Base description which applies to whole site

Artikel 1. Versterkte internationale rechtsorde en eerbiediging van mensenrechten

A: Algemene doelstelling

Het bevorderen van een goed functionerende internationale rechtsorde, met een blijvende inzet op mensenrechten, als integraal onderdeel van het buitenlandbeleid.

Een sterke rechtsorde en eerbiediging van mensenrechten maken de wereld stabieler, veiliger, vrijer en welvarender. Dit vereist goed functionerende internationale instellingen met een breed draagvlak en voortdurende inzet tegen straffeloosheid. Deze rechtsorde is onlosmakelijk verbonden met universele mensenrechten. De bevordering van mensenrechten is een kernelement van het Nederlands buitenlandbeleid.

B: Rol en verantwoordelijkheid

De regering zet zich concreet in voor de volgende prioritaire thema’s: Mensenrechtenverdedigers, gelijke rechten voor lesbiennes, homo’s, biseksuelen en transgenders, gelijke rechten voor vrouwen, vrijheid van meningsuiting (off- en online), de vrijheid van godsdienst en levensovertuiging, ernstigste schendingen (waaronder doodstraf en marteling), mensenrechten en ontwikkeling en mensenrechten en bedrijfsleven.

De Minister is verantwoordelijk voor:

Stimuleren

  • Van een effectief stelsel van internationale organisaties, inclusief financiële bijdrage, om een stabiele internationale omgeving te scheppen en de internationale rechtsorde te versterken.

  • Van een betere mensenrechtensituatie mede door het financieren en uitvoeren van projecten via bilaterale en multilaterale kanalen ter bevordering van prioritaire mensenrechtenthema’s.

Regisseren

  • Interdepartementale coördinatie ten behoeve van een coherente en consistente Nederlandse inzet in internationale organisaties ter bevordering van de internationale rechtsorde en mensenrechten.

Financieren

  • Bijdragen ten behoeve van goed functionerende internationale instellingen.

  • Bijdragen ter bescherming en bevordering van mensenrechten.

C: Beleidsconclusies

Mensenrechten

Met de ophoging van het Mensenrechtenfonds ad EUR 7,4 miljoen in 2018, heeft het kabinet meer aandacht kunnen besteden aan de zes prioritaire mensenrechtenthema’s: Vrijheid van meningsuiting en internetvrijheid, vrijheid van religie en levensovertuiging, gelijke rechten voor vrouwen en meisjes, mensenrechtenverdedigers, gelijke rechten voor lesbiennes, homo’s, biseksuelen, transgenders en intersekse personen.

Nederland heeft op LHBTI-vlak binnen de Equal Rights Coalition (ERC) een leidende rol opgepakt als lid van het Executive Committee en als covoorzitter van de werkgroep voor internationale diplomatie. Mede hierdoor heeft de ERC duidelijke diplomatieke signalen afgegeven, onder meer tegen inhumane behandeling van LHBTI’s en voor decriminalisering van homoseksualiteit in India. Verder heeft Nederland in de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE) samen met 15 andere landen een zwaarwegend onderzoek gesteund naar de misstanden in Tsjetsjenië, onder meer gericht op de inhumane behandeling van LHBTI’s.

In 2018 is Nederland gestart met de ondersteuning van een fonds, genaamd Rapid Response Fund for Religious Freedom . Dit fonds biedt noodhulp aan personen die worden vervolgd om religieuze redenen en aan mensenrechtenverdedigers en ngo’s actief op het gebied van vrijheid van religie en levensovertuiging. Ook heeft Nederland zich duidelijk uitgesproken over het belang van deze vrijheid tijdens een ministeriële bijeenkomst in Washington DC, waar nadrukkelijk de positie van niet-gelovigen naar voren kwam.

Op gebied van veiligheid van journalisten heeft Nederland op 2 november 2018 een nieuw project gelanceerd ter versterking van de positie van journalisten door middel van juridische bijstand, verzekeringen en veiligheidstrainingen. Het project wordt uitgevoerd door de ngo Free Press Unlimited.

In de AVVN is op initiatief van Nederland en Frankrijk een resolutie aangenomen tegen geweld tegen vrouwen en meisjes met speciale aandacht voor het thema seksuele intimidatie.

Naast de intensivering zijn via het Mensenrechtenfonds wereldwijd verschillende projecten ondersteund met als doel de bescherming en bevordering van mensenrechten. De Tweede Kamer wordt jaarlijks in mei via de mensenrechtenrapportage geïnformeerd over de resultaten.

