Base description which applies to whole site

Artikel 4 Zorgbreed beleid

A. Algemene doelstelling

Het scheppen van randvoorwaarden om het zorgstelsel te laten werken zodat de kwaliteit, de toegankelijkheid en de betaalbaarheid van de zorg voor de burger is gewaarborgd.

B. Rol en verantwoordelijkheid Minister

De Minister bevordert de werking van het stelsel door partijen in staat te stellen hun rol te spelen en door belemmeringen weg te nemen die een goede werking van het stelsel in de weg staan. Daar waar publieke belangen in het geding zijn die niet voldoende door (partijen in) het stelsel behartigd kunnen worden, bevordert de Minister dat deze belangen worden behartigd.

Stimuleren:

  • Dat patiënten en verzekerden een stevige (informatie-) positie innemen in het zorgstelsel, onder meer door patiënten te voeden met informatie uit hun eigen dossier.

  • Van kwalitatief goede en veilige zorgverlening met keuzevrijheid voor consumenten.

  • Van transparantie over kwaliteit en kosten van zorg.

  • Dat patiënten- en gehandicaptenorganisaties goed samenwerken.

  • Van een logische beroepenstructuur die aansluit op de huidige en toekomstige zorg- en ondersteuningsvraag.

  • Van beschikbaarheid van voldoende gekwalificeerd zorgpersoneel door kwalitatief goede en samenhangende opleidingen.

  • Van landelijke en regionale samenwerking aan een evenwichtige arbeidsmarkt met voldoende goed toegeruste en tevreden medewerkers.

  • Van innovaties in de zorg en de ontwikkeling en toepassing van ontwikkelde kennis.

  • Van rechtmatige zorg: initiatieven om fouten en fraude in de zorg zoveel mogelijk te voorkomen en fraude aan te pakken.

  • Het stimuleren van veilige en betrouwbare informatie-uitwisseling in de zorg, uitgaande van het eenmalig slim vastleggen en hergebruiken van informatie, in het bijzonder rondom medicatieveiligheid.

  • Het stimuleren van de implementatie van de algemene verordening gegevensbescherming (AVG) en cybersecurity weerbaarheid in het zorgdomein.

Financieren:

  • Van patiënten- en gehandicaptenorganisaties om de belangen van verzekerden, waaronder patiënten in het systeem te behartigen en hen goed te infomeren.

  • Van ZBO’s (CAK, NZa, ZiNL, CSZ) om hun wettelijke verantwoordelijkheid in het zorgstelsel invulling te kunnen geven.

  • Van projecten en onderzoek op het gebied van gezondheid, preventie en zorg (ZonMw).

  • Van agentschappen (CIBG, RIVM) om hun taken in het zorgstelsel uit te voeren.

  • Van betrokken partijen met een subsidie om informatie over de kwaliteit van het zorgaanbod snel te ontsluiten voor patiënten.

  • Van instrumenten om personeel in de zorg goed op te leiden en bij te scholen (Stagefonds, kwaliteitsimpuls ziekenhuispersoneel, subsidieregelingen opleidingen publieke gezondheidszorg en jeugd-ggz).

  • Van zorg en welzijn in Caribisch Nederland.

  • Het leveren van een financiële bijdrage aan een veilige en betrouwbare informatie-uitwisseling in de zorg.

Regisseren:

  • Van een stevige positie van de patiënt in het zorgstelsel door wet- en regelgeving en toepassing en handhaving daarvan, zoals de Wet BIG.

  • Dat alle betrokken partijen in de zorg in staat zijn hun verantwoordelijkheid in het zorgstelsel waar te maken.

  • Van goed bestuur in de zorg en het toezicht daarop.

  • Van de dialoog tussen betrokken partijen, gericht op de toekomstige (arbeidsmarkt-) uitdagingen en de (arbeidsmarkt-)gevolgen van de transities.

  • Van verlagen van regeldruk in de zorg.

  • Van het voorkomen van systeemrisico’s bij financiering in de zorg.

  • Door het ontwikkelen van een wettelijk kader voor de taken van onder meer NZa en ZiNL.

  • Van de totstandkoming, implementatie en monitoring van een ketenbrede aanpak voor preventie, toezicht, opsporing en handhaving op het gebied van fraude, oneigenlijk gebruik en onrechtmatig declareren in de zorg.

  • Het regisseren een basisinfrastructuur in de zorg en de samenwerking in het veld via het informatieberaad op het gebied van regie over eigen gegevens, delen van zorginformatie, inzicht in beleidseffecten en veilig en betrouwbaar gegevens delen.

C. Beleidsconclusies

De in de begroting 2018 opgenomen beleidswijzigingen zijn in 2018 ter hand genomen zoals de positie cliënt, zie de toelichting hieronder.

Positie cliënt

De beleidsdoorlichting positie cliënt (TK 32 772, nr. 10) was aanleiding om het beleidskader subsidiëring patiënten- en gehandicaptenorganisaties meer fundamenteel te herzien. Hiertoe werd een project onder de noemer Patiëntendialoog gestart en daaruit bleek onder andere dat het financiële kader te krap was voor het werk dat pg-organisaties doen, de samenwerking over de aandoening heen onvoldoende van de grond komt en er meer aandacht nodig is voor overkoepelende thema’s en integrale aanpak (TK 29 214, nr. 75).

