Base description which applies to whole site

4.5 Beleidsartikel 5 Taakuitvoering marechaussee

Algemene doelstelling

Het Commando Koninklijke Marechaussee (KMar) voert politietaken uit op grond van de Politiewet 2012 (PW). Deze taak wordt zowel nationaal als internationaal en tijdens missies uitgevoerd. Daarnaast levert het KMar capaciteit aan de CDS voor deelneming aan (militaire) missies waarbij de KMar andere taken uitvoert dan die in de PW zijn opgedragen.

Rol en verantwoordelijkheid

De Minister is beheersverantwoordelijk en verantwoordelijk voor de vaststelling van de omvang, samenstelling en de vereiste mate van gereedheid van de KMar. De uitvoering is opgedragen aan de KMar. Het gezag over de KMar berust bij meerdere Ministeries. Afhankelijk van de taak zijn dat de Ministeries van Veiligheid en Justitie (inclusief het Openbaar Ministerie en de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid), Buitenlandse Zaken, Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties en Defensie.

De KMar heeft een takenpakket in binnen- en buitenland. Zij houdt zich bezig met:

  • Het bewaken en beveiligen van Koninklijke paleizen, ambassades in risicogebieden, de Nederlandse Bank en personen;

  • Handhaving van de Vreemdelingenwetgeving waaronder grenstoezicht en bestrijding van identiteit- en documentfraude, mensenhandel en mensensmokkel;

  • Handhaving van de openbare orde ten behoeve van Defensie en opsporing van strafbare feiten;

  • Bijdrage aan de opbouw van de veiligheidssector in missiegebieden;

  • Politietaken en beveiliging van burgerluchtvaartterreinen;

  • Samenwerking met en bijstand aan de politie.

Naast het reguliere takenpakket fungeert de KMar als strategische reserve voor de Nederlandse Politie. Door optreden in binnen- en buitenland levert de KMar direct of indirect een bijdrage aan de veiligheid van de Staat.

Beleidsconclusies

De KMar heeft een bijdrage geleverd aan de hoofdtaken van de krijgsmacht en daarmee aan belangrijke onderdelen van het ambitieniveau van Defensie. De KMar heeft in 2015 met diverse onderdelen deelgenomen aan grote en kleine internationale operaties. De Landelijke bijstandsorganisatie (Bijstandseenheid, BE) van de KMar is op verzoek van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV) in 2015 vrijwel geheel ingezet ten behoeve van de extra inzet bij de bewaking en beveiliging van een groot aantal objecten. Vanuit de BE is ook de eerste inzet van de Hoog Risico Beveiliging (HRB) pelotons mogelijk gemaakt. Sinds eind september 2015 heeft ook een flinke intensivering van het Mobiel Toezicht Veiligheid (MTV) plaatsgevonden. Het aantal gecontroleerde personen is sinds die periode meer dan verdubbeld. Daarnaast is eind 2015 het besluit genomen om een Border Security Team in te zetten voor het grenstoezicht aan de buitengrenzen van het Schengengebied.

Indicatoren algemene doelstelling

De operationele doelstellingen waaraan de KMar moet voldoen zijn gekwantificeerd en gekwalificeerd naar aantallen operationeel gerede eenheden. In onderstaande tabel is weergegeven wat de operationele beschikbaarheid moest zijn en hoeveel daarvan gerealiseerd is. Waar het aantal eenheden gedurende het jaar varieert, is het rekenkundig gemiddelde in de tabel opgenomen.

Realisatie doelstellingen KMAR 2015

Organieke component

Totaal aantal eenheden

Operationeel gereed

Voortzettingsvermogen

Doelstelling

Realisatie

Doelstelling

Realisatie

Vte'n voor expeditionaire inzet

306

153

153

153

153

Peloton voor Crowd and Riot Control

1

1

0

1

Vte'n voor Close Protection Teams van VIP's

26

13

13

13

13

Toelichting

Inzet

Gedurende 2015 is door eenheden van de KMar deelgenomen aan diverse internationale operaties. Deze operaties worden vermeld onder beleidsartikel 1 Inzet. De KMar heeft aan alle inzetopdrachten voldaan.

