Base description which applies to whole site

Artikel 6. Dienstverlenende en innovatieve overheid

A Algemene doelstelling

Een zo goed, eenvoudig en betrouwbaar mogelijke dienstverlening aan burgers door te zorgen voor veilige en betrouwbare voorzieningen voor efficiënt gebruik van overheidsinformatie en -gegevens, verbeteren van de informatiepositie van de burger, minder regeldruk en het bevorderen van maatschappelijk initiatief (actief burgerschap).

B Rol en verantwoordelijkheid

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft een belangrijke rol als het gaat om de relatie tussen samenleving en overheid. Deze rol komt op verschillende manieren tot uitdrukking.

Zo heeft de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties een regisserende rol voor het verminderen van administratieve lasten en regeldruk voor burgers en professionals. Voor het verankeren van het burgerperspectief (rechten en plichten) in het informatiebeleid heeft de Minister een coördinerende rol ten aanzien van de verschillende overheden en de relatie tussen overheden en burgers. Tevens heeft de Minister een stimulerende rol bij het bevorderen van de doe-democratie (programma burgerschap) en ten aanzien van open overheid en (her)gebruik van open overheidsdata.

De Minister stelt voor de Basisregistratie Personen (BRP) het beleid vast en is verantwoordelijk voor de uitvoering. De Minister is verantwoordelijk voor een goed functionerende Wet Basisregistratie Personen (BRP) en verantwoordelijk voor betrouwbare reis- en identiteitsdocumenten.

Net als voor de fysieke infrastructuur heeft de overheid de verantwoordelijkheid voor een beschikbare en veilige digitale infrastructuur waarvan burgers en bedrijven gebruik maken en die randvoorwaardelijk is voor het functioneren van de overheid zelf. In de Generieke Digitale Infrastructuur (GDI) moeten basisregistraties, digitaal berichtenverkeer, identificatie en authentificatie een plaats krijgen. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is beleidsverantwoordelijk voor deze digitale voorzieningen.

C Beleidswijzigingen

Nationaal Commissaris Digitale Overheid

Eind 2014 is de implementatie van het Nationaal Uitvoeringsprogramma Dienstverlening en e-overheid (kortweg i-NUP), het fundament van de generieke digitale infrastructuur, afgerond. In 2015 worden de generieke voorzieningen en bijbehorende kennis die binnen i-NUP zijn ontwikkeld, in beheer genomen.

Om de digitale overheid structureel te bevorderen, heeft het kabinet in 2014 besloten tot de aanstelling van de Nationaal Commissaris Digitale Overheid (NCDO). De NCDO heeft de opdracht beleidsontwikkeling en vernieuwing aan te jagen en daarmee de totstandkoming van (voorzieningen voor) de digitale overheid te bevorderen, het beheer van essentiële voorzieningen te borgen en het gebruik van die voorzieningen te stimuleren. De NCDO geeft dit vorm door het leggen van verbindingen met en tussen alle betrokken partijen (Rijk, decentrale overheden, uitvoeringsorganisaties, beheerorganisaties en private partijen).

De NCDO stuurt op het realiseren en op een effectief gebruik (baten) van de Generieke Digitale Infrastructuur (GDI). De Nationaal Commissaris stelt de GDI samen uit bestaande en in ontwikkeling zijnde voorzieningen, standaarden, basisregistraties en producten die essentieel zijn voor zowel het functioneren van de overheid als voor haar (digitale) dienstverlening aan burgers en bedrijven.

De NCDO organiseert en regisseert hiervoor de interbestuurlijke besluitvorming. Dit betreft onder andere de bijbehorende governance- en financieringsarrangementen tussen medeoverheden, uitvoeringsorganisaties en het Rijk, met als doel een solide en toekomstbestendige digitale overheid.

eID

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties werkt (in overleg met de Minister van Economische Zaken en de Minister voor Wonen en Rijksdienst) samen met het bedrijfsleven aan een mogelijke standaard voor toegang tot online dienstverlening: het eID Stelsel. Dit eID stelsel moet het mogelijk maken dat burgers, consumenten en ondernemers online zaken kunnen doen met de overheid en het bedrijfsleven, met één of meer inlogmiddelen. Het kabinet besluit eind 2014 over de invoering en bekostiging van het eID stelsel. In 2015 zal het kabinet de Tweede Kamer daarover informeren.