Innovatie en zorgvernieuwing

De activiteiten met betrekking tot innovatie en zorgvernieuwing waren in 2018 gericht op de drie e-health doelstellingen die in 2014 zijn geformuleerd ter ondersteuning van de brede maatschappelijke beweging naar meer zelfredzaamheid, meer zelfregie en meer zelfzorg (TK 27 529, nr. 130). Net als voorgaande jaren is ook in 2018 de e-health monitor 2018 gepubliceerd. Daarin is geconcludeerd dat de implementatie van e-healthtoepassingen in verschillende snelheden gaat.

Zo is ten aanzien van beeldbellen door Nictiz en Nivel opgemerkt dat dit in de ziekenhuiszorg vaker wordt toegepast, maar dat de ouderenzorg en huisartsenzorg daarop achter blijven. De resultaten van de monitor laten zien dat de inzet van e-health en innovatie een gedragsverandering is die tijd nodig heeft.

De monitor heeft vier aanbevelingen opgeleverd: zet e-health in vanuit een heldere visie en zorg dat deze bekend is, faciliteer zorgverleners in aanbod en gebruik van e-health, faciliteer patiënten en cliënten in goed gebruik van e-health en stel een onderzoeksagenda op. De Tweede Kamer is middels een brief geïnformeerd over de vervolgacties die hierop zijn ingezet.

In januari 2018 heeft de tweede landelijke e-healthweek plaatsgevonden. De 10.000 bezoekers geven aan dat niet alleen hun kennis over e-health is vergroot, maar dat zij ook een e-healthtoepassing gaan gebruiken, zich erin gaan verdiepen of erover in gesprek gaan. Hiermee is de doelstelling van de e-healthweek bereikt. De Tweede Kamer is in februari 2018 geïnformeerd over de doelstellingen.

Tevens is vanuit VWS met middelen uit het regeerakkoord het programma Zorg van Nu gestart. Er zijn door het team 20.000 contactmomenten/gesprekken op 66 locaties geweest om bestaande innovaties in de zorg verder te brengen en zijn bestaande innovaties onder de aandacht gebracht van burgers en professionals.

Arbeidsmarkt

Op 13 maart 2018 is het actieprogramma Werken in de Zorg aan de Tweede Kamer verzonden. Het actieprogramma is voortvarend van start gegaan. Alle 28 arbeidsmarktregio’s hebben een regionaal actieplan aanpak tekorten (RAAT) en zijn hard aan de slag met de uitvoering. In 2018 is er flink ingezet op actielijn 1 Meer kiezen voor de zorg met de landelijke wervingscampagne IkZorg, met de regionale contactpunten, met de loopbaangesprekken van Sterk in je Werk (www.sterkinjewerk.nl) en de scholingsimpuls SectorplanPlus. Ook is door landelijke partijen een aanpak ontwikkeld voor een snelle instroom van zij-instromers, zoals de oriëntatiebanen in de verpleging, verzorging en thuiszorg en zijn afspraken gemaakt over bijbehorende scholing op maat. We zien dan ook positieve ontwikkelingen waar het gaat om meer kiezen voor de zorg. De werkgelegenheid is tussen het derde kwartaal van 2017 en het derde kwartaal 2018 gestegen met 28.500 personen. Dat is aanzienlijk meer dan het verwachte extra aanbod van personeel als we niets extra’s hadden gedaan (ongeveer 18.000 personen). Ook de instroom in de opleidingen voor de tekortberoepen is gestegen. Met name bij de mbo-opleiding tot verpleegkundige is de instroom in het meest recente schooljaar fors toegenomen ten opzichte van de afgelopen jaren (10.288 in schooljaar 2018/19 ten opzichte van 9.142 in schooljaar 2017/18). Bij de opleiding tot HBO-verpleegkundige zien we een lichte teruggang ten opzichte van het schooljaar 2017/2018 (7.405 in schooljaar 2018/19 ten opzichte van 7.505 in schooljaar 2017/2018), maar ligt de instroom ook fors hoger dan in de jaren daarvoor (6.000 tot 6.500 per schooljaar (TK 29 282, nr. 355)). Ondanks deze positieve ontwikkelingen blijft de uitdaging groot. De Commissie Werken in de Zorg heeft een ronde langs alle regionale actieplannen gemaakt en komt tot de bevinding dat er nog flinke stappen moeten worden gezet op de thema’s behoud, anders werken, het opschalen van onderwijsvernieuwing, het betrekken van zorgprofessionals en het besturen vanuit een gezamenlijke maatschappelijke opgave.

