de ons omringende landen. In deze onderwerpoverstijgende onderzoeken is aandacht voor de thema’s inkomen, werk en zorg, welzijn van kinderen en overige onderwerpen zoals huisvesting en demografisch beleid.

De splitsing in onderwerpen kinderopvang, tegemoetkoming ouders, en ‘arbeid en zorg (verlofregelingen en mogelijkheden tot flexibel werken)’ kent nu een evaluatieplanning per onderwerp maar zal uiterlijk in 2026 middels een overkoepelende analyse nader worden bekeken op samenhang en onderbouwing van beleid.

Thema 4: Arbeid, zorg en de ontwikkeling van het kind

Thema

Type onderzoek

Afronding

Begrotingsartikel

Inventarisatie gezinsbeleid in de ons omringende landen

Overig onderzoek

2023

1

Situatie gezinnen in Nederland

Overig onderzoek

2024

1

Kinderopvang

Het kinderopvangbeleid kent twee hoofddoelen: de arbeidsparticipatie van ouders bevorderen en de ontwikkeling van het kind stimuleren. Kinderopvang moet daarom kwalitatief goed, toegankelijk en betaalbaar zijn. Het coalitieakkoord ‘omzien naar elkaar, vooruitkijken naar de toekomst’ van het demissionaire kabinet Rutte IV bevat het voornemen voor een herziening van het financieringsstelsel kinderopvang. Hoe de herziening van het financieringsstelsel kinderopvang wordt ingevuld is aan het volgende kabinet.

Het periodieke onderzoek naar het kinderopvangbeleid beslaat de periode 2015-2022. In dit onderzoek ligt de focus op het doel: ‘ontwikkeling van kinderen stimuleren’.

Voor de bevordering van de arbeidsparticipatie is het belangrijk dat ouders van jonge kinderen actief blijven op de arbeidsmarkt. Dit is het andere doel van het kinderopvangbeleid. Dit is ook een doel van de herziening van het financieringsstelsel. Het volgende periodieke onderzoek kinderopvang gaat na in hoeverre het kinderopvangbeleid heeft bijgedragen aan de arbeidsmarktparticipatie van ouders. Dit periodieke onderzoek zal samen met de inzichten uit het onderzoek naar het beleidsdoel ‘ontwikkeling kind bevorderen’ een reflectie bieden op het totaalbeleid kinderopvang in Nederland.

Betaalbare kinderopvang is nodig om ouders te ondersteunen in hun mogelijkheid om werk en zorg te combineren. Het kabinet wil het financieringsstelsel eenvoudiger maken en de toekenningszekerheid vergroten door een inkomensonafhankelijke vergoeding voor ouders in te voeren die rechtstreeks aan kinderopvangorganisaties wordt uitgekeerd. Deze herziening van het financieringsstelsel is ingrijpend voor de kinderopvang­sector, ouders en de uitvoering vanuit de overheid. Daarnaast is er sprake van personeelstekorten in de sector en zal de vraag door de herziening van het financieringsstelsel fors toenemen. Daarom is invoering van de herziening van het financieringsstelsel verschoven van 2025 naar 2027. Vanaf 2025 wordt in twee stappen toegewerkt naar het nieuwe financieringsstelsel.

Het syntheseonderzoek naar de doeltreffendheid en doelmatigheid van beleid dat zich richt op het doel 'bevordering arbeidsparticipatie’ zal vooruit lopen op en gedeeltelijk samengaan met (de stappen naar) de herziening van het financieringsstelsel.

Thema 4: Arbeid, zorg en de ontwikkeling van het kind - Kinderopvang

Thema

Type onderzoek

Afronding

Begrotingsartikel

Periodieke rapportage kinderopvang

Ex-post evaluatie

2023

7

Onderzoek implementatie taaleis in de kinderopvang

Ex-ante/ex-durante

2024

7

Onderzoek verschillen in toezicht en handhaving kinderopvang

Ex-post evaluatie

2024

7

Monitor inzet beroepskrachten in opleiding

Ex-post evaluatie

2024

7

Monitor kwaliteitseisen kinderopvang

Ex-post evaluatie

2024

7

Landelijke kwaliteitsmonitor kinderopvang

Ex-durante evaluatie

2025

7

Tussenrapportage Monitor & Evaluatie Programma BES(T)4kids en wet Kinderopvang BES

Ex-durante evaluatie

2025

7

Syntheseonderzoek doeltreffendheid en doelmatigheid kinderopvangbeleid (bevorderen arbeidsparticipatie)

Ex-post evaluatie

2027

7

Tegemoetkoming ouders

Het huidige toeslagenstelsel is complex en moet eenvoudiger worden. Ook moeten ouders meer zekerheid krijgen. Gelet op de grote knelpunten van het toeslagenstelsel en het gegeven dat het kindgebonden budget hier onderdeel van uitmaakt, zal onderzoek worden gedaan naar een alternatief voor het kindgebonden budget. Een ambtelijke werkgroep heeft reeds onderzoek gedaan naar hoe de inkomensondersteuning verbeterd kan worden. De uitkomsten zijn vastgelegd in twee deelrapporten: het eerste deelrapport van Interdepartementaal Beleidsonderzoek (IBO) Toeslagen betreft de uitkomsten gericht op de verbetermogelijkheden binnen het bestaande stelsel en het tweede deelrapport onderzoekt ook de opties daarbuiten. Beide rapporten gaan in op de beleidskeuzes die aan het toeslagenstelsel ten grondslag liggen. Daarnaast is er recent een IBO-vereenvoudiging uitgevoerd, dat ook waardevolle aanknopingspunten biedt voor de kindregelingen.

