Base description which applies to whole site

Artikel 1. Openbaar bestuur en democratie

A Algemene doelstelling

Een bijdrage leveren aan een goed functionerend openbaar bestuur en democratie.

B Rol en verantwoordelijkheid

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) is verantwoordelijk voor het functioneren van het stelsel van het openbaar bestuur. Die verantwoordelijkheid richt zich op de bestuurlijke verhoudingen, het medebeheer van het Gemeentefonds en het Provinciefonds en interbestuurlijk toezicht. De Minister van BZK is verantwoordelijk voor de bestuurlijke organisatie (de Grondwet, de Gemeente- en Provinciewet, de Financiële verhoudingswet en de Wet gemeenschappelijke regelingen). In het regeerakkoord 2017–2021 «Vertrouwen in de toekomst» is erkend dat Nederland voor een groot aantal maatschappelijke opgaven staat. Het belang van een goede samenwerking in de gezamenlijke aanpak van deze opgaven tussen het Rijk en de medeoverheden (provincies, gemeenten en waterschappen) is in het regeerakkoord bevestigd. De Minister van BZK heeft een belangrijke regisserende en coördinerende rol bij het vormgeven van deze samenwerking. De gezamenlijke aanpak van maatschappelijke opgaven is nodig, omdat in een klein land vrijwel niets los van het ander te realiseren valt. Effectief samen besturen is werken als één overheid. Het mag voor mensen niet uitmaken met welke overheid inwoners te maken hebben. Als de samenwerking goed verloopt hebben inwoners daar baat bij.

Een tweede pijler van de legitimatie van het Nederlandse openbaar bestuur betreft het democratische en rechtsstatelijke gehalte van de publieke besluitvorming en beleidsvoering. In dat kader waarborgt de Minister van BZK het functioneren van het constitutionele bestel, waaronder het stelsel van de representatieve democratie. Daarbij gaat het in de eerste plaats om de verkiezingen (de Kieswet) voor vertegenwoordigende lichamen op de verschillende bestuurlijke niveaus. De Minister van BZK zorgt er tevens voor dat de Kiesraad zijn wettelijke taken adequaat kan vervullen. Daarnaast voert de Minister van BZK de op 1 mei 2013 in werking getreden Wet financiering politieke partijen (Wfpp) uit en is zij sinds 1 april 2012 verantwoordelijk voor de procesvoering met betrekking tot het Europees Burgerinitiatief. Sinds 1 juli 2015 is de Wet raadgevend referendum van kracht; voor de uitvoering van deze wet is de Minister van BZK verantwoordelijk.

De Minister van BZK is verantwoordelijk voor de ontwikkeling en uitvoering van de interbestuurlijke Agenda Stad. Deze agenda is gericht op (het bevorderen van) groei, leefbaarheid en innovatie in Nederlandse steden. Daartoe is in 2017 via City Deals, samen met medeoverheden, maatschappelijke organisaties, kennisinstellingen en vakdepartementen, op een innovatieve en resultaatgerichte manier samengewerkt aan complexe stedelijke transitievraagstukken.

De Minister van BZK was ten tijde van het Nederlandse voorzitterschap van de EU medeverantwoordelijk voor de ontwikkeling en uitvoering van (de Nederlandse bijdrage aan) de Europese Agenda Stad. Deze agenda geeft Europese steden een stevige vinger in de pap bij EU-regelgeving, toegang tot fondsen en kennisuitwisseling. Nederlandse steden en Nederland als lidstaat participeerden in 2017 in enkele thematische partnerschappen die in dit kader verbetervoorstellen voor EU-beleid ontwikkelen.

C Beleidsconclusies

Toekomst financiële verhoudingen

Herziening financiële verhoudingen Gemeentefonds

Op 16 juni 2017 is het rapport «Rekening houden met verschil, ruimte bieden in de financiële verhoudingen» zonder kabinetsstandpunt aangeboden aan de Tweede Kamer. In dit rapport is door een onafhankelijke stuurgroep een beknopte probleemanalyse gemaakt en is aan de hand van vier overkoepelende thema’s een aantal aanbevelingen / oplossingsrichtingen aangedragen ten bate van een herziening van de financiële verhoudingen tussen Rijk en gemeenten.

