Base description which applies to whole site

4.3.2 Inspectie Leefomgeving en Transport

Staat van Baten en Lasten

Staat van baten en lasten van ILT (bedragen x € 1.000)

Omschrijving

(1) Vastgestelde begroting

(2) Realisatie

(3)=(2)-(1) Verschil realisatie en vastgestelde begroting

(4) Realisatie t-1

Baten

    

Omzet

145.579

156.743

11.164

151.026

Omzet moederdepartement

120.548

131.945

11.397

126.661

Omzet overige departementen

875

341

‒ 534

348

Omzet derden

24.156

24.457

301

24.017

Vrijval voorzieningen

0

2

2

152

Bijzondere baten

0

429

429

1.284

Rentebaten

50

0

‒ 50

0

Totaal baten

145.629

157.174

11.544

152.461

   

0

 

Lasten

  

0

 

Apparaatskosten

144.861

153.196

8.335

152.110

Personele kosten

108.413

112.148

3.735

111.074

Waarvan eigen personeel

103.753

104.567

814

101.894

Waarvan inhuur externen

4.460

7.581

3.121

9.158

Waarvan overige personele kosten

200

0

‒ 200

22

Materiële kosten

36.448

41.048

4.600

41.035

Waarvan apparaat ICT

200

1

‒ 199

54

Waarvan bijdrage aan SSO's

17.290

28.560

11.270

23.930

Waarvan overige materiële kosten

18.958

12.487

‒ 6.471

17.051

Afschrijvingskosten

668

574

‒ 94

1.262

Materieel

668

574

‒ 94

1.262

Waarvan apparaat ICT

0

0

0

0

Immaterieel

0

0

0

0

Overige lasten

100

3.099

2.999

2.583

Dotaties voorzieningen

100

3.054

2.954

2027

Bijzondere lasten

0

45

45

556

Rentelasten

0

0

0

0

Totaal lasten

145.629

156.869

11.240

155.954

     

Saldo van baten en lasten gewone bedrijfsuitoefening

0

304

304

‒ 3.493

Agentschapsdeel Vpb-lasten

0

0

0

0

Saldo van baten en lasten

0

304

304

‒ 3.493

Baten

Specificatie omzet moederdepartement (bedragen x € 1.000)
 

Begroot 2019

Realisatie 2019

Verschil

Artikel 24 Handhaving en Toezicht

108.072

119.227

11.155

Artikel 97 Algemeen departement

12.476

12.718

242

Totaal

120.548

131.945

11.397

Toelichting

  • De omzet IenW betreft de omzet uit hoofde van activiteiten die de ILT verricht voor het moederdepartement. De omzet IenW is grotendeels een vergoeding voor het hoofdproduct Handhaving.

  • De agentschapsbijdrage 2019 wijkt af van de ontwerpbegroting door diverse mutaties die tijdens de verschillende begrotingsmomenten zijn doorgevoerd (€ 11,4 miljoen).

    • De ILT heeft bij de voorjaarsnota vanuit het moederdepartement een bijdrage voor het programma Merkbaar meer van € 10 miljoen ontvangen, daarvan is een bedrag ter grootte van € 7,7 miljoen als een vooruit ontvangen bijdrage verwerkt.

    • De ILT heeft bij de najaarsnota vanuit het moederdepartement o.a. een bijdrage voor de kosten voor prijsbijstelling 2019 en loonbijstelling 2019 van respectievelijk € 2,1 miljoen en € 0,2 miljoen ontvangen, bovendien een bijdrage van €4,5 miljoen ter dekking van bedrijfsvoering kosten. Daarnaast ontvangt ILT o.a. een bijdrage voor de beheerskosten van de applicatie Inspectieview Milieu (€ 1,1 miljoen).

    • Daarnaast heeft de ILT een bedrag van € 2,7 miljoen ontvangen voor de activiteiten in het kader van de Afsluitdijk. De werkzaamheden die in het kader van de Afsluitdijk zouden worden uitgevoerd konden niet volledig worden uitgevoerd een bedrag ter grootte van €1,3 miljoen is alsnog uit te voeren werkzaamheden als kortlopende schuld verantwoord.

