Base description which applies to whole site

Agentschap Rijkswaterstaat

Introductie

Rijkswaterstaat (RWS) is de uitvoeringsorganisatie van het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. RWS beheert en ontwikkelt de rijkswegen, -vaarwegen en -wateren en zet in op een duurzame leefomgeving.

Samen met anderen werkt RWS aan een land dat beschermd is tegen overstromingen, waar voldoende groen is en voldoende en schoon water. En waar je vlot en veilig van A naar B kunt. Samenwerken aan een veilig, leefbaar en bereikbaar Nederland. Dat is Rijkswaterstaat.

Het Ministerie van IenW kent een scheiding tussen beleid, toezicht en uitvoering. RWS fungeert hierbij als uitvoeringsorganisatie van het ministerie. Het formuleren van beleid is belegd bij de beleidsdirectoraten-generaal. Dit betekent dat de doelstellingen van het agentschap afhankelijk zijn van de (veelal lange termijn-) beleidsdoelstellingen en kaders die door IenW worden aangegeven. Deze beleidsdoelen zijn geformuleerd in de beleidsartikelen van de beleidsbegroting Hoofdstuk XII.

Producten en diensten

RWS treedt op als manager van het gebruik van een aantal hoofdinfrastructuurnetwerken (hoofdwegennet, hoofdvaarwegennet, hoofdwatersystemen), als beheerder van die netwerken, als realisator van uitbreidingen van deze netwerken en als adviseur voor het ten aanzien hiervan te voeren beleid. RWS voert deze taken uit vanuit een netwerkbenadering. Belangrijkste producten zijn:

  • Verkeersmanagement: het inzetten van instrumenten en hulpmiddelen om vraag en aanbod op elk moment zo goed mogelijk op elkaar af te stemmen en om het verkeersaanbod zo goed mogelijk af te wikkelen. Het betreft vooral bediening van objecten als bruggen en sluizen, verstrekken van routeinformatie en incidentmanagement.

  • Watermanagement: reguleren van de hoeveelheden water in het hoofdwatersysteem en van de kwaliteit daarvan, door het hanteren van de te onderscheiden categorieën «vasthouden/bergen/afvoeren» en «schoonhouden/scheiden/zuiveren».

  • Beheer, onderhoud en vervanging: instandhouding van objecten en areaal op een vooruitstrevende, toekomstgerichte manier, gericht op het ook in technische zin steeds verder ontwikkelen van het netwerk of systeem.

  • Aanleg: dit betreft investeringen om de functionaliteit van het netwerk te vergroten. Nieuwe verbindingen of verbreding van bestaande. Sleutelwoord: capaciteitsvergroting.

  • Beleidsondersteuning en -advisering: het uitvoeren van studies of het leveren van bijdragen daaraan, adviezen met betrekking tot beleidsnota’s en de uitvoerbaarheid van beleid.

  • Leveren van kennis en expertise: ten behoeve van beleidsondersteuning en -advisering, milieu en leefomgeving, grote (aanleg)projecten en aansturing projecten en uitvoeringsorganisaties, het verstrekken van subsidies en basisinformatie.

Begroting van baten-lastenagentschap voor het jaar 2020 (bedragen x € 1.000)
 

2018

2019

2020

2021

2022

2023

2024

Baten

             

Omzet

2.575.420

2.781.866

2.805.777

2.670.528

2.346.013

2.284.747

2.205.057

– Omzet moederdepartement

2.284.709

2.396.354

2.313.974

2.318.669

2.066.980

2.046.303

1.966.613

– Omzet nog uit te voeren werkzaamheden

0

125.116

245.055

113.415

40.589

0

0

– Omzet overige departementen

68.988

68.638

54.990

46.686

46.686

46.686

46.686

– Omzet derden

221.723

191.758

191.758

191.758

191.758

191.758

191.758

Vrijval voorzieningen

15.227

0

0

0

0

0

0

Bijzondere baten

2.093

3.000

3.000

3.000

3.000

3.000

3.000

Rentebaten

0

0

0

0

0

0

0

Totaal baten

2.592.740

2.784.866

2.808.777

2.673.528

2.349.013

2.287.747

2.208.057

               

Lasten

             