Het is van belang dat alle kindregelingen-onderdelen volledig in kaart zijn gebracht. Ten aanzien van de kinderbijslag zijn er naar aanleiding van de vorige beleidsdoorlichting van artikel 10 twee vervolgonderzoeken gedaan: een onderzoek naar de dubbele kinderbijslag intensieve zorg en een onderzoek naar dubbele kinderbijslag om onderwijsredenen. Deze onderzoeken bieden inzicht in de verschillende kanten van de kinderbijslag. Met deze evaluatieplanning wordt ingegaan op een drietal vragen die nog openstaan om te kunnen komen tot een voorstel voor een mogelijk nieuw stelsel aan kindregelingen en hiermee ook tot een syntheseonderzoek tegemoetkoming ouders in 2025. In de uit te voeren onderzoeken is het van belang dat er voldoende aandacht is voor het burgerperspectief en in het bijzonder denk- en doenvermogen van de burger. In de nieuw voor te stellen regeling is het zodoende van belang dat er breed wordt gekeken: is de sociale zekerheid de plek voor de nieuwe regeling, of zijn er mogelijkheden in de fiscaliteit waarmee je het onderdeel van de kindregelingen kunt inregelen? De onderzoeken kunnen gezamenlijk de voorbereiding vormen voor toekomstige besluitvorming.

Thema 4: Arbeid, zorg en de ontwikkeling van het kind - Tegemoetkoming ouders

Thema

Type onderzoek

Afronding

Begrotingsartikel

Periodieke rapportage tegemoetkoming ouders

Ex-post evaluatie

2025

10

Onderzoek nieuwe regeling voor kinderen

Ex-ante evaluatie

2024

10

Potentiële nieuwe kindregeling en de uitvoerder

Ex-ante evaluatie

2025

10

Arbeid en zorg

Het doel van de Wet Arbeid en Zorg (Wazo) is betere mogelijkheden creëren voor de combinatie van arbeid en zorg. In de Wazo zijn verlofregelingen rondom de geboorte van en zorg voor kinderen, de zorg voor naasten en calamiteitenverlof opgenomen. Recent is het verlofstelsel uitgebreid met het (aanvullende) geboorteverlof en het betaalde ouderschapsverlof. Beide uitbreidingen (inclusief evaluaties) worden hieronder toegelicht.

Op 1 januari 2019 is de Wet invoering extra geboorteverlof (WIEG) in werking getreden. Sindsdien hebben partners in loondienst na de geboorte van hun kind recht op eenmaal het aantal werkuren per week aan geboorteverlof, met loondoorbetaling door de werkgever. Per 1 juli 2020 is het geboorteverlof uitgebreid en hebben partners in loondienst in aanvulling daarop recht op vijf keer het aantal werkuren per week aan aanvullend geboorteverlof. De WIEG beoogt een positieve bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van de band tussen de partner en het kind. Ook beoogt de wet de kansen van vrouwen op de arbeidsmarkt te vergroten, omdat met de invoering van de WIEG minder verschil kwam in de duur van het verlof voor moeders en dat voor partners. In mei 2022 is een rapport met de eerste evaluatie van de WIEG opgeleverd aan de Tweede Kamer. De evaluatie was primair gericht op het aanvullende geboorteverlof en gaf geen aanleiding tot wijziging van het geboorteverlof. Er wordt aanvullend onderzoek uitgevoerd naar de samenstelling van de groep en de achterliggende beweegredenen om geen of minder verlof op te nemen.

Met de inwerkingtreding van de Wet betaald ouderschapsverlof vanaf 2 augustus 2022 komen werknemers ook in aanmerking voor een uitkering wegens ouderschapsverlof. In de evaluatie van de Wet betaald ouderschapsverlof, die binnen vijf jaar na inwerkingtreding plaats zal vinden, wordt aandacht besteed aan zowel het gebruik en de effecten van de invoering van het betaald ouderschapsverlof als het gebruik, de effecten en de doelmatigheid van het geboorteverlof. Zodoende kan ook het gezamenlijke effect van het geboorteverlof en het betaalde ouderschapsverlof op de arbeidsparticipatie en de verdeling van zorgtaken tussen partners worden onderzocht. Een jaar na inwerkingtreding, dus in de tweede helft van 2023, vindt de invoerings­toets van de Wet betaald ouderschapsverlof plaats en wordt verder invulling gegeven aan de evaluatieplanning rond betaald ouderschaps- en geboorteverlof.

In 2023 vindt een verkenning plaats van de vereenvoudigingsmogelijkheden in het verlofstelsel. De verkenning zit qua planning dicht op de periodieke evaluatie, die gepland is voor 2024. De verkenning vormt daarmee (op onderdelen) een goed startpunt voor de periodieke evaluatie. De focus van de periodieke evaluatie ligt op het onderzoeken van de doeltreffendheid en doelmatigheid van het thema arbeid en zorg. En omvat dus naast het verlofstelsel ook de Wet flexibel werken. De Kamer is middels een brief geïnformeerd over de opzet van de periodieke rapportage.