Operationele gereedheid

De landelijke bijstandsorganisatie is in 2015 ingezet voor de HRB-taak bij verschillende objecten. Hierdoor kon het Crowd and Riot Control (CRC) peloton niet (zonder herprioritering) op korte termijn worden ingezet voor de CRC-taak. Hierdoor is deze doelstelling in 2015 niet gehaald.

Overige inzet

Het takenpakket van de KMar heeft zich ontwikkeld tot een veelzijdig en samenhangend geheel. Drie operationele speerpunten vormen hierbij de basis: bewaken en beveiligen, de grenspolitietaak, internationale en militaire politietaken. De KMar legt de nadruk op de veiligheid van de staat en speelt hierbij snel en flexibel in op wijzigende omstandigheden.

Bewaken en beveiligen

De KMar draagt zorg voor de bewaking en beveiliging van bepaalde vitale objecten en personen. Zij doet dit in samenwerking met nationale en internationale publieke en private partners.

Kengetallen

Prognose 2015

Realisatie 2015

Het percentage uitvoering Toezichtprogramma Beveiliging burgerluchtvaart

100%

100%

Het aantal permanent te bewaken objecten

7

7

Het servicepercentage beveiligde waardetransporten voor De Nederlandsche Bank

100%

100%

Beschikbare operationele KMar-eenheden voor expeditionaire beveiligingsopdrachten

26

26

Grenspolitietaak

De KMar richt zich op de bestrijding van illegale migratie, grensoverschrijdende criminaliteit en terrorisme. Deze taak wordt risicogestuurd, flexibel en efficiënt uitgevoerd door zowel de informatiepositie van de KMar als de informatiepositie van de ketenpartners optimaal te benutten. Als grenspolitie wendt de KMar bedreigingen voor Nederland en het Schengengebied af bij de grens, zowel in Nederland als in het buitenland in gezamenlijk EU-verband (ter ondersteuning van Frontex-operaties).

Kengetallen

Prognose

2015

Realisatie

2015

Aantal luchthavens waar grensbewaking wordt uitgevoerd

8

8

waarvan permanent

6

6

Aantal prioriteitsmeldingen (op luchthavens waar politietaken worden uitgevoerd)

12.000

37.1231

Aantal verwijderingen (directe verwijderingen en verwijderingen na aanlevering van DT&V)

6.000

3.5721

waarvan begeleid

2.000

5301

1

Aangezien de realisatie afhankelijk is van het aanbod wordt geen toelichting gegeven op het verschil tussen prognose en realisatie.

Internationale en militaire politietaken

De KMar is als één van de vier operationele commando’s van het Ministerie van Defensie mede verantwoordelijk voor de uitvoering van het buitenland- en veiligheidsbeleid van Nederland. Vanwege de specifieke organisatiekenmerken kan de KMar met andere krijgsmachtsonderdelen of als zelfstandige politieorganisatie in binnen- en buitenland optreden.

Kengetallen

Prognose

2015

Realisatie

2015

Aantal misdrijfdossiers (aangeleverd aan OM Arnhem)

725

540

Beschikbare operationele KMar-eenheden voor internationale crisis- en humanitaire operaties

306

306

(50% operationeel gereed, 50% voortzettingsvermogen)

(zie doelstellingenmatrix)

 
Tabel Budgettaire gevolgen van beleid

Artikel 5 Taakuitvoering Koninklijke Marechaussee (bedragen x € 1.000)

Realisatie 2011

Realisatie 2012

Realisatie 2013

Realisatie 2014

Realisatie 2015

Begroting 2015

Verschil

Verplichtingen

398.677

388.505

329.085

337.665

336.732

311.472

25.260

Uitgaven

400.456

392.326

328.658

333.990

337.157

311.472

25.685

Programmauitgaven

7.366

7.140

2.252

1.617

1.747

97

1.650

Opdracht Inzet KMAR

7.366

7.140

2.252

1.617

1.747

97

1.650

– waarvan gereedstelling

7.366

7.140

2.252

1.617

1.105

97

1.008

– waarvan bijdragen aan SSO's1

       