Commissie Jansen / herziening Provinciefonds

De wijziging van de Financiële verhoudingswet is afgerond op 23 mei 2017. Op 15 juni 2017 is de wetswijziging gepubliceerd in het Staatsblad. Vanaf het uitkeringsjaar 2017 wordt er verdeeld met behulp van een nieuw verdeelmodel. Daarmee is de vereenvoudiging van de verdeling van het provinciefonds met terugwerkende kracht per 1 januari 2017 in werking getreden. Bij de behandeling van het wetsvoorstel in de Tweede Kamer is een motie aangenomen van de leden Veldman en Fokke (Kamerstukken II, 2016–2017, 34 568 nr. 8) die verzoekt om uiterlijk per 2020 de grondslagen van de verdeling van het Provinciefonds te herzien. Een plan van aanpak dient daarbij als basis en moet per 2019 gereed zijn. Het kabinet is gestart met de uitvoering van deze motie.

Precariobelasting

Op 22 maart 2017 stemde de Eerste Kamer voor het wetsvoorstel dat decentrale overheden vanaf 1 juli 2017 geen precariobelasting meer mogen heffen over nutsnetwerken. Bij amendement van de Tweede Kamer is de beoogde overgangstermijn van 2027 ingekort tot 2022 (Kamerstukken II, 2016–2017, 34 508 nr. 9).

Sociaal domein

Over 2017 heeft de Minister van BZK de ontwikkelingen in het sociaal domein gevolgd, vernieuwing gestimuleerd en in partnerschap met andere departementen, gemeenten en de VNG gezocht naar passende oplossingen voor knelpunten die in de praktijk worden ervaren. Deze inzet is mede ingegeven door de coördinerende rol van de Minister van BZK ten aanzien van het sociaal domein.

In nauw overleg tussen gemeenten en Rijk is besloten om over te gaan tot de instelling van een Programma Sociaal Domein. In de brede regietafel sociaal domein van 22 mei 2017, het interbestuurlijke overleg van bewindslieden van BZK, VWS, SZW en J&V en gemeentebestuurders, is het formele besluit genomen. Het Programma loopt in beginsel vier jaar (tot en met 2021).

Om de randvoorwaarden te creëren waarbinnen gemeenten de transformatieopdracht effectief kunnen vervullen is onder meer een handreiking over aanbestedingen uitgebracht (Kamerstukken II 2017–2018 31 839 en 29 538, nr. 605). Ook voor zaken als gegevensuitwisseling en privacy en de rol van de gemeenteraad is onverminderd aandacht. Er zijn goede vorderingen gemaakt met het oplossen van de problemen die door het sociaal domein zijn ontstaan rond de tijdige indiening van de gemeenterekening en verkrijging van de controleverklaring. In overleg met de VNG is besloten de overheveling van delen van de integratie-uitkering sociaal domein naar de algemene uitkering uit te stellen tot na 2018.

Op 4 december 2017 is de tweede Overall rapportage sociaal domein uitgebracht. De overall rapportage sociaal domein levert een bijdrage aan het verkrijgen van een landelijk beeld van de stand van zaken van het sociaal domein. Gevoegd bij de talrijke andere signalen over het sociaal domein ontstaat het beeld dat de transitie is afgerond, maar dat er ook nog veel tijd en aandacht nodig is voor de verdere ontwikkeling (Kamerstukken II 2017–2018 34 477, nr. 29).

