Base description which applies to whole site

Beleidsartikel 1 Goed functionerende economie en markten

Goed functionerende markten zijn een motor voor economische ontwikkeling, innovatie en brede welvaart. Dit geldt voor zowel de Nederlandse markt als de Europese interne markt. De Europese interne markt levert door de schaalgrootte nieuwe afzetmogelijkheden, de mogelijkheid om meer te specialiseren en voor nieuwe uitdagers de ruimte om snel op te schalen. Het Kabinet zet zich daarom nationaal, Europees en internationaal in voor regels en afspraken die ervoor zorgen dat: (1) consumenten keuzevrijheid hebben, (2) bedrijven op een gelijk speelveld opereren en (3) markten open en transparant zijn.

Het Ministerie van Economische Zaken (EZ) zet in op het realiseren van de volgende strategische doelen:

  • 1. Het scheppen van voorwaarden voor goed functionerende markten.

  • 2. Het scheppen van voorwaarden voor een goed functionerende digitale economie.

  • 3. Het voorzien in maatschappelijke behoeften aan statistieken.

1. Het scheppen van voorwaarden voor goed functionerende markten

De Europese interne markt, met inbegrip van vrij verkeer van goederen, diensten, personen en kapitaal, vormt een kernonderdeel van de Europese Unie en is cruciaal voor het Nederlandse verdienvermogen. Goed functionerende markten die concurrentie stimuleren en waar de consument goed wordt beschermd, leveren een belangrijke bijdrage aan economische groei en innovatie. 

Een goed functionerende interne markt is niet vanzelfsprekend en staat onder druk vanwege geopolitieke spanningen. Daarnaast staat de interne markt in toenemende mate onder druk door oneerlijke concurrentie van binnen en buiten de EU. Digitalisering en vergroening leiden eveneens tot nieuwe uitdagingen. De rapporten van Letta en Draghi over de staat van de interne markt en concurrentiekracht geven weer wat de uitdagingen zijn voor de interne markt. In opvolging daarop heeft de Europese Commissie op 21 mei 2025 een horizontale interne-marktstrategie (COM (2025) 500) gepresenteerd. Via een actieagenda voor de interne markt wordt ingezet op het wegnemen van belemmeringen, het verbeteren van de toepassing van interne-marktregels en het versterken van de weerbaarheid van de interne markt (Kamerstuk 22 112, nr. 3437).

Het Ministerie van Economische Zaken zet zich in EU-verband sterk in voor het competitief houden van markten en voor eerlijke onderlinge verhoudingen in markten. Hierdoor wordt de concurrentie tussen bedrijven geborgd, het vrije verkeer van diensten en goederen bevorderd en consumenten beschermd. Modern en toekomstbestendig consumentenbeleid draagt bij aan een sterke positie van consumenten, gezonde concurrentie, keuzevrijheid en kwalitatief goede producten en diensten. Goedwerkend mededingingsbeleid is een belangrijke randvoorwaarde voor de economie als geheel en het generieke vestigingsklimaat in Nederland. Het hangt nauw samen met de rest van ons economische beleid en kan een belangrijke bijdrage leveren aan het mogelijk maken van de complexe transities waar bijvoorbeeld klimaat, energie en digitalisering om vragen. Ook werkt EZ aan goede kaders om aanbestedingen te gebruiken als strategisch beleidsinstrument om doelen als duurzaamheid en open strategische autonomie te bevorderen. Ook de waarborg-, normalisatie- en accreditatiestelsels dragen bij aan de hiervoor genoemde doelen.

2. Het scheppen van voorwaarden voor een goed functionerende digitale economie

De digitale transitie levert ongekende kansen op voor economie en samenleving. Het plukken van de vruchten van de digitale transitie zorgt voor duurzame economische groei en de aanpak van maatschappelijke uitdagingen bijvoorbeeld rond onderwijs, zorg, klimaat en vergrijzing. De ambities, doelstellingen en acties van EZ op het gebied van de digitale economie richting 2030, staan beschreven in de Strategie Digitale Economie (Kamerstuk 26 643, nr. 941) en de Agenda Digitale Open Strategische Autonomie (Kamerstuk 30 821, nr 228). Vertrouwen is bij de digitale transitie van essentieel belang. Daarom moeten belangrijke randvoorwaarden als innovatie, veiligheid, eerlijke concurrentie en grip op gegevens geborgd zijn, en moeten we waar nodig risicovolle strategische afhankelijkheden op het gebied van digitale technologieën mitigeren. Door toenemende EU-regelgeving voor producten en diensten zoals de markt voor AI is het belangrijk dat vertrouwen in digitale technologie wordt vergroot en dat innovatie van verantwoorde digitale technologie wordt gestimuleerd met oog voor regeldruk en het vergroten van concurrentievermogen.

In lijn met het Europese digitale beleidsprogramma is een doel van het Kabinet om een concurrerende, weerbare en innovatieve digitale economie te behouden en te versterken. Om uitdagingen te adresseren en de vruchten van de digitale transitie te blijven plukken, zet EZ in op het versterken van ons verdien- en concurrentievermogen, digitale open strategische autonomie en de randvoorwaarden hiervoor in een sterk veranderende geopolitieke context met de volgende prioriteiten:

  • versnellen van digitalisering mkb;

  • stimuleren digitale innovatie en vergroten aantal digitale professionals;

  • creëren van de juiste randvoorwaarden voor goedwerkende digitale markten en diensten;

  • behouden en versterken van een hoogwaardige en weerbare digitale infrastructuur;

  • versterken van cybersecurity.

3. Het voorzien in maatschappelijke behoeften aan statistieken

Het Ministerie van EZ is voor het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) systeemverantwoordelijk voor het in stand houden van de onafhankelijke productie van goede en betrouwbare statistieken, en voor rechtmatige en doelmatige besteding van publieke gelden die daarmee gemoeid zijn. Het CBS heeft als onafhankelijk kennisinstituut de taak om betrouwbare statistische informatie te leveren. Onafhankelijke en betrouwbare statistieken zijn van belang om meer inzicht te krijgen in de samenleving en maatschappelijke fenomenen. Deze informatie draagt bij aan het voeren van becijferde maatschappelijke debatten en inzichten voor beleid.