Apparaatskosten

1.082.677

1.139.784

1.150.064

1.139.577

1.110.964

1.090.003

1.052.801

– Personele kosten

847.366

909.704

904.161

899.740

877.807

856.778

817.443

– Waarvan eigen personeel

772.701

842.617

849.993

845.570

826.786

805.757

766.422

– Waarvan inhuur externen

74.665

67.087

54.168

54.170

51.021

51.021

51.021

– Waarvan overige personele kosten

0

0

0

0

0

0

0

– Materiele kosten

235.311

230.080

245.903

239.837

233.157

233.225

235.358

– Waarvan apparaat ICT

38.457

32.784

32.478

36.493

30.940

30.834

33.299

– Waarvan bijdrage aan SSO's

51.648

72.689

76.114

67.516

67.964

67.959

68.416

– Waarvan overige materiele kosten

145.206

124.607

137.311

135.828

134.253

134.432

133.643

Beheer en Onderhoud

1.437.526

1.601.511

1.616.220

1.488.666

1.188.796

1.145.710

1.101.076

Afschrijvingskosten

26.482

24.768

23.430

25.491

28.840

31.344

33.228

– Materieel

25.310

24.065

23.020

25.491

28.840

31.344

33.228

– Waarvan apparaat ICT

3.621

4.568

5.129

5.127

4.989

4.459

4.058

– Waarvan overige materiele afschrijvingskosten

21.689

19.497

17.891

20.364

23.851

26.885

29.170

– Immaterieel

1.172

703

410

0

0

0

0

Dotaties voorzieningen

2.548

0

0

0

0

0

0

Overige kosten

0

0

0

0

0

0

0

Bijzondere lasten

2.329

0

0

0

0

0

0

Rentelasten

3.673

803

1.063

1.794

2.413

2.690

2.952

Totaal lasten

2.555.235

2.766.866

2.790.777

2.655.528

2.331.013

2.269.747

2.190.057

               

Saldo van baten en lasten gewone bedrijfsuitoefening

37.505

18.000

18.000

18.000

18.000

18.000

18.000

Agentschapsdeel Vpb-lasten

16.158

9.000

9.000

9.000

9.000

9.000

9.000

Saldo van baten en lasten

21.347

9.000

9.000

9.000

9.000

9.000

9.000

Dotatie aan reserve Rijksrederij

8.165

9.000

9.000

9.000

9.000

9.000

9.000

Te verdelen resultaat

13.182

0

0

0

0

0

0

Toelichting

Baten

Omzet

Omzet moederdepartement

De omzet moederdepartement betreft de omzet voor activiteiten (en de daarmee samenhangende producten) die RWS verricht voor IenW, zoals:

  • het beheer en onderhoud van de infrastructuur en waterkwaliteit;

  • de apparaatskosten (personeel en materieel) van RWS die verband houden met de aanleg, verkeers- en watermanagement en instandhouding van infrastructuur;

  • de capaciteit die RWS levert in het kader van zijn kennis- en adviestaken en de activiteiten in het kader van Leefomgeving.

Specificatie omzet moederdepartement (bedragen x € 1.000)
 