  • De gerealiseerde omzet moederdepartement over 2019 wijkt af van de betaalde bijdrage (in kastermen). Daarnaast zijn middelen, die in voorgaande jaren op de balans zijn gereserveerd, in 2019 gerealiseerd. Een deel van de in 2019 ontvangen bijdrage wordt gereserveerd voor nog uit te voeren werkzaamheden (€ 7,5 miljoen).

Omzet overige departementen

De omzet overige departementen van € 0,3 miljoen, is verkregen vanuit het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

Omzet derden

Specificatie omzet derden
 

Begroot 2019

Realisatie 2019

Verschil

Opbrengsten vergunningverlening

9.553

9.554

1

Opbrengsten woningcorporaties

13.703

14.400

697

Opbrengsten DVO ANVS

750

225

‒ 525

Overige opbrengsten

150

278

128

Totaal omzet derden

24.156

24.457

301

De omzet van derden heeft betrekking op de aan afnemers van producten op het gebied van vergunningverlening in rekening gebrachte tarieven. Deze opbrengsten zijn vraag gestuurd.

Tevens is hier de opbrengst voor het toezicht op de woningcorporaties verantwoord voor zover deze uit de heffing op de wooncorporaties is gefinancierd. De heffing 2019 bedroeg € 14,4 miljoen.

De opbrengsten van de dienstverleningovereenkomst met de ANVS € 0,2 miljoen zijn onder omzet derden verantwoord.

Rentebaten

Er zijn geen rentebaten door de lage rentestand.

Vrijval voorzieningen

De vrijval van de voorzieningen betreft de vrijval op de voorziening dubieuze debiteuren (€ 0,2 miljoen).

Lasten

De apparaatskosten betreffen de personele en materiële kosten over 2019.

Personele lasten

Specificate personele lasten (bedragen x € 1.000)
 

Begroot 2019

Realisatie 2019

Verschil

Aantal FTE

1.124

1.071

‒ 53

Eigen Personeelskosten (x € 1.000)

103.753

104.567

814

Inhuur (x € 1.000)

4.460

7.581

3.121

Overige personele kosten (x € 1.000)

200

0

‒ 200

Totale kosten

108.413

112.148

3.735

De gerealiseerde personele kosten wijken € 0,8 miljoen af van de begroting. De hogere kosten voor eigen personeel zijn het gevolg van cao-wijzigingen, hiervoor is ook loonbijstelling toegekend. Ten opzichte van 2018 is de gemiddelde bezetting in 2019 iets lager geweest. De kosten van inhuur zijn hoger dan begroot (€ 3,1 miljoen).

Materiële kosten

De materiële kosten zijn hoger dan begroot (€ 4,6 miljoen). De oorzaak hiervan is met name te vinden in tariefstijgingen.

Rentelasten

De inspectie heeft geen lopende leningen en daardoor ook geen rentelasten.

Afschrijvingskosten

De afschrijvingskosten zijn lager dan begroot als gevolg van desinvesteringen die eerder dan gepland hebben plaats gevonden.

Dotaties voorzieningen

Een dotatie is gedaan aan de reorganisatievoorziening (€ 1,2 miljoen) met ingang van 1 januari 2020 is de TWO (tijdelijke werkorganisatie) overgegaan in de DWO (definitieve werk organisatie) in feite is hiermee de reorganisatie afgerond. Voor een drietal medewerkers is een verlenging van de voorbereidende fase toegewezen. Daarnaast is gedoteerd aan de voorziening functioneel leeftijdsontslag (€ 1,9 miljoen). Deze dotatie heeft voornamelijk te maken met de verhoogde rechten die voor een aantal medewerkers moest worden toegekend.

Bijzondere baten

Dit betreffen een aantal kleinere posten waaronder het afboeken van het boekverlies van een desinvestering.

Saldo van baten en lasten

De ILT heeft over 2019 een positief resultaat behaald van € 0,3 miljoen.

