Wanneer er sprake is van Europeesrechtelijke aspecten van een maatregel, wordt dat hieronder toegelicht. Wordt een maatregel niet toegelicht in deze paragraaf, dan zijn er geen noemenswaardige Europeesrechtelijke aspecten. Het lid Vlottes heeft op 12 november 2024 via een motie de regering verzocht om bij aanpassingen van het belastingstelsel rechtsvergelijkend onderzoek te doen per maatregel en de Kamer hierover te informeren177. Daarbij geeft de indiener aan dat het voor fiscale regelingen van belang is te weten hoe die zich verhouden in internationaal en Europees verband. Het doen van een rechtsvergelijkend onderzoek per maatregel acht het (demissionaire) kabinet voor veel maatregelen niet nodig en doet bovendien een groot beroep op wetgevingscapaciteit. Voor zover er noemenswaardige Europeesrechtelijke of internationale aspecten zijn worden die vanzelfsprekend meegenomen in het wetgevingstraject en in deze paragraaf benoemd. Aanvullend daarop kan eventueel alsnog gekozen worden voor een rechtsvergelijkend onderzoek. Voor fiscale regelingen in het bijzonder geldt bovendien dat internationale en Europese aspecten, indien relevant, meegenomen worden bij evaluaties.
Fiscale normering markt voor voertuigen gericht op personenvervoer
Naar verwachting komt de Europese Commissie eind 2025 of begin 2026 met een voorstel om het zakelijke wagenpark te verduurzamen, «Greening Corporate Fleets». De precieze maatregelen en de afbakening hiervan zijn nog niet duidelijk. Zodra de Europese Commissie met een voorstel komt, zal ook bekeken worden wat dit betekent voor de pseudo-eindheffing in haar voorgestelde vorm. Op dit moment wordt er niet voor gekozen om dit voorstel af te wachten. Dit komt omdat het doel van het voorliggende wetsvoorstel is om per 2027 een sterke gedragsverandering te veroorzaken, met het oog op het wettelijk klimaatdoel van 55% emissiereductie in 2030 (ten opzichte van het niveau in 1990). Indien gewacht wordt tot het voorstel van de Europese Commissie gaat waardevolle tijd verloren. Hoe eerder wordt gestart met deze maatregel, hoe groter het effect op de emissiereductie is.
Aanpassing zuiveldefinitie
De verbruiksbelasting van alcoholvrije dranken is een nationale belasting. De EU-kaders laten nationale lidstaten de ruimte om, onder voorwaarden, dergelijke belastingen in te richten.178 Voorliggende wijzigingen zien op de inrichting van de al bestaande belasting. De vormgeving van de zuiveluitzondering wordt zodanig aanpast dat minder alcoholvrije dranken van de verbruiksbelasting worden uitgezonderd en er vindt een tekstuele aanpassing plaats door de vervanging van het begrip limonade door het begrip overige alcoholvrije dranken. Door de aanscherping van de zuiveluitzondering geldt dat over alcoholvrije dranken die na de inwerkingtreding van de wijziging niet langer van de verbruiksbelasting zijn uitgezonderd, voortaan verbruiksbelasting is verschuldigd. Dat geldt zowel voor alcoholvrije dranken die in Nederland zijn geproduceerd als voor dranken die vanuit andere landen naar Nederland worden overgebracht of geïmporteerd.