Base description which applies to whole site

Nederlandse Emissieautoriteit (NEa)

De Nederlandse Emissieautoriteit (NEa) is de onafhankelijke nationale autoriteit voor de uitvoering van en het toezicht op marktinstrumenten die bijdragen aan een klimaatneutrale samenleving. De NEa ondersteunt de uitvoering van het Europese Emissiehandelssysteem (EU ETS) en de uitvoeringssystematiek Energie voor Vervoer (EV) in Nederland en houdt daar toezicht op. Dat doet de NEa door bedrijven te informeren, te adviseren en door toezicht te houden.

Daarnaast is de NEa onder andere de uitvoerder van de nationale CO2-heffing en de Inframarginale Elektriciteitsheffing (IME) en ziet NEa toe op de Wet verbod op kolen bij elektriciteitsproductie en het Besluit conformiteitsbeoordeling vaste biomassa voor energietoepassingen. De uitvoering van de wettelijke taken van het agentschap NEa valt onder de eindverantwoordelijkheid van het bestuur van de NEa dat een ZBO is.

Tabel 45 Verantwoording van het baten-lastenagentschap NEa voor het jaar 2024 (bedragen x € 1.000)
 

Vastgestelde begroting (1)

Realisatie (2)

Verschil (3) = (2) - (1)

Realisatie 2023 (4)

Baten

    

- Omzet

20.939

20.970

31

15.157

waarvan omzet moederdepartement

15.827

14.104

‒ 1.723

10.279

waarvan omzet overige departementen

5.112

6.866

1.754

4.878

waarvan omzet derden

0

0

0

0

Rentebaten

0

301

301

158

Vrijval voorzieningen

0

0

0

0

Bijzondere baten

0

71

71

115

Totaal baten

20.939

21.342

403

15.430

     

Lasten

    

Apparaatskosten

18.753

18.220

‒ 533

12.917

- Personele kosten

14.644

14.471

‒ 173

9.820

waarvan eigen personeel

12.523

11.768

‒ 755

8.651

waarvan inhuur externen

1.367

1.443

76

528

waarvan overige personele kosten

753

1.260

507

641

- Materiële kosten

4.110

3.749

‒ 361

3.097

waarvan apparaat ICT

1.282

1.555

273

1.270

waarvan bijdrage aan SSO's

1.571

1.770

199

1.566

waarvan overige materiële kosten

1.257

424

‒ 833

261

Kosten uitbesteed werk en andere externe kosten

1.253

740

‒ 513

229

Rentelasten

80

65

‒ 15

28

Afschrijvingskosten

853

1.093

240

1.035

- Materieel

0

0

0

0

waarvan apparaat ICT

0

0

0

0

waarvan overige materiële afschrijvingskosten

0

0

0

0

- Immaterieel

853

1.093

240

1.035

Overige lasten

0

62

62

76

waarvan dotaties voorzieningen

0

0

0

0

waarvan bijzondere lasten

0

62

62

76

Totaal lasten

20.939

20.180

‒ 759

14.285

Saldo van baten en lasten gewone bedrijfsuitoefening

0

1.162

1.162

1.145

Agentschapsdeel Vpb-lasten

0

0

0

0

Saldo van baten en lasten

0

1.162

1.162

1.145

Toelichting op de baten

Omzet

De omzet moederdepartement KGG (€ 14,1 mln) is een vergoeding voor het leveren van producten en diensten betreffende wettelijke en niet wettelijke taken vanuit ETS, werkzaamheden voortkomend uit de Richtlijnen voor hernieuwbare energie en brandstoffenkwaliteit en werkzaamheden voor het project Inframarginale Elektriciteitsheffing (IME). Een deel hiervan (€ 0,04 mln) betreft gelden vanuit het programma TiI (transparantie in Informatie). Deze gelden zijn bestemd voor het verbeteren van de informatiehuishouding in het kader van de Parlementaire Onderzoekscommissie Kinderopvang (POK) en het invoeren van de Woo (Wet Open Overheid).

