Base description which applies to whole site

Niet-beleidsartikel 98 Apparaatsuitgaven

1. Algemene beleidsdoelstelling

In dit niet-beleidsartikel staan de personele en materiële apparaatsuitgaven en ontvangsten van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

Onder apparaatsuitgaven wordt verstaan de uitgaven voor personeel en materieel die nodig zijn om de organisatie te doen functioneren. Dit zijn uitgaven voor personeel en materieel voor het primaire proces (beleidsproces) en voor de ondersteuning van het primaire proces (de bedrijfsvoering).

Met ingang van 2012 zijn de personele en materiële apparaatsuitgaven van het kerndepartement gesplitst in personele en materiële apparaatsuitgaven. Personele apparaatsuitgaven zijn alle personeelsuitgaven, inclusief externe inhuur, van zowel primaire – als ondersteunende processen.

Materiële apparaatsuitgaven betreffen de materieeluitgaven van de ondersteunende processen, zoals ICT en huisvesting.

2. Budgettaire gevolgen van beleid
Begrotingsuitgaven (bedragen x € 1.000)
 

Realisatie 2008

Realisatie 2009

Realisatie 2010

Realisatie 2011

Realisatie 2012

Vastgestelde begroting 2012

Verschil

Verplichtingen

217.333

230.388

250.237

233.876

248.927

227.923

21.004

               

Uitgaven

216.921

222.437

244.083

236.833

245.655

228.503

17.152

               

Ontvangsten

10.636

12.673

13.875

27.165

16.044

5.703

10.341

In onderstaande toelichting worden de opmerkelijke verschillen tussen de budgettaire raming en de realisatie in het verslagjaar toegelicht.

Uitgaven

De gerealiseerde apparaatsuitgaven zijn circa € 17,2 miljoen hoger dan begroot. Dit verschil wordt voor circa € 6,9 miljoen veroorzaakt door hogere apparaatsuitgaven kernministerie, circa € 2,3 miljoen hogere uitgaven inspecties en ten slotte circa € 7,9 miljoen hogere uitgaven Sociaal en Cultureel Planbureau & RMO en de adviesraden RVZ en GR.

Kernministerie

De apparaatsuitgaven van het kernministerie zijn circa € 6,9 miljoen hoger dan begroot. De hogere personele uitgaven (circa € 9,9 miljoen) zijn onder andere het gevolg van herschikking tussen personele en materiële apparaatsuitgaven (per saldo circa € 7,1 miljoen). De inzet van personeel ten behoeve van de uitvoering van de informatiseringsagenda voor de interne bedrijfsvoering van VWS was bij ontwerpbegroting ten onrechte binnen het materieel budget geraamd en er zijn middelen die beschikbaar waren voor inzet personeel toegevoegd aan het materieel budget voor uitgaven aan shared service organisaties.

Daarnaast zijn de middelen die in 2011 ten behoeve van flankerend beleid in het kader van de compacte rijksdienst zijn gedaan, in 2012 tot betaling gekomen (circa € 2,5 miljoen).

Het ACBG heeft € 0,6 miljoen gestort in verband met het te hoge eigen vermogen ultimo 2011. Dit bedrag is bij de uitgaven gesaldeerd.

De gerealiseerde materiële apparaatsuitgaven kernministerie zijn circa € 3,0 miljoen lager dan begroot. Dit hangt enerzijds samen met de genoemde herschikking tussen personele en materiële apparaatsuitgaven (–/– € 7,1 miljoen) en een herschikking tussen materiële apparaatsuitgaven en het budget voor internationale samenwerking (–/– € 1,3 miljoen). Anderzijds was sprake van hogere dan oorspronkelijk geraamde uitgaven, voornamelijk door kosten van inbesteding van de ICT-dienstverlening voor het CIBG (€ 3,0 miljoen), de IGZ (€ 1,8 miljoen), Almata en De Lindenhorst (€ 0,6 miljoen) en de Gezondheidsraad (€ 0,1 miljoen).

