Base description which applies to whole site

3.4 Artikel 4 Zorgbreed beleid

Het scheppen van randvoorwaarden om het zorgstelsel verder te optimaliseren zodat de kwaliteit, de toegankelijkheid en de betaalbaarheid van de zorg voor de burger gewaarborgd blijft.

De minister bevordert de werking van het stelsel door partijen in staat te stellen hun rol te spelen en door belemmeringen weg te nemen die een goede werking van het stelsel in de weg staan. Daar waar publieke belangen in het geding zijn die niet voldoende door (partijen in) het stelsel behartigd kunnen worden, bevordert de minister dat deze belangen worden behartigd.

De minister is verantwoordelijk voor:

Stimuleren: van een stevige positie van de cliënt in het zorgstelsel en transparantie van zorg, een logische beroepenstructuur die aansluit op de huidige en toekomstige zorg- en ondersteuningsvraag en van beschik­ baarheid van voldoende gekwalificeerd zorgpersoneel (het aantal werkenden minder meer laten groeien, om ook voldoende mensen beschikbaar te hebben voor andere maatschappelijke sectoren en via behoud van de huidige zorgmedewerkers door goed werkgeverschap en zeggenschap), van andere manieren van werkenen voldoende opleidingsplaatsen, van innovaties en (digitale) vaardigheden in de zorg en de ontwikkeling hiervan, alsmede betrouwbaar informatiebeleid en van vertrouwen in datagebruik in de zorg, en van een gezonde leefstijl voor de mensen woonachtig in Caribisch Nederland.

Financieren: de minister draagt bij aan de kwaliteit, toegankelijkheid en betaalbaarheid van de zorg door middel van het financieren van organisaties gemoeid met patiënten, zoals gehandicaptenorganisaties en ZBO’s of agentschappen. Tevens financiert de minister projecten en onderzoeken uitgevoerd door ZonMw, opleidings- en bijscholingsinstrumtenten, de zorg in Caribisch Nederland, en financiert instrumenten voor persoonlijke gezondheidsomgevingen (PGO) om het gebruik te stimuleren.

Regisseren: van wet- en regelgeving die zorgen voor een stevige positie van de patiënt in het zorgstelsel, verlagen van de regeldruk in de zorg, voorkomen van systeemrisico’s bij financiering in de zorg, regisseren van een duurzaam informatiestelsel.

(Ont)Regel de Zorg

Ook in 2023 is het vergroten van het werkplezier in de zorg door het verminderen van ervaren regeldruk een belangrijke beleidsprioriteit. In het vervolgprogramma [Ont]Regel de Zorg krijgt de aanpak vorm langs vier actielijnen:

  • 1. Voorkomen nieuwe regeldruk door wet- en regelgeving van VWS: beleid dat beter werkt in de praktijk;

  • 2. Landelijke maatregelen, zoals het harmoniseren van inkoop- en verantwoordingseisen;

  • 3. De lokale aanpak: vermindering van regeldruk binnen zorginstellingen, bijvoorbeeld door het aanbieden van een e-learning en training tot ontregelaar, en een subsidieregeling voor lokale ontregelprojecten;

  • 4. Een laagdrempelig toegankelijk loket voor signalen, knelpunten en vragen.

De Minister voor LZS heeft de Kamer in het voorjaar van 2022 geïnformeerd over het vervolgprogramma (Kamerstukken II 2021/22, 29515, nr. 460). 

Werken in de zorg

Het is van belang dat zorgprofessionals nu en in de toekomst graag in de sector zorg en welzijn gaan werken en daar ook blijven werken. Dit vraagt om een brede, intensieve en continue aanpak gericht op aantrekkelijk werken in de zorg. Het actieprogramma Werken in de Zorg liep na 2021 af. Als vervolg daarop wordt voor 2023 ingezet op een viertal sporen.

Ten eerste wordt de arbeidsmarktkrapte interdepartementaal aangepakt. Zo is interdepartementaal aandacht voor meer uren werken, combi-banen, het versneld en duaal opleiden en inzet van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.

Ten tweede worden voornoemde uitdagingen op de arbeidsmarkt expliciet meegenomen in de afspraken met landelijke partijen in het Integraal Zorg Akkoord. Die afspraken moeten bijdragen aan de maatschappelijke opgave dat met minder (meer) zorgverleners goede toegankelijke zorg verleend kan worden aan iedereen die dat nodig heeft.