Kwaliteit, transparantie en kennisontwikkeling

Uitkomstgerichte zorg

Als een patiënt kan kiezen tussen verschillende behandelingen dan zijn de mogelijke uitkomsten van belang. De patiënt heeft nu nog beperkt zicht op dit soort uitkomsten. De ambitie is dat de zorg niet automatisch alles doet wat medisch mogelijk is, maar dat patiënten de behandeling wordt geboden die in hun specifieke situatie het beste is. Voor de helft van de ziektelast moet binnen vijf jaar duidelijk zijn welke invloed behandelingen voor deze aandoeningen op het leven kunnen hebben. Om deze ambities waar te maken zijn in 2018 met de sector afspraken gemaakt in het Hoofdlijnenakkoord Medisch-specialistische zorg. Daarnaast is gestart met het opbouwen van een proof of concept bij de Santeon-ziekenhuizen, waarbij praktijkervaring wordt opgedaan met het meten, verzamelen en gebruiken van zorguitkomsten en door de patiënt gerapporteerde uitkomsten ten behoeve van Samen beslissen. Met de proof of concept moet het beter mogelijk worden om het werken met uitkomsten in de zorg op te schalen.

(Ont)Regel de zorg

Mensen die in de zorg werken moeten hun tijd daadwerkelijk aan zorg kunnen besteden in plaats van aan administratieve handelingen. Voor de aanpak van regeldruk en administratieve lasten is in 2018 het programma (Ont)Regel de Zorg naar de Kamer gestuurd (TK 29 515, nr. 424). In 2018 zijn in verschillende sectoren reeds resultaten geboekt, zoals het uitbannen van de minutenregistratie in de wijkverpleging, het verminderen van het aantal indicatoren in de medisch specialistische zorg en het schrappen van het jaarlijkse aanvraagformulier voor sondevoeding. Deze en andere resultaten worden op de website www.ordz.nl toegelicht.

Zorg, welzijn en jeugdzorg Caribisch Nederland

Het doel van het beleid is om de zorg en jeugdzorg in Caribisch Nederland naar een voor Europees Nederland aanvaardbaar niveau te brengen, rekening houdend met de specifieke omstandigheden in Caribisch Nederland. Dat betekent dat VWS streeft naar kwalitatief goede, voor iedereen toegankelijke en betaalbare zorg en jeugdzorg in Caribisch Nederland. In 2018 is goede voortgang gemaakt met de professionalisering van de jeugdzorg op Caribisch Nederland. Jeugdzorg en Gezinsvoogdij Caribisch Nederland is een samenwerkingsovereenkomst met Jeugdbescherming Regio Amsterdam aangegaan, zodat in 2019 en 2020 verdere voortgang kan worden geboekt. Inzet is onder andere om het aantal pleegzorggezinnen te verhogen, zodat minder jongeren in een residentiële jeugdinstelling geplaatst hoeven te worden. Op maatschappelijke ondersteuning zijn op Bonaire in 2018 een aantal voorzieningen bijgekomen, te weten hulp in de huishouding, vervoer-op-maat, woonaanpassingen en maaltijdvoorziening (TK 35 000-XVI, nr. 6).

D. Tabel budgettaire gevolgen van beleid
Begrotingsuitgaven (bedragen x € 1.000)
 

Realisatie

Realisatie

Realisatie

Realisatie

Realisatie

Oorspronkelijk vastgestelde begroting

Verschil

 

2014

2015

2016

2017

2018

2018

2018

Verplichtingen

715.427

1.146.830

937.310

1.102.614

1.376.672

946.178

430.494

                   

Uitgaven

697.803

873.245

879.449

995.681

1.130.063

1.094.983

35.080

                   

1. Positie cliënt

26.045

24.556

24.859

28.518

33.931

26.110

7.821

                   
 

Subsidies

21.501

17.890

17.883

19.601

18.682

19.893

– 1.211

   

Patiënten- en gehandicaptenorganisaties

21.080

17.463

17.541

18.699

18.647

19.893

– 1.246

   

Overig

421

427

342

902

35

0

35

                   
 

Opdrachten

3.678

5.466

6.906

8.917

15.249

6.217

9.032

   

Ondersteuning cliëntorganisaties

3.139

3.144

2.437

3.560

3.847

3.847

0

   

Overig

539

2.322

4.469

5.357

11.402

2.370

9.032

                   
 

Bijdragen aan agentschappen

866

1.200

70

0

0

0

0

   

Overig

866

1.200

70

0

0

0

0

                   

2. Opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarkt

253.067

389.110

393.142

438.166

502.121

512.678

– 10.557

                   
 

Subsidies

242.099

373.060

376.410

417.945

484.030

491.226

– 7.196

   

Stageplaatsen zorg/Stagefonds

110.400

109.950

107.881

102.650

108.950

112.000

– 3.050

   

Publieke Gezondheidszorgopleidingen

16.054

16.634

16.172

17.143

18.870

21.000

– 2.130

   

Vaccinatie stageplaatsen zorg

3.869

4.504

4.086

3.851

4.461

4.700

– 239

   

Opleiding tot verpleegkundig specialist/physician assistant

20.718

19.433

22.227

24.369

26.684

32.800

– 6.116

   

Opleidingsplaatsen jeugd ggz

   