Nederland heeft zich in 2018 bovendien ingezet voor o.a. voormalig kindsoldaten en slachtoffers van seksueel geweld in de DRC en de CAR, zodat zij beter worden ondersteund en herstelbetalingen kunnen ontvangen. Hierdoor is omvang van het Trust Fund for Victims groter dan ooit na de Nederlandse bijdrage van EUR 1 miljoen in 2018. Alle (verplichte) financiële bijdragen voor 2018 aan de instellingen zijn gerealiseerd, evenals een aantal kleinschaliger initiatieven ter bevordering van de ontwikkeling van de internationale rechtsorde en Responsibility to Protect .

Mede dankzij Nederland zal een soortgelijk bewijsvergaringsmechanisme als International, Impartial and Independent Mechanism on international crimes committed in the Syrian Arab Republic (IIIM) worden opgezet voor misdrijven gepleegd in Myanmar. In de Mensenrechtenraad is het mandaat van de experts die internationaal onafhankelijk onderzoek doen naar schendingen van mensenrechten en oorlogsrecht met nog een jaar verlengd. Maar het is helaas niet gelukt om in de VN-veiligheidsraad een stevige resolutie over Myanmar te krijgen, omdat daar onder permanente leden van de VNVR geen consensus over bestond.

Internationale rechtsorde

Nederland heeft in de VN-Veiligheidsraad een duidelijk profiel gepakt op het bevorderen van de internationale rechtsorde en de strijd tegen straffeloosheid.

Verder heeft Nederland in 2018 ingezet op de strijd tegen straffeloosheid via de hoven en tribunalen en andere mechanismen. Nederland heeft het Internationaal Strafhof gesteund in de verschillen werkgroepen en tijdens de jaarlijkse vergadering van verdragspartijen in Den Haag.

Ook is dankzij (onder meer) de Nederlandse inzet het functioneren van het International, Impartial and Independent Mechanism on international crimes committed in the Syrian Arab Republic (IIIM), de Bewijzenbank Syrië, verbeterd door het versterken van de samenwerking tussen het IIIM en (Europese) nationale aanklagers en Syrische ngo’s. Het resultaat overtrof de verwachtingen. Nederland heeft tevens ingezet voor de vervolging van ISIS-strijders, onder andere door een bijdrage voor slachtofferondersteuning en getuigenbescherming binnen het VN-bewijsvergaringsmechanisme dat de misdrijven van ISIS in Irak onderzoekt.

Er is tevens bijgedragen aan het restmechanisme van het Sierra Leone-tribunaal, zodat het zijn activiteiten (beheer archieven, bescherming getuigen en eventuele juridische procedures) kan voorzetten. Nederland was bovendien actief in de Group of Friends (een informeel diplomatiek netwerk dat op de achtergrond opereert) van het «Restmechanisme voor de Joegoslavië en Rwanda Tribunalen» (MICT), een groep landen die in Kroatië, Servië en Bosnië-Herzegovina, druk uitoefent op de autoriteiten om de resterende oorlogsmisdadigers te vervolgen.

Dankzij de inzet van Nederland en andere landen kan de OPCW gaan bepalen wie verantwoordelijk is voor de gifgasaanvallen in Syrië. Eerder onderzocht OPCW alleen welke chemische stoffen werden gebruikt. Dit is een belangrijke stap: Daders van gifgasaanvallen mogen wat Nederland betreft nooit vrijuit gaan.

D: Budgettaire gevolgen van beleid

Beleidsartikel 1 Versterkte internationale rechtsorde en eerbiediging van mensenrechten

Bedragen x 1.000 euro

Realisatie 2014

Realisatie 2015

Realisatie 2016

Realisatie 2017

Realisatie 2018

Vastgestelde begroting 2018

Verschil 2018

Verplichtingen

95.895

84.891

120.747

100.944

118.043

91.005

27.038

                   

Uitgaven:

             
                   

Programma-uitgaven totaal

112.990

117.348

110.812

114.819

120.170

109.805

10.365

                   

1.1

Goed functionerende internationale instellingen met een breed draagvlak

53.213

55.937

54.569

57.086

58.720

56.035

2.685

                   
 

Subsidies

             
   

Internationaal recht

 

9.678

5.932

9.578

6.193

6.635

– 442

   

VNVR projectkosten

       

635

0

635

                   
 

Bijdragen (inter)nationale organisaties

             
   

Internationaal recht

   

1.316

1.669

4.242

0

4.242

   

Verenigde Naties

 