2019

2020

2021

2022

2023

2024

Deltafonds

478.368

448.550

434.987

425.563

446.859

410.769

Artikel 1 Investeren in waterveiligheid

363

537

537

420

420

420

Artikel 3 Beheer Onderhoud en Vervanging

167.157

115.760

125.412

127.073

150.097

117.922

Artikel 5 Netwerkgebonden kosten en overig

309.873

310.326

309.038

298.070

296.342

292.427

Artikel 7 Waterkwaliteit

975

21.927

0

0

0

0

Infrastructuurfonds

1.862.735

1.820.397

1.841.555

1.599.629

1.557.165

1.513.566

Artikel 12 Hoofdwegennet

1.225.457

1.162.674

1.237.792

1.045.488

1.021.260

992.970

Artikel 15 Hoofdvaarwegennet

637.278

657.723

603.763

554.141

535.905

520.596

Hoofdstuk XII

55.251

45.027

42.127

41.788

42.279

42.278

Artikel 11 Waterkwaliteit

14.617

13.492

13.492

13.505

13.505

13.505

Artikel 13 Bodem en Ondergrond

6.155

4.942

3.506

3.507

3.507

3.507

Artikel 14 Wegen en verkeersveiligheid

11.694

7.238

7.008

7.016

7.012

7.012

Artikel 16 Spoor

919

895

796

798

802

802

Artikel 17 Luchtvaart

3.923

1.435

435

50

50

50

Artikel 18 Scheepvaart en Havens

1.477

1.405

1.405

1.406

1.885

1.885

Artikel 19 Uitvoering Milieubeleid en Internationaal

337

263

137

137

137

137

Artikel 20 Lucht en geluid

1.372

1.539

1.527

1.546

1.556

1.556

Artikel 21 Duurzaamheid

7.487

7.247

7.247

7.247

7.247

7.247

Artikel 22 Externe veiligheid en risico's

4.564

3.858

3.858

3.858

3.858

3.858

Artikel 97 Algemeen departement

2.706

2.713

2.716

2.718

2.720

2.719

Totaal

2.396.354

2.313.974

2.318.669

2.066.980

2.046.303

1.966.613

Van totaal omzet IenW

           

*apparaats- en afschrijvingskosten en rentelasten

1.080.109

1.095.947

1.093.746

1.069.101

1.050.921

1.015.865

*programma

1.316.245

1.218.027

1.224.923

997.879

995.382

950.748

Omzet nog uit te voeren werkzaamheden

De nog uit te voeren werkzaamheden (NUTW) is een balanspost om vertragingen en/of versnellingen in de werkzaamheden van het agentschap Rijkswaterstaat op te vangen. Hierdoor kunnen middelen eerder of later worden aangewend dan oorspronkelijk voorzien. De NUTW per ultimo 2018 bedraagt per saldo € 524,2 miljoen. In bijlage 4 «Instandhouding» van de Infrastructuurfonds en Deltafondsbegroting 2020 is de opbouw van de NUTW per ultimo 2018 weergegeven. Op basis van de programmering onder Beheer en onderhoud is, gegeven de omzet moederdepartement, overige departementen en derden, bepaald hoeveel omzet er per jaar vanuit de balanspost NUTW nodig is om de programmering te kunnen financieren. Bij het opstellen van de programmering is rekening gehouden wanneer de werkzaamheden het meest doelmatig kunnen worden uitgevoerd.

Omzet overige departementen

De omzet overige departementen heeft met name betrekking op:

  • Vergoedingen van het Ministerie van Defensie, het Ministerie van Financiën en het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit voor het gebruik van de vaartuigen van de Rijksrederij.

  • Vergoedingen van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties voor de capaciteit die RWS levert in het kader van de Omgevingswet en de bijbehorende externe productkosten.

  • Vergoedingen van diverse ministeries voor het door RWS ter beschikking stellen van kennis, expertise en materieel in het kader van Werken voor en met Partners.

  • Vergoedingen van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat en het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties voor de capaciteit die RWS levert in het kader van Beleidsondersteuning en Advisering (BOA) en de bijbehorende externe productkosten.

Specificatie omzet overige departementen (bedragen x € 1.000)
 

2019

2020

2021

2022

2023

2024

Rijksrederij

25.750

25.750

25.750

25.750

25.750

25.750

Omgevingswet

21.952

8.304

0

0

0

0

Werken voor en met Partners

10.000

10.000

10.000

10.000

10.000

10.000

Beleidsadvisering en ondersteuning (BOA)

8.936

8.936

8.936

8.936

8.936

8.936

Overig

2.000

2.000

2.000

2.000

2.000

2.000

Totaal

68.638

54.990

46.686

46.686

46.686

46.686

Omzet derden

De omzet derden heeft met name betrekking op:

  • Vergoedingen van o.a. provincies, gemeenten en de Europese Unie in het kader van het beheer en onderhoud van de infrastructuur.

  • Uitkeringen van verzekeraars in het kader van Schaderijden en Schadevaren ter dekking van de kosten van reparatiewerkzaamheden.

  • Ontvangsten uit de pacht van benzinestations, de ingebruikgeving van RWS areaal (huur, pacht) en incidentele verloop van RWS areaal. Deze ontvangsten worden via het Rijkvastgoedbedrijf (RVB) ontvangen.