De Minister van Economische Zaken ziet het als zijn taak belemmeringen voor het goed functioneren van markten te verminderen of weg te nemen en innovatie te stimuleren. In dat verband is de Minister van EZ systeemverantwoordelijk voor de Mededingingswet, de Aanbestedingswet en voor het functioneren van de Autoriteit Consument en Markt. Ook is hij systeemverantwoordelijk voor de Dienstenwet, de Wet EU-beroepskwalificaties, de Metrologiewet, de Waarborgwet, de Postwet en het stelsel van normalisatie en accreditatie. Hij is voorts op grond van de Telecommunicatiewet verantwoordelijk voor het stellen van regels voor vaste en mobiele communicatienetwerken en voor de uitvoeringswetten voor EU-regelgeving die digitale markten reguleren zoals de Digitale dienstenverordening en de Dataverordening. Daarnaast is hij verantwoordelijk voor de uitvoering van de werkzaamheden zoals beschreven in de Strategie Digitale Economie (Kamerstuk 26 643, nr. 941). De Minister van Economische Zaken is beleidsverantwoordelijk voor de digitale infrastructuur. Onder de digitale infrastructuur verstaan we de hele keten die zorgt voor connectiviteit, van de telecomnetwerken, zee- en landkabels, datacenters, hosting en internet exchanges tot en met toegang tot de cloud. Tevens heeft de Minister van EZ een systeemverantwoordelijkheid voor de statistische informatievoorziening van rijkswege.

Hieruit vloeien de volgende verantwoordelijkheden voort:

Stimuleren

  • Het stimuleren van een goede balans tussen de belangen van bedrijven en consumenten met generiek consumentenbeleid.

  • Het stimuleren van innovatie met verantwoorde digitale technologie in het bedrijfsleven.

  • Het stimuleren van een goede werking van privaat-publieke samenwerking binnen de metrologie, waarborg, normalisatie en accreditatie.

Financieren

  • Het verrichten van uitgaven voor opdrachten inzake beleidsvoorbereiding en evaluaties voor frequentiebeleid en veiligheid.

  • Het bijdragen middels financiële contributies ten behoeve van internationale verdragsorganisaties inzake telecom- en frequentiebeleid en standaardisatie (o.a. de international Telecommunication Union (ITU)).

  • Het bijdragen aan internationale organisaties ter bevordering van een open, vrij en veilig internet.

  • Het bijdragen aan het goed functioneren van markten door het financieren van een deel van de exploitatie van de Autoriteit Consument en Markt (ACM), van TenderNed (het elektronisch aanbestedingssysteem), PIANOo, en diverse organisaties op het gebied van metrologie, normalisatie, accreditatie en markttoezicht.

  • Het financieren van een deel van de exploitatie van de Rijksinspectie Digitale Infrastructuur (RDI).

  • Het financieren van het CBS om het van overheidswege verrichten van statistisch onderzoek ten behoeve van praktijk, beleid en wetenschap en het openbaar maken van, uit onderzoek samengestelde, statistieken mogelijk te maken.

(Doen) uitvoeren

  • Het tegengaan van mededingingsbeperkende gedragingen met generiek mededingingsbeleid, zoals opgenomen in de Mededingingswet.

  • Het bijdragen aan de ontwikkeling van Europees en nationaal beleid ten aanzien van consumentenbescherming, aanbestedingsregelgeving, interne markt en mededinging.

  • Het opstellen van regels voor het gebruik van het nationale spectrum, afspraken maken in internationaal verband over harmonisatie en door –in geval van schaarste– te bepalen op welke wijze het nationale spectrum wordt verdeeld.

  • De juiste kaders stellen voor de realisatie van hoogwaardige en innovatieve breedbandige mobiele communicatie.

  • Het evalueren van spectrumuitgifte (MBV 2020 en 3,5 GHz band veiling) en Nota’s Frequentiebeleid (2016) en Mobiele Communicatie (2019) t.b.v. anticiperend spectrumbeleid, met het oog op de verdere ontwikkeling van draadloze connectiviteit voor burgers en bedrijven in Nederland.

  • Het bijdragen aan de ontwikkeling van Europees en nationaal beleid ten aanzien van productregelgeving voor digitale producten.

Regisseren

  • Het borgen van een hoogwaardige en weerbare Nederlandse digitale infrastructuur om bij te dragen aan het huidige en toekomstige verdienvermogen.

  • Het bevorderen van goed functionerende markten door het scheppen van randvoorwaarden via wet- en regelgeving.

  • Het scheppen van de juiste voorwaarden voor concurrentie met de Waarborgwet, de Wet markt en overheid, de Prijzenwet, de Winkeltijdenwet, de Aanbestedingswet 2012, de Wet aanwijzing nationale accreditatie-instantie en de Metrologiewet.

  • Het moderniseren van de telecommunicatieregelgeving en digitale wetgeving om deze te kunnen laten meegroeien met de ontwikkelingen in de markt en de behoeftes in de economie en samenleving.

Om – aanvullend op de begroting – de Kamer te informeren over de voortgang en effecten van beleid treft u op de website van het CBS de planning van de CBS-publicaties. Actuele en gedetailleerde informatie over de specifieke beleidsgebieden kunt u vinden op de websites van PIANOo, de ACM (o.a. over de telecommunicatiemarkt), de RDI (Staat van de Ether, jaarberichten), TNO (Monitor Draadloze Technologie), het CBS (Cybersecuritymonitor en DAB+), NCSC (cybersecurity dreigingen, incidenten en maatregelen), hetDigital Trust Center (DTC), de website Bedrijvenbeleid in beeld en de voortgangsrapportage strategie digitale economie.

Tabel 8 Prestatie-indicatoren

Kengetallen

2020

2021

2022

2023

2024

Ambitie 2026

Bron

1. Connectiviteit – beschikbaarheid vast breedband

48,7%

89,8%

98,5%

98,8%

98,9%

>99%

EZ1

2. Connectiviteit – beschikbaarheid mobiel breedband via 5G

n.v.t.

80%

97%

99+%

100%

100%

DESI2

3. ICT-veiligheidsincidenten in het bedrijfsleven

      

CBS3

- Uitval ICT-dienst door ICT-veiligheidsincident

13%

11%

11%

10%

   

- Vernietiging data door ICT-veiligheidsincident

2%

2%

2%

1%

   

- Onthulling door intern incident

1%

1%

1%

1%

   
1

2

3

In bovenstaande tabel staan de kengetallen uit de laatste Index Digitale Economie en Samenleving (DESI) van de Europese Commissie en de meeste recente CBS-statistieken. De cijfers hebben betrekking op het voorgaande jaar. De kengetallen voor de beschikbaarheid van vast breedband (ten minste 1 Gbits/s, indicator 1) zijn afkomstig van de inventarisatie van EZ naar breedbanddekking in Nederland en de Europese Commissie. In de kolom ambitie 2026 staan de streefwaarden van EZ voor genoemde activiteiten. De tabel presenteert op basis van cijfers van het CBS het percentage bedrijven dat te maken had met ICT-veiligheidsincidenten. Er is enige vertraging in het beschikbaar komen van deze cijfers door het CBS, waardoor alleen de cijfers t/m 2023 in de tabel zijn opgenomen.