642

 

642

Apparaatsuitgaven

393.090

385.186

326.406

332.373

335.410

311.375

24.035

personele uitgaven

292.357

289.364

288.490

297.663

301.665

281.575

20.090

– waarvan eigen personeel

     

297.383

301.478

281.575

19.903

– waarvan externe inhuur

     

280

187

 

187

materiele uitgaven

100.733

95.822

37.916

34.710

33.745

29.800

3.945

– waarvan bijdragen aan SSO's1

2.959

3.167

1.225

753

878

389

489

– waarvan overige exploitatie

97.774

92.655

36.691

33.957

32.867

29.411

3.456

Apparaatsontvangsten

6.219

8.074

7.154

6.529

5.540

4.590

950

1

Bijdragen aan SSO's zijn in 2013 geconcentreerd bij de ondersteunende diensten DMO en CDC. In 2014 is het instrument SSO (Shared Service Organisatie Paresto) ingevoerd.

Toelichting op de financiële instrumenten

Verplichtingen

Er is in 2015 voor € 25,3 miljoen meer verplicht dan begroot. Dit wordt met name veroorzaakt door hogere personele uitgaven eigen personeel. De hogere personele uitgaven worden hieronder toegelicht.

Uitgaven

De KMar heeft het budget met € 25,7 miljoen overschreden. Deze overschrijding wordt bijna volledig veroorzaakt door de hogere apparaatsuitgaven en wordt hieronder toegelicht.

Apparaatsuitgaven

De hogere apparaatsuitgaven van € 24,0 miljoen worden vooral veroorzaakt door de hogere personeelsuitgaven (€ 20,1 miljoen).

Deze uitgaven zijn hoger door activiteiten die budgettair nog niet in de begroting waren meegenomen. Het gaat hierbij om de beveiliging van ambassades in hoog risicogebieden conform een convenant met het Ministerie van Buitenlandse Zaken (budgetsuppletie vanuit het BIV) en de uitvoering van contraterrorisme maatregelen, zoals de HRB-pelotons in het kader van de versterking van de veiligheidsketen (€ 14,4 miljoen). Dit betreft een budgetsuppletie bij de 2e suppletoire begroting in vervolg op het kabinetsbesluit «Versterking Veiligheidsketen».

Voor uitgaven ten behoeve van het vertrek van vreemdelingen, die geen of niet langer recht hebben op verblijf in Nederland is een administratieve correctie doorgevoerd. Het formatiebudget is daarbij overgeheveld van het Ministerie van Defensie naar het Ministerie van Veiligheid & Justitie voor taken die reeds bij het Ministerie van Veiligheid & Justitie waren belegd, maar nog door KMar medewerkers werden uitgevoerd (– € 2 miljoen).

Wijzigingen op het gebied van regelgeving en personele voorwaarden hebben aan de ene kant geleid tot een verhoging van de uitgaven door het vervallen van de inhouding van de VUT-equivalent, het bovensectoraal loonakkoord en de loonbijstelling van 0,8 procent (€ 8,9 miljoen). Deze kosten zijn centraal gedekt. Aan de andere kant zorgen budgetoverhevelingen van de centrale belastingafdracht door het Ministerie van Defensie voor de eindheffing WKR/WUL en aanpassingen van het werkgeversdeel van de pensioenbijdrage voor een verlaging van de uitgaven (– € 6,9 miljoen).

De overige oorzaken voor de hogere uitgaven zijn een stijging van de buitenlandtoelage door een hogere dollarkoers, een lagere uitstroom van personeel dan gepland (dit is binnen de eigen begroting opgevangen) en hogere uitgaven als gevolg van de uitspraak van de Centrale Raad van Beroep inzake eigen huishouding (€ 5,6 miljoen).

Licence