D1 Budgettaire gevolgen van beleid

Beleidsartikel 6 Dienstverlenende en innovatieve overheid

Budgettaire gevolgen van beleid (bedragen x € 1.000)
   

2013

2014

2015

2016

2017

2018

2019

Verplichtingen:

102.722

118.634

88.885

85.786

82.269

80.769

80.770

                 

Uitgaven:

125.526

118.634

88.885

85.786

82.269

80.769

80.770

 

Waarvan juridisch verplicht

   

93%

       
                 

6.1

Verminderen regeldruk

2.849

1.984

2.439

0

0

0

0

 

Opdrachten

2.004

1.641

2.279

0

0

0

0

 

Vermindering regeldruk en administratieve lasten

2.004

1.641

2.279

0

0

0

0

 

Bijdragen aan baten-lastenagentschappen

845

343

160

0

0

0

0

 

Vermindering regeldruk en administratieve lasten

845

343

160

0

0

0

0

                 

6.2

Informatiebeleid en ontwikkeling e-overheidsvoorzieningen

31.562

34.109

18.351

20.137

20.115

20.098

20.098

 

Opdrachten

27.429

33.009

17.001

19.037

19.015

18.998

18.998

 

(door)ontwikkeling e-overheidvoorzieningen

15.065

20.964

14.251

16.037

16.015

15.998

15.998

 

Aanpak fraudebestrijding

5.270

3.000

2.750

3.000

3.000

3.000

3.000

 

Implementatie NUP (VNG)

7.094

9.045

0

0

0

0

0

 

Bijdragen aan baten-lastenagentschappen

4.133

1.100

1.350

1.100

1.100

1.100

1.100

 

(door)ontwikkeling e-overheidvoorzieningen (Logius)

58

0

0

0

0

0

0

 

Aanpak fraudebestrijding

0

1.100

1.350

1.100

1.100

1.100

1.100

 

Baten-lastenagentschap Logius

4.075

0

0

0

0

0

0

                 

6.3

Betrouwbare levering van e-overheidsvoorzieningen

52.073

58.139

44.959

43.188

40.962

39.988

39.989

 

Opdrachten

7.270

2.218

4.824

4.775

4.741

4.579

4.579

 

Beheer e-overheidsvoorzieningen

3.630

0

2.606

2.557

2.523

2.361

2.361

 

Officiële publicaties en wettenbank

3.640

2.218

2.218

2.218

2.218

2.218

2.218

 

Bijdragen aan baten-lastenagentschappen

44.803

55.921

40.135

38.413

36.221

35.409

35.410

 

Baten-lastenagentschap BPR

7.393

10.512

5.446

5.446

5.433

5.434

5.435

 

Baten-lastenagentschap Logius

32.897

40.107

30.420

28.868

26.905

26.177

26.177

 

Baten-lastenagentschap Werkmaatschappij

4.513

5.302

4.269

4.099

3.883

3.798

3.798

                 

6.4

Burgerschap

6.324

5.596

5.036

4.786

4.786

4.786

4.786

 

Subsidies

5.533

5.132

4.286

4.286

4.286

4.286

4.286

 

Comité 4/5 mei

109

107

106

106

106

106

106

 

ProDemos

5.019

4.792

4.180

4.180

4.180

4.180

4.180

 

Programma burgerschap

405

233

0

0

0

0

0

 

Opdrachten

791

464

750

500

500

500

500

 

Programma burgerschap

791

464

750

500

500

500

500

                 

6.5

Reisdocumenten en basisadministratie personen

32.718

18.806

18.100

17.675

16.406

15.897

15.897

 

Subsidies

40

10

0

0

0

0

0

 

Beleid GBA en reisdocumenten

40

10

0

0

0

0

0

 

Opdrachten

20.581

6.394

6.065

4.520

3.251

2.759

2.759

 

Beleid GBA en reisdocumenten

5.840

2.128

2.128

1.908

1.908

1.908

1.908

 