Deze omzet is € 1,7 mln lager dan begroot. De oorzaak ligt met name bij aanpassingen in drie taken. Ten eerste zijn ETS-werkzaamheden lager dan begroot (€ 0,3 mln). Dit zit met name in vertraging op de taak ETS Zeevaart, waarbij medewerkers later zijn aangenomen en waarbij een grote uitbesteding is uitgesteld. Ten tweede zijn er bij de taak toezicht certificering duurzaamheid minder uren geschreven dan verwacht (€ 0,5 mln). De oorzaak hiervan wordt uitgezocht zodat maatregelen genomen kunnen worden om zulke verschillen in de toekomst te voorkomen. Tot slot was er voor Carbon Border Adjustment Mechanism (CBAM) € 0,5 mln begroot voor de voorbereiding van deze taak, die is echter in 2024 naar Financiën overgegaan.

De omzet overige departementen bestaat uit omzet van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) en het Ministerie van Financiën. Deze is € 1,8 mln hoger dan begroot.

De omzet van IenW (€ 5,2 mln) betreft een vergoeding voor de wettelijke of daarmee sterk verbonden taken op het gebied van Energie voor Vervoer (EV). Deze is ongeveer gelijk aan de begroting.

De omzet van het Ministerie van Financiën (€ 1,7 mln) betreft de uitvoering van CBAM, het mechanisme voor koolstofcorrectie aan de Europese buitengrens. Dit is een nieuwe opdracht, de voorbereiding lag bij het toenmalige Ministerie van EZK. Deze opdracht was niet in de ontwerpbegroting voor 2024 opgenomen, wel in de 1e suppletoire begroting 2024. Dit verklaart het verschil bij omzet overige departementen.

Rentebaten

De rentebaten over 2024 zijn een gevolg van het positieve saldo op de Rekening Courant bij het ministerie van Financiën.

Bijzondere baten

De bijzondere baten betreffen voornamelijk positieve verschillen tussen de opgenomen kosten 2023 en daadwerkelijke facturen van kosten 2023. In het jaarverslag van 2023 zijn kosten opgenomen voor in 2024 nog te ontvangen facturen over 2023. Dit is een inschatting, facturen kunnen om diverse redenen afwijken van de eerder inschatting.

Toelichting op de lasten

De totale lasten zijn 4% lager dan in de ontwerpbegroting over 2024. Dit zit vooral in de overige materiële kosten.

Personele kosten

De totale personele kosten zijn 1% lager dan de kosten in de ontwerpbegroting 2024.

Wel zijn de overige personele kosten 67% hoger dan begroot, een verschil van € 0,5 mln. Dit is volledig te verklaren doordat in de begroting geen rekening is gehouden met de reservering vakantiedagen (€ 0,6 mln), die extra hoog uitvalt door de nieuwe CAO met hogere salarissen en meer IKB-uren. Gecorrigeerd daarvoor is de uitputting ook daar lager dan verwacht.

Materiële kosten

De materiele kosten zijn € 0,4 mln lager dan begroot. Dit is als volgt te verklaren:

  • De ICT-kosten zijn € 0,3 mln hoger dan begroot, voornamelijk als gevolg van de toenemende complexiteit van de applicaties EHP, REV en CHeR. Dit heeft geleid tot hogere uitgaven voor onderhoud en beheer dan oorspronkelijk voorzien. Ook is een register gebouwd voor IME (€ 0,14 mln). Aangezien IME maar 1 jaar betreft, is dit niet geactiveerd, maar in de kosten opgenomen.

  • De bijdragen aan SSO’s zijn € 0,2 mln hoger dan begroot door de gestegen tarieven.

  • De overige materiële kosten zijn € 0,8 mln lager dan begroot. Dit is het gevolg van uitstel van werkzaamheden voor IME die naar 2025 zijn verschoven.

Kosten uitbesteed werk

De kosten uitbesteed werk zijn € 0,5 mln lager dan begroot. Dit is het gevolg van vertraging van de uitbesteding voor ETS Zeevaart en ETS2.

Afschrijvingskosten

Na ingebruikname van immateriële vaste activa start de afschrijving. In 2024 is één nieuw register in ontwikkeling genomen voor € 0,9 mln.

Rentelasten

De rentelasten betreffen rente voor de leenfaciliteit van het ministerie van Financiën en de rente die betaald is voor het negatieve saldo op de Rekening Courant bij het ministerie van Financiën.