Thema 4: Arbeid, zorg en de ontwikkeling van het kind - Arbeid en zorg

Thema

Type onderzoek

Afronding

Begrotingsartikel

Periodieke rapportage verlofregelingen

Ex-post evaluatie

2024

6

Verdiepend onderzoek niet-gebruik geboorteverlof

Overig onderzoek

2023

6

Evaluatie Wet betaald ouderschapsverlof

Ex-post evaluatie

2027

6

Thema 5: Pensioen en oudedag

Ten behoeve van een toekomstbestendig pensioenstelsel is samen met sociale partners in 2019 het pensioenakkoord gesloten. De maatregelen die voortvloeien uit het pensioenakkoord zijn bedoeld voor de verbetering van de oudedagsvoorziening en moeten perspectief bieden op een koopkrachtig pensioen. Dit sluit aan bij het SZW-doel ‘mensen hebben een vangnet bij ouderdom’. Daarnaast bevat het pensioenakkoord tijdelijke maatregelen met betrekking tot duurzame inzetbaarheid en eerder stoppen met werken. Dit sluit aan bij het SZW-doel ‘mensen hebben (duurzaam) gezond en veilig werk’. De maatregelen met betrekking tot de oudedagsvoorziening en een koopkrachtig pensioen zijn uitgewerkt in het wetsvoorstel Toekomst Pensioenen (WTP). Daarnaast wordt via de Wet bedrag ineens, RVU en verlofsparen meer keuzevrijheid geïntroduceerd bij de start van de uitkeringsfase van het ouderdomspensioen. De evaluaties van deze wetten zijn geagendeerd in de SEA. Daarnaast wordt de voortgang van de transitieperiode van de WTP (2023-2028) gemonitord. In 2028 is de transitie naar het nieuwe pensioenstelsel afgerond. De effecten van deze transitie worden in de jaren daarna zichtbaar. De periodieke rapportage voor ‘oudedagsvoorziening’ is daarom voorzien voor 2028/2029.

De tijdelijke maatregelen met betrekking tot duurzame inzetbaarheid en eerder stoppen met werken uit het pensioenakkoord zijn onder andere uitgewerkt in de subsidieregeling Maatwerk duurzame inzetbaarheid en Eerder Uittreden (MDIEU), de Regeling voor vervroegde uittreding (RVU) en de uitbreiding van verlofsparen. Deze regelingen worden gemonitord en geëvalueerd. Ook is in het pensioenakkoord overeengekomen dat de AOW-leeftijdsverhoging vanaf 2020 wordt getemporiseerd en vanaf 2025 wordt gekoppeld aan de levensverwachting. De gevolgen van de leeftijdsverhoging op de arbeidsparticipatie, gebruik van uitkeringen, gezondheid en duurzame inzetbaarheid worden gemonitord. Ook wordt er middels een beleidstraject in kaart gebracht wat de gevolgen zijn op het terrein van sociale zekerheid en fiscaliteit. Een periodieke rapportage op dit onderwerp is vooralsnog voorzien voor 2026. Tot slot is er een onderzoek voorzien waarin gekeken wordt naar de knelpunten en kansen rondom gezond doorwerken tot aan het pensioen. In dit onderzoek is aandacht voor het perspectief van de werkende en de werkgever zodat het duidelijk wordt welke factoren de uittreedleeftijd bepalen en hoe langer doorwerken gestimuleerd kan worden. Dit onderzoek wordt samen met de voortgangsrapporten van de monitoring en evaluatie van de MDIEU benut om een beslissing te nemen over het vervolg van de MDIEU.

Naast opgedane ervaringen met de MDIEU en RVU, wordt bekeken of er verbinding gelegd kan worden met het thema ‘leven lang ontwikkelen’ en met gezondheidsthema’s rondom ouder worden.

Thema 5: Pensioen en oudedag

Thema

Type onderzoek

Afronding

Begrotingsartikel

Oudedagsvoorziening

Periodieke rapportage oudedagsvoorziening

Ex-post evaluatie

2028/2029

8

Evaluatieonderzoek automatische waardeoverdracht kleine pensioenen

Ex-post evaluatie

2023

8

Witte vlekken op pensioengebied

Ex-durante evaluatie

2024

8

Experimenten pensioenopbouw onder zelfstandigen

Ex-durante monitoring en evaluatie

2027

8

Evaluatie Wet bedrag ineens

Ex-durante en ex-post evaluatie

2029

8

Monitoring Wet toekomst pensioenen

Ex-durante monitoring

2028

8

Evaluatie van de Wet toekomst pensioenen

Ex-post evaluatie

2038

8

Gezond naar pensioen

Periodieke rapportage gezond naar pensioen

Ex-post evaluatie

2026

1 en 8

Monitor AOW-leeftijdsverhoging

Ex-durante evaluatie

2024

8

Onderzoek naar knelpunten en kansen rondom gezond doorwerken tot aan pensioen

Overig onderzoek

2025

1

Monitoring Regeling vervroegd uittreden (RVU)

Ex-durante evaluatie

2025

8

Monitoring en evaluatie maatwerkregeling duurzame inzetbaarheid en eerder uittreden

Ex-durante en ex-post evaluatie

2026

1

Thema 6: Armoede en schulden

Op 12 juli 2022 lanceerde het kabinet de landelijke aanpak geldzorgen, armoede en schulden. Te veel mensen in Nederland kampen met ernstige geldzorgen, problematische schulden of leven rondom de armoedegrens, met hardnekkige en wijdverspreide problematiek tot gevolg. Met deze aanpak wil het kabinet ervoor zorgen dat mensen een vangnet hebben, dat minder mensen te maken krijgen met geldzorgen, armoede en schulden, en dat ze, als ze in de knel komen, betere hulp krijgen en zich gezien en gehoord voelen. Zo krijgen mensen de ruimte om mee te doen in de samenleving en om zichzelf te ontwikkelen en kan de vicieuze cirkel van (kansen)armoede doorbroken worden. Dit draagt bij aan het in orde brengen van de bestaanszekerheid van meer mensen.

De meerjarige aanpak geldzorgen, armoede en schulden heeft tot doel te komen tot een halvering van het aantal kinderen dat opgroeit in armoede in 2025 ten opzichte van 2015, een halvering van het totaal aantal personen in armoede, en een halvering van het aantal huishoudens in de problematische schulden in 2030 ten opzichte van 2015. Voor (kinder)armoede wordt hierbij de SCP-definitie die het besteedbaar inkomen van een huishouden vergelijkt met het ‘niet-veel-maar-toereikend’-budget gehanteerd. Dit budget omvat de minimale uitgaven van een zelfstandig huishouden aan onvermijdbare, basale zaken (voedsel, kleding en wonen), moeilijk-vermijdbare posten (verzekeringen, persoonlijke verzorging), en de minimale kosten van ontspanning en sociale participatie.