Balans

Balans per 31 december 2019 van ILT (bedragen x € 1.000)
 

31-12-2019

31-12-2018

Activa

  

Vaste Activa

120

703

Immateriële vaste activa

0

0

Materiële vaste activa

120

703

Vlottende Activa

57.403

38.640

Voorraden en Onderhanden projecten

0

0

Debiteuren

914

2.008

Overige vorderingen en overlopende activa

1.786

1.911

Liquide middelen

54.703

34.721

Totaal activa:

57.524

39.343

   

Passiva

  

Eigen Vermogen

506

202

Exploitatiereserve

202

3.695

Onverdeeld resultaat

304

‒ 3.493

Voorzieningen

6.917

4.607

Langlopende schulden

0

0

Leningen bij het Ministerie van Financiën

0

0

Vlottende passiva

50.100

34.534

Crediteuren

1.132

2.550

Overige schulden en overlopende passiva

48.968

31.984

Totaal passiva

57.524

39.343

Activa

Materiële vaste activa

Een belangrijk deel van deze post betreft het huidige wagenpark van de inspectie. Er zijn 66 voertuigen afgevoerd in 2019. Er hebben geen vervangings- of uitbreidingsinvesteringen in het wagenpark plaatsgevonden. Bij vervanging van het wagenpark worden voertuigen geleased. Van activeren is dan geen sprake meer. Onder inventaris en installaties vallen met name kantoormeubilair. Dit meubilair is volledig afgeschreven. Onder overige materiële vaste activa is inspectie-specifieke apparatuur opgenomen zoals meetapparatuur en een aangeschafte drone.

Debiteuren

De debiteurenstand is gedaald tot een hoogte van € 0,9 miljoen. In 2018 stonden vooral vorderingen op het Rijksvastgoedbedrijf (leges WABO).

Overige vorderingen en overlopende activa

Deze post betreft grotendeels nog te factureren werkzaamheden vergunningverlening. De uit lasten onder dwangsom (LOD’s) voortkomende ontvangen boetes worden door de ILT verrekend aan het moederdepartement.

Liquide middelen

De ILT heeft een rekening-courantverhouding met de Rijkshoofdboekhouding van het Ministerie van Financiën. Ondanks de ruim € 54,7 miljoen die per 31 december op de rekening-courant staat, is er geen deposito geplaatst bij de Rijkshoofdboekhouding. Dit vanwege het ontbreken van een rentevergoeding (0%) voor korte en middellange deposito-looptijden.

Tegenover de liquide middelen staan een aantal voorzieningen, reserveringen en schuldposities op de balans en heeft de ILT de beschikking over een eigen vermogen. Het saldo op de rekening-courant staat ter vrije beschikking.

Passiva

Eigen vermogen

Het resultaat over 2019 bedraagt € 0,3 miljoen. Het negatieve resultaat over 2018 van € 3,5 miljoen komt ten laste van de exploitatiereserve.

Verloopstaat eigen vermogen t/m 31 december 2019 (bedrag x € 1.000)
 

Exploitatiereserve

Onverdeeld resultaat

Totale vermogen

Eigen vermorgen per 1/1

3.695

‒ 3.493

202

Resultaatverdeling

‒ 3.493

3.493

0

Resultaat boekjaar

 

304

304

Eigen vermogen per 31/12

202

304

507

De hoogte van het eigen vermogen van de ILT mag maximaal € 7.569k bedragen (5% van de gemiddelde omzet over de laatste 3 jaar). Er is geen sprake van overschrijding van het plafond.

Voorzieningen

  • Voorziening FLO/SBF: Voor werknemers die werkzaam zijn in een zogenoemde substantieel bezwarende functie is, op basis van de SBF/FLO-regeling, in het verleden een voorziening getroffen omdat deze werknemers recht hebben om vervroegd uit te treden. De voorziening is gewaardeerd tegen contante waarde. Deze contante waarde is berekend met behulp van de 10 jaar depositorente bij de Rijkshoofdboekhouding. De rente is in 2019 naar 0% gedaald. In 2019 is er voor een aantal rechthebbenden een correctie doorgevoerd op hun rechten. Actualisatie van de voorziening (rente en termijn waarbinnen een beroep gedaan kan worden op rechten) leidt tot een dotatie van € 1,9 miljoen in 2019.