Verantwoording Sociaal domein

Er is in de financiële verantwoording door gemeenten over het verslagjaar 2016 een forse sprong voorwaarts gerealiseerd. In het verslagjaar 2015 kreeg slechts de helft van de gemeenten een goedkeurende controleverklaring, mede als gevolg van de nadruk op de continuïteit van de levering van zorg in plaats van op controle en verantwoording. Met betrokken partijen is gewerkt aan maatregelen om tot verbetering te komen. Voor het verslagjaar 2016 is het aandeel goedkeurende verklaringen gestegen naar circa 80%. Dit is met name te danken aan de grote inspanningen die gemeenten en hun ketenpartners zich getroost hebben, om de administratieve processen op orde te brengen en onderling af te stemmen. Daarmee zijn we er nog niet. De inspanningen en de ondersteuning worden in de toekomst met name gericht op de gemeenten die nog geen goedkeurende controleverklaring hadden over het verslagjaar 2016. Daarnaast wordt in het programma Sociaal Domein vanuit pilots gewerkt aan vernieuwing van de verantwoording (Tweede Kamer, vergaderjaar 2017–2018, 34 775 B, nr. 7).

Aanpak en instrumentarium regionale governance

Om meer inzicht te verkrijgen in wat werkt en niet werkt bij regionaal-economische samenwerking, en daaraan gerelateerde thema’s zoals wetgeving en financiën, hebben zes geselecteerde proeftuinregio’s (Noordoost Fryslân, regio Zwolle, Stedelijk Gebied Eindhoven, Drechtsteden, Zeeland en Metropoolregio Amsterdam) de aanbevelingen van de Studiegroep Openbaar Bestuur uit het rapport «Maak verschil, krachtig inspelen op ruimtelijk-economische opgaven» toegepast in hun eigen regionale samenwerkingspraktijk.

De zes regio’s geven uitvoering aan de plannen die zij in de proeftuinfase hebben opgesteld en worden daarbij ondersteund door het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Dit heeft onder meer geleid tot het sluiten van de eerste regiodeal op 17 juli 2017 met de regio Noordoost Fryslân. Voorts hebben de ervaringen die zijn opgedaan in de proeftuinen geleid tot meer inzicht in de factoren die bepalend zijn voor het vorm geven van succesvolle regionaal-economische samenwerking en welk samenspel dit vraagt van overheden, bedrijfsleven en kennisinstellingen.

Evaluatie revitalisering interbestuurlijk toezicht

In 2017 zijn, zoals beoogd, de evaluaties financieel en interbestuurlijk toezicht afgerond. Momenteel wordt gewerkt aan de kabinetsreactie die binnenkort aan Uw Kamer wordt aangeboden.

D Tabel Budgettaire gevolgen van beleid

Budgettaire gevolgen van beleid (bedragen x € 1.000)
   

Realisatie

Vastgestelde begroting

2017

Verschil

2017

2013

2014

2015

2016

2017

Art.nr.

Verplichtingen:

45.581

16.323

49.536

35.380

30.876

30.567

309

                 
 

Uitgaven:

30.373

29.408

33.112

34.425

34.147

30.567

3.580

                 

1.1

Bestuurlijke en financiele verhouding

11.947

9.425

11.426

11.935

12.159

10.328

1.831

Subsidies

6.794

3.601

5.323

7.928

6.492

4.092

2.400

Communicatie, kennisdeling en onderzoek

13

995

1.630

105

0

0

0

Diverse subsidies

605

13

518

4.312

2.922

882

2.040

Oorlogsgravenstichting (OGS)

6.176

2.593

3.175

3.511

3.570

3.210

360

Opdrachten

5.016

5.702

5.997

3.942

3.321

6.171

– 2.850

Communicatie, kennisdeling en onderzoek

5.016

5.702

5.997

3.942

3.321

6.171

– 2.850

Bijdragenn aan ZBO's / RWT's

       

2.282

 

2.282

Diverse bijdragen

       

2.282

 

2.282

Bijdragen aan (inter)nationale organisaties

137

122

106

65

64

65

– 1

Bijdragen internationaal

137

122

106

65

64

65

– 1

                 

1.2

Participatie

18.426

19.983

21.686

22.490

21.988

20.239

1.749

Subsidies

15.749

16.907

16.653

17.330

17.996

17.267

729

Politieke partijen

15.749

16.907

16.653

17.330

17.992

17.267

725

Raadgevend referendum

       