Modernisering GBA

14.741

4.266

3.937

2.612

1.343

851

851

 

Bijdragen aan baten-lastenagentschappen

12.097

12.402

12.035

13.155

13.155

13.138

13.138

 

Baten-lastenagentschap BPR

12.097

12.402

12.035

13.155

13.155

13.138

13.138

                 

Ontvangsten:

17.480

4.588

0

0

0

0

0

D2 Budgetflexibiliteit

Opdrachten

Van de opdrachten is 74% juridisch verplicht. Het betreft de uitfinanciering van verplichtingen die tot en met 2014 zijn aangegaan.

Bijdragen aan baten-lastendiensten

De bijdragen aan baten-lastendiensten zijn voor 100% juridisch verplicht. Het betreft verplichtingen die aangegaan zijn voor het beheren en doorontwikkelen van diverse voorzieningen, zoals DigiD, BSN, GBA, wettenbank.

Subsidies

De subsidies zijn 100% verplicht. Het gaat om subsidies aan ProDemos en comite 4/5 mei.

E Toelichting op de instrumenten

6.1 Verminderen regeldruk

Opdrachten

Vermindering regelruk en administratieve lasten

Het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties werkt aan de vermindering van regeldruk en administratieve lasten voor burgers en professionals. De doelstelling is om de rijksbrede regeldruk voor bedrijven, burgers en professionals in de periode tot 2017 te verminderen met € 2,5 miljard. Dit is een rijksbrede opgave. Het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft een coördinerende rol richting andere departementen om deze doelstelling voor wat betreft burgers en professionals te realiseren. Deze kwantitatieve doelstelling wordt gerealiseerd door het vereenvoudigen en afschaffen van overbodige regels, door de vermindering van toezichtlasten en door een merkbare vermindering van regeldruk in die domeinen waar er een stapeling is van wet- en regelgeving (zogenaamde «domeinaanpak»).

6.2 Informatiebeleid en ontwikkeling e-overheidsvoorzieningen

Opdrachten

(door)ontwikkeling e-overheidsvoorzieningen

Onder het credo «de burger centraal, de kosten minimaal, de overheid digitaal» geeft het kabinet invulling aan de ambitie uit het Regeerakkoord om de digitale dienstverlening aan bedrijven en voor burgers te versterken. De Tweede Kamer is in 2013 geïnformeerd over de visie van het kabinet over beleidsontwikkelingen om tot een digitale overheid te komen (Kamerstukken II, 26 643 VII, nr. 280). In 2015 zal in dit kader uitvoering gegeven worden aan de Roadmap, zoals gemeld aan de Tweede Kamer. Het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en het Ministerie van Economische Zaken zullen als coördinerende departementen waar nodig (beleids)kaders en randvoorwaarden meegeven voor de invoering van de digitalisering. Tevens wordt de ontwikkeling van een hulpstructuur gefaciliteerd voor burgers die minder digivaardig zijn.

Met het Ministerie van Economische Zaken wordt samengewerkt aan de wettelijke basis van de e-overheid.

Het kabinet heeft in september 2013 (Kamerstukken II, 32 802 VII, nr. 5) besloten om openheid in te zetten om openbaar bestuur en publieke dienstverlening te verbeteren. In 2014 is gestart met de acties, zoals beschreven in het bijbehorende actieplan. Deze acties beslaan 2 jaar en in 2015 zal dat voortgezet worden. De initiatieven gaan onder andere over meer open (financiële) verantwoording afleggen en het geven van een impuls aan de open data-praktijk, onder andere middels het opgezette Leer- en expertisecentrum Open Overheid. In 2015 komt het accent bij open data te liggen op het gebruik van de data om zo ook de economische en maatschappelijke meerwaarde aan te tonen. Het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties werkt netwerkgericht samen ten behoeve van het op gang brengen van deze beweging met een aanzienlijk aantal andere overheden, uitvoeringsinstanties en maatschappelijke organisaties. Nederland heeft zich aangesloten bij het Open Government Partnership.