  • Reorganisatievoorziening ILT «van Werk naar werk» (VWNW): Sinds het bepalen van de strategie van de Koers ILT 2021 in 2016 heeft de ILT gewerkt aan de vernieuwing van de inhoudelijke koers. Om inspectie brede afwegingen te kunnen maken, informatie-gestuurd te werken, een goede verbinding te hebben met de buitenwereld en de medewerkers flexibel in te kunnen zetten is ook een wijziging van de inrichting van de ILT noodzakelijk. Per 31 mei 2018 is een eerste stap gezet om de realisatie van de veranderopgaven te ondersteunen met een andere organisatiestructuur, in eerste instantie in een Tijdelijke werkorganisatie (TWO). Hiermee is tevens de implementatiefase van de Koers ILT 2021 begonnen. In de nieuwe organisatie zullen in bepaalde functies minder plekken terugkomen dan er medewerkers zijn en ook worden sommige functies opgeheven.

    Met ingang van 1 januari 2020 is de TWO tijdelijk werkorganisatie nu formeel in de DWO definitieve werkorganisatie geformaliseerd. Voor drie medewerkers is besloten om de voorbereidende fase te verlengen.

    Afhankelijk van individuele keuzes van de VWNW-kandidaten kunnen de rechten over meerdere jaren doorlopen.

  • Voorziening claims derden: er is een dotaties geweest ter grootte € 0,1 miljoen. Op overige zaken die nog lopen wordt in de niet uit de balans blijkende verplichtingen ingegaan.

Verloopstaat voorzieningen t/m 31 december 2019 (bedrag x € 1.000)
 

SBF/FLO

Reorganisatie

Claims Derden

Totaal

Saldo per 1 januari 2019

2.926

1.625

55

4.607

Dotatie

1.864

1.176

128

3.168

Vrijval

0

0

0

0

Onttrekking

235

622

0

857

Saldo per 31 december 2019

4.556

2.179

183

6.917

Crediteuren

De crediteuren betreffen facturen uit de reguliere bedrijfsvoering. In verband met het feit dat facturen later zijn ontvangen is de stand van de crediteuren ten opzichte van vorig jaar gedaald. De kosten die gepaard gaan zijn als overlopende passiva verwerkt.

Overige schulden en overlopende passiva

Hieronder vallen vele verschillende schuldposities van de inspectie.

Belangrijkste daarbij zijn de verplichtingen aan het personeel (€ 9,9 miljoen) en transitorische posten (€ 14,7 miljoen). Apart onder nog te betalen staat nog de projectsteun wijkenaanpak.

In 2008 heeft Centraal Fonds Woningcorporaties (CFV) een taak gekregen in het innen en verstrekken van bijzondere projectsteun voor de 40 aandachtswijken van jaarlijks € 75 miljoen. Op grond van de eindverantwoordingen (tussenstand) over de verstrekte subsidies 2008 tot en met 2012 is tot en met 2015 € 3,5 miljoen teruggevorderd bij diverse corporaties. Naar verwachting vinden de laatste eindafrekeningen in 2020 plaats. Het uiteindelijke saldo staat ter beschikking aan de Minister van BZK.

Verder staan onder de overige schulden de rekening-courant verplichtingen vermeld van de Inspectieraad en van ParisMOU. Als vooruit ontvangen bedragen is een bedrag van € 7,7 miljoen voor Merkbaar Meer verantwoord, de werkzaamheden voor Merkbaar Meer, met name wervings- en recruitmentskosten, worden met name in 2020 gemaakt. Verder staan er nog bedragen ter grootte van € 1,3 miljoen voor werkzaamheden aan de Afsluitdijk en voor € 5,0 miljoen voor het BCT-programma gereserveerd.

Verhouding vorderingen en schulden moederdepartement

De verhoudingen vorderingen en schulden ten opzichte van het moederdepartement, overige departementen en agentschappen en derden zijn als volgt:

Specificatie vorderingen / schulden (bedragen x € 1.000)
 

Moederdepartement

Overige departementen en agentschappen

Overige derden

Totaal

Debiteuren1

56

281

663

1.000

Nog te ontvangen bedragen

574

0

683

1.257

Liquide middelen

0

54.703

0

0

Crediteuren

539

162

430

1.131

Nog te betalen bedragen

0

0

0

0

1

exclusief de voorziening voor dubieuze debiteuren.

Kasstroomoverzicht

Kasstroomoverzicht over 2019 (bedragen x € 1.000)
  

(1) Vastgestelde begroting

(2) Realisatie

(3) = (2) - (1) Verschil realisatie en vastgestelde begroting

1.