Ten derde zullen deze arbeidsmarktvraagstukken in het programma Wonen, Ondersteuning en Zorg voor Ouderen (WOZO) worden verweven, inclusief afspraken over opleidingen in de VVT, zoals in het coalitieakkoord (Bijlage bij Kamerstuk II 2021/22, 35788, nr. 77) voorzien. Als laatste spoor is er het programma ‘Toekomstbestendige Arbeidsmarkt Zorg en Welzijn’ (hierna: TAZ). In de hoofdlijnenbrief Toekomstbestendige Arbeidsmarkt Zorg wordt de programmatische aanpak geschetst voor de komende jaren. Binnen dit programma TAZ wordt een aantal instrumenten die succesvol zijn gebleken voortgezet en andere instrumenten worden herijkt. 

Daarnaast zal 2023 in het teken staan van een meerjarig opleidingsakkoord in de Verpleeg- en Verzorgingshuizen en Thuiszorg (VVT), zoals opgenomen in het Coalitieakkoord. Voor dit akkoord is in 2023 € 20 miljoen beschikbaar.

Ook wordt in 2022 en in 2023 uitvoering gegeven aan het advies van de Taskforce Ondersteuning optimale inzet zorgverleners, met daarin concrete maatregelen voor de korte en (middel)lange termijn om de beschikbaarheid van zorgmedewerkers in crisistijd te vergroten. Zo zal een subsidieregeling worden opgesteld die het mogelijk maakt dat in elk geval in 2022 nog 800 studenten kunnen starten met de BAZ-opleiding. Voor deze regeling is in 2023 € 20 miljoen beschikbaar.

Deelnemende zorginstellingen krijgen een vergoeding voor elke student die aantoonbaar de opleiding heeft afgerond.

Inhoud programmatische aanpak

Dit programma kent verschillende aandachtsgebieden zoals ruimte voor behoud van personeel door goed werkgeverschap en werkplezier, ruimte voor (zij)instroom door te leren en te ontwikkelen en ruimte voor innovatieve werkvormen. Hierin zal nadrukkelijk ook de verbinding tussen leren en werken worden gezocht. Immers, om te kunnen voldoen aan de vraag naar zorgpersoneel is het van groot belang dat er voldoende en goed toegeruste zorgmedewerkers worden opgeleid met ruimte voor doorontwikkeling. Effectief arbeidsmarktbeleid vraagt om een integrale benadering van de zorgarbeidsmarkt als geheel. Ten behoeve van deze integrale benadering streven we ernaar om de te bekostigen activiteiten zoveel als mogelijk onder te brengen in één integraal financieel arrangement. Een belangrijk ander doel hiervan is om de administratieve lasten te doen dalen, doordat er meer overzicht ontstaat ten aanzien van de beschikbare financiële arrangementen ten aanzien van de benodigde transitie op de zorgarbeidsmarkt.

Voor genoemde programmatische aanpak zijn in de begroting structureel middelen beschikbaar: € 80 miljoen in 2022 en vanaf 2023 een bedrag van € 130 miljoen per jaar.

Ondersteuning Post-Covid

In 2022 is de regeling Behoud langdurig zieke zorgwerknemers opengesteld. De uitvoering van deze regeling loopt door in 2023. Oogmerk van de regeling is om langdurige zieke zorgverleners voor de zorg te behouden, door hen na het tweede ziektejaar via een verlenging van de loon-doorbe­taling bij ziekte meer tijd te bieden om in dienst bij de zorgwerkgever te blijven en te werken aan herstel en re-integratie.

Zorgreservisten

Er wordt toegewerkt naar een strategische reserve van zorgmedewerkers (Nationale Zorgreserve), die tijdens crises een rol kan spelen in het snel opschalen van de personeelscapaciteit. Daarmee is De Nationale Zorgreserve een crisisfaciliteit die kan voorzien in de behoefte aan tijdelijke, snel inzetbare zorgcapaciteit. De doelstelling is in ieder geval om uiteindelijk 5.000 reservisten beschikbaar te hebben.