1. Het scheppen van voorwaarden voor goed functionerende markten

Belangrijke motoren achter economische ontwikkeling, innovatie en brede welvaart in Nederland zijn goed functionerende markten die zo zijn ontworpen dat consumenten keuzevrijheid hebben, dat bedrijven op een gelijk speelveld opereren en de markt open en transparant is. Daarnaast zijn ook soepel werkende markten nodig om complexe transities mogelijk te maken die bijvoorbeeld klimaat, energie en digitalisering vragen.

Versterking en herstel interne markt

De Europese Commissie heeft in 2025 een Horizontale Interne-marktstrategie voorgesteld. Nederland geeft in 2026 mede vorm aan deze Horizontale Interne-marktstrategie: via een actieagenda voor de interne markt wordt ingezet op het wegnemen van belemmeringen, het verbeteren van de toepassing van interne-marktregels en het versterken van de weerbaarheid van de interne markt (Kamerstuk 22 112, nr. 3437). Het Kabinet waakt ervoor dat Europees beleid aansluit bij feiten en behoeften van Nederlandse burgers en bedrijven. Bovendien streven we naar een doelgerichte en uniforme toepassing van interne-marktregels. Het Ministerie van EZ trekt daarvoor ook in 2026 samen met lidstaten op om de interne markt verder te verbeteren.

Versterking van de concurrentie op digitale markten

De Digitalemarktenverordening (Digital Markets Act, DMA) moet de concurrentie op digitale markten vergroten en daarmee de keuzevrijheid van consumenten en ondernemers verbeteren. Effectief toezicht en handhaving zijn daarbij essentieel, evenals duidelijke informatievoorziening aan ondernemers. Het wetsvoorstel tot uitvoering van de DMA is reeds behandeld. Daarnaast is er een nieuw afwegingskader ontwikkeld. Dit stelt EZ in staat om in 2026 op nationaal niveau in te zetten op het meten en waar nodig versterken van de concurrentie op digitale markten. Daarnaast zal EZ een bijdrage leveren aan de geplande evaluatie van de DMA in 2026 op Europees niveau.

DigitaledienstenverordeningDe Digitaledienstenverordening (Digital Services Act, DSA) harmoniseert de regels die van toepassing zijn op zogenaamde tussenhandeldiensten, waaronder online platforms. Het doel hiervan is te zorgen voor een veilige, voorspelbare en betrouwbare onlineomgeving. Enerzijds waarin de verspreiding van illegale online-inhoud en de maatschappelijke risico’s die de verspreiding van desinformatie of andere inhoud met zich kunnen brengen, worden aangepakt. Anderzijds waarin de in het Handvest verankerde grondrechten doeltreffend worden beschermd en innovatie wordt vergemakkelijkt.

De Uitvoeringswet Digitaledienstenverordening is in februari 2025 in werking getreden. Daarin zijn de ACM en de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) aangewezen als toezichthouders in Nederland en van de nodige bevoegdheden voorzien om de DSA te kunnen handhaven. EZ zal een bijdrage leveren aan de geplande evaluatie van de DSA in 2027 op Europees niveau, en de evaluatie verrichten die in de Uitvoeringswet Digitaledienstenverordening is voorgeschreven in 2027.

Versterking positie consument

Het Ministerie van EZ zet zich ook in 2026 in voor de versterking van de positie van de consument. Onder andere door het beschermen van consumenten in de digitale economie. EZ blijft bij de Europese Commissie aandacht vragen om met name kwetsbare consumenten, zoals kinderen, beter te beschermen tegen bepaalde schadelijke online handelspraktijken rondom in-app en in-game aankopen. De Nederlandse inzet is om de Europese regelgeving, zoals de Digital Fairness Act, zodanig aan te passen dat loot boxes onder alle omstandigheden kwalificeren als een oneerlijke handelspraktijk. Daarnaast vraagt EZ de Europese Commissie om praktijken zoals pay-to-win mechanismen en het gebruik van virtuele munten op Europees niveau strakker te reguleren. Tevens wordt de positie van de consument verder beschermd door de regels over colportage aan te scherpen en het opzeggen van abonnementen te vergemakkelijken. Ook gaat in maart 2026 de Europese richtlijn ‘grotere rol voor de consument in de groene transitie’ van kracht. In 2026 worden bedrijven geïnformeerd over de nieuwe regels door middel van een informatietraject.

Opdrachtgeverschap en evaluatie PIANOo

PIANOo, het expertisecentrum aanbesteden, speelt een onmisbare rol bij de voorlichting en bewustwording over aanbesteden en inkopen en de professionalisering van de aanbestedingspraktijk. PIANOo brengt experts op inkoop- en aanbestedingsgebied bij elkaar, bundelt kennis en ervaring en geeft advies en praktische tips. Verder stimuleert het expertisecentrum de dialoog tussen opdrachtgevers bij de overheid en het bedrijfsleven. Deze rol wordt in de komende jaren alleen maar belangrijker. Daarom investeert EZ in 2026 in juridische expertise en voorlichting bij PIANOo. Hierbij worden de resultaten van de beleidsevaluatie van PIANOo in 2025 meegenomen.

Oprichting Productiviteitsraad

Het verhogen van de arbeidsproductiviteit is belangrijk voor het behouden en vergroten van onze welvaart. Het Kabinet heeft in 2025 de Productiviteitsagenda gepresenteerd met daarin maatregelen om de arbeidsproductiviteit in Nederland te versterken. Het verhogen van de productiviteitsgroei vereist voldoende technische kennis op het snijvlak van productiviteit en beleid. Het Kabinet richt daarom een Productiviteitsraad op. De Productiviteitraad krijgt de wettelijke taak om het Kabinet tenminste jaarlijks te informeren over de ontwikkeling van de productiviteit in Nederland en concrete beleidsaanbevelingen te doen om de productiviteitsgroei te bevorderen. De aanbevelingen van de raad zullen als basis dienen voor de jaarlijks terugkerende Productiviteitsagenda van het Kabinet.

2. Het scheppen van voorwaarden voor een goed functionerende digitale economie

Het Kabinet wil een concurrerende, weerbare en innovatieve digitale economie waarin ondernemen aantrekkelijk is, bedrijven op een gelijk speelveld concurreren, en consumenten keuzevrijheid en vertrouwen hebben.