Om goed zicht te hebben op de voortgang van de aanpak Geldzorgen, Armoede en Schulden wordt een landelijke monitor ontwikkeld. De monitor heeft tot doel om (1) inzicht te krijgen in de aard van de problematiek en hoe deze zich ontwikkelt. Hiermee moet de monitor bijvoorbeeld antwoord geven op vragen als ‘waar in Nederland zien we veel armoede?’ en ‘hoe ontwikkelt de hoogte van de schuld van mensen met problematische schulden zich?’ Daarnaast heeft de monitor tot doel om te zien (2) of we op de goede weg zijn: halen we de doelstellingen en de subdoelstellingen?

De monitor bevat zoveel mogelijk kwantitatieve en kwalitatieve gegevens en maakt gebruik van bronnen zoals het CBS, Nibud, de NVVK, etc. Deze monitor wordt in de komende periode verder ontwikkeld. Op basis van nieuwe inzichten en beschikbare data zal de monitor gaandeweg worden verbeterd en aangevuld. De monitor wordt gelijktijdig met iedere voortgangsrapportage van de aanpak Geldzorgen, Armoede en Schulden gepubliceerd (tweemaal per jaar).

Thema 6: Armoede en schulden

Thema

Type onderzoek

Afronding

Begrotingsartikel

Periodieke rapportage armoede en schulden

Ex-post evaluatie

2026

2

Schuldenproblematiek in beeld

Ex-durante monitoring

2023

2

Commissie sociaal minimum Caribisch Nederland

Overig onderzoek

2023

2

Onderzoek NL Arbeidsinspectie

Overig onderzoek

2024

2

Evaluatie adviesrecht gemeenten bij schuldenbewind

Ex-post evaluatie

2026

2

Thema 7: Bijstand en participatie

In Nederland bestaat een vangnet voor wie (tijdelijk) niet zelf in de noodzakelijke kosten van het bestaan kan voorzien. Sinds 2015 wordt een deel van dat vangnet geregeld door de Participatiewet. Deze wet is net als zijn voorgangers bedoeld om mensen die het tegenzit inkomensondersteuning te bieden via de bijstand en weer (gedeeltelijk) aan het werk te helpen. Samenhangend met de Participatiewet stimuleert de Wet banenafspraak en het quotum arbeidsbeperkten werkgevers om mensen met een arbeidsbeperking in dienst te nemen. Deze wetten dragen bij aan de visie van SZW dat iedereen de kans moet krijgen om mee te doen en zich te ontwikkelen, en dat we tegelijkertijd zorgen voor een vangnet als het tegenzit.

Op 13 maart 2020 is de Beleidsdoorlichting artikel 2 over de Bijstand, Participatiewet en Toeslagenwet gepubliceerd, waarin de eindevaluatie van de Participatiewet door het SCP van 19 november 2019 meegenomen is. De conclusie was dat de Participatiewet ondanks enkele positieve resultaten de komende jaren nog flink wat werk behoeft om succesvol te kunnen zijn. De afgelopen jaren is gebleken dat de Participatiewet niet altijd uitpakt zoals is bedoeld. Daarom is het traject Participatiewet in balans gestart. Eerder is met het Breed Offensief al gepoogd om de situatie van mensen met een arbeidsbeperking binnen de Participatiewet te verbeteren. De Participatiewet wordt al sinds de introductie in 2015 uitgebreid gemonitord. Zo verschijnt jaarlijks een monitoringsbrief Participatiewet en twee keer per jaar een factsheet Participatiewet met de belangrijkste cijfermatige ontwikkelingen. Daarnaast schetst de Nederlandse Arbeidsinspectie een beeld van het stelsel werk en inkomen in de Spiegel Bestaanszekerheid, waarin ook veel aandacht bestaat voor de Participatiewet. In de monitoring en evaluatie van de Participatiewet wordt ook nadrukkelijk aansluiting gezocht bij ontwikkelingen in het sociale domein.

Op dit moment bestaat er al specifieke aandacht voor het onderzoeken van potentiële brede baten (bijvoorbeeld op het gebied van zorggebruik) die kunnen ontstaan bij dienstverlening aan bijstandsgerechtigden. Daarnaast is er ook aandacht voor de oorzaken en gevolgen van niet-gebruik van bijstandsregelingen. Een ander belangrijk aspect, dat ook in de evaluatie van de Participatiewet benoemd werd, is de duurzaamheid van werk(hervatting). Deze onderwerpen zullen de komende jaren prominent aan de orde komen bij onderzoek naar de werking van de Participatiewet. Een periodieke rapportage van de effecten van het huidige beleid zal in 2027 verschijnen. In deze rapportage zullen, voor zover mogelijk, ook de effecten van de maatregelen uit het Breed Offensief en Participatiewet in Balans onderzocht worden.

Thema 7: Bijstand en participatie

Thema

Type onderzoek

Afronding

Begrotingsartikel

Periodieke rapportage bijstand en participatie

Ex-post evaluatie

2027

2

Monitor uitvoering uniforme loonwaardebepaling

Ex-durante monitoring

jaarlijks

2

Verdeelsleutel inleenverbanden banenafspraak

Overig onderzoek

jaarlijks

2

Duurzaamheid van werk binnen de banenafspraak

Overig onderzoek

jaarlijks

2

Onderzoek niet-gebruik loonkostenvoordelen

Overig onderzoek

2023

1

Brede baten-onderzoek van re-integratie

Ex-post evaluatie

2023

2

Meerjarig tekorten en overschotten gebundelde uitkering (BUIG)

Ex-post evaluatie

2023

2 en 13

Verdiepend onderzoek niet-gebruik bijstand

Overig onderzoek

2024

2

Evaluatie REACT-EU

Ex-post evaluatie

2024

meerdere

Evaluatie verlengde pilot Sociaal Innovatie Fonds

Ex-post evaluatie

2024

2

Onderzoeksprogramma CPB Inkomensschokken

Overig onderzoek

2024

meerdere

Pilot No-riskpolis langdurig bijstandsgerechtigden

Ex-durante monitoring

2025

2

Evaluatie banenafspraak

Ex-post evaluatie

2026

2

Thema 8: Jonggehandicapten

Het thema jonggehandicapten omvat de doelstelling om jonggehandicapten de kans te bieden zich te ontwikkelen zodat ze zelf kunnen bijdragen aan hun toekomst in de vorm van betaald werk en hen een financieel vangnet te bieden als zij niet zelf kunnen voorzien in een inkomen.