  • Opbrengsten voor de Nationale Bewegwijzeringsdienst (NBD) en de Nationale Databank Wegverkeersgegevens (NDW)

  • Vergoedingen van o.a. provincies, gemeenten, waterschappen, kennisinstellingen en bedrijven voor het door RWS ter beschikking stellen van kennis, expertise en materieel in het kader van Werken voor en met Partners.

  • Opbrengsten uit vergunningverlening in het kader van de Waterwet.

Specificatie omzet derden (bedragen x € 1.000)
 

2019

2020

2021

2022

2023

2024

Beheer en Onderhoud

45.000

45.000

45.000

45.000

45.000

45.000

Schaderijden en Schadevaren

30.000

30.000

30.000

30.000

30.000

30.000

Rijksvastgoedbedrijf (RVB)

39.700

39.700

39.700

39.700

39.700

39.700

Nationale Bewegwijzeringsdienst (NBD)

25.386

25.386

25.386

25.386

25.386

25.386

Nationale Databank Wegverkeersgegevens (NDW)

4.672

4.672

4.672

4.672

4.672

4.672

Werken voor en met Partners

15.000

15.000

15.000

15.000

15.000

15.000

Waterwet

18.000

18.000

18.000

18.000

18.000

18.000

Overig

14.000

14.000

14.000

14.000

14.000

14.000

Totaal

191.758

191.758

191.758

191.758

191.758

191.758

Bijzondere baten

De geraamde bijzondere baten betreffen voornamelijk verwachte boekwinst op de verkoop van vaste activa.

Lasten

Apparaatskosten

Personele kosten

Specificatie personele kosten
 

2019

2020

2021

2022

2023

2024

Aantal fte

8.990

9.134

9.038

8.771

8.619

8.360

Eigen Personele kosten (x € 1.000)

842.617

849.993

845.570

826.786

805.757

766.422

Inhuur (x € 1.000)

67.087

54.168

54.170

51.021

51.021

51.021

Het aantal FTE is ten opzichte van de begroting 2019 met name gewijzigd als gevolg van onderstaande ontwikkelingen:

Strategisch Capaciteitsmanagement (SCM)

  • Om een betere relatie te leggen tussen de gevraagde productie en de daarvoor benodigde capaciteit is binnen IenW voor RWS het instrument Strategisch Capaciteitsmanagement ontwikkeld. Daarbij wordt jaarlijks op basis van vastgestelde normen, rekenregels en tarieven voor alle werkprocessen van RWS doorgerekend wat de benodigde capaciteit voor de komende 5 jaar is op basis van de huidige verwachte producten en prestatieopgaven. In de begroting loopt de gefinancierde formatie van RWS af. Om de productieopgave en de capaciteit meer in balans te krijgen is er besloten om RWS, op basis van de SCM berekeningen, de komende jaren voor de doorloop van aanlegprojecten, tranche 4 van het programma Vervanging en Renovatie en de bediening Hoofdvaarweg Lemmer-Delfzijl capaciteit toe te kennen. Dit betekent een verhoging van de gefinancierde capaciteit met 148 FTE in 2020 oplopend naar 531 FTE in 2022 en aflopend naar 178 FTE in 2024 ten opzichte van de begroting 2019. Het betreft voor een groot deel geen extra capaciteit maar de financiering van capaciteit die al bij RWS werkzaam is.

Korte termijn fileaanpak

  • De korte termijn fileaanpak bestaat uit twee pakketten maatregelen die moeten leiden tot het verminderen, voorkomen en kunnen vermijden van files. Voor de uitvoering van deze aanpak is de capaciteit van RWS met 75 FTE verhoogd in 2019, oplopend naar 82 FTE in 2020 en aflopend naar 37 FTE in 2022.

Duurzaam voor Elkaar

  • De opdracht Duurzaam voor elkaar bestaat uit een pakket activiteiten die bedoeld is om RWS verder te verduurzamen en om prestatiemanagement voor duurzaamheid te ontwikkelen. Voor de uitvoering van deze opdracht is de capaciteit van RWS met 36 FTE verhoogd t/m 2021.