Actieagenda’s nationale technologiestrategie: AI, Data en cybersecurityNederland werkt aan haar innovatieslagkracht, verdienvermogen en strategische autonomie. Er wordt ingezet op versterking van tien prioritaire sleuteltechnologieën van de Nationale Technologiestrategie, waaronder de digitale sleuteltechnologieën AI, Data en Cybersecurity. De in 2025 uit te brengen Actieagenda Cybersecurity Technologieën zet in 2026 in op meer ‘cybersecurity by design en by default’ en stimuleert kennisinstellingen en bedrijfsleven om meer inherent veilige producten te laten ontstaan. De te verschijnen Actieagenda AI en Data zet in 2026 in op het verzilveren van groeikansen voor verantwoorde AI-toepassingen en delen van data.

Versterken AI-ecosysteemHet Ministerie van EZ richt zich in 2026 op het verder versterken van het AI-ecosysteem door de uitvoering van de publiek-private meerjarenprogramma’s AiNed, ROBUST, het Nationaal Onderwijs Lab AI (NOLAI) en de realisatie van een nationale AI-fabriek. EZ zet zich in 2026 in op de realisatie van een nationale AI-fabriek om bedrijven en onderzoekers gebruik te kunnen laten maken van rekenkracht van een AI-supercomputer en onderlinge uitwisseling van expertise en data. Dit vergroot de basis voor kennis, innovatie en talent voor verantwoorde toepassing van AI in het bedrijfsleven, de wetenschap, het onderwijs en de overheid, en draagt bij aan de concurrentiepositie van Nederland en Europa.

Implementatie AI-verordeningDe Europese AI-verordening reguleert AI-systemen in het private en publieke domein op basis van het risico dat deze technologie met zich meebrengt. De bepalingen in de AI-verordening worden gefaseerd van kracht. Lidstaten moeten in 2027 en elke twee jaar daarna verslag brengen aan de Europese Commissie over hoe ze invulling geven aan de verplichtingen en toezichthouders voorzien van afdoende financiële en personele middelen. Een belangrijk instrument hiervoor is de inrichting van regulatory sandbox waarin toezichthouders verduidelijking en voorlichting over de AI-verordening bieden aan AI-aanbieders zodat zij hun product conform de regels op de markt kunnen brengen.

Cloud & AI Development ActDe Europese Commissie publiceert begin 2026 een voorstel voor een Cloud & AI Development Act (CADA). Gedurende 2026 zal in de EU onderhandeld worden over de inhoud van dit voorstel. Naar verwachting wil de Europese Commissie met de CADA de private datacentercapaciteit in de EU in de komende vijf tot zeven jaar op een duurzame wijze verdriedubbelen en de Europese industrie stimuleren om zelfstandige cloudalternatieven te ontwikkelen en vermarkten. Nederland onderkent het belang van voldoende duurzame datacentercapaciteit en een goedwerkende cloudmarkt en zal zich hiervoor inzetten.

Digital Networks ActIn 2026 zal in de EU worden onderhandeld over het eind 2025 verwachte voorstel van de Europese Commissie voor een Digital Networks Act. Nederland zal zich daarbij in lijn met de Kabinetsreactie op het eerdere witboek van de Europese Commissie (Kamerstuk 22 112, nr. 3924) blijven inzetten voor een concurrerende telecommarkt die zorgt voor hoogwaardige en betaalbare netwerken, diensten en innovatie.

Implementatie GigabitinfrastructuurverordeningDe Gigabitinfrastructuurverordening (GIA) is op 11 mei 2024 in werking getreden en wordt 11 november 2025 van toepassing, met uitzondering van enkele specifieke bepalingen die in de eerste helft van 2026 van toepassing worden. De uitvoering van de GIA wordt door EZ in 2025 in een wetsvoorstel nader uitgewerkt, het wetsvoorstel (incl. lagere regelgeving) zal naar verwachting in 2026 in werking treden. 

FrequentiebeleidIn 2026 lopen er onder meer beleidstrajecten die de bestemmingen herijken in de volgende banden: 470-694 MHz; 3,4-4,2 GHz; 6425-7125 MHz en de 26 GHz. Op VN en EU niveau vinden er daarnaast ook harmonisatiegesprekken plaats over deze en andere frequentiebanden. Voor radio worden in 2026 de beleidsvoornemens nader vormgegeven die de uitgiftes van twee digitale allotments regelen en wordt een start gemaakt met wetgeving voor het digitale domein.

Weerbare digitale infrastructuurOm de weerbaarheid verder te verhogen tegen actuele hybride en militaire dreiging wordt in samenwerking met vitale partijen verkend welke aanvullende maatregelen kunnen worden genomen. Daaronder welke terugvalopties er in verschillende scenario’s van overbelasting of uitval van netwerken mogelijk zijn en wat daarvoor nodig is om die te realiseren. Om de infrastructuur op de Noordzee weerbaar te maken tegen sabotage wordt nadere invulling gegeven aan het actieplan zoals opgesteld binnen het Programma Bescherming Noordzee Infrastructuur. De Zeekabel Coalitie zet zich in om nieuwe aanlandingen van strategische zeekabels in Nederland te faciliteren. Hiertoe verkent ze actief mogelijkheden om aan te haken op geplande zeekabeltracés, binnen Europa en intercontinentaal. Hiermee behouden en versterken we de Nederlandse positie als digitaal knooppunt en onze weerbaarheid met redundantie en routediversiteit.

Duurzame digitaliseringDigitalisering en verduurzaming vormen twee van de grootste maatschappelijke en economische transities van deze tijd maar vinden elkaar nog te weinig. De digitale sector heeft het potentieel om andere sectoren te helpen verduurzamen maar dat vereist meer interactie, innovatie én samenwerking. Daarnaast gebruikt de digitale sector steeds meer energie en (kritieke) grondstoffen die nog maar beperkt hergebruikt worden. Geopolitieke ontwikkelingen vragen om een Europees antwoord. Niet voor niets koppelt het European Competitiveness Compass deze doelen direct aan het ‘slagen van de groene en digitale transitie’.20In 2026 werkt het Kabinet aan het vervolg op het Actieplan Duurzame Digitalisering. De Minister van Economische Zaken coördineert dit programma en zet de samenwerking met de private sector, de betrokken ministeries en uitvoeringsorganisaties voort.21

Implementatie CyberweerbaarheidsverordeningMet de Europese Cyberweerbaarheidsverordening (Cyber Resilience Act, CRA) worden essentiële cybersecurityeisen gesteld aan alle hardware en software die vanaf 11 december 2027 in de EU op de markt wordt gebracht. Hierdoor kunnen consumenten en bedrijven straks vertrouwen op veilige digitale producten en wordt de digitale weerbaarheid van Europa versterkt. Om het toezicht op en de handhaving van de CRA te regelen wordt naar verwachting begin 2026 een uitvoeringswetsvoorstel in parlementaire behandeling gebracht. Hierin worden ook processen ingericht voor de conformiteitsbeoordeling en voor de meldplicht bij actief uitgebuite kwetsbaarheden en incidenten. Daarnaast wordt er in 2026 gewerkt aan de totstandkoming van technische normen (standaardisatie) en het informeren van fabrikanten, importeurs en distributeurs over de verplichtingen uit de CRA.