Overige lasten

De overige lasten bestaan uit bijzondere lasten. De bijzondere lasten betreffen grotendeels nagekomen facturen over 2022 en 2023 waarvoor geen transitorische post was opgenomen.

Resultaat

Het resultaat van de NEa over het jaar 2024 is € 1,2 mln positief. Dit is het gevolg van hogere aandeel directe uren per persoon dan werd begroot.

Tabel 46 Balans per 31 december 2024 (bedragen x € 1.000)
 

Balans 2024

Balans 2023

Activa

  

Vaste activa

5.111

5.133

Immateriële vaste activa

5.111

5.133

Materiële vaste activa

0

0

waarvan grond en gebouwen

0

0

waarvan machines en installaties

0

0

waarvan andere vaste bedrijfsmiddelen

0

0

waarvan vaste bedrijfsmiddelen in uitvoering en vooruitbetaald op materiële vaste activa

0

0

waarvan niet aan de bedrijfsuitvoering dienstbaar

0

0

Vlottende activa

10.383

5.342

Voorraden

0

0

waarvan grond- en hulpstoffen

0

0

waarvan onderhanden werk

0

0

waarvan gereed product en handelsgoederen

0

0

waarvan vooruitbetaald op voorraaden

0

0

Vorderingen

437

209

waarvan debiteuren

3

21

waarvan overige vorderingen

121

20

waarvan overlopende activa

313

168

Liquide middelen

9.946

5.133

Totaal activa

15.494

10.475

   

Passiva

  

Eigen Vermogen

1.790

1.695

Bestemmingsfonds(en)

0

0

Pok/ Wao reserve

0

0

Exploitatiereserve

628

550

Onverdeeld resultaat

1.162

1.145

Voorzieningen

0

0

Langlopende schulden

3.078

2.107

Leningen bij het Ministerie van Financiën

3.078

2.107

Kortlopende schulden

10.626

6.673

Crediteuren

71

219

Belastingen en premies sociale lasten

18

0

Kortlopend deel leningen bij het Ministerie van Financiën

1.348

842

Overige schulden

438

275

Overlopende passiva

8.751

5.337

Totaal passiva

15.494

10.475

Toelichting op de Balans

Vaste activa

Immateriële vaste activa

De immateriële vaste activa betreffen zelf ontwikkelde registers. Verder is € 1 mln afgeschreven en is voor € 1 mln geïnvesteerd.

Vlottende activa

De debiteuren betreffen facturen voor de vrijwillige rekeninghouders van het ETS-register. Vrijwilige rekeninghouders betreffen bedrijven die niet verplicht deelnemen aan het EU ETS, maar wel in emissierechten willen handelen. Deze bedrijven moeten betalen voor hun deelname aan het ETS register, de verplichte deelnemers niet.

De overige vorderingen betreffen vooruitontvangen facturen van derden met kosten in 2025.

De overlopende activa bestaan bijna volledig uit nog te ontvangen creditrente voor de Rekening Courant bij het ministerie van Financiën.

Liquide middelen

De liquide middelen betreffen met name de Rekening Courant bij het ministerie van Financiën (€ 9,9 mln). In het kasstroomoverzicht is het verloop hiervan toegelicht.

Passiva

Eigen vermogen

Het eigen vermogen einde boekjaar is het totaal van de exploitatiereserve en het onverdeeld resultaat over 2024.

De exploitatiereserve is toegenomen door het positieve resultaat in het boekjaar 2023 en afgenomen door de afroming.

Het eigen vermogen bedraagt eind 2024 € 1,8 mln. Het vermogensplafond is € 0,8 (5% van de gemiddelde jaaromzet over de laatste drie jaar). Het verschil ad. € 1 mln zal teruggestort worden naar het ministerie van KGG.