Strategisch/tactisch beheer Kustwacht

  • Voor het strategisch en tactisch beheer van het Kustwachtdossier is vanaf 2020 structureel 3 FTE aan RWS toegekend.

Eigen personeel

De kracht van Rijkswaterstaat ligt in de zakelijke en professionele wijze waarop het zijn kerntaken uitvoert. Om daarop te kunnen sturen is gedefinieerd welke taken RWS met eigen mensen uitvoert (de kerntaken) en welke taken aan de markt worden overgelaten (de niet-kerntaken).

De kosten van externe inhuur betreffen de inzet van derden op de kerntaken van RWS.

Daarnaast vindt er inzet van derden plaats op taken die RWS van de markt betrekt (niet-kerntaken). In de beleidsbegroting en verantwoording van IenW wordt de (externe) inhuur transparant inzichtelijk gemaakt in de baten-lastenparagraaf van het agentschap Rijkswaterstaat.

Inhuur apparaat (kerntaken)

RWS streeft ernaar om de inhuur van externen op kerntaken zoveel mogelijk te beperken vanuit het basisprincipe dat Rijkswaterstaat op kerntaken eigen mensen inzet, ter vermindering van de kwetsbaarheid en het verkleinen van de afhankelijkheid van externen. Inhuur op kerntaken vindt in beginsel alleen plaats als er sprake is van piekbelasting in de directe productie of in geval van onderbezetting, ziekte of vervanging. Inhuur op kerntaken kan ook een keuze zijn als vanuit de arbeidsmarkt hele specifieke kennis/specialisme niet kan worden aangetrokken.

Door een aantal maatregelen daalt de inhuur op kerntaken de komende jaren:

  • extra inzet op het werven van voldoende gekwalificeerd eigen personeel en versnelling van het wervingsproces om vacatures zo snel mogelijk in te vullen;

  • een flexibele interne pool om snel interne inzet te kunnen organiseren;

  • versterking van cruciale kennis binnen de organisatie is geborgd met interne loopbaanontwikkeling;

Inhuur programma (niet-kerntaken)

Gelet op de omvang van de productieopgave van RWS blijft de inhuur op taken die bij de markt zijn belegd (de niet -kerntaken) substantieel, maar wordt er een dalende trend verwacht. Voor het betrekken van externe capaciteit op niet-kerntaken geldt dat deze zoveel mogelijk op basis van op productafspraken gebaseerde contracten zal worden gedaan, tenzij dat om inhoudelijke of aansturingsredenen niet doelmatig is. Hierdoor daalt de inhuur geleidelijk.

De inhuur op niet-kerntaken in het primaire proces wordt met name onder de posten onderhoud en aanleg op het Infrastructuurfonds en het Deltafonds verantwoord.

Specificatie inhuur (bedragen x € 1.000)
 

2019

2020

2021

2022

2023

2024

Apparaat (kerntaken)

67.087

54.168

54.170

51.021

51.021

51.021

Programma (niet-kerntaken)

101.165

91.141

91.141

91.141

91.141

91.141

Totaal

168.252

145.310

145.311

142.162

142.162

142.162

Materiële kosten

De materiële kosten omvatten onder andere ICT, huisvesting, bureaukosten en communicatie.

Beheer en Onderhoud

De kosten beheer en onderhoud hebben betrekking op de kosten die in rekening worden gebracht door derden (met name aannemers en ingenieursbureaus). Deze voeren werkzaamheden uit die direct bijdragen aan het beheer en onderhoud van de infrastructuur. Voor een toelichting op beheer en onderhoud wordt verwezen naar artikel 12 en 15 van het Infrastructuurfonds, artikel 3 van het Deltafonds en bijlage 4 «Instandhouding» van beide fondsen.

Kasstroomoverzicht over het jaar 2020 (bedragen x € 1.000)
   

2018

2019

2020

2021

2022

2023

2024

1.