Overige Europese digitale regelgeving Eind 2025 wordt een voorstel van de Europese Commissie verwacht voor een 'business wallet'. Dit voorstel is een aanvulling op de al inwerking getreden herziene eIDAS Verordening en zal, volgens de Europese Commissie, alleen bepalingen bevatten die een business wallet ondersteunen. Naast de bovenvermelde wet- en regelgeving vanuit de EU werkt de Europese Commissie aan enkele andere digitale wetgeving zoals de Data Union Strategy en de Digital Package, en wordt gewerkt aan de Digital Fairness Act en een Fitness Check op het digitale acquis. De Nederlandse regering volgt deze initiatieven en zal in lijn met het Kabinetsbeleid kritisch kijken naar regeldruk en zo mogelijk versimpelen ter voorkoming van onsamenhangende of overlappende digitale wetgeving.

Motie Schouw

Met de uitvoering van het (digitale) economisch beleid geeft het Kabinet mede invulling aan de landspecifieke aanbeveling van de Europese Commissie voor 2025-2026 om te zorgen voor doeltreffende uitvoering van het Herstel- en Veerkrachtplan. Onderdeel van dit plan zijn de Nationaal Groeifonds investeringen in kunstmatige intelligentie en onderwijsinnovatie (AiNed investeringsprogramma en NOLAI). Hier wordt binnen artikel 1 van de EZ-begroting invulling aangegeven. Hiermee voldoet het Kabinet aan de motie Schouw (Kamerstuk21 501-20, nr.537)

Tabel 9 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 1 (bedragen x € 1.000)
 

2024

2025

2026

2027

2028

2029

2030

Verplichtingen

517.429

522.924

438.157

363.844

384.803

340.370

339.951

        

Uitgaven

457.439

450.128

481.720

431.847

414.094

407.619

431.451

        

Subsidies (regelingen)

60.468

114.406

140.065

97.766

75.240

71.601

95.000

Cyber security

4.879

4.348

 

1.250

   

Subsidiemaatregel telecom Caribisch Nederland

10.361

5.200

6.000

4.300

3.500

3.500

3.500

EU-cofinanciering Digital Europe

4.050

9.731

13.775

11.346

3.647

446

 

Beter aanbesteden

285

      

AI-fabriek

 

500

500

500

15.434

15.379

35.622

PEGA - AI-fabriek

 

0

41.597

17.098

1.305

  

NGF - project AiNed

17.049

19.860

31.699

36.471

28.281

26.221

12.278

NGF - project Nationaal Onderwijslab

 

6.360

7.683

6.600

7.733

14.602

32.147

NGF - project 6G

23.818

26.728

9.682

    

NGF - projecten Subsidie route

 

22.207

20.201

20.201

15.340

11.453

11.453

Inkoopdomein

26

      

Digitale veiligheid

 

19.472

8.928

    
        

Opdrachten

108.176

29.852

48.858

45.894

52.672

51.531

52.050

Onderzoek&opdrachten

3.248

3.036

6.096

5.412

3.499

3.374

3.874

Beleidsvoorbereiding en evaluaties Veiligheid en Frequenties

3.924

4.863

5.439

4.463

7.370

5.282

5.282

Digital trust centre

1.208

3.906

7.064

7.941

7.972

8.180

8.180

Cyber security

4.833

7.774

11.561

11.321

12.117

12.410

12.347

ICT beleid

5.236

5.391

9.458

6.326

8.185

8.756

8.838

Terugbetaling boetes ACM

89.270

      

CSIRT - DSP

30

2.651

8.382

10.431

13.529

13.529

13.529

Nationaal Groeifonds

427

2.231

858

    
        

Bijdrage aan agentschappen

73.798

82.176

72.810

69.859

70.260

69.944

70.444

Bijdrage RVO.nl

26.532

26.678

17.844

13.468

13.407

13.350

13.350

Rijksinspectie Digitale Infrastructuur (RDI)

47.266

55.498

54.966

56.391

56.853

56.594

57.094

        

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

210.444

218.609

215.052

213.433

211.063

209.679

209.091

Bijdrage Metrologie

12.029

13.332

13.332

13.332

13.196

13.196

13.196

Raad voor de Accreditatie

1.615

675

1.025

493

500

501

488

Bijdrage ACM

749

945

945

945

945

945

945

Bijdrage aan het CBS

196.051

203.657

199.750

198.663

196.422

195.037

194.462

        

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

4.553

5.085

4.935

4.895

4.859

4.864

4.866

Bijdrage Nederlands Normalisatie Instituut

1.390

1.507

1.507

1.507

1.507

1.507

1.507

Bijdrage aan internationale organisaties

3.163

3.578

3.428

3.388

3.352

3.357

3.359

        

Ontvangsten

220.118

43.906

44.684

45.923

47.174

48.235

48.235

Ontvangsten ACM

162

162

162

162

162

162

162

Ontvangsten High Trust

6.454

41.550

42.450

43.575

44.700

44.700

44.700

Diverse ontvangsten

213.502

2.194

2.072

2.186

2.312

3.373

3.373

Geschatte budgetflexibiliteit

Tabel 10 Geschatte budgetflexibiliteit
 

2026

Juridisch verplicht

94%

Bestuurlijk gebonden

4%

Beleidsmatig gereserveerd

2%

Vrij te besteden

0%

Juridisch verplicht

  • Subsidies (regelingen): Een groot deel van de subsidie-instrumenten zijn volledig juridisch verplicht; voorbeelden zijn NGF-project AlNed en Cyber Security.

  • Opdrachten: Een aantal opdrachten is reeds voor meerdere jaren aangegaan en daarmee juridisch verplicht. Dit geldt voor o.a. de bemiddelingsdienst voor doven en slechthorenden.