35.492

34.696

35.056

32.867

39.525

– 6.658

   

OESO

 

6.814

6.821

6.685

6.629

6.175

454

   

Campagne VN veiligheidsraad

 

679

2.363

288

0

0

0

   

VNVR projectkosten

     

435

4.523

400

4.123

   

Internationaal Strafhof

 

3.274

3.441

3.375

3.631

3.300

331

                   

1.2

Bescherming en bevordering van mensenrechten

59.777

61.411

56.243

57.733

61.450

53.770

7.680

                   
 

Subsidies

             
   

Centrale mensenrechtenprogramma's

     

270

0

0

0

   

Bevordering van het vrije woord

 

15.000

10.700

2.800

0

0

0

   

Landenprogramma's mensenrechten

 

9.372

16.863

25.321

24.425

26.120

– 1.695

                   
 

Opdrachten

             
   

Landenprogramma's mensenrechten

     

1.512

1.446

0

1.446

                   
 

Bijdragen (inter)nationale organisaties

             
   

Landenprogramma's mensenrechten

 

29.292

20.903

20.330

26.344

20.000

6.344

   

Centrale mensenrechtenprogramma's

 

7.747

7.776

7.500

9.235

7.650

1.585

E: Toelichting op de financiële instrumenten

Verplichtingen

Het verplichtingenbudget nam in 2018 toe als gevolg van een nieuwe meerjarige afspraak met de Carnegiestichting (de eigenaar van het «Vredespaleis») die in 2018 werd afgesloten. Binnen de bestaande begroting en in lijn met de afspraken uit het Regeerakkoord nam daarnaast het budget voor mensenrechten toe. In het kader hiervan werden meerjarige verplichtingen aangegaan die met name zijn beslag vonden in de decentrale fondsen voor mensenrechten. Daarnaast werden er ook meerjarige verplichtingen vastgelegd voor activiteiten op het terrein van goed functionerende internationale rechtsorde voor onder andere VN-organisaties. Analoog aan de uitgaven droegen voorts de activiteiten van de taskforce die zich bezig hield met het lidmaatschap voor de VN-Veiligheidsraad bij aan de hogere realisatie van de verplichtingen.

Uitgaven

Artikel 1.1

Zoals eerder gemeld in de eerste suppletoire begroting werd de begroting enerzijds verhoogd in verband met alternatieve huisvesting voor twee in het Vredespaleis gehuisveste internationale hoven en anderzijds voor het tijdelijk lidmaatschap van Nederland van de Veiligheidsraad van de Verenigde Naties. Daarnaast werd het meerjarig kasritme voor de bijdragen aan de Verenigde Naties aangepast in verband met een daling van de jaarlijkse verdragscontributie, welke middelen in 2018 binnen het beleidsartikel werd gebruikt ter dekking van de extra inzet op mensenrechten (motie 34 775 V nr. 26 Sjoerdsma c.s. en motie 34 775 V nr. 29 Voordewind c.s.) en voor additionele bijdragen in het kader van Internationaal Recht, waaronder de Bewijzenbank Syrië (IIIM). Vervolgens was er, zoals eerder gemeld, in de tweede suppletoire begroting, per saldo een verlaging van het budget op artikel 1.1 omdat een deel van de geraamde uitgaven voor de genoemde alternatieve huisvesting voor twee internationale hoven werd doorgeschoven naar 2019 via de eindejaarsmarge. Per saldo resulteert het in de realisatie desalniettemin in een verhoging van het budget door een toename in de uitgaven verband houdende met het lidmaatschap van de VN-Veiligheidsraad en hogere bijdragen aan de OESO en het Internationaal Strafhof.

Artikel 1.2

Het Mensenrechtenfonds werd conform het Regeerakkoord en zoals eveneens verwoord in de eerste en tweede suppletoire begrotingen verhoogd en dit leidde in 2018 tot een realisatie van EUR 7,6 miljoen meer dan initieel begroot. Het betrof onder meer een intensivering die extra inzet mogelijk maakte op verschillende activiteiten gerelateerd aan bescherming van journalisten, vrijheid van religie- en levensovertuiging en mensenrechten (motie 34 775 V nr. 26 Sjoerdsma c.s. en motie 34 775 V nr. 29 Voordewind c.s.) en gelijke rechten voor LHBTI’s. Zoals onder artikel 1.1 werd uitgelegd, kwamen deze middelen in 2018 binnen het beleidsartikel vrij als gevolg van een daling van de jaarlijkse verdragscontributie aan de Verenigde Naties.

Licence