Rekening courant RHB 1 januari + depositorekeningen

676.570

772.238

669.329

442.427

341.379

318.289

335.269

 

+/+ totaal ontvangsten operationele kasstroom

2.703.472

2.659.750

2.563.722

2.560.113

2.308.424

2.287.747

2.208.057

 

–/– uitgaven operationele kasstroom

– 2.576.828

– 2.751.098

– 2.776.347

– 2.639.037

– 2.311.173

– 2.247.403

– 2.165.829

2

Totaal operationele kasstroom

126.644

– 91.348

– 212.625

– 78.924

– 2.749

40.344

42.228

 

–/– totaal investeringen

– 26.992

– 25.447

– 88.832

– 163.116

– 71.465

– 74.921

– 74.921

 

+/+ totaal boekwaarde desinvesteringen

11.674

0

0

0

0

0

0

3.

Totaal investeringskasstroom

– 15.318

– 25.447

– 88.832

– 163.116

– 71.465

– 74.921

– 74.921

 

–/– eenmalige uitkering aan moederdepartement

– 12.380

– 1.043

0

0

0

0

0

 

+/+ eenmalige storting door het moederdepartement

6.000

8.600

8.600

8.600

8.500

8.500

0

 

–/– aflossingen op leningen

– 30.882

– 18.271

– 18.845

– 22.908

– 25.676

– 28.443

– 30.135

 

+/+ beroep op leenfaciliteit

21.604

24.600

84.800

155.300

68.300

71.500

71.500

4.

Totaal financieringskasstroom

– 15.658

13.886

74.555

140.992

51.124

51.557

41.365

5.

Rekening courant RHB 31 december + depositorekeningen (=1+2+3+4)

772.238

669.329

442.427

341.379

318.289

335.269

343.941

 

(noot: maximale roodstand 0,5 miljoen euro)

             

Toelichting

Operationele kasstroom

Hieronder vallen de inkomsten en uitgaven uit de reguliere bedrijfsvoering. Meerjarig wordt gestreefd naar een stabiel saldo van baten en lasten.

Investeringskasstroom

Hieronder vallen de verkopen van activa en de nieuwe investeringen. De nieuwe investeringen hebben betrekking op het in stand houden van de activa van RWS. De hogere investeringen vanaf 2020 worden met name veroorzaakt door het vlootvervangingsprogramma van de Rijksrederij en de investeringen in de steunpunten van RWS.

Financieringskasstroom

Hieronder vallen alle geldstromen die gerelateerd zijn aan de financiering van het agentschap. RWS doet een beroep op de leenfaciliteit bij het Ministerie van Financiën ter financiering van de investeringen. Daarnaast wordt in de begroting van het agentschap rekening gehouden met de aflossing op deze leenfaciliteit. De storting door moederdepartement betreft de aflossing van de langlopende vordering die RWS heeft op het moederdepartement. In 2019 is het surplus Eigen Vermogen (€ 1,0 miljoen) teruggestort naar het Moederdepartement

Overzicht doelmatigheidsindicatoren

Omschrijving

Realisatie 2018

2019

2020

2021

2022

2023

2024

Apparaatskosten per eenheid areaal (bedragen x € 1)

             

Hoofdwegennet

26,49

27,71

27,46

26,54

24,26

25,10

25,52

Hoofdvaarwegennet

26,55

27,27

27,83

27,62

26,31

26,69

26,92

Hoofdwatersystemen

1,27

1,30

1,30

1,28

1,22

1,24

1,26

               

% Apparaatskosten ten opzichte van de omzet

             

% Apparaatskosten ten opzichte van de omzet

25%

25%

24%

21%

23%

19%

19%

               

Tarief per FTE (bedragen x € 1)

             

Tarief per FTE

125.375

128.849

127.822

128.331

129.430

129.605

129.424

               

Omzet agentschap per productgroep (bedragen x € 1.000)

             

Hoofdwatersystemen

488.060

478.368

448.550

434.987

425.563

446.859

410.769

Hoofdwegennet

1.172.313

1.225.457

1.162.674

1.237.792

1.045.488

1.021.260

992.970

Hoofdvaarwegennet

600.535

637.278

657.723

603.763

554.141

535.905

520.596

Overig

23.800

55.251

45.027

42.127

41.788

42.279

42.278

TOTAAL

2.284.709

2.396.354

2.313.974

2.318.669

2.066.980

2.046.303

1.966.613

               

Bezetting

             

FTE formatie1

8.866

8.990

9.134

9.038

8.771

8.619

8.360

% overhead

14,50%

13%

13%

13%

13%

13%

13%

               