Op basis van de bevindingen uit de beleidsdoorlichting Wajong in 2017 is de Wajong aangepast. Met de Wet vereenvoudiging Wajong zijn diverse maatregelen in de Wajong verwerkt die er onder andere voor zorgen dat meer (gaan) werken loont, dat Wajongers altijd terug kunnen vallen op de Wajong en dat Wajongers hun uitkering behouden als zij onderwijs (gaan) volgen. Daarnaast is UWV in 2017 gestart met een nieuw dienstverleningsmodel voor het activeren van jonggehandicapten met arbeidsvermogen. De onderzoeksplanning staat daarom de komende periode in het teken van het afronden van een evaluatie naar de effectiviteit van deze dienstverlening en het voorbereiden op een wetsevaluatie in 2025. Met deze wetsevaluatie geven we gelijktijdig invulling aan de periodieke rapportage jonggehandicapten.

Thema 8: Jonggehandicapten

Thema

Type onderzoek

Afronding

Begrotingsartikel

Periodieke rapportage jonggehandicapten

Ex-post evaluatie

2025

4

Effectevaluatie Wajong-dienstverlening

Ex-post evaluatie

2023

4 en 11

Willen, kunnen en doen. Gedrag en gedragsbeïnvloeding van mensen met een AG-uitkering

Ex-durante evaluatie

2023

3, 4 en 6

Gebruikerservaringen loketfunctie

Ex-durante evaluatie

2023

3 en 4

Monitor effect wetsvoorstel Wajong-maatregelen

Ex-durante monitoring

2024

4

Kwalitatief onderzoek vereenvoudiging Wajong

Ex-durante evaluatie

2024

4

Evaluatie Wet vereenvoudiging Wajong

Ex-post evaluatie

2025

4

Evaluatie van de pilot brede inzet van re-integratie instrumenten voor IVA/DGA

Ex-post evaluatie

2029

3 en 4

Thema 9: Werkloosheid werknemers

Het thema ‘werkloosheid bij werknemers’ bevat de doelstelling om werknemers te beschermen tegen de financiële gevolgen van werkloosheid en hen te stimuleren het werk te hervatten. Voor dit thema is in 2023 een periodieke rapportage opgesteld die naar de Tweede Kamer is gestuurd. De evaluatieplanning voor de komende jaren wordt in grote mate bepaald door de conclusies die zijn getrokken in die periodieke rapportage. In de rapportage is er ook aandacht voor onderzoek dat nodig is om in de toekomst nog betere conclusies te kunnen trekken over de doeltreffendheid en de doelmatigheid van het gevoerde beleid. Het gaat bijvoorbeeld om het verder onderzoeken van de effecten van de Wet werk en zekerheid. Het vervolgonderzoek naar de duurverkorting WW zoals dat in de onderzoeksplanning opgenomen is, volgt uit een aanbeveling van de periodieke rapportage. De rapportage wijst ons er ook op dat we meer aandacht mogen hebben voor de bredere welzijnseffecten van de WW en dat bepaalde kwetsbare groepen minder geholpen zijn met de WW-dienstverlening dan andere groepen. We gebruiken de komende tijd om te bekijken hoe we daar onderzoek naar kunnen doen. Op dit moment loopt het onderzoek vereenvoudiging WW, dat binnenkort afgerond zal worden. Dit is een onderzoek naar knelpunten in de WW (zoals door verschillende groepen ervaren) in het kader van het traject om te komen tot vereenvoudiging. In het derde kwartaal van 2023 wordt de Tweede Kamer hierover geïnformeerd. Daarnaast start er in 2024 een meerjarig onderzoek naar de werking van de sollicitatieplicht in de WW. Het onderzoek vergelijkt de effectiviteit van diverse varianten van invulling van de sollicitatieplicht in de WW.

Thema 9: Werkloosheid werknemers

Thema

Type onderzoek

Afronding

Begrotingsartikel

Periodieke rapportage Werkloosheid Werknemers

Ex-post evaluatie

2030

5

Onderzoeksprogramma CPB Inkomensschokken

Overig onderzoek

2024

meerdere

Vervolgonderzoek duurverkorting WW

Ex-post evaluatie

2024

5

Effectiviteitsonderzoek sollicitatieplicht

Ex-post evaluatie

2028

5

Thema 10: Ziekte en arbeidsongeschiktheid werknemers

Het thema ‘ziekte en arbeidsongeschiktheid’ bevat de doelstelling om werknemers te beschermen tegen de financiële gevolgen van ziekte en arbeidsongeschiktheid en hen te ondersteunen in hun zoektocht naar werk.