Het verloop van het Eigen Vermogen is hieronder toegelicht:

Tabel 47 Vermogensontwikkeling (bedragen x € 1.000)
 

2021

2022

2023

2024

1.Eigen Vermogen per 1/1

1.632

1.331

1.181

1.695

2. Saldo Baten en Lasten

798

827

1.145

1.162

3. Directe mutaties in het Eigen Vermogen

‒ 1.099

‒ 977

‒ 631

‒ 1.067

‒ 3a Uitkering aan moederdepartement

‒ 1.169

‒ 985

‒ 631

‒ 1.067

‒ 3b Additionele bijdrage van moederdepartement

70

8

0

0

‒ 3c Overige Mutaties

0

0

0

0

‒ 3d Toevoeging aan de bestemmingsreserve

0

0

0

0

‒ 3e Onttrekking aan de bestemmingsreserve

0

0

0

0

4. Eigen vermogen per 31/12

1.331

1.181

1.695

1.790

Vermogensontwikkeling

De uitkering aan het moederdepartement betreft de afroming van het eigen vermogen over het boekjaar 2023.

Langlopende schulden

De lening bij het Ministerie van Financiën betreft de lening voor de zelfontwikkelde immateriële vaste activa.

Kortlopende schulden

De crediteuren betreffen alleen derden (en geen rijksoverheidsorganisaties).

Het kortlopende deel van de leningen betreft de bedragen die in 2025 moeten worden afgelost van de drie huidige leningen.

De overige schulden betreffen een schuld aan IenW (€ 0,1 mln) en in 2025 ontvangen facturen betreffende 2024 van derden (€ 0,3 mln).

De overlopende passiva (€ 8,8 mln) bestaan uit een schuld aan het moederdepartement (EZ/KGG) (€ 4,9 mln), een schuld aan het Ministerie van IenW (€ 1,2 mln), een schuld aan het ministerie van Financiën (€ 0,4 mln), schulden aan derden (€ 0,3 mln) en salarisgerelateerde schulden (€ 2,0 mln, dit betreft met name vakantiedagen).

De schuld aan het moederdepartement (EZ/KGG) betreft de terug te betalen omzet 2023 en 2024, vanwege de lagere realisatie van de geboekte directe uren (€ 4,6 mln), terug te storten boetes en vergoedingen voor vrijwillige rekeninghouders van het ETS (€ 0,1 mln) en nog door EZK doorbelaste kosten (€ 0,1 mln).

De reden dat er omzet moet worden terugbetaald, is dat bij het opstellen van de offerte rekening werd gehouden met veel meer in te zetten uren. Ter voorbereiding op de nieuwe taken en voor uitbreiding van taken zijn in de offerte 2024 extra personeelsleden opgenomen. Een deel hiervan is later in het jaar aangenomen dan verwacht, mede door de krappe arbeidsmarkt en uitstel van werkzaamheden bij KGG als gevolg van vertraagde wet- en regelgeving. Hierdoor zijn directe uren lager dan verwacht.

De schuld aan IenW betreft boetes uit 2024 (€ 0,4 mln) en nog te ontvangen facturen voor diensten die NEa in 2024 heeft afgenomen van IenW. Over 2024 hoeft geen omzet te worden terugbetaald.

De schuld aan Financiën betreft grotendeels de terug te betalen omzet CBAM voor 2024. Dit is het gevolg van uitstel van werkzaamheden door vertraagde wet- en regelgeving. Hierdoor zijn de directe uren lager dan verwacht.

Tabel 48 Kasstroomoverzicht over het jaar 2024 (bedragen x € 1.000)
  

Vastgestelde begroting (1)

Realisatie (2)

Verschil realisatie en vastgestelde begroting (3)=(2)-(1)

1.

Rekening-courant RHB 1 januari 2024 + stand depositorekeningen

591

5.132

4.541

 

Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+)

20.824

21.205

381

 

Totaal uitgaven operationele kasstroom (-/-)

‒ 20.086

‒ 15.733

4.353

2.

Totaal operationele kasstroom

738

5.472

4.734

 

Totaal investeringen (-/-)

‒ 2.104

‒ 1.071

1.033

 

Totaal boekwaarde desinvesteringen (+)

0

0

0

3.

Totaal investeringskasstroom

‒ 2.104

‒ 1.071

1.033

 

Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-)

0

‒ 1.067

‒ 1.067

 

Eenmalige storting door het moederdepartement (+)

0

0

0

 

Aflossingen op leningen (-/-)

‒ 843

‒ 1.053

‒ 210

 

Beroep op leenfaciliteit (+)

2.104

2.530

426

4.

