Base description which applies to whole site

6.1 Artikel 96 Apparaat Kerndepartement

A. Budgettaire gevolgen

Tabel 124 Budgettaire gevolgen artikel 96 Apparaat Kerndepartement (bedragen x € 1.000)
  

2024

2025

2026

2027

2028

2029

2030

Art.

Verplichtingen

641.773

647.779

631.903

603.866

587.437

584.050

584.647

         
 

Uitgaven

616.915

648.607

635.914

608.267

588.696

583.809

584.406

         

96.0

Apparaat Kerndepartement

616.915

648.607

635.914

608.267

588.696

583.809

584.406

 

Personele uitgaven

511.117

523.115

517.384

497.896

483.176

475.900

476.526

 

eigen personeel

468.081

501.571

501.263

482.105

470.315

463.039

463.665

 

externe inhuur

39.678

16.747

11.370

11.040

8.110

8.110

8.110

 

overige personele uitgaven

3.358

4.797

4.751

4.751

4.751

4.751

4.751

 

Materiële uitgaven

105.798

125.492

118.530

110.371

105.520

107.909

107.880

 

overige materiële uitgaven

20.758

24.226

21.518

21.882

21.869

21.923

21.923

 

ICT

17.000

33.436

31.319

28.473

25.033

27.557

27.557

 

bijdrage aan SSO's

68.040

67.830

65.693

60.016

58.618

58.429

58.400

         
 

Ontvangsten

106.689

104.098

105.698

105.698

105.578

105.578

105.578

         

B. Toelichting op de financiële instrumenten

Personele en materiële uitgaven

In het verloop van de uitgaven voor eigen personeel is de invulling van de apparaatstaakstelling uit het hoofdlijnenakkoord zichtbaar.

SZW heeft de invulling van de taakstelling gesplitst in 2025 en 2026 en verder. De apparaatstaakstelling voor 2025 vullen we grotendeels in met reserves op het terrein van apparaat. Voor een beperkt bedrag wordt een besparing op zaken zoals de overige personeelskosten (bloemetjes en borrels) en de catering ingeboekt. Ten slotte is er een bijdrage van het apparaatsbudget van de Nederlandse Arbeidsinspectie.

Voor 2026 en volgende jaren gaat het om inhoudelijke afwegingen. De taakstelling voor het kerndepartement SZW bouwt op tot € 39 miljoen in 2029 en structureel.

Daarnaast is afgesproken dat de Nederlandse Arbeidsinspectie (NLA) en de ZBO's (zie artikel 11) een bijdrage leveren aan de taakstelling. Deze bijdrage bedraagt 0,5% per jaar waarmee het CPB rekent, oplopend naar 2% in 2029 en structureel. Voor de NLA gaat het om € 4 miljoen in 2029 en structureel.

Overige personele uitgaven

Om aan te sluiten bij de rijksbrede definitie zullen de uitgaven voor tolken en landsadvocaat onder overige personele uitgaven worden meegenomen in plaats van eigen personeel.

Ontvangsten

De ontvangsten hebben voor het grootste deel betrekking op de facturering door de Rijksschoonmaakorganisatie (RSO) van schoonmaakkosten aan de afnemers. Daarnaast zijn er ontvangsten ten behoeve van werkzaamheden van de directie Uitvoering Van Beleid voor de uitvoering van subsidieregelingen.

Rijksschoonmaakorganisatie

De RSO is in 2016 gestart met het uitvoeren van de schoonmaakactiviteiten. Vanaf 2021 zijn alle beoogde departementen aangesloten. De schoonmakers zijn in dienst van het Rijk en zijn per 2022 ondergebracht in de cao Rijk.

De ontvangsten van de RSO zijn gebaseerd op de meerjarige dienstverleningsafspraken met opdrachtgevers. Met ingang van 2022 wordt de vergoeding voor locatie- en contractmanagement alsook glasbewassing via facturering verrekend.

Tabel 125 geeft een splitsing van de totale apparaatsbedragen in RSO en kerndepartement exclusief RSO.

Tabel 125 Apparaatsuitgaven en -ontvangsten kerndepartement (bedragen x € 1.000)
 

2024

2025

2026

2027

2028

2029

2030

Kerndepartement exclusief RSO

       

Uitgaven

520.027

548.920

535.027

507.980

488.409

483.522

484.119

Ontvangsten

7.750

3.916

5.516

5.516

5.396

5.396

5.396

        

Rijksschoonmaakorganisatie

       

Uitgaven

96.888

99.687

100.887

100.287

100.287

100.287

100.287

Ontvangsten

98.939

100.182

100.182

100.182

100.182

100.182

100.182

Naar aanleiding van een toezegging in het wetgevingsoverleg over het jaarverslag 2018 is een indicator opgenomen met betrekking tot de medewerkerstevredenheid van de schoonmakers in dienst van de RSO. Het volgende onderzoek staat gepland voor 2027.

Tabel 126 Medewerkerstevredenheid RSO
 

Realisatie 2019

Realisatie 2021

Realisatie 2024

Tevredenheid medewerkers RSO

8,6

9,0

8,9

C. Totaaloverzicht apparaatsuitgaven/kosten

Tabel 127 Totaaloverzicht apparaatsuitgaven/kosten inclusief zbo's/rwt's (bedragen x € 1.000)
 

2024

2025

2026

2027

2028

2029

2030

Totaal apparaatsuitgaven ministerie

616.915

648.607

635.914

608.267

588.696

583.809

584.406

        

Totaal apparaatskosten ZBO’s/RWT’s1

2.954.676

3.195.894

3.412.705

3.530.390

3.567.364

3.679.493

3.804.899

UWV (inclusief BKWI)

2.553.948

2.768.106

2.970.633

3.096.711

3.124.976

3.229.309

3.341.801

SVB

381.971

408.883

422.012

414.325

424.078

431.874

444.288

BIDN

18.757

18.905

20.060

19.354

18.310

18.310

18.810

1

Dit betreft apparaatskosten samenhangend met zowel begrotingsgefinancierde als premiegefinancierde artikelen binnen de SZW-begroting. De ontvangsten zijn in mindering gebracht op de uitgaven.

In onderstaande tabel zijn de apparaatsuitgaven van het departement vanaf het begrotingsjaar onderverdeeld naar de verschillende organisatieonderdelen. De uitgaven voor de SSO's (onder andere huisvesting en ICT van het gehele departement) vallen onder de plaatsvervangend SG (pSG).

Tabel 128 Apparaatsuitgaven kerndepartement 2026 ‒ 2030 naar organisatieonderdeel (bedragen x € 1.000)
 

2026

2027

2028

2029

2030

SG

50.600

45.137

43.917

42.293

43.461

pSG

152.063

141.847

137.424

136.419

135.710

RSO

100.887

100.287

100.287

100.287

100.287

SZI

55.091

52.854

50.440

48.828

48.828

Werk

49.490

43.868

36.688

34.529

34.380

NLA

216.476

214.164

213.171

214.684

214.684

WaU

11.307

10.110

6.769

6.769

7.056

Totaal

635.914

608.267

588.696

583.809

584.406

Licence