Zeggenschap

Specifiek ten aanzien van het thema zeggenschap geldt dat voor 2023 uit de middelen voor de arbeidsmarkt in de zorg, gelden zijn gereserveerd om dit thema verder te brengen. Zo zal onder andere worden ingezet op een onafhankelijke kwalitatieve monitor, teneinde in kaart te brengen of er een toename is van de ervaren zeggenschap binnen de diverse zorgsectoren. Deze monitor zal een vervolg zijn op het CNO-advies ‘monitoring zeggen­ schap’. Daarnaast zal VWS veldpartijen financieel ondersteunen in de uitvoering van sectorspecifieke werkagenda’s zeggenschap.

Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg

Naar aanleiding van onderzoeken om de Wet BIG meer toekomst-bestendig te maken (Kamerstukken II 2021/22, 29282, nr. 461) wordt een tijdelijke adviescommissie ingericht om te adviseren over voorbehouden handelingen, (functioneel) zelfstandige bevoegdheid en toelating tot artikel 3 en artikel 34 van de wet BIG. Ook zal communicatie over de ruimte die de wet nu al biedt worden gestart en zijn acties benoemd om een meer lerend effect van het tuchtrecht te bereiken.

Vanuit de beroepsverenigingen in de psychologische zorg wordt geadviseerd een aantal wijzigingen aan te brengen in de beroepenstructuur zoals deze in de Wet BIG is vastgelegd. Mede op basis van impactanalyses die zijn uitgevoerd (Kamerstukken II 2021/22, 35925 XVI nr. 164) zal de beroepenstructuur worden gewijzigd in nauw overleg met de beroepsverenigingen. Hierdoor wordt meer eenheid en duidelijkheid gecreëerd en een bijdrage geleverd aan de toegankelijkheid en effectiviteit van de psychologische zorg.

Hoewel het inzetten van buitenslands gediplomeerd zorgpersoneel geen structurele oplossing is om de krapte op de arbeidsmarkt te verminderen kan het zorgorganisaties in bepaalde situaties ontlasten, mits goed georganiseerd en wordt voldaan aan de wet- en regelgeving. Om te bevorderen dat buitenslands gediplomeerde zorgverleners sneller een plek vinden op de arbeidsmarkt zijn in samenspraak met betrokken partijen langs drie lijnen activiteiten in gang gezet om de BIG-toelatingsprocedure met behoud van kwaliteit te stroomlijnen en te versnellen, namelijk: begeleiding & informatievoorziening, inhoudelijke wijzigingen in de BIG-toelatingsprocedure en cultuur (Kamerstukken II 2021/22, 29282, nr. 455). Zo is er bij het CIBG in de vorm van een tweejarige pilot een centraal aanspreekpunt gecreëerd waar buitenslands gediplomeerde terecht kunnen met alle vragen over de BIG- toelatingsprocedure.

E-gegevensuitwisseling

Om goede zorg te kunnen verlenen moeten medische gegevens eenvoudig, snel en veilig overgedragen kunnen worden van de ene naar de andere zorgverlener. In 2023 wordt conform de afspraken in het Integraal Zorgakkoord volop ingezet op de standaardisatie van elektronische gegevensuitwisseling in de zorg.

De voorziene inwerkingtreding van de wet elektronische gegevensuitwisseling in de zorg (Wegiz) maakt het mogelijk om per algemene maatregel van bestuur op specifieke onderdelen elektronische gegevensuitwisseling tussen zorgaanbieders te verplichten (Kamerstukken II 2020/21, 35824, nr. 1 tot en met 4). Het digitaal voorschrijven en ter hand stellen van medicatie (digitaal receptenverkeer) is de eerste gegevensuitwisseling waarvoor deze verplichting gaat gelden. Nationale afspraken die randvoorwaardelijk zijn voor het zorgbreed en landelijk uitwisselen van informatie worden in NEN-normen vastgelegd. Komend jaar is de oplevering van NEN-normen op het gebied van beelduitwisseling, basisgegevensset zorg (BgZ), medicatie-overdracht en de generieke functies toestemming, authenticatie, identificatie en lokalisatie voorzien.

Bij de verdere ontwikkeling en ontsluiting van informatie zal de toegankelijkheid en begrijpelijkheid voor de patiënt, cliënt of burger centraler komen te staan. Zo zal gewerkt worden aan de verdere ontwikkeling van persoonlijke gezondheidsomgevingen (PGO's).