  • Bijdragen aan agentschappen: De opdrachten worden voorafgaand aan het begrotingsjaar verstrekt en zijn daarmee 100% juridisch verplicht. Dit geldt bijvoorbeeld voor opdrachten aan RDI en RVO.

  • Bijdragen aan ZBO's en RWT's: Betreft wettelijke taken van o.a. VSL, RvA en CBS.

  • Bijdragen aan (Inter)nationale Organisaties: Betreft o.a. de bijdrage aan de Stichting Koninklijk Nederlands Normalisatie Instituut (NEN).

Bestuurlijk gebonden

  • Betreft deels subsidies in het kader van EU-cofinanciering Digital Europe waarvoor voor 2025 al afspraken zijn gemaakt op basis van eerdere calls, en middelen voor de opdrachten en onderzoek door het Nationaal Groeifonds.

Subsidies

Cybersecurity 

Er wordt subsidie verstrekt aan groepen van bedrijven in niet-vitale sectoren die op cybersecurityterrein willen samenwerken, in hun keten, regio of sector. Met het Cybersecurity Innovation Fund (CIF-NL) wordt innovatie van cyber security gestimuleerd door mkb'ers in staat te stellen om te werken aan innovatievecybersecurity-oplossingen. Daarnaast worden vanaf dit instrument subsidies verstrekt voor fundamenteel onderzoek voor het programma Nationale Wetenschapsagenda lijn 2 (NWA Lijn 2) en cybersecurity learning communities via Regieorgaan. Deze programma's lopen vanaf 2025 tot en met 2029. In 2026 wordt het opzetten van nieuwe subsidies verkend in het kader van het meerjarig investeringsprogramma cybersecurity kennis en innovatie.

Telecom Caribisch Nederland

De vaste lasten van essentiële diensten, zoals telecommunicatie en meer specifiek vast internet, op Caribisch Nederland zijn relatief hoog terwijl deze diensten meer dan ooit nodig zijn in het kader van digitalisering. Daarom neemt het Kabinet maatregelen om deze kosten te verlagen. Voor telecommunicatie stelt het Kabinet 25 USD per aansluiting per maand beschikbaar voor 2023-2026 op Bonaire en 35 USD per aansluiting per maand voor Saba en Sint Eustatius. Hiervoor is vanaf 2028 in totaal € 3,5 mln per jaar beschikbaar. Additioneel heeft het Kabinet 15 USD per aansluiting per maand voor de BES eilanden in 2026 ter beschikking gesteld.

EU-cofinanciering Digital Europe

Het Digital Europe Programme (DEP) is een programma binnen het MFK (Meerjarig Financieel Kader van de EU) om het innovatie- en concurrentievermogen van de EU te verhogen en de strategische digitale capaciteiten te versterken. Dit is aanvullend op het Horizon Europe Programma, dat zich meer richt op onderzoek en innovatie. De voorgestelde prioriteiten binnen het programma zijn onder meer: artificiële intelligentie, cybersecurity en vertrouwen, digitale vaardigheden voor gevorderden, cloud data en European Digital Innovation Hubs.

(PEGA) AI-Fabriek

In 2026 zet het Kabinet in op de realisatie van een nationale AI-fabriek om bedrijven en onderzoekers gebruik te kunnen laten maken van rekenkracht bij een AI-supercomputer, expertise en data. Dit vergroot de basis voor kennis, innovatie en talent voor de verantwoorde toepassing van AI in het bedrijfsleven, de wetenschap, het onderwijs en de overheid en draagt bij aan de concurrentiepositie van Nederland en Europa. De locatiekeuze voor Groningen draagt bij aan de Economische Agenda voor Groningen en Noord-Drenthe van Nij Begun en sluit aan bij de wens voor de aanwezigheid van een innovatief ecosysteem voor AI-onderzoek en innovatie, en beschikbare energie en ruimte. Hiervoor draagt de regio Groningen en Noord-Drenthe ook bij aan de realisatie van de AI-faciliteit. De investering komt deels voort uit de Economische Agenda Nij Begun. De reservering van de Rijksmiddelen vindt plaats onder voorbehoud van honorering van het voorstel voor Europese cofinanciering en instemming met de financiering door de Staten-Generaal.

NGF-project AiNed

Het AiNed-programma wil de concurrentiepositie en strategische autonomie van Nederland op het gebied van AI versterken. AiNed versnelt de ontwikkeling en toepassing van AI in Nederland, zodat Nederland economisch en maatschappelijk kan blijven profiteren van AI en internationaal met de koplopers mee kan doen. Dankzij het AiNed-programma wordt Nederland gepositioneerd als een sterke AI-hub voor kennis en innovatie in Europa. Het programma pakt knelpunten aan voor de terreinen innovatie, kennisbasis, arbeidsmarkt, maatschappij en data delen. De focus ligt op sectoroverstijgende vraagstukken van groot gemeenschappelijk belang die veel overloop hebben naar verschillende toepassingsgebieden, zoals embedded AI en hybride AI-systemen.

NGF-project Nationaal Onderwijslab

Het Nationaal Onderwijslab AI (NOLAI) stimuleert de verantwoorde inzet van kunstmatige intelligentie (AI) in het onderwijs. Het programma richt zich op innovatie, onderzoek en opschaling van AI-oplossingen die het leren en lesgeven verbeteren.

Het programma heeft 2 doelen:

  • 1. Het ontwikkelen van digitale intelligente onderwijsinnovaties, gericht op het verbeteren van de kwaliteit van het primair en voortgezet onderwijs.

  • 2. Het inzichtelijk maken van de pedagogische, maatschappelijke en sociale gevolgen van digitale onderwijsinnovaties.

Het lab ontwikkelt prototypes voor concrete AI-toepassingen in het onderwijs. Zowel om het leerproces zelf te ondersteunen, als om leerkrachten te ondersteunen in hun werkzaamheden. Het project draagt bij aan het duurzaam verdienvermogen van Nederland door de kwaliteit en doelmatigheid van het funderend onderwijs te verbeteren.

NGF-project 6G Future Network Services

Dit programma streeft naar een toppositie voor Nederland in de ontwikkeling van 6G, de volgende generatie mobiele communicatie. Met een publiekprivate investering in onderzoek, innovatie en onderwijs (human capital) ontstaat in de periode 2024-2030 een sterk Nederlands 6G-ecosysteem. Het project vergroot de kansen voor het Nederlandse bedrijfsleven in de mondiale 6G-waardeketen. Ook versnelt het toepassingen in maatschappelijk belangrijke sectoren.