Een derde belangrijke pijler bij de (door)ontwikkeling van eOverheidsvoorzieningen betreft de (informatie)veiligheid. De verankering van het bestuurlijke en operationele besef van het belang van informatieveiligheid is onderdeel van de maatregelen die getroffen worden om de veiligheid en betrouwbaarheid van de vitale digitale infrastructuur te kunnen blijven waarborgen, zeker gezien de toename van (dreiging van) digitale aanvallen en inbraakpogingen op de voorzieningen binnen de digitale infrastructuur. Een belangrijk middel hierbij zijn de DigiDassessments, die in opdracht van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties uitgevoerd worden.

Aanpak fraudebestrijding

Het kabinet heeft in december 2013 de Tweede Kamer geïnformeerd over de rijksbrede aanpak van fraude. Daarbij wordt de nadruk gelegd op gemeenschappelijke aanpak over de grenzen van de departementen heen van het verschijnsel fraude. Door het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties wordt de komende jaren een extra inspanning gepleegd om er aan bij te dragen dat identiteitsproducten zoals DigiD, de basisregistratie personen en de identiteitsdocumenten (paspoort en Nederlandse Identiteitskaart) in de keten niet bijdragen aan het mogelijk plegen van fraude. Deze inspanningen vormen een aanvulling op de lopende activiteiten gericht op verdere verhoging van de kwaliteit van de basisregistratie personen en de andere identiteitsproducten. Dit wordt gerealiseerd door het mogelijk maken van adresonderzoeken en huisbezoeken door gemeenten, het verhogen van het aantal en de bruikbaarheid van de terugmeldingen door gebruikers van de gegevens, het terugdringen van het aantal zogenaamde «spookburgers», betere inzage voor burgers in de registratie en gebruik van hun gegevens en de deskundigheidsbevordering van de burgerzaken-ambtenaren.

6.3 Betrouwbare levering van e-overheidsvoorzieningen

Opdrachten

Beheer e-overheidsvoorzieningen

Overheidsorganisaties maken steeds meer gebruik van de generieke voorzieningen van de infrastructuur van de e-overheid en daarmee zijn zij ook meer afhankelijk van de levering van verschillende e-overheidsvoorzieningen. Er is voor alle overheden een bruikbare, veilige en efficiënte generieke digitale infrastructuur nodig.

Net als voor de fysieke infrastructuur heeft de overheid de verantwoordelijkheid voor een continu beschikbare en veilige digitale infrastructuur van de overheid, waarvan burgers en bedrijven gebruik maken en die randvoorwaardelijk is voor het functioneren van de overheid en de maatschappij zelf.

Met de inwerkingtreding van de Wet Basisregistratie personen (Wet BRP) per 6 januari 2014 verstrekt BPR jaarlijks, namens de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, een vergoeding aan de RNI-loketgemeenten voor de inschrijving van niet-ingezetenen.

Officiële publicaties en wettenbank

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is verantwoordelijk voor verschillende elektronische publicaties waaronder Wetten.nl en de Staatscourant alsmede voor de coördinatie van alle officiële publicaties. Dit betreft een wettelijke taak. De productie vindt plaats bij Sdu en het strategisch beheer wordt verricht door het baten-lastenagentschap UBR.

Bijdragen aan baten- en lastenagentschappen

Baten-lastenagentschap BPR

Baten-lastenagentschap BPR (Basisadministratie Persoonsgegevens en Reisdocumenten) ontvangt voor de beheervoorziening Burgerservicenummer een bijdrage van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Met de inwerkingtreding van de Wet Basisregistratie personen (Wet BRP) per 6 januari 2014 ontvangt BPR van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties een bijdrage voor het beheer van de registratie niet-ingezetenen (RNI).

Baten-lastenagentschap Uitvoering Bedrijfsvoering Rijk (UBR)

UBR ontvangt een bijdrage van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voor het beheer van diverse elektronische publicaties op overheid.nl (Staatscourant, centrale en decentrale wettenbank, tuchtrecht, open data) en voor de standaard van metadata voor de overheid. De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is tevens verantwoordelijk voor het publiek openbaar stellen van open data van de overheid. Dit gebeurt via de open data portal bij KOOP, onderdeel van UBR.