845

450

708

1.500

– 792

   

Kwaliteitsimpuls personeel ziekenhuiszorg

48.353

135.468

194.024

202.867

200.151

200.000

151

   

Versterking regionaal onderwijs- en arbeidsmarktbeleid

7.813

7.949

8.078

11.184

11.503

11.500

3

   

Arbeidsmarktagenda (sectorbreed)

       

24.784

25.000

– 216

   

Arbeidsmarktagenda (verpleeghuizen)

       

65.267

67.500

– 2.233

   

Verpleegkundige vervolgopleidingen in een veranderend zorglandschap

       

0

8.000

– 8.000

   

Overig

34.892

79.122

23.097

55.431

22.652

7.226

15.426

                   
 

Opdrachten

2.649

4.619

4.517

5.469

2.798

9.509

– 6.711

   

Opleidingen & beroepenstructuur

0

0

0

0

2.254

5.000

– 2.746

   

Overig

2.649

4.619

4.517

5.469

544

4.509

– 3.965

                   
 

Bijdragen aan agentschappen

8.319

11.431

12.215

14.752

15.293

10.204

5.089

   

CIBG: Bijdrage voor onder andere UZI-register, BIG-register en SVB-Z

8.319

11.431

12.215

14.752

15.293

9.704

5.589

   

RIVM: opleiding publiekegezondheidssector en kosten van ziekten

0

0

0

0

0

500

– 500

                   
 

Bijdragen aan ZBO's/RWT's

0

0

0

0

0

1.739

– 1.739

   

ZiNL: sectie Zorgberoepen en opleidingen

0

0

0

0

0

1.739

– 1.739

                   

3. Kwaliteit, transparantie en kennisontwikkeling

109.189

124.203

134.188

160.454

225.497

203.812

21.685

                   
 

Subsidies

5.287

7.711

13.047

20.065

31.640

40.679

– 9.039

   

Nivel

5.187

5.835

5.710

5.771

5.392

5.122

270

   

Programma Innovatie en zorgvernieuwing

0

0

1.770

3.839

7.813

11.857

– 4.044

   

Nictiz

5.105

5.113

5.349

0

5.990

5.500

490

   

Transparantie kwaliteit van zorg

0

1.805

3.784

3.006

7.203

14.750

– 7.547

   

Rechtmatige zorg

0

0

0

0

1.605

1.395

210

   

Overig

– 5.005

– 5.042

– 3.566

7.449

3.637

2.055

1.582

                   
 

Opdrachten

60

226

590

960

5.847

5.442

405

   

Programma Innovatie en zorgvernieuwing

0

0

506

634

991

1.314

– 323

   

Verminderen ervaren regeldruk

0

0

0

0

97

345

– 248

   

Rechtmatige zorg

0

0

0

0

175

374

– 199

   

Overig

60

226

84

326

4.584

3.409

1.175

                   
 

Bijdragen aan agentschappen

2.099

2.535

1.453

3.960

16.067

9.644

6.423

   

CIBG: WTZi en JMV

845

750

774

3.790

4.057

3.790

267

   

Overig

1.254

1.785

679

170

12.010

5.854

6.156

                   
 

Bijdragen aan ZBO's/RWT's

101.743

113.731

119.098

135.469

171.943

148.047

23.896

   

ZonMw: programmering

101.743

113.731

119.098

135.469

170.943

148.047

22.896

   

Overig

0

0

0

0

1.000

0

1.000

                   

4. Inrichten uitvoeringsactiviteiten

220.856

227.614

214.965

241.637

237.149

233.654

3.495

                   
 

Subsidies

426

80

0

0

6.334

0

6.334

   

Duurzaamheid zorg

426

80

0

0

6.334

0

6.334

                   
 

Opdrachten

4.411

2.526

186

424

605

456

149

   

Uitvoering Wtcg

169

156

172

0

0

0

0

   

Overig

4.242

2.370

14

424

605

456

149

                   
 

Bijdragen aan ZBO's/RWT's

216.019

225.008

214.779

241.213

228.710

233.168

– 4.458

   

CAK

102.156

100.916

87.335

135.381

117.534

120.844

– 3.310

   

NZa

47.120

52.756

54.821

55.585

59.468

58.755

713

   

Zorginstituut Nederland

62.928

67.738

70.016

47.313

49.463

50.749

– 1.286

   

CSZ

2.923

2.700

2.500

2.500

2.245

2.820

– 575

   

Overig

892

898

107

434

0

0

0

                   
 

Bijdragen aan medeoverheden

0

0

0

0

1.500

0

1.500

   

Overig

0

0

0

0

1.500

0

1.500

                   
 

Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken

0

0

0

0

0

30

– 30

   

EZ: ACM

0

0

0

0

0

0

0

   

Overig

0

0

0

0

0

30

– 30

                   

5. Zorg, welzijn en jeugdzorg op Caribisch Nederland

87.895

106.717

110.954

125.422

131.365

118.729

12.636

                   
 

Subsidies

21

0

0

0

0

0

0

   