NGF-project Subsidieroute

Er zijn twee manieren waarop geld uit het Nationaal Groeifonds aan voorstellen kan worden verstrekt. Via een aanvraag bij de subsidieregeling en door overheveling van beleidsgeld naar een departementale begroting. De twee projecten die via de subsidieroute zijn goedgekeurd, worden rechtstreeks gefinancierd via de Subsidieregeling Nationaal Groeifonds, uitgevoerd door RVO, zonder eigenaarschap van een ministerie. Dit betreft middelen voor de uitfinanciering van deze NGF-projecten via de subsidieroute. Deze middelen zijn vorig jaar op artikel 1 geplaatst om ruimte te maken voor de administratie van het ministerie van KGG.

Opdrachten

Onderzoek en opdrachten

Dit betreft onderzoeksopdrachten die dienen ter ondersteuning van het beleid op het gebied van onder andere marktordening, mededinging, consumenten, aanbestedingen, Europese zaken, digitaal en de werking van de economie.

Beleidsvoorbereiding en evaluaties Veiligheid en Frequenties

De Beleidsvoorbereiding en evaluaties Veiligheid en Frequenties betreft opdrachten die gericht zijn op het bestemmen en verdelen van frequentiebanden, lokaal beleid en digitale connectiviteit, straling en gezondheid, regulering telecommarkt/telecomcode en nummerbeleid. Dit is allemaal gericht op een hoogwaardige digitale communicatie-infrastructuur die weerbaar is tegen diverse dreigingen voor de nationale veiligheid. Onder het laatste vallen sabotage of verstoring van vitale infrastructuur, weglekken van sensitieve technologie en kennis, en het ontstaan van risicovolle strategische afhankelijkheden binnen vitale infrastructuur of sensitieve technologie.

Cybersecurity

Om te zorgen dat bedrijven en consumenten de vruchten kunnen plukken van de digitale samenleving en economie is blijvende inzet nodig op het gebied van digitale weerbaarheid. Zo wordt blijvend ingezet op publieksvoorlichting via veiliginternetten.nl en in oktober de cybersecuritymaand. Door EU wet- en regelgeving zoals de Cyber Resilience Act te implementeren kunnen consumenten en bedrijven vertrouwen op digitale veilige producten. Ook wordt nationaal en Europees verder geïnvesteerd in cybersecurity kennisontwikkeling en innovatie via het Nationaal Coördinatiecentrum (NCC-NL) en de cybersecurityagenda onder de Nationale Technoglogiestrategie. De publiekscampagne «Doe je updates» zal niet meer worden uitgevoerd vanwege onder andere de invulling van de subsidietaakstelling uit de voorjaarsnota 2025.

Digital Trust Center

Het Digital Trust Center (DTC) is er om het «niet-vitale bedrijfsleven» beter in staat te stellen hun eigen cyberweerbaarheid te organiseren. De middelen worden o.a. gebruikt voor het beheer, de doorontwikkeling en gebruik van een online platform/community, kennisopbouw over cyberrisico's en kennisdeling met de doelgroep niet-vitaal bedrijfsleven. Per januari 2026 integreert het DTC met het Nationaal Cyber Security Centrum (NCSC) en ontstaat één nationaal loket voor bedrijven.

ICT-beleid

Werkzaamheden met betrekking tot ICT-beleid bestaan onder meer uit het uitzetten van concrete kennis- en innovatie calls, die voortvloeien uit de Kennis- en Innovatie Agenda en Human Capital Agenda. Deze innovatie- en onderzoekscalls zullen mede worden vormgegeven door de (vak)departementen. Het in te zetten instrumentarium zal onder meer bestaan uit calls in samenwerking met NWO. Daarnaast heeft het Kabinet als doel om in 2030 één miljoen geschoolde mensen werkzaam te hebben op de arbeidsmarkt t.b.v. ICT voor de digitale transitie van Nederland (Actieplan Groene en Digitale banen). Ter ondersteuning hiervan wordt voor de jaren 2024-2027 middelen beschikbaar gesteld voor publiek en private samenwerking in de regio.

CSIRT - DSP

Het CSIRT voor digitale diensten (Computer Security Incident Response Team) is een gespecialiseerd team van professionals die snel kunnen handelen bij een beveiligingsincident met computers of netwerk. Een CSIRT geeft, naast het nemen van maatregelen, advies bij incidenten en zorgt voor het opsporen en analyseren van dreigingen. Het CSIRT-DSP verzorgt de informatievoorziening voor clouddiensten, onlinezoekmachines en online-marktplaatsen en is met het NCSC geïntegreerd om één nationaal loket voor bedrijven te verwezenlijken.

Opdracht- en onderzoeksbudget Nationaal Groeifonds

Het opdracht- en onderzoeksbudget NGF is het budget voor de ondersteuning van de Adviescommissie Nationaal Groeifonds. Hieronder vallen de onkostenvergoedingen van de commissieleden en inhuur van expertise ter ondersteuning van en communicatie ten behoeve van de adviescommissie.

Bijdrage aan agentschappen

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) is als uitvoerende dienst van het Ministerie van EZ onder meer verantwoordelijk voor de voorlichting van ondernemers over de aanbestedingsregelgeving. Hieronder vallen ook de taken van PIANOo als expertisecentrum voor aanbestedende diensten en het daarbij behorende TenderNed, het systeem voor het elektronisch aanbesteden. Daarnaast is RVO verantwoordelijk voor o.a. opdrachten op het gebied van digitalisering en cybersecurity, zoals het National Contact Point Digital EU en National Coordination Centre voor digitale veiligheid. Ook voert RVO ondersteunende taken uit voor het NGF.

Rijksinspectie Digitale Infrastuctuur

De Rijksinspectie Digitale Infrastructuur (RDI) draagt onder meer zorg voor de toelating tot het frequentie spectrum en ziet toe op het juiste gebruik daarvan. De toezichtstaken hebben betrekking op onder meer toezicht op ondergrondse netten (WIBON), Metrologiewet, Waarborgwet, bevoegd aftappen en dataretentie. De RDI voert het toezicht uit op de Europese eIDAS-Verordening, de Cyber Security Act (CSA) en de NIS2- en CER-richtlijnen. De voornaamste uitvoeringstaken zijn voorlichting in het kader van het antennebeleid, juridische procedures en een bijdrage voor werkzaamheden in het kader van vergunningvrije toepassingen. Daarnaast draagt RDI bij aan het voorbereiden van nieuw beleid, met name op technische onderwerpen zoals bijvoorbeeld de digitale veiligheid van apparaten en spectrumharmonisatie.