Daar waar het gaat om de doelstelling mensen te ondersteunen in hun zoektocht naar werk, loopt er (onder andere) een omvangrijk meerjarig experiment naar de effectiviteit van de WGA-dienstverlening. In 2022 hebben we de Tweede Kamer middels een mid-term review inzicht gegeven in de doorontwikkeling van de WGA-dienstverlening in de periode 2017-2021. We gaven een eerste beeld van de samenstelling van de WGA-gerechtigden die ondersteuning ontvangen, de opzet van de dienstverlening en de eerste resultaten van het experiment. Om te achterhalen hoe werknemers beschermd kunnen worden tegen financiële gevolgen van ziekte en arbeidsongeschiktheid, loopt er een meerjarig onderzoeksprogramma waarin het CPB onderzoekt hoe diverse levensgebeurtenissen (waaronder ziekte en arbeidsongeschiktheid) leiden tot inkomensschokken, en in hoeverre verschillende huishoudens in staat zijn hiermee om te gaan. Daarnaast kijkt de onafhankelijke commissie toekomst arbeidsongeschiktheidsstelsel (OCTAS) integraal naar het stelsel en beziet of, en zo ja welke, hervormingen nodig zijn om het stelsel voor ziekte en arbeidsongeschiktheid uitvoerbaar, uitlegbaar en betaalbaar te houden voor de toekomst.

De huidige onderzoeken uit de evaluatieplanning vormen de bouwstenen voor een overkoepelende periodieke rapportage op dit thema gepland voor 2025.

Thema 10: Ziekte en arbeidsongeschiktheid werknemers

Thema

Type onderzoek

Afronding

Begrotingsartikel

Periodieke rapportage ziekte en arbeidsongeschiktheid voor werknemers

Ex-post evaluatie

2025

3 en 6

Willen, kunnen en doen. Gedragsbeïnvloeding van mensen met een AG-uitkering

Overig onderzoek

2023

3, 4 en 6

Gebruikerservaringen loketfunctie

Ex-durante evaluatie

2023

3 en 4

ZW/WIA 35-min: de doelgroep in beeld

Overig onderzoek

2023

3

Onderzoek over de dienstverlening in de hybride markt

Ex-post evaluatie

2023

3

Toekomstgericht onderzoek stelsel ziekte en arbeidsongeschiktheid

Overig onderzoek

2024

3

Onderzoek effectiviteit hybride markt Ziektewet

Ex-post evaluatie

2024

6

Onderzoeksprogramma CPB Inkomensschokken

Overig onderzoek

2024

meerdere

Effectiviteit werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten (WGA)-dienstverlening

Ex-durante en ex-post evaluatie

2025

3 en 11

Wat kopen we in voor wie?

Ex-durante monitoring

2025

3, 4, 6

Evaluatie scholingsexperiment

Ex-ante evaluatie

2025

3

Evaluatie pilot generieke werkgeversvoorzieningen

Ex-ante evaluatie

2026

3

Evaluatie van de pilot brede inzet van re-integratieinstrumenten voor IVA/DGA

Ex-post evaluatie

2029

3 en 4

Thema 11: Inkomensondersteuning nabestaanden en wezen

Het beleid omtrent nabestaanden en wezen beschermt deze groepen tegen financiële gevolgen van het verlies van partner of ouder(s). Op basis van de Algemene nabestaandenwet (Anw) biedt de overheid met de nabestaandenuitkering en wezenuitkering een vangnet om bestaanszekerheid te garanderen voor deze groepen.

In 2019 is er in de beleidsdoorlichting geconcludeerd dat de nabestaandenuitkering doeltreffend is geweest. Doordat de maatregel erg generiek is zijn er aanknopingspunten om het beleid doelmatiger te maken. Op verzoek van SZW is er in navolging van dit onderzoek een verkennend kwalitatief onderzoek uitgevoerd naar de wezenuitkering. Uit dit onderzoek blijkt dat zowel de doeltreffendheid als doelmatigheid van de wezenuitkering te vergroten zijn. Mogelijke budgettaire effecten en de potentiële impact op de uitvoering zijn nog niet meegenomen in deze vervolgonderzoeken. De hieronder genoemde evaluatie-agendering sluit hierop aan door beter te kijken naar de specifieke behoeften en situatie van de wees door middel van onderzoek naar mogelijk niet-gebruik van de wezenuitkering, onderzoek naar kostenbehoefte van wezen, onderzoek naar de situatie van oudere wezen en een verkennend onderzoek naar de afbakening van de doelgroep. Zo bezien werken de onderzoeken toe naar de volgende periodieke evaluatie op dit thema in 2026. Vergeleken met vorig jaar zijn dit jaar twee onderzoeken uit de SEA gehaald: het onderzoek naar de situatie van oudere wezen en niet-gebruik binnen de Anw. Om de problematiek die oudere wezen ervaren in kaart te brengen wordt een verkennende inventarisatie gedaan naar de problematiek waar zij tegenaan lopen. Eventueel leidt dit in de toekomst tot nader onderzoek. Daarnaast heeft de SVB een intern onderzoek naar niet-gebruik uitgevoerd. Hierover wordt de Kamer naar verwachting eind 2023 geïnformeerd. Op een later moment zal bekeken worden of er nader onderzoek nodig is en, zo ja, zal het tegen die tijd weer in de SEA opgenomen worden.

Thema 11: Inkomensondersteuning nabestaanden en wezen

Thema

Type onderzoek

Afronding

Begrotingsartikel

Periodieke rapportage nabestaanden en wezen

Ex-post evaluatie

2028

9

Onderzoek van de kostenbehoefte van wezen

Overig onderzoek

2023

9

Thema 12: Integratie en maatschappelijke samenhang

SZW wil bijdragen aan een inclusieve en sociaal stabiele samenleving waarin mensen in alle verscheidenheid met elkaar samen leven en zonder belemmeringen kunnen participeren in de maatschappij. Het beleid van Integratie en maatschappelijke samenhang richt zich op het bevorderen van gelijkwaardige kansen en posities op de arbeidsmarkt, een snelle en goede inburgering van nieuwkomers, het stimuleren van samenleven in verscheidenheid, het weerbaar maken tegen ongewenste beïnvloeding en het versterken van de sociale stabiliteit.