Baten-lastenagentschap Logius

Logius ontvangt een bijdrage welke aangewend wordt voor het beheer en exploitatie van essentiële e-overheidvoorzieningen, die onderdeel uitmaken van de GDI. Dit betreft onder andere DigiD en DigiD Machtigen (inclusief DigiD-buitenland), de stelselvoorzieningen Digikoppeling, Digimelding, Digilevering en Stelselcatalogus, Public Key Infrastructure voor de overheid (PKI overheid), webrichtlijnen, Samenwerkende Catalogi, Overheidsorganisaties, Overheid.nl en het ten uitvoer brengen van DDOS-maatregelen.

De meetbare gegevens zijn opgenomen in de bijlage baten- en lastenagentschappen van BPR en Logius (H XVIII).

6.4 Burgerschap

Subsidies

Comité 4/5 mei en ProDemos

Voor het bevorderen van burgerschap, democratie en rechtsstaat worden subsidies gegeven aan het Nationaal Comité 4 en 5 mei en ProDemos. Beide stichtingen wenden de subsidie van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties aan voor het bevorderen van kennis en debat over democratie en burgerschap.

Opdrachten

Doe-democratie (Programma burgerschap)

Burgerschap is van de samenleving. Voor de realisatie van «meer burger, minder overheid» is het noodzakelijk dat overheden en maatschappelijke instellingen meer ruimte geven aan maatschappelijk initiatief en daar beter bij aansluiten (Kamerstukken II, 33 400 VII, nr. 79).

Het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties werkt in het kader van de transitie naar meer doe-democratie samen met tal van netwerken die zich middenin de samenleving inzetten voor maatschappelijke vernieuwing en sociaal ondernemerschap. Om het aansluitingsvermogen van overheden te vergroten, werkt het Ministerie tevens samen met de andere departementen, de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), het KwaliteitsInstituut Nederlandse Gemeenten (KING), de provincies en met netwerken van professionals zoals de Vereniging van Gemeentesecretarissen en van Raadsgriffiers.

6.5 Reisdocumenten en basisadministratie personen

Opdrachten

Beleid GBA en reisdocumenten

Voor burgers zijn reisdocumenten belangrijke documenten voor het vaststellen van hun identiteit en bevatten privacygevoelige gegevens. Belangrijk aandachtspunt in dit kader is het voorkomen van fraude. Dit krijgt vorm in het kader van de kabinetsvisie Identiteitsfraude «slim voorkomen, vlot herstellen» (Kamerstukken II, 2013–2014, nr. 26 643, 301). Daarnaast zet de Minister zich in om de administratieve lasten voor burgers op dit gebied te verlagen middels een tweetal proeftuinen rondom de aangifte van vermissingen en thuisbezorgen. Daarnaast wordt het in steeds meer (grens) gemeenten voor niet-ingezetenen mogelijk om een reisdocument aan te vragen.

In 2015 wordt verder gewerkt aan de kwaliteit van de PIVA bevolkingsadministraties in Caribisch Nederland. Wat betreft de beoogde overgang van de openbare lichamen naar onder andere de BRP, worden in 2015 de vervolgstappen bepaald voor de invoering van de nieuwbouw van de BRP.

Modernisering GBA (Operatie BRP)

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is opdrachtgever voor Operatie BRP. Doel is de realisatie van het 24 uur per dag online beschikbaar maken van actuele en betrouwbare persoonsgegevens voor geautoriseerde gebruikers. Dit levert een gestandaardiseerde en moderne uitwisseling van de persoonsgegevens op en een betere controle op de kwaliteit van de gegevens. Dit is vastgelegd in het bestuurlijk akkoord met de VNG op 5 maart 2009 (Kamerstukken II, 27 859 VII, nr. 17).

Bijdragen aan baten-lastenagentschap

Baten-lastenagentschap BPR

Aan het baten-lastenagentschap BPR wordt een bijdrage verstrekt voor het gebruik van de Basisadministratie Persoonsgegevens en Reisdocumenten door afnemers die onder het in 2008 afgesproken systeem van budgetfinanciering vallen en voor het beheer van de PIVA-V en de sédula.

Licence