Herijking van de grondslagen voor gegevensuitwisseling is een fundamenteel onderdeel van het optimaliseren van gegevensuitwisseling in de zorg (Kamerstukken II 2021/22, 27529, nr. 276). In 2023 zullen er onder meer voorbereidingen worden getroffen voor mogelijke (aanpassingen op) wet- en regelgeving. Om op korte termijn de knelpunten rondom het digitaal vastleggen van toestemming van de patiënt of cliënt weg te nemen, wordt de landelijke implementatie van technische oplossingen zoals Mitz en Nuts actief ondersteund.

Secundair datagebruik

Om de best mogelijke gezondheidszorg in Nederland te verlenen, kan data hergebruikt worden om het welzijn en de gezondheid van burgers te verbeteren, maar ook om het zorgproces te verbeteren en transformeren. Denk bijvoorbeeld aan hergebruik van data voor transparantie en beleid, onderzoek en innovatie, uitkomstgerichte zorg, planning en logistiek.

Databeschikbaarheid voor dit soort doeleinden kent echter diverse knelpunten. VWS wil de komende jaren samen met veldpartijen een centrale strategie en aanpak ontwikkelen en uitvoeren, om secundair gebruik van zorgdata te ondersteunen, obstakels weg te nemen en data van de burger te beschermen. In 2023 zal de nadruk liggen op de uitvoering en implementatie van deze aanpak, bijv. door het voorbereiden van (aanpassingen op) benodigde wet- en regelgeving.

Informatieveiligheid

Doordat de zorg steeds verder digitaliseert wordt het steeds belangrijker dat de informatiebeveiliging in de zorg op orde is. Goede informatiebeveiliging is primair de verantwoordelijkheid van de zorgaanbieders zelf maar VWS heeft hier ook een belangrijke rol. In 2023 legt VWS de focus op het verder verhogen van de bewustwording over digitale veiligheid en digitaal veilig gedrag. Dit doet VWS onder andere via de borging van de uitkomsten van het project ‘Informatieveilig gedrag in de zorg’ en door het ondersteunen van Z-CERT, het landelijk informatieknooppunt voor informatieveiligheid binnen de zorgsector.

De komende periode wordt daarnaast versterkt ingezet op diensten die helpen in het verhogen van de weerbaarheid. Zo investeert VWS in de ontwikkeling van een kwetsbaarheden analysetool (KAT) en worden er red team oefeningen uitgevoerd om eventuele kwetsbaarheden op te kunnen sporen zodat daarop gerichte maatregelen kunnen worden getroffen.

Op het terrein van wet- en regelgeving verandert veel. Allereerst is het nodig dat Nederlandse normen blijven aansluiten op de technische ontwikkelingen, waardoor ingezet wordt op herziening van de NEN-7510 norm voor informatiebeveiliging in de zorg. VWS zal daarnaast een actieve bijdrage leveren aan het doorvertalen van de Rijksbrede ambitie uit de Nederlandse Cybersecuritystrategie (NLCS) naar het zorgveld. Hierbij betrekt VWS de verwachte effecten van implementatie van de herziene richtlijn voor netwerk- en informatiebeveiliging (NIB2) en de richtlijn voor veerkracht van kritieke entiteiten (CER) voor zorgpartijen, relevant vanwege de recente vitaalverklaring van het zorgproces. Van belang is hierbij het op de juiste manier aansluiten van het zorgveld op het Landelijk Dekkend Stelsel van informatieveiligheid (LDS). Dit vraagt aandacht voor de rol en taken van Z-CERT en de extra toezichtstaken die uit de veranderingen voortvloeien.

Digitale ondersteuning COVID-19 / Programma Realisatie Digitale Ondersteuning

Digitale ondersteuningsmiddelen zijn belangrijk geweest in de crisisaanpak van COVID-19 en hebben ook in de huidige transitiefase nog altijd hun waarde. Vanuit het programma Realisatie Digitale Ondersteuning COVID 19 (RDO) zijn de digitale middelen (door)ontwikkeld en beheerd die ondersteunend zijn aan bijvoorbeeld het bron- en contactonderzoek van de GGD en het vaccineren. Ook hebben de applicaties bijgedragen aan het openen en open houden van de samenleving.