Overig

21

0

0

0

0

0

0

                   
 

Bekostiging

87.874

106.717

110.954

125.422

131.365

118.729

12.636

   

Zorg en welzijn

87.874

106.717

110.954

121.978

131.365

118.729

12.636

   

Overig

0

0

0

3.444

0

0

0

                   

6. Voorkomen oneigenlijk gebruik en aanpak fraude

748

1.044

1.341

1.486

0

0

0

                   
 

Subsidies

494

444

1.028

1.384

0

0

0

   

Overig

494

444

1.028

1.384

0

0

0

                   
 

Opdrachten

254

600

313

102

0

0

0

   

Overig

254

600

313

102

0

0

0

                   

Ontvangsten

32.300

36.609

11.375

90.082

85.356

68.860

16.496

   

Wanbetalers en onverzekerden

0

0

0

72.646

74.939

64.002

10.937

   

Overig

32.300

36.609

11.375

17.436

10.417

4.858

5.559

E. Toelichting op de instrumenten

1. Positie cliënt

Opdrachten

Campagnebudget communicatie

Het verschil van de realisatie 2018 en de oorspronkelijk vastgestelde begroting 2018 bedraagt € 9 miljoen. In de eerste suppletoire begroting is onder ander voor de Campagnes Nix18 en Depressie € 2,7 miljoen toegevoegd. In de tweede suppletoire begroting is voor de Campagnes Werken in de Zorg, Nix18, Zorg van Nu, Eenzaamheid, Rookvrij opgroeien in totaal € 7 miljoen toegevoegd.

2. Opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarkt

Subsidies

Stageplaatsen zorg/Stagefonds

In 2017 is de verdeling van het beschikbare budget voor de subsidieregeling Stageplaatsen zorg II (€ 112 miljoen) herzien op basis van de verwachte arbeidsmarktbehoefte. Als gevolg hiervan is er voor de verpleegkundige en verzorgende opleidingen meer budget beschikbaar. Voor zorginstellingen wordt het daarmee aantrekkelijker om stageplaatsen voor deze opleidingsrichtingen aan te bieden. Deze wijziging heeft in 2018 voor het eerst effect gehad op het Stagefonds, omdat de regels voor het begin van het schooljaar vast moeten liggen. Op grond van de subsidieregeling hebben 5.302 instellingen in zorg en welzijn over studiejaar 2017–2018 voor een kleine 49.000 fte aan gerealiseerde stageplaatsen een subsidie ontvangen. Het totaal aantal gerealiseerde gesubsidieerde stageplaatsen is met bijna 2.900 fte toegenomen ten opzichte van vorig jaar. Het aantal stages voor de beroepsbegeleidende leerweg (BBL) in het mbo en voor de duale studies in het hbo zijn gestegen. De groei vindt daarmee juist plaats bij de praktijkopleidingen, daar waar dit het snelst leidt tot extra instroom en handen aan het bed. Het aantal stageplaatsen voor de beroepsopleidende leerweg (BOL) was lager dan geraamd waardoor het maximumbedrag per stage voor deze categorie bereikt werd zonder dat het budget hiervoor volledig werd uitgeput. Hierdoor kon er € 109 miljoen worden uitgekeerd vanuit het Stagefonds.

Publieke gezondheidszorgopleidingen

Het Capaciteitsorgaan raamt het aantal benodigde opleidingsplaatsen. Hierbij wordt onder andere rekening gehouden met deeltijdwerken en vroegtijdige uitstroom. De gerealiseerde opleidingsplaatsen zijn lager vastgesteld dan geraamd doordat er sprake is van te lage instroom bij de opleidingen. Ook de uitgaven zijn daarom lager vastgesteld (€ 2,1 miljoen). Met veldpartijen is een gezamenlijke aanpak in gang gezet om de instroom te verhogen.

Opleiding verpleegkundig specialist/Physician assistant

Zorgverleners moeten daar ingezet worden waar ze het beste tot hun recht komen. Nieuwe beroepsbeoefenaren zoals de verpleegkundig specialisten (vs) en physician assistants (pa) worden speciaal opgeleid om minder complexe en routinematige taken van de huisarts of de specialist over te nemen. Volgens de cijfers van het Landelijk Platform PA/VS is de instroom van 582 in studiejaar 2016–2017 gestegen naar 611 in studiejaar 2017–2018. In studiejaar 2018–2019 is de instroom gestegen naar 680. Dat betekent een benutting van het totaal aantal beschikbare opleidingsplaatsen (700) van ruim 97%. Door de iets lagere instroom in 2018 en door de financiële doorwerking van de lagere instroom in eerdere jaren is de realisatie in 2018 € 6,1 miljoen lager dan begroot.

Arbeidsmarktagenda (verpleeghuizen)

De onder Arbeidsmarktagenda (verpleeghuizen) beschikbare middelen worden ingezet via de meerjarige subsidie SectorplanPlus. Hiermee worden opleidingsplannen gericht op nieuwe instroom in de zorg ondersteund. Voor het eerste en tweede tijdvak SectorplanPlus is voor ruim € 170 miljoen aan verplichtingen aangegaan. Hiervan is in 2018 ruim 2 miljoen niet bevoorschot. Dit wordt in 2019 bevoorschot.