4

 

4

Opdrachten

2.677

2.918

4.047

3.167

2.390

2.972

– 582

Kiesraad

245

633

2.558

401

711

622

89

Raadgevend referendum

0

0

147

987

62

0

62

Verkiezingen

2.432

2.285

1.342

1.779

1.617

2.350

– 733

Bijdragen aan ZBO's / RWT's

0

0

0

1.639

0

0

0

Raadgevend referendum

0

0

0

1.639

0

0

0

Bijdragen aan medeoverheden

0

158

943

350

1.602

0

1.602

Experiment centrale stemopneming

0

158

943

304

1.203

0

1.203

Raadgevend referendum

       

399

 

399

Verkiezingen

0

0

0

46

0

 

0

Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken

0

0

43

4

0

0

0

Kiesraad

0

0

43

4

0

0

0

               
 

Ontvangsten:

24.816

25.352

25.768

26.733

26.952

21.965

4.987

E Toelichting op de financiële instrumenten

Uitgaven

1.1 Bestuurlijke en financiële verhoudingen

Subsidies

Diverse subsidies

Incidentele subsidie Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG)

In 2017 is het tweede termijnbedrag betaald voor het project Ondersteuningsteam Asielzoekers Vergunninghouders (OTAV). Hiervoor is een interdepartementale overboeking ontvangen van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

Subsidie A&O fonds

In 2017 is een tweede termijnbedrag voor het Ondersteuningsprogramma Vakmanschap en Professionalisering Gemeenten overgemaakt. Deze uitgave was onder het instrument opdrachten communicatie, kennisdeling en onderzoek begroot, maar wordt onder het instrument subsidies verantwoord.

Kenniscentrum Europa Decentraal

Kenniscentrum Europa Decentraal is een gezamenlijk initiatief van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, het Interprovinciaal Overleg, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten en de Unie van Waterschappen. Het Kenniscentrum krijgt subsidies van het Ministerie van BZK en de koepels voor het (kosteloos) geven van voorlichting en advies aan gemeenten, provincies, waterschappen en decentrale samenwerkingsverbanden over de toepassing van Europees recht en beleid. Naast deze subsidie voor de reguliere dienstverlening krijgt het Kenniscentrum subsidie van het Ministerie van BZK voor de uitvoering van een aantal taken voor het Coördinatiepunt Staatssteun Decentrale Overheden (CSDO) van het Ministerie van BZK. KED zet deze subsidie in voor het begeleiden van decentrale overheden bij het kennisgeven van hun steunmaatregelen aan de Europese Commissie en voor de werkzaamheden met betrekking tot de jaarlijkse staatssteunrapportage.

Oorlogsgravenstichting (OGS)

Naast de structurele subsidie (€ 3,27 mln.), ten bate van de ongeveer 50.000 graven van Nederlandse oorlogsslachtoffers, is in 2017 een aanvullende incidentele subsidie verstrekt (€ 0,3 mln.) voor een multifunctioneel Herdenking- en Educatiecentrum over de inzet van Nederlandse militairen tijdens de Tweede Wereldoorlog en actuele internationale (vredes)missies op het Nationaal Ereveld Loenen. Hiervoor is een interdepartementale overboeking ontvangen van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

Opdrachten

Communicatie, kennisdeling en onderzoek

Het adviesorgaan voor de Friese taal, DINGtiid, is op 1 januari 2014 met de inwerkingtreding van de Wet gebruik Friese taal ingesteld. De Minister van BZK stelt jaarlijks € 50.000 ter beschikking voor de financiering van het adviesorgaan en de uitvoering van het jaarplan. Voor het jaarplan 2017 was niet het gehele budget benodigd DINGtiid heeft in 2017 verschillende adviezen uitgebracht aan de provincie Fryslân en de rijksoverheid, zoals het rapport «Meertaligheid als nieuwe kans voor het Fries in het onderwijs». Deze adviezen worden zoveel mogelijk betrokken bij de totstandkoming van beleid.