In 2016 is een integrale en samenhangende evaluatie uitgevoerd van het integratiebeleid die uitmondde in de synthesestudie beleidsdoorlichting integratiebeleid. Er werd geconcludeerd dat er voortgang zichtbaar was in termen van doelbereik, maar dat dit niet gold voor de arbeidsmarkt. Deze conclusie vormde de aanleiding voor het ontwikkelen van het beleidsprogramma Voor een Inclusieve Arbeidsmarkt (VIA, voorheen: Verdere Integratie op de Arbeidsmarkt), en is vervolgens vormgegeven met pilotstudies en bijbehorende evaluaties. De inzichten die daarmee zijn opgedaan, worden aan de hand van de Werkagenda VIA breder uitgerold. De Werkagenda VIA is in 2023 inmiddels uitgebreid met het Plan van Aanpak Statushouders aan Werk en een intensivering van dit plan van aanpak met verschillende maatregelen om de toeleiding van statushouders naar werk te verbeteren.

Voor de komende periode wordt de werking van het beleid verder inzichtelijk gemaakt aan de hand van een periodieke rapportage in 2023. In de jaren na 2023 wordt deze aangevuld met monitoring en evaluatie van de Werkagenda VIA, de nieuwe Inburgeringswet en evaluaties van een aantal acties gericht op het bevorderen van samen leven.

Beleidsonderwerpen rondom Samenleven en Weerbare Samenleving bevinden zich veelal in de beleidsontwikkelingsfase en zijn daarom niet evenredig vertegenwoordigd in de evaluatieplanning. Het onderzoek voor deze beleidsonderwerpen is de eerstkomende jaren met name gericht op de vorming en onderbouwing van het beleid.

De onderwerpen waarmee SZW zich bezighoudt zijn maatschappelijk brede thema’s en dit betekent dat er ook interdepartementaal wordt samengewerkt. Voorbeelden daarvan zijn - in aanvulling op de eerdergenoemde Werkagenda-VIA waarin samengewerkt wordt met OCW en negentien andere partners - de meerjarige longitudinale onderzoeken onder het cohort statushouders (LOCS) en Oekraïense vluchtelingen (LOCOV) waarvoor wordt samengewerkt met JenV, een consortium van kennisinstellingen en maatschappelijke organisaties, en de beleidsontwikkeling en organisatie van de brede beleidsinformatiestructuur op het thema demografie waarvoor negen departementen samenwerken. Bij al deze projecten is SZW trekker.

Thema 12: Integratie en maatschappelijke samenhang

Thema

Type onderzoek

Afronding

Begrotingsartikel

Periodieke rapportage integratie

Ex-post evaluatie

2023

13

Ontwikkelingen in evenredigheid

Ex-durante monitoring

2023

13

Evaluatie vervolgtraject preventieve aanpak anti-zwart racisme

Ex-post evaluatie

2023

13

Evaluatie Pilot intersectionele blik in de discriminatie aanpak

Ex-durante evaluatie

2023

13

Evaluatie United Nations (UN) decade for people of African descent

Overig onderzoek

2024

13

Evaluatie Meerjarenplan Zelfbeschikking

Ex-post evaluatie

2026

13

Onderzoek naar effectieve interventies gericht op de preventie van radicalisering

Ex-ante pilots

2024

13

Derde evaluatie Kennisplatform Inclusief Samenleven (KIS)

Ex-post evaluatie

2025

13

Synthese monitoringsrapporten en evaluatie VIA

Ex-post evaluatie

2026

13

Monitoring VIA

Ex-durante monitoring

2026

13

Monitor integratie en samenleven

Ex-durante monitoring

2026

13

Longitudinaal Onderzoek Cohort Statushouders (LOCS)

Ex-durante monitoring en ex-post evaluatie

2026

13

Longitudinaal Onderzoek Cohort Oekraïense Vluchtelingen (LOCOV)

Ex-durante monitoring en ex-post evaluatie

2026

13

Evaluatie intensivering plan van aanpak ‘statushouders aan het werk’

n.t.b.

2026

13

Monitor marktwerking Wet inburgering 2021

Ex-durante monitoring

2027

13

Onderzoek perspectief inburgeraar

Ex-durante monitoring

2027

13

Jaarlijkse monitor Wet inburgering 2021

Ex-durante monitoring

2027

13

Monitoring en evaluatie Wet inburgering 2021

Ex-durante monitoring

2028

13

Actualisatie verkenning bevolking 2025

Ex-durante monitoring en ex-post evaluatie

2033

13

Thema 13: Uitvoering SUWI-stelsel

De Wet Structuur uitvoeringsorganisatie werk en inkomen (de Wet SUWI) regelt de structuur voor de uitvoering van taken met betrekking tot de arbeidsvoorziening en sociale verzekeringswetten. Deze structuur moet bijdragen aan twee hoofddoelen: het bieden van bestaanszekerheid en het bevorderen van arbeidsparticipatie.

In 2021 is de beleidsdoorlichting van de uitvoering van het SUWI-stelsel in de periode 2015-2020 afgerond. Hierbij lag de focus op de doeltreffendheid en doelmatigheid van het SUWI-stelsel en de betrokken uitvoeringsorganisaties. Het oordeel van de onderzoekers was over het algemeen positief, maar het ontbrak de onderzoekers soms aan informatie om harde conclusies te kunnen trekken op basis van het synthese-onderzoek. Om te voorkomen dat er bij een volgende periodieke rapportage te weinig onderzoeksmateriaal voorhanden is om de uitvoering binnen het SUWI-stelsel goed te kunnen evalueren en waar mogelijk de uitvoering van het SUWI-stelsel te kunnen verbeteren is er, zoals aan de Tweede Kamer gecommuniceerd, een onderzoeksprogrammering opgesteld. Deze moet als basis gaan dienen voor de periodieke rapportage die (vermoedelijk) in 2026 naar de Kamer gestuurd gaat worden. Thema’s die hierin centraal staan zijn: (1) de doeltreffendheid van de uitvoering, (2) de inrichting van het SUWI-stelsel, (3) sturing en toezicht binnen het SUWI-stelsel, (4) kwaliteit en bedrijfsvoering ZBO’s en (5) cliëntenparticipatie en klantgerichtheid. Geplande onderzoeken in de SEA dragen aan deze onderwerpen bij.