Verpleegkundige vervolgopleidingen in een veranderend zorglandschap

Deze middelen waren bedoeld om de CZO-opleiding tot kinderverpleegkundige extramurale zorg kostendekkend te vergoeden voor de extramurale werkgevers. Per augustus 2018 is geregeld dat de CZO-opleiding kinderverpleegkundige extramurale zorg via de beschikbaarheidsbijdrage bekostigd wordt voor extramurale werkgevers die een CZO-accreditatie hebben. Dit was mogelijk omdat de middelen van de beschikbaarheidsbijdrage voor de verpleegkundige vervolgopleidingen niet waren uitgeput. Het was daarom niet noodzakelijk om deze middelen in te zetten.

Overig

Deze post bevat onder andere instellingssubsidies aan het Capaciteitsorgaan, KNMG, KNMT, etc. Deze organisaties voeren een wettelijke taak uit. Daarnaast bevat deze post overige projectsubsidies die niet afzonderlijk zijn benoemd in de begroting.

Opdrachten

Opleidingen en beroepenstructuur

Het wetsvoorstel Wet BIG II is nog niet naar de Tweede Kamer verstuurd. Hiermee samenhangende uitgaven zijn nog niet tot besteding gekomen. Het onderzoek taakherschikking medisch specialisten naar paramedici is in 2018 aanbesteed. De betaling vindt in 2019 plaats. Ten opzichte van de begroting is € 2,7 miljoen minder uitgegeven.

Overig

In 2018 zijn met diverse partijen, waaronder het CBS, opdrachten aangegaan die pas in 2019 tot uitgaven leiden. Hierdoor vallen de uitgaven lager uit in 2018 (€ 4,0 miljoen).

Bijdrage aan agentschappen

CIBG: Bijdrage voor onder andere UZI-register, BIG-register en SVB-Z

Voor het CIBG is geconstateerd dat de begroting 2018 niet kostendekkend was. Het CIBG heeft naar aanleiding van de herijkte begroting 2018 een aanvullende bijdrage voor 2018 van € 5,6 miljoen ontvangen.

3. Kwaliteit, transparantie en kennisontwikkeling

Informatieberaad

Het Informatieberaad heeft afgelopen jaar verschillende standaarden bekrachtigd ten behoeve van betere gegevensuitwisseling in de zorg. Het gaat onder meer om eOverdracht; voor verpleegkundige overdracht tussen curatieve en langdurige zorg en om de Basisgegevensset Zorg (BGZ), een patiëntsamenvatting die voor de hele zorg bruikbaar is. In deze uitwisselingen is eenheid van taal nodig. Daartoe is toepassing van eenduidige internationale woordenboeken (SNOMED en LOINC) bekrachtigd. Ook zijn er in 2018 grote stappen gemaakt om te komen tot een open speelveld waarin keuzevrijheid uit meerdere leveranciers kan bestaan. Tussen de ziekenhuizen en hun leveranciers is onder regie van VWS een EPD-akkoord gesloten. Tot slot zijn veldpartijen ondersteund bij het komen tot realisatie van elektronische gegevensuitwisseling. Hieruit zijn ondermeer het stimuleringsprogramma OPEN voor de eerstelijn en BabyConnect voor de geboortezorg ontstaan.

Subsidies

Programma Innovatie en zorgvernieuwing

In 2018 zijn de subsidiemiddelen ingezet voor initiatieven om het innovatieklimaat in de zorg te versterken en het gebruik en de bewustwording van inzet van digitale ondersteuning in de zorg te vergroten. De middelen zijn onder meer ingezet voor het programma MedMij (programma aangestuurd door de Patiëntenfederatie Nederland. In dit programma worden de eisen en standaarden ontwikkeld waaraan digitale persoonlijke gezondheidsomgevingen moeten voldoen. Tevens zijn middelen vanuit het regeerakkoord ingezet voor impulsfinanciering die leveranciers van PGO’s in staat stelde om hun product(en) aan het afsprakenstelsel aan te passen. De middelen zijn in 2018 toegekend aan 25 partijen.

Daarnaast is € 9,8 miljoen overgeboekt naar het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat ten behoeve van de RVO en de uitvoering van de Seed-Capital-regeling als onderdeel van het Fasttrack programma. Met het geld kunnen MKB-ondernemers worden ondersteund en begeleid bij de opschaling van goede e-Health initiatieven. Doel is veelbelovende innovaties sneller bij de patiënt te brengen en een plek te geven in de gezondheidszorg.

In 2018 is extra ingezet gepleegd op de inzet van de regeerakkoordmiddelen. De reguliere middelen voor subsidies zijn ingezet voor continuering van beleid. Tevens is ingezet op het voorbereiden van nieuwe voornemens waarvan de uitgaven in 2019 plaatsvinden. Dit leidt voor 2018 tot een onderbesteding van € 4 miljoen.