Tabel apparaatsuitgaven per Directoraat Generaal (bedragen x € 1.000)

Directoraat generaal

Realisatie apparaatsuitgaven 2012

Volksgezondheid

21.192

Curatieve zorg

12.949

Langdurige zorg

18.288

Totaal beleid

52.429

(plv.) SG

108.277

Totaal apparaatsuitgaven kernministerie

160.706

Inspectie voor de gezondheidszorg (IGZ) en Inspectie Jeugdzorg

De apparaatsuitgaven van de inspecties zijn circa € 2,3 miljoen hoger dan begroot. De hogere uitgaven IGZ (circa € 2,8 miljoen) hebben met name betrekking op de uitvoering van het jaarplan 2012 van het project Zichtbare Zorg (circa € 2,0 miljoen is overgeboekt van artikel 43 operationele doelstelling 1) en compensatie voor uitvoeringskosten die het CIBG heeft gemaakt op het terrein van medische hulpmiddelen, opiaten en geregistreerde geneesmiddelen (circa € 1,3 miljoen).

De uitgaven van de Inspectie Jeugdzorg zijn circa € 0,5 miljoen lager dan geraamd in de begroting.

Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP), Gezondheidsraad (GR) en Raad voor de Volksgezondheid & Zorg (RVZ)

De apparaatsuitgaven van SCP en adviesraden zijn circa € 7,9 miljoen hoger dan begroot. De belangrijkste oorzaken worden hieronder toegelicht.

De gerealiseerde uitgaven SCP & RMO zijn circa € 5,8 miljoen hoger dan begroot. Dit wordt veroorzaakt door de inzet van tijdelijk personeel voor het verrichten van externe opdrachten. Hier staan hogere ontvangsten van externe opdrachtgevers tegenover die deze hogere uitgaven dekken. Verder heeft er een overboeking van artikel 44 (operationele doelstelling 1) plaatsgevonden voor de uitvoering van de tweede evaluatie van de Wet maatschappelijke ondersteuning (circa € 1,6 miljoen).

Ook de Gezondheidsraad heeft als gevolg van uitvoering van externe opdrachten hogere apparaatsuitgaven gerealiseerd dan begroot door inzet van tijdelijk personeel (circa € 2,3 miljoen).

De uitgaven van de Raad voor Volksgezondheid & Zorg (RVZ) waren circa € 0,2 miljoen lager dan geraamd in de begroting.

Ontvangsten

De gerealiseerde ontvangsten op artikel 98 bedragen € 16,0 miljoen. Dat is circa € 10,3 miljoen hoger dan het in de begroting opgenomen bedrag van € 5,7 miljoen.

De gerealiseerde ontvangsten houden voor € 5,4 miljoen verband met dienstverlening op het terrein van bedrijfsvoering. Zo is van het CIBG, Almata en Lindenhorst € 3,6 miljoen ontvangen als bijdrage in de kosten van inbesteding van ICT-dienstverlening en is van facilitair dienstverlener FM Haaglanden € 1,2 miljoen ontvangen voor overdracht van vaste materiële activa en decentrale werkplekken. Daarnaast is sprake van ontvangsten voor externe opdrachten bij het Sociaal en Cultureel Planbureau (circa € 3,1 miljoen) en de Gezondheidsraad (circa € 1,4 miljoen). De ontvangsten van de Inspectie voor de Gezondheidszorg waren € 1,9 miljoen. Dit betrof onder andere bestuurlijke boetes.

Van het UWV en het ABP is € 0,7 miljoen ontvangen voor postactieven. Het ACBG heeft € 0,6 miljoen gestort in verband met het te hoge eigen vermogen ultimo 2011. Ten slotte was er sprake van diverse personele en materiële ontvangsten bij directies van het kernministerie (bij elkaar circa € 3,0 miljoen).

In onderstaande tabel worden de apparaatsuitgaven en -kosten van het ministerie van VWS weergegeven.

De cijfers baten-lastendiensten en ZBO’s en RWT’s zijn niet te consolideren met de cijfers van het moederdepartement, omdat het zowel uitgaven als kosten betreft.