In tegenstelling tot de laatste beleidsdoorlichting, die terugkeek op een periode van bezuinigingen, zal de periodieke rapportage 2020-2025 juist terugkijken op een periode van intensiveringen. Onderdeel hiervan is het programma ‘Werk aan Uitvoering’ (WaU). Het programmabureau WaU zal de aankomende periode ook werk maken van een Rijksbrede evaluatie van de incidentele WaU-middelen.

Thema 13: Uitvoering SUWI-stelsel

Thema

Type onderzoek

Afronding

Begrotingsartikel

Periodieke rapportage uitvoering SUWI-stelsel

Ex-post evaluatie

2026

11

Effectevaluatie Wajong-dienstverlening

Ex-post evaluatie

2023

4 en 11

Evaluatie regionale mobiliteitsteams

Ex-durante monitoring en evaluatie

2023

5 en 11

Cliëntenparticipatie domein SZI

Overig onderzoek

2023

11

Toegevoegde waarde van preventie

Overig onderzoek

2024

11

Effectiviteit werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten (WGA)-dienstverlening

Ex-durante en ex-post evaluatie

2025

3 en 11

Doelmatigheid uitvoering SUWI-stelsel

Ex-post evaluatie

2026

11

Evaluatie doeltreffendheid IB en BKWI

Ex-post evaluatie

2026

11

Sturing en toezicht binnen het SUWI-stelsel

Ex-post evaluatie

2026

11

Evaluatie WEU

Ex-post evaluatie

2026

11

Effectiviteitsonderzoek sollicitatieplicht

Ex-post evaluatie

2028

5

Thema 14: Corona

De overheid heeft meer dan tweehonderd financiële steunmaatregelen getroffen om werkenden en bedrijven door de coronacrisis te helpen. Eind 2020 verstuurden de ministers van FIN, EZK en SZW een Kamerbrief met daarin een eerste uitwerking van de evaluatieplanning (Kamerstukken II 2020/21, 35 420, nr. 227). Het ging daarbij om de budgettair meest omvangrijke maatregelen op het terrein van SZW, EZK en FIN die zich primair richten op baanbehoud en het steunen van ondernemers die geraakt zijn door de coronacrisis, zoals de NOW, Tozo, TVL/TOGS en Uitstel betaling belastingen. De ministeries hebben vervolgens de evaluatie-aanpak verder uitgewerkt met behulp van enkele onafhankelijke deskundigen vanuit de wetenschap en de planbureaus.

Begin 2023 verstuurden de ministers een update van de planning naar de Kamer met de aankondiging van een overkoepelende synthesestudie. De synthesestudie zal zich richten op de grootste steunmaatregelen (TVL/TOGS, NOW, TOZO en belastinguitstel) en zal afhankelijk van de tijdige totstandkoming van de onderliggende evaluaties uiterlijk eind 2025 naar de Kamer worden gestuurd. Centraal bij deze synthese staat de vraag hoe doeltreffend en doelmatig de opeenvolgende steunpakketten als geheel zijn geweest. Tevens gaan we na wat de belangrijkste lessen en eventuele onbedoelde neveneffecten zijn op basis van de individuele evaluaties. Ten slotte wordt in de brief een internationale vergelijking aangekondigd van de doelmatigheid en doeltreffendheid van de steunpakketten in 2020 tot en met 2022.

Naast de meer omvangrijkere maatregelen die onderdeel uitmaken van bovengenoemde Kamerbrief, worden ook de andere steunpakketten van SZW geëvalueerd, voor zowel het Europese deel van Nederland als Caribisch Nederland. Voor de meeste steunmaatregelen wordt 2023 of het eerste kwartaal van 2024 voorzien voor publicatie van de evaluaties. In de tussentijd worden maatregelen gemonitord en vinden er tussentijdse evaluaties plaats.

Thema 14: Corona

Thema

Type onderzoek

Afronding

Begrotingsartikel

Tegemoetkomingsregelingen kinderopvang

Ex-post evaluatie

2023

7

Evaluatie steunmaatregelen Caribisch Nederland

Ex-post evaluatie

2023

2

Evaluatie regionale mobiliteitsteams

Ex-durante monitoring en evaluatie

2023

5 en 11

Evaluatie NOW/TVL (kwantitatief)

Ex-post evaluatie

2023

2

Evaluatie NOW (kwalitatief)

Ex-post evaluatie

2024

1

Evaluatie Tozo

Ex-post evaluatie

2023

2

Evaluatie NL leert door

Ex-durante en ex-post evaluatie

2024

1

Schuldenproblematiek in beeld

Ex-durante monitoring

2024

2

Internationale vergelijking steunpakketten

Ex-post evaluatie

2024

meerdere

Synthesestudie interdepartementaal

Ex-post evaluatie

2024 / 2025

meerdere

Dashboard maatschappelijke en economische veerkracht

Ex-durante evaluatie

n.t.b

2 en 13

Voor een verdere onderbouwing van de Strategische Evaluatie Agenda, zie Bijlage 6: Uitwerking Strategische Evaluatie Agenda. Klik op deze link voor een interactieve versie van de SEA. Voor een overzicht van afgerond evaluatie- en overig onderzoek, klik op deze link.

Licence