Rekening courant RHB 1 januari 2019

20.083

34.721

14.638

     
 

Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+/+)

145.629

157.174

11.545

 

Totaal uitgaven operationele kasstroom (-/-)

148.861

137.201

‒ 11.660

2.

Totaal operationele kasstroom

‒ 3.232

19.973

23.205

    

 

Totaal investeringen (-/-)

‒ 200

‒ 9

191

 

Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)

0

18

18

3.

Totaal investeringskasstroom

‒ 200

9

209

    

 

Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-)

0

0

0

 

Eenmalige storting door moederdepartement (+)

0

0

0

 

Aflossingen op leningen (-/-)

0

0

0

 

Beroep op leenfaciliteit (+)

0

0

0

4.

Totaal financieringskasstroom

0

0

0

    

5.

Rekening courant RHB 31 december 2019 (=1+2+3+4) (maximale roodstand 0,5 miljoen Euro)

16.652

54.703

38.051

De Inspectie Leefomgeving en Transport heeft een rekening-courantverhouding met de Rijkshoofdboekhouding.

Rekening-courant RHB per 1 januari 2019

De rekening-courant met de Rijkshoofdboekhouding stond per 1 januari 2019 op € 34,7 miljoen.

Operationele kasstroom

De operationele kasstroom geeft de kasstromen weer die voortvloeien uit de bedrijfsvoering. Bij het bepalen van de operationele kasstroom is uitgegaan van het saldo van baten en lasten, dat is gecorrigeerd voor de afschrijvingen en de mutaties in de balansposten kortlopende activa en passiva. De positieve operationele kasstroom over 2019 is vooral een gevolg van gestegen kortlopende passiva (crediteuren en overige schulden en overlopende passiva).

Totaal investeringskasstroom

Er is iets minder dan begroot geïnvesteerd in inspectie-apparatuur. De desinvesteringen betreffen de afstoot van 66 voertuigen.

Totaal financieringskasstroom

Er is in 2019 geen financieringskasstroom.

Rekening-courant RHB per 31 december 2019

Per 31 december 2019 staat er € 54,7 miljoen op de rekening-courant bij de Rijkshoofdboekhouding.

Het positieve saldo wordt verklaard doordat er tegenover de liquide middelen schuldposities zijn in de vorm van voorzieningen, eigen vermogen, transitorische posten en overige posten met een structureel karakter (ontvangen waarborgsommen, reservering vakantiegeld).

Gezien de nulstand van de rente op deposito’s zijn er geen middelen vastgezet op korte of middellange deposito’s. Het saldo op de rekening-courant is daarmee ter vrije beschikking.

Overzicht Doelmatigheidsindicatoren
  

Realisatie 2016

2017

2018

2019

Begroting 2019

Omschrijving generiek deel

      

1. Kostprijzen per productgroep (x €1.000)

      
 

- Handhaving

117.865

130.267

129.094

124.472

123.855

 

- Vergunningverlening

25.363

25.739

26.860

30.849

21.774

       

2.Tarieven/uur (in €)

      
 

- Handhaving

146

146

144

133

135

 

- Vergunningverlening

135

141

142

145

129

       

3. Omzet per productgroep (x € 1.000)

      
 

- Handhaving

140.082

122.759

125.386

131.945

118.988

 

- Vergunningverlening

12.068

14.221

13.239

12.718

14.115

       

4. FTE-totaal

      
 

(excl. externe inhuur)

1.152

1.099

1.103

1.071

1.124

       

5. Saldo van baten en lasten (%)

 

2,08%

‒ 3,22%

‒ 2,29%

0,19%

0,00%

       

6. kwaliteitsindicator 1: doorlooptijd vergunningen

 

86%

91%

n.b.

90%

95%

7. kwaliteitsindicator 2: wachttijden informatiecentrum

 

29 sec.

38 sec.

27 sec.

n.n.b

<20sec.

       

Omschrijving specifiek deel

      

8. Kwaliteit Handhaving:

      
 

Klachten(bezwaar en beroep)

381

1.071

787

n.n.b

1.000

 

Gegrond verklaard (%)

n.b.

n.b.

n.b.

n.n.b

0%

Licence