De lagere realisatie ten opzichte van de begroting komt daarnaast door een herschikking tussen dit instrument en de instrumenten «bijdragen aan ZBO’s / RWT’s» en «diverse subsidies».

Bijdragen aan ZBO's / RWT's

Diverse bijdragen

Dit betreffen bijdragen aan de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), Stichting ICTU en het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) die onder het instrument opdrachten zijn begroot. Voor deze uitgaven heeft een technische mutatie naar het juiste instrument «bijdrage aan ZBO’s/RWT’s plaatsgevonden.

VNG – transformatie Sociaal Domein

VNG heeft een bijdrage ontvangen voor het organiseren van activiteiten die bijdragen aan de versnelling van de transformatie in het sociaal domein. In de brief van 8 februari 2017 van de Minister van BZK aan de Tweede Kamer is de start van het Programma Sociaal Domein aangekondigd (Tweede Kamer, vergaderjaar 2016–2017, 34 477, nr. 16).

Het doel van het gezamenlijke Programma Sociaal Domein is om de slagkracht van partijen in het sociaal domein dusdanig te vergroten dat de ondersteuning van burgers in het sociaal domein wordt verbeterd. Het programma wil o.a. de toegankelijkheid vergroten voor burgers die ondersteuning nodig hebben en focussen op complexe(re) situaties die om een integrale benadering vragen. Dit doen gemeenten/VNG en het Rijk samen door belemmeringen die een integrale benadering in de weg staan op te sporen en weg te nemen.

Via het programma is het Ministerie van BZK in samenwerking met onze partners gestart met een zoektocht naar betere ondersteuning en dienstverlening voor/van onze inwoners. Het programma creëert commitment bij alle betrokkenen en biedt een samenwerkingsstructuur waarbinnen gemeenten, Rijk en andere betrokken organisaties samen kunnen komen tot oplossingen (signaleren, agenderen en uitvoeren) voor knelpunten en dilemma’s die zich in de dagelijkse praktijk voordoen.

VNG – Interbestuurlijk programma

VNG heeft een bijdrage ontvangen voor het organiseren van een aantal activiteiten ten behoeve van een interbestuurlijk programma. In het regeerakkoord «vertrouwen in de toekomst» heeft het kabinet opgenomen dat er op verschillende maatschappelijke opgaven in samenwerking met verschillende overheden aan oplossingen gewerkt moet worden. Om de goede samenwerking te waarborgen dienen bestuurlijke afspraken te worden gemaakt. De voorbereidingen zijn gestart. De VNG zal voor deze thema’s de benodigde activiteiten organiseren zodat het programma daadwerkelijk in samenwerking tussen de bestuurlijke partners gerealiseerd wordt.

VNG – commissie BBV

In het Besluit begroting en verantwoording (BBV) is opgenomen dat er een commissie is met als taak zorg dragen voor een eenduidige uitvoering en toepassing van het BBV. Het secretariaat is in 2017 door de VNG gevoerd.

ICTU

Aan ICTU is een bijdrage verstrekt voor het leveren van adviseurs die ondersteunen bij het opstarten van een Interbestuurlijk Programma.

CBS

Het CBS heeft bijdragen ontvangen voor het leveren van informatie ten behoeve van de overall rapportage Sociaal Domein.

Bijdragen aan (inter)nationale organisaties

Bijdragen internationaal

Bijdrage Europe for Citizens Points (ECP)

Het programma «Europa voor de burger» biedt financiële ondersteuning aan burgers en organisaties die een actief Europees burgerschap bevorderen om zo het proces van Europese integratie te stimuleren en de kloof tussen de burger en de Europese Unie te verkleinen. Om het programma bekendheid te geven en belangstellenden bij te staan bij het indienen van subsidieaanvragen, faciliteert de Europese Commissie in samenwerking met de lidstaten Europe for Citizens Points (ECP). In Nederland is het ECP belegd bij Dutch Culture, waaraan een jaarlijkse bijdrage wordt verstrekt.