Totaaloverzicht apparaatsuitgaven / apparaatskosten inclusief baten-lastendiensten en Zelfstandige Bestuursorganen (ZBO’s) / Rechtspersonen met een wettelijke taak (RWT’s) (bedragen x € 1.000)
 

Realisatie 2008

Realisatie 2009

Realisatie 2010

Realisatie 2011

Realisatie 2012

Vastgestelde begroting 2012

Verschil

1. Totaal apparaatsuitgaven

216.921

222.437

244.083

236.833

245.655

228.503

17.152

               

Apparaatsuitgaven kernministerie

147.048

142.728

159.433

150.200

160.706

153.832

6.874

98.1 Personeel kerndepartement

       

103.724

93.848

9.876

98.2 Materieel kerndepartement

       

56.982

59.984

– 3.002

               

98.3 Apparaatsuitgaven inspecties

50.175

59.089

63.997

65.367

64.923

62.591

2.332

Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ)

45.634

53.760

57.318

60.290

59.450

56.637

2.813

Inspectie Jeugdzorg (IJZ)

4.541

5.329

6.679

5.077

5.473

5.954

– 481

               

98.4 Appaaraatsuitgaven SCP en raden

19.698

20.620

20.653

21.266

20.026

12.080

7.946

Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) en Raad voor Maatschappelijke Ontwikkeling (RMO)

11.207

11.768

11.958

13.124

11.739

5.950

5.789

Gezondheidsraad (GR)

5.470

5.752

5.730

5.238

5.575

3.260

2.315

Raad voor Volksgezondheid & Zorg (RVZ)

3.021

3.100

2.965

2.904

2.712

2.870

– 158

               

2. Apparaatskosten baten-lastendiensten

511.587

636.866

628.658

529.844

495.797

495.897

– 51.832

College ter Beoordeling van Geneesmiddelen

32.128

35.098

36.552

37.273

38.777

38.174

603

Centraal Informatiepunt Beroepen Gezondheidszorg

28.942

43.060

45.083

38.005

35.956

35.430

526

Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu

318.608

363.186

353.084

360.518

357.793

384.776

– 26.983

Nederlands Vaccin Instituut

131.909

164.391

152.476

50.562

25.866

n.v.t.

– 25.866

Almata

22.407

30.923

32.327

28.972

27.568

1.404

De Lindenhorst

8.724

10.540

11.159

9.927

9.949

– 22

               

3. Totaal apparaatskosten ZBO’s en RWT’s1

             

Zorg Onderzoek Nederland/ Medische Wetenschappen (ZonMw)

       

6.351

6.262

89

Registratiecommissies KNMG, KNMP en NMT

       

0

0

0

Centrum Indicatiestelling Zorg (CIZ)

       

117.320

107.433

9.887

Centraal Administratie Kantoor (CAK)2

       

96.798

87.551

9.247

Accommodaties wet op de jeugdzorg3

       

189.600

21.362

– 25.762

Pensioen- en Uitkeringsraad (PUR)

       

5.679

6.621

– 942

Centrale Commissie voor Mensgebonden Onderzoek (CCMO)

       

1.826

1.661

165

Nederlandse Zorgautoriteit (NZa)

       

32.900

28.932

3.968

College voor zorgverzekeringen (CVZ)

       

57.400

41.793

15.607

College Sanering Zorginstellingen (CSZ)

       

2.600

3.598

– 998

Sociale Verzekeringsbank (SVB)

       

11.407

13.004

– 1.597

1

Dit betreft alleen de begrotingsgefinancierde ZBO’s en RWT’s.

2

Deze cijfers zijn gebaseerd op totale omzet van het CAK, hiervan maakt financiering vanuit begroting VWS deel van uit.

3

Het bedrag van de vastgestelde begroting van € 215.362.000 met betrekking tot de accommodaties Wet op de jeugdzorg kan niet nader worden gespecificeerd, omdat deze accommodaties in de begroting niet apart zijn begroot.

Licence