Totaal financieringskasstroom

1.261

410

‒ 851

5.

Rekening-courant RHB 31 december 2024 + stand depositorekeningen  (=1+2+3+4)

486

9.943

9.457

Toelichting Kasstroomoverzicht

Het kasstroomoverzicht geeft aan hoeveel kasmiddelen in de verslagperiode beschikbaar zijn gekomen en op welke wijze gebruik is gemaakt van deze middelen.

Operationele kasstroom

Bij het bepalen van de operationele kasstroom is uitgegaan van het saldo van baten en lasten, dat is gecorrigeerd voor de afschrijvingen, aflossingen en de mutaties in de balansposten kortlopende activa en passiva.

Investeringskasstroom

In 2024 heeft de NEa € 1 mln geïnvesteerd in immateriële vaste activa. Dit betreft de registers die bij de NEa zelf ontwikkeld worden.

Financieringskasstroom

In 2024 heeft de NEa € 1 mln aan eigen vermogen afgedragen aan het moederdepartement.

In 2023 is er een beroep gedaan op de leenfaciliteit voor € 2,5 mln en is € 1 mln afgelost op de leenfaciliteit.

Tabel 49 Overzicht doelmatigheidsindicatoren per 31 december 2024
 

Realisatie

Vastgestelde begroting

 

2021

2022

2023

2024

2024

Algemeen

     

Gemiddeld uurtarief

   

107

109

Directe uren/totaal gewerkte uren

64%

76%

76%

78%

≥70%

FTE-totaal (exclusief externe inhuur)

71,2

84,3

97,9

129,4

123,0

Omzet per productgroep (x € 1000)

     

Naleving ETS (EZK)

6.374

6.322

8.628

13.013

13.272

Naleving overig EZK

   

1.050

2.440

Naleving EV (IenW)

3.889

4.463

4.878

5.179

5.112

Nalevering CBAM (Fin)

   

1.687

 

Saldo van baten en lasten na resultaatbestemming (%)

7,49%

6,88%

7,42%

5,44%

0,00%

Emissiehandel

     

Geaggregeerd % vergunningsaanvragen en -mutaties afgehandeld binnen wettelijke termijn

100%

100%

67%

43%

≥80%

Voortgang toezichtsprogramma Emissiehandel

70%

58%

70%

51%

100%

Energie voor Vervoer

     

Opleveringsdatum Rapportage Energie voor vervoer In Nederland jaar t-1

2-7-2021

1-7-2022

17-7-2023

14-6-2024

< 15 juli

Voortgang toezichtsprogramma Energie voor Vervoer

125%

115%

130%

100%

100%

Toelichting doelmatigheidsindicatoren

Algemeen

De NEa tarieven zijn in 2024 gemiddeld licht gestegen ten opzichte van 2023, maar onder de begrote tariefstijging gebleven.

Het percentage directe uren (78%) is licht gestegen en ruim boven de norm van 70%.

De fte’s zijn gestegen als gevolg van nieuwe taken voor de NEa.

Naleving ETS

De norm voor het tijdig verlenen van vergunningen is niet gehaald. Als gevolg van vertraagde wet- en regelgeving konden zeven vergunningen voor afvalverbrandingsinstallaties niet tijdig worden verleend. Dit lag buiten de invloedsfeer van de NEa. Inmiddels zijn de vergunningen wel afgegeven. Gecorrigeerd voor deze vertraging in de regelgeving zou de norm ruimschoots behaald zijn.

Het toezichtprogramma is niet volledig uitgevoerd, er zijn minder inspecties uitgevoerd dan gepland. Het zijn bewuste keuzes geweest om de beschikbare menskracht op die plekken in te zetten waar de prioriteiten op dat moment het hoogste waren. Dit betrof veelal andere vormen van toezicht dan inspecties (zoals het toetsen van data rapporten). De totale toezichtdruk is daarbij iedere keer gewogen en besproken met het bestuur en daarbij is telkens vastgesteld dat deze in lijn is met wat het risicogestuurd toezicht op het terrein van emissiehandel noodzakelijk maakt.

Naleving EV

Het toezichtprogramma is volledig uitgevoerd.

Licence