1.2 Participatie

Subsidies

Politieke partijen

Politieke partijen krijgen subsidie op grond van de Wet financiering politieke partijen (Wfpp). Een politieke partij komt voor subsidie in aanmerking als zij voldoet aan een aantal in deze wet genoemde voorwaarden.

In 2017 ontvingen veertien politieke partijen subsidie. Conform de artikelen 13, 14 en 15 van de Wfpp is de uitslag van de Tweede Kamerverkiezingen van 15 maart 2017 verwerkt in de uiteindelijke bedragen. Deze artikelen voorzagen in een berekening die erin resulteerde dat politieke partijen in 2017:

  • Voor de periode 1 januari tot 1 juli recht hadden op subsidie gebaseerd op hun zetelaantal voorafgaand aan de verkiezingen;

  • Voor de periode 1 juli tot en met 31 december recht hadden op subsidie gebaseerd op hun nieuwe zetelaantal;

  • Recht hadden op subsidie voor het volledige kalenderjaar indien zij voor het eerst zetels behaalden. Dit volgt uit artikel 15, lid 1 van de Wfpp waarin is geregeld dat nieuw verkozen partijen recht hebben op subsidie met ingang van de eerste dag van de derde kalendermaand, voorafgaand aan de maand waarin de stemming plaatsvond.

Partij

Waarde 2013

Waarde 2014

Waarde 2015

Waarde 2016

Waarde 20171

 

(in €)

(in €)

(in €)

(in €)

(in €)

VVD

3.712.978

3.754.370

3.702.152

3.565.054

3.336.506

PvdA

3.592.723

3.614.965

3.558.735

3.437.283

2.361.386

SP

1.632.647

1.598.631

1.524.176

1.601.846

1.576.132

CDA

1.744.143

1.675.014

1.648.734

1.651.300

1.852.561

D66

1.528.924

1.566.367

1.570.213

1.561.302

1.826.685

CU

948.280

937.648

938.383

934.734

937.595

GL

866.898

821.781

820.801

840.522

1.197.475

SGP

868.102

902.235

908.654

905.595

908.830

PvdD

617.206

620.441

621.330

632.359

742.723

50PLUS

380.655

392.531

458.533

399.277

491.292

OSF

362.061

360.575

333.942

233.002

368.440

VNL

0

0

0

349.831

215.238

DENK

0

0

0

157.231

356.293

FvD

0

0

0

0

590.860

Totaal

16.254.618

16.244.559

16.085.652

16.269.335

16.762.016

1

Het betreft hier voorlopige bedragen. 80% daarvan is inmiddels uitgekeerd. Uiterlijk 1 juli van het jaar volgend op het subsidiejaar moeten partijen een definitieve subsidieaanvraag indienen. Als bij de beoordeling daarvan blijkt dat de partijen voldoen aan de voorwaarden, wordt de resterende 20% uitgekeerd. De loon- en prijsbijstellingen over 2017 moeten nog in deze bedragen worden verwerkt.

In 2017 hebben zowel in de Kamer zittende, nieuwe, als uit de Kamer verdwijnende partijen voor een deel of het gehele jaar subsidie ontvangen.

De begroting houdt rekening met de maximale subsidie die politieke partijen met een zetel in Eerste of Tweede Kamer kunnen aanvragen, mits zij aan de voorwaarden van de Wet financiering politieke partijen voldoen en een subsidieaanvraag indienen. In 2017 is niet de maximale subsidie aangevraagd.

Wijziging fractiekostenregeling

De kosten die verbonden zijn aan de uitvoering van het amendement Arib voor de fractiekostenregeling, die in 2016 van kracht is gegaan, worden in mindering gebracht op het subsidiebudget voor de Wet financiering politieke partijen. Het Ministerie van Financiën heeft dit bedrag in 2017 gecompenseerd.