Transparantie kwaliteit van zorg

Een aantal acties rond Uitkomstgerichte zorg vergde een langere aanloopperiode dan voorzien. Het creëren van draagvlak in het veld is een intensief proces gebleken en de juridische vormgeving en uitwerking van (subsidie)regelingen is complex. Ook kunnen uitvoerende organisaties voor de activiteiten niet per direct capaciteit beschikbaar stellen dan wel inkopen. De € 4,2 miljoen die hierdoor niet tot besteding is gekomen, is bijna geheel (€ 4,0 miljoen) doorgeschoven naar de jaren vanaf 2019. Daarnaast zijn voor de uitvoering van activiteiten binnen dit artikelonderdeel middelen overgeheveld naar Opdrachten (€ 0,5 miljoen) en Bijdragen ZBO’s/RWT’s (ZonMw € 0,8 miljoen) en naar artikelonderdeel 4 Inrichten uitvoeringsactiviteiten (Zorginstituut Nederland € 2,0 miljoen).

Opdrachten

Overig

Voor de veilige authenticatie in de zorg is een routeringsvoorziening nodig voor het zorgdomein die de ontsluiting en het gebruik van publieke en private authenticatie- en machtigingsvoorzieningen vereenvoudigd. De Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) is gevraagd hiervoor een oplossing beschikbaar te stellen. Hiervoor hebben zij een bijdrage ontvangen van € 1,2 miljoen in 2018.

Bijdrage aan agentschappen

Bijdrage CIBG

In 2018 heeft het CIBG een aanvullende bijdrage ontvangen van € 1,8 miljoen voor de afrekening 2017. Vanaf maart 2017 tot en met maart 2018 was door een technische wijziging de geldigheid van een UZI-pas tijdelijk twee jaar. Het tarief voor de gebruiker is evenredig verminderd. Tevens is in 2017 het aantal geproduceerde UZI-passen achtergebleven bij de raming. De aanvullende bijdrage was nodig om de inkomstenderving over 2017 te vergoeden.

Overig

Zoals in de eerste suppletoire begroting 2018 is gemeld zijn in 2017 middelen beschikbaar gekomen voor de kosten van de doorbelasting voor het gebruik van DigiD in de zorg. Vanaf 2018 zullen alle beheer- en exploitatie kosten voor het gebruik van DigiD worden doorbelast naar gebruikers. De kosten die gemaakt worden voor het gebruik van Generieke Digitale Infrastructuur (GDI) voorzieningen in de zorgsector zoals DigiD worden niet individueel aan de gebruikers doorbelast. Het Ministerie van VWS financiert deze aan de zorg doorbelaste kosten. Hiervoor heeft bij eerste suppletoire begroting een technische mutatie van artikel 11 Nominaal en onvoorzien naar artikel 4 Zorgbreed beleid plaatsgevonden.

Bijdragen aan ZBO’s/ RWT’s

ZonMw: programmering

Conform de begroting heeft ZonMw een groot aantal projecten en onderzoeken op het gebied van gezondheid, preventie en zorg laten uitvoeren. Per saldo zijn de uitgaven € 22,9 miljoen hoger dan begroot. Hieronder valt ook het nieuwe programma Maatschappelijke Diensttijd. Dit programma wordt opgezet met een stapsgewijze aanpak om zo goed mogelijk aan te sluiten bij de behoefte in de maatschappij. In 2018 zijn in de eerste pilot 41 proeftuinen gestart (circa € 15 miljoen) en voor de tweede pilot zijn 34 proeftuinen gehonoreerd; deze beginnen in 2019. Voorts is vanuit artikel 2 Curatieve Zorg een budget van € 2,0 miljoen toegevoegd voor het Programma Oncode, € 3,8 miljoen voor het Actieprogramma lokale initiatieven mensen met verward gedrag en € 1,6 miljoen voor het onderzoeksprogramma GGZ. Tot slot is vanuit artikel 3 Langdurige zorg en ondersteuning een budget van € 2,9 miljoen overgeboekt voor het programma Academische werkplaatsen ouderenzorg en € 1,2 miljoen voor het programma Langdurige zorg en ondersteuning. Aan ZonMw is in 2018 een opdracht verstrekt voor de uitvoering van voorgenoemde meerjarige programma’s.

4. Inrichten uitvoeringsactiviteiten

Subsidies

Duurzaamheid zorg

Vanuit het VWS-programma duurzame zorg is voor 2018 een subsidieregeling opgezet. Deze subsidie stimuleert zorginstellingen energiebesparende maatregelen te nemen en duurzame energie te gebruiken. Vanuit de klimaatenveloppe van het Ministerie van EZK zijn middelen beschikbaar gesteld, waarvan € 4,7 miljoen voor deze subsidieregeling is ingezet. Met het oog op de overtekening van de subsidieregeling heeft VWS € 1,6 miljoen extra beschikbaar gesteld.