Bijdrage aan ZBO's/ RWT's

Metrologie

Met de Metrologiewet worden nationale meetstandaarden beschikbaar gesteld, die de basis vormen voor een internationaal herleidbare metrologische infrastructuur. Het gebruik van gecontroleerde meetinstrumenten bij het leveren van goederen draagt onder andere bij aan eerlijke handel- en consumentenbescherming. VSL B.V. is het nationaal metrologisch instituut (NMI) van Nederland. VSL B.V. ontwikkelt, beheert en onderhoudt de nationale meetstandaarden in opdracht van EZ op basis van een overeenkomst voor onbepaalde tijd.

Raad voor Accreditatie

De Raad voor Accrediatie (RvA) is een ZBO dat controleert of een laboratorium, keurings-, certificerings-, of inspectie-instantie aan de accreditatienormen voldoet. De taken van de RvA zijn vastgelegd in de Wet aanwijzing nationale accreditatie-instantie. De RvA ontvangt jaarlijks een bijdrage van de Staat voor Europese en internationale activiteiten die relevant zijn voor de accreditatiesector als geheel. Verder ontvangt de RvA van 2022 t/m 2026 een subsidie voor het ICT-programma Informatiegestuurd Werken.

Autoriteit Consument en Markt

De Autoriteit Consumenten en Markt (ACM) is belast met wettelijke taken op het gebied van het generieke mededingingstoezicht (Mededingingswet), generieke consumentenbescherming (Wet handhaving consumentenbescherming), de regulering van de telecommarkt en het sectorspecifieke markttoezicht in de sectoren energie, telecommunicatie, post en vervoer. De apparaatsuitgaven van de ACM zijn geraamd op artikel 40 van de EZ-begroting, net als de kosten van de ACM die worden doorbelast naar marktorganisaties die onder het ACM-toezicht vallen. Het bedrag op artikel 1 betreft de geraamde kosten van de leden van het bestuur van de ACM.

Centraal Bureau voor de Statistiek

Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) is opgericht vanuit de behoefte aan onafhankelijke, betrouwbare informatie om maatschappelijke vraagstukken te begrijpen. Het CBS heeft als onafhankelijk kennisinstituut dan ook tot taak het publiceren van betrouwbare en samenhangende statistische informatie, waardoor becijferde maatschappelijke debatten gevoerd kunnen worden. Het werkterrein van het CBS omvat onderwerpen die de mensen in Nederland raken. Informatie over het CBS en Caribisch Nederland treft u onder meer aan op Statline, de databank van het CBS. Voor Caribisch Nederlandmaakt het CBS statistieken over tal van onderwerpen.

Bijdrage aan (inter)nationale organisaties

Nederlands Normalisatie Instituut

Het Nederlands Normalisatie Instituut (NEN) ontvangt een bijdrage van de Staat voor het uitvoeren van werkzaamheden die voortvloeien uit de Europese Verordening voor normalisatie en de Overeenkomst inzake technische handelsbelemmeringen die gaat over het verstrekken van informatie over normen. Tevens is de bijdrage bedoeld voor het informeren van Nederlandse belanghebbenden over initiatieven van de Europese en mondiale normalisatie-instellingen. Daarnaast gebruikt het NEN een deel van de bijdrage voor haar verschuldigde contributies aan de Europese en mondiale normalisatie-instellingen voor de controle op actualiteit van verwijzingen naar normen in regel- en kennisgeving aan ministeries.

Internationale organisaties

De bijdragen aan internationale organisaties betreffen onder andere:

  • Universal Postal Union (UPU): een internationale organisatie die de verschillende postovergangen tussen UPU-lidstaten controleert. Elke lidstaat gaat dan ook akkoord met de regels voor het internationaal postverkeer. Het is formeel een gespecialiseerde organisatie van de Verenigde Naties. De UPU speelt een belangrijke rol in het optimaliseren van postdiensten. De hoofddoelen van de UPU zijn de promotie van het mondiale postverkeer, toename van het aantal verwerkte poststukken door te voorzien in moderne producten en diensten, en een hoge servicekwaliteit voor de consument.

  • International Telecommunication Union (ITU): binnen de ITU worden o.a. internationale afspraken gemaakt over wereldwijde toewijzing van radiofrequenties aan categorieën van diensten en over de toewijzing van (schaarse) ruimteposities aan satellietsystemen.

  • European Conference of Postal and Telecommunications Administrations (CEPT): De inzet in de UPU en ITU wordt regionaal voorbereid. Voor landen in Europa is daarvoor CEPT het aangewezen kanaal. EZ draagt jaarlijks bij aan de kosten van het permanente ondersteunende bureau (ERO) in Kopenhagen.

  • Internationale organisaties metrologie: Dit betreft bijdragen aan Organisation Internationale de Métrologie Légale (OIML), WELMEC en Bureau International des Poids et Mesures (BIPM). De bijdragen liggen vast in internationale verdragen.

  • European Telecommunications Standards Institute (ETSI): een onafhankelijke, niet-commerciële organisatie die standaarden ontwikkelt voor telecommunicatie, elektronica en netwerken die wereldwijd worden gebruikt.

Toelichting op de ontvangsten

High Trust

De Hight Trust ontvangsten hebben betrekking op boetes die toezichthouders van EZ opleggen en waar – in het kader van het zogenaamde High Trust-beleid – een meerjarige raming voor wordt aangehouden. Verreweg het grootste deel van de ontvangsten betreft boetes die opgelegd worden door de ACM.

Diverse ontvangsten

De post diverse ontvangsten betreft de ontvangsten voor de bemiddelingsdiensten voor eindgebruikers met een hoor- of spraakbeperking welke het Ministerie van EZ jaarlijks voorfinancieert. De geregistreerde aanbieders van openbare elektronische communicatienetwerken- en diensten dragen uiteindelijk de kosten.

Extracomptabele fiscale regelingen

Naast de in dit begrotingsartikel genoemde instrumenten, is er een fiscale regeling die betrekking heeft op dit beleidsterrein. Het betreft de Btw-vrijstelling voor post. De Minister van Financiën is hoofdverantwoordelijk voor de wetgeving en uitvoering van deze regelingen en voor de budgettaire middelen.

Voor een beschrijving van de regeling, de doelstelling, verwijzing naar de wettekst, verwijzing naar de laatst uitgevoerde evaluatie en de ramingsgrond wordt verwezen naar het hoofdstuk ‘Toelichting op de fiscale regelingen’ in de bijlage ‘Fiscale regelingen’ in de Miljoenennota.

20

Competitiveness compass - European Commission

21

EZ, BZK, KGG, LVVN, IenW, BuZa, MinFin, RWS, RVO, Logius, Belastingdienst

Licence