Opdrachten

Kiesraad

In 2017 bracht de Kiesraad vier adviezen uit aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, de Minister van Justitie en Veiligheid en aan de Tweede Kamer. De Kiesraad valt deels onder de Kaderwet Zelfstandige Bestuursorganen en de Kaderwet Adviescolleges en stelt in de uitvoering daarvan jaarlijks een jaarverslag op. Alle adviezen van de Kiesraad worden gepubliceerd op de website: www.Kiesraad.nl.

Het jaar 2017 kenmerkte zich voor de Kiesraad vooral door de Tweede Kamerverkiezing en de tweede toepassing van de Wet raadgevend referendum over de vernieuwde Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten.

Bij de Tweede Kamerverkiezing trad de Kiesraad op als centraal stembureau en was daarmee verantwoordelijk voor de vaststelling van de uitslag. Om mogelijke kwetsbaarheden te ondervangen, besloot de Minister van BZK dat de verkiezingssoftware OSV (Ondersteunende Software Verkiezingen) slechts onder een aantal strikte voorwaarden mocht worden gebruikt als rekenhulpmiddel, naast handmatige vaststelling van de uitslag. De berekening van de verkiezingsuitslag was daardoor arbeidsintensiever dan in andere jaren, niet slechts voor de Kiesraad, maar met name voor de gemeenten en hoofdstembureaugemeenten. Uit de evaluatie van de verkiezing is gebleken dat het Kieswettelijke proces van uitslagvaststelling wijziging behoeft. Een hiertoe strekkend wetsvoorstel is in de maak. De Kiesraad heeft de veiligheid van verkiezingssoftware OSV laten toetsen en als gevolg hiervan is de software op een aantal punten verbeterd.

In 2017 heeft de Kiesraad ook de Databank Verkiezingsuitslagen laten aanpassen, waardoor de gebruiksvriendelijkheid ervan sterk is verbeterd.

De Kiesraad heeft in 2017 inleidende en definitieve tot het houden van een raadgevend referendum over de Wet op de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten beoordeeld. Op 1 november heeft de Kiesraad vastgesteld dat het verzoek aan de wettelijke eisen voldeed. Op 21 maart 2018 zal dit referendum worden gehouden, gelijktijdig met de gemeenteraadsverkiezingen.

Verkiezingen

In 2017 hebben de Tweede Kamerverkiezingen plaatsgevonden. Voor de verkiezingen in 2017 is gekozen voor een nieuw campagneconcept. In dit concept wordt niet alleen over de praktische zaken gecommuniceerd, maar ook over het belang van het uitbrengen van een stem. Hierbij wordt aandacht besteed aan het idee dat iedere stem het verschil kan maken. Het is de bedoeling dat het nieuwe campagneconcept meerdere jaren gebruikt gaat worden. Voor de campagne zijn tv-spots, radiospots en digitale buitenreclames ingezet. Op het internet bestond de inzet uit online display advertising, online social en online video. Alle uitingen waren gericht op alle doelgroepen, met uitzondering van Facebook-berichten die in het bijzonder gericht waren op de secundaire doelgroepen.

Bijdragen aan medeoverheden

Experiment centrale stemopneming

De bijdrage is toegekend voor de inrichting van de permanente registratie voor kiezers in het buitenland. Er heeft een herschikking plaatsgevonden om gebruik te kunnen maken van het juiste instrument.

Raadgevend referendum

De bijdrage is toegekend voor de aanschrijving van kiezers in het buitenland voor het referendum over de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten.

Ontvangsten

Dit betreft de bijdrage van de waterschappen voor hun aandeel in de Waardering Onroerende Zaken kosten (WOZ-kosten) van de gemeenten en hun aandeel in de kosten van de Landelijke Voorziening WOZ (LV WOZ). In 2017 is € 4,7 mln. meer ontvangen dan geraamd, omdat het daadwerkelijk bij de Waterschappen in rekening gebrachte bedrag, als gevolg van indexatie, hoger is dan het oorspronkelijk in het «Uitvoeringsbesluit kostenverrekening en gegevensuitwisseling Wet waardering onroerende zaken» geraamde bedrag.

Licence