Bijdragen aan ZBO’s/ RWT’s

CAK

De aan het CAK toegekende uitvoeringskosten zijn € 1,7 miljoen hoger dan in de begroting geraamd. Door een administratieve fout is echter een bedrag van € 5 miljoen niet tot betaling gekomen in 2018. Dit bedrag zal in 2019 worden nabetaald. Per saldo is daardoor sprake van een onderschrijding van € 3,3 miljoen.

5. Zorg, welzijn en jeugdzorg op Caribisch Nederland

Bekostiging

Zorg en welzijn

De zorguitgaven op Caribisch Nederland zijn € 12,6 miljoen hoger uitgevallen dan begroot. Bij eerste suppletoire begroting is het budget verlaagd met € 3,8 miljoen vanwege een gunstigere euro-dollar koersverhouding dan eerder geraamd. In de tweede suppletoire begroting is het budget met € 9,7 miljoen verhoogd als gevolg van onder andere loonbijstelling, bijstelling van het contract met het ziekenhuis op Bonaire, terugontvangsten van jeugdsubsidies, regeerakkoordmiddelen voor de preventie van en ondersteuning bij onbedoelde zwangerschappen en incidentele kosten als gevolg van orkaan Irma. Bij Slotwet zijn de uitgaven met € 6,8 miljoen hoger uitgevallen onder andere als gevolg van een aantal late facturen uit 2017 van zorgaanbieders, hogere kosten voor medische uitzendingen en een ongunstige wisselkoers in het vierde kwartaal.

6. Voorkomen oneigenlijk gebruik en aanpak fraude

Fraudebestrijding

VWS heeft in nauw overleg met zorgaanbieders, zorgverzekeraars, handhavingspartners en organisaties van patiënten en cliënten het programmaplan Rechtmatige Zorg 2018–2021 – aanpak van fouten en fraude in de zorg (TK 28 828, nr. 108) opgesteld dat op 19 april 2018 aan de Tweede Kamer is aangeboden. Dit programmaplan heeft als doel een forse vermindering van onrechtmatigheden in de zorg. Dit doen wij op drie manieren: (i) we zetten sterk in op het voorkomen van fouten en fraude, (ii) we focussen ons op vijf specifieke zorgsectoren en (iii) via wetgevingstrajecten bouwen we de juiste randvoorwaarden om fouten en fraude te voorkomen en te bestrijden.

In de eerste voortgangsrapportage Rechtmatige Zorg 2018–2021, die op 21 december 2018 aan de Tweede Kamer is aangeboden (TK 28 828, nr. 111), zijn de activiteiten en behaalde resultaten ten aanzien van de versterking van rechtmatige zorg over het afgelopen jaar nader toegelicht. Het gaat hierbij onder andere om het aanpakken van de meest voorkomende knelpunten in het registratie- en declaratieproces om fouten te voorkomen, het beter voorlichten van nieuwe toetreders over waar zij aan moeten voldoen als zij starten met het verlenen van zorg en is gewerkt aan het verbeteren van de juridische en wettelijke mogelijkheden om fraude te voorkomen en aan te pakken, bijvoorbeeld door gegevensuitwisseling beter mogelijk te maken. Deze toelichting is ook opgenomen in de Bedrijfsvoeringsparagraaf.

Ontvangsten

Wanbetalers onverzekerden

Het CAK stort 23 procent van de geïnde bestuursrechtelijke premies en alle ontvangen bestuurlijke boetes regeling onverzekerden terug aan het Rijk. In de begroting zijn de ontvangsten voor zowel wanbetalers als onverzekerden geraamd op € 64 miljoen. Deze ontvangsten zijn in 2018 uitgekomen op € 75 miljoen. De hogere ontvangsten bestuursrechtelijke premie worden veroorzaakt door het afschaffen van de eindafrekening bestuursrechtelijke premie per 1 augustus 2018. Dit houdt in dat voor iedere wanbetaler die zijn schuld bij de zorgverzekeraar heeft voldaan eventuele openstaande bestuursrechtelijke premie wordt kwijtgescholden. De reeds ontvangen betalingen op lopende betalingsregelingen zijn in 2018 in één keer afgedragen en leiden tot hoger dan geraamde ontvangsten.

Het aantal wanbetalers zorgpremie is naar verwachting gedaald van circa 250.000 eind 2017 naar circa 224.000 eind 2018. De daling wordt veroorzaakt doordat zorgverzekeraars gebruikmaken van de doorgevoerde aanpassingen in de wanbetalersregeling en op grote schaal betalingsregelingen aanbieden aan wanbetalers.

Overig

De ontvangsten zijn € 5,6 miljoen hoger uitgevallen. De belangrijkste oorzaken daarvoor zijn de volgende. Door uitval van studenten gedurende het jaar is het aantal opleidingsplaatsen tot verpleegkundig specialist, tot physician assistant en in de opleiding publieke gezondheidszorg € 1,5 miljoen lager. Daarnaast is € 2,0 miljoen ontvangen naar aanleiding van de vaststellingen van instellings- en projectsubsidies op basis van de ingediende verantwoording over 2017. Tevens is door vaststelling van de bijdrage van ZonMw over 2017 is € 1,5 miljoen ontvangen.

Licence