Exploitatiesaldo (% van de omzet)

             

Exploitatiesaldo (% van de omzet)

0,8%

0,3%

0,3%

0,3%

0,4%

0,4%

0,4%

               

Gebruikerstevredenheid

             

Publieksgerichtheid

 

70%

70%

70%

70%

70%

70%

Gebruikerstevredenheid HWS

 

70%

70%

70%

70%

70%

70%

Gebruikerstevredenheid HWN

 

80%

80%

80%

80%

80%

80%

Gebruikerstevredenheid HVWN

75%

75%

75%

75%

75%

75%

75%

               

Ontwikkeling PIN-waarden

             

Hoofdwatersystemen

100

100

100

100

100

100

100

Hoofdwegennet

100

100

100

100

100

100

100

Hoofdvaarwegennet

100

100

100

100

100

100

100

1

Voor het jaar 2018 is de bezetting opgenomen.

Apparaatskosten per eenheid areaal

Deze indicator geeft informatie over hoe de kosten die het apparaat van RWS maakt voor verkeersmanagement en beheer en onderhoud zich ontwikkelen ten opzichte van het areaal. Een dalende trend van de kosten per eenheid areaal geeft een indicatie van een toename in de efficiëntie van de organisatie op het gebied van beheer en onderhoud en verkeersmanagement.

Percentage apparaatskosten ten opzichte van de omzet

Deze indicator geeft de verhouding weer tussen de kosten van het apparaat en de totale omzet (deze omzet bestaat uit BLS en GVKA realisatie en planstudie) van RWS. De daling van het percentage ten opzichte van de realisatie 2018 wordt met name veroorzaakt door de stijging van de totale omzet.

Tarief per FTE

Deze indicator geeft de ontwikkeling weer van de kosten (personele kosten, materiele kosten, afschrijvingskosten en rentelasten gecorrigeerd voor kosten t.b.v. Werken voor en met Partners) per formatieve ambtelijke FTE. De stijging van het tarief ten opzichte van de realisatie 2018 wordt met name veroorzaakt door de loon- en prijsbijstelling 2019.

Omzet agentschap per productgroep

In de tabel is de omzet moederdepartement uitgesplitst naar de verschillende netwerken. Deze daling wordt veroorzaakt door de meerjarige begrotingsstanden.

Bezetting

FTE formatie: deze voorgeschreven indicator geeft aan hoe de ambtelijke formatie van RWS zich ontwikkelt.

Percentage overhead: deze indicator geeft aan welk deel van het ambtelijke personeel (in FTE) binnen RWS zich bezig houdt met de bedrijfsvoering. Bedrijfsvoering bevat alle processen die ondersteunend zijn aan de organisatie. Het streven is daarbij voortdurend een optimale kwalitatieve en kwantitatieve omvang van de bedrijfsvoering.

Exploitatiesaldo (% van de omzet)

Deze voorgeschreven indicator toont de ontwikkeling van het saldo van baten en lasten als percentage van de totale baten.

Gebruikerstevredenheid

Publieksgerichtheid: deze indicator geeft aan hoe tevreden onze gebruikers en partners over RWS zijn als publieke dienstverlenende organisatie. Dan gaat het over zaken als «luisteren; verwachtingenmanagement; aanspreekbaarheid; houding en gedrag en de wijze waarop wij communiceren».

Gebruikerstevredenheid (per netwerk): deze indicator geeft aan hoe tevreden onze gebruikers over de kwaliteit van de drie netwerken zijn. Denk daarbij aan veiligheid, doorstroming; kwaliteit infrastructuur en tijdige en betrouwbare informatievoorziening (gekoppeld aan de netwerken).

Ontwikkeling PIN-waarden

De ontwikkeling van de PIN-waarden (prestatie-indicator waarden) geeft een beeld hoe de ontwikkeling is in de toestand van het door RWS beheerde areaal. Het weergegeven cijfer betreft een index ten opzichte van het jaar 2015. De bijlage instandhouding bij de begrotingen van het Infrastructuurfonds en het Deltafonds biedt inzicht in instandhouding en de gehanteerde PIN-waarden.

Licence