CoronaMelder en de CoronaCheck-app worden direct door burgers gebruikt. CoronaMelder helpt de verspreiding van het virus tegen te gaan door het anoniem waarschuwen van (onbekende) contacten. Via de CoronaCheck-app kunnen mensen een test-, vaccinatie- of herstelbewijs genereren waarmee ze, indien de epidemiologische situatie dat vereist, verantwoord naar een locatie of evenement kunnen gaan of een buitenlandse reis kunnen maken. Daarnaast zijn er ook diverse portalen (bijvoorbeeld: BRBA, HKVI en ZKVI) ontwikkeld die registratie bij het vaccineren ondersteunen, betrouwbare data-aanlevering mogelijk maken en een oplossing bieden voor mensen die via de reguliere weg geen coronabewijs kunnen aanmaken. Daarnaast wordt GGD Contact momenteel – en ook in volgende fases van de coronacrisis – door de GGD’en gebruikt ter ondersteuning van het bron- en contactonderzoek. Tot slot ondersteunt de Kwetsbaarheden Analyse Tool (KAT) in de monitoring van dreigingen en kwetsbaarheden in onder andere de hiervoor genoemde systemen en omgevingen die VWS zelf ontwikkeld heeft.

Het grootste deel van de genoemde applicaties en voorzieningen is in beheer van VWS en tevens zijn de verschillende securitydiensten gebundeld in een Computer Security Incident Response Team (CSIRT). Dit maakt het mogelijk om snel en adequaat op te kunnen treden en de continuïteit van de door VWS ontwikkelde diensten te kunnen borgen.

De verwachting is dat de inzet van digitale middelen in 2023 in de huidige vorm nodig zal blijven om leven met het coronavirus mogelijk te maken. Beleidsontwikkelingen, maar ook de gevolgen van mogelijke nieuwe varianten of oplevingen van het virus, bepalen de mate waarin de instrumenten moeten worden doorontwikkeld en worden ingezet. Zo is het sinds 25 februari 2022 ook niet meer noodzakelijk om een coronatoegangsbewijs (CTB) te tonen en is per 22 april 2022 de inzet van CoronaMelder tijdelijk stopgezet11. Alleen indien de pandemische situatie dit toelaat, zal worden overgegaan op het definitief overdragen of uitfaseren van de instrumenten. Voor 2023 zijn kosten voorzien voor de communicatie, doorontwikkeling en het beheer van de genoemde producten. Daarnaast wordt het expertteam dat de GGD ondersteunt bij privacy en informatiebegeleiding naar aanleiding van het eerdere datalek gecontinueerd.

Tabel 17 Tabel Budgettaire gevolgen van beleid artikel 4 (bedragen x € 1.000)
 

2021

2022

2023

2024

2025

2026

2027

Verplichtingen

2.152.935

1.200.180

1.348.417

1.154.378

1.164.645

1.164.518

1.162.023

        

Uitgaven

2.154.091

1.370.280

1.505.574

1.176.330

1.167.784

1.164.518

1.162.023

        

1. Positie cliënt en transparantie van zorg

75.897

68.891

56.354

78.195

74.833

75.082

75.083

Subsidies (regelingen)

34.299

38.314

36.990

60.457

56.700

57.129

57.130

Patiënten- en gehandicaptenorganisaties

16.369

17.440

17.000

46.000

46.000

46.000

46.000

Transparantie van zorg

17.830

20.470

19.740

14.457

10.700

11.129

11.130

Overige

100

404

250

0

0

0

0

Opdrachten

34.472

22.657

10.202

8.576

8.971

8.791

8.791

Ondersteuning cliëntorganisaties

3.998

4.098

4.000

4.000

4.000

4.000

4.000

Transparantie van zorg

780

2.986

3.356

2.490

2.490

2.490

2.490

Overige

29.694

15.573

2.846

2.086

2.481

2.301

2.301

Bijdrage aan agentschappen

7.126

7.920

9.162

9.162

9.162

9.162

9.162

CIBG

7.126

7.920

9.162

9.162

9.162

9.162

9.162

        

2. Opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarkt

1.457.625

701.193

929.954

616.445

614.193

611.576

609.195

Subsidies (regelingen)

1.398.135

678.389

902.190

585.080

581.210

578.593

578.597

Opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarkt

1.398.135

678.389

902.190

585.080

581.210

578.593

578.597

Overige

0

0

0

0

0

0

0

Opdrachten

6.732

9.442

16.316

19.915

19.732

19.733

17.348

Opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarkt

6.732

9.442

16.316

19.915

19.732

19.733

17.348

Bijdrage aan agentschappen

14.093

13.362

11.448

11.450

11.447

11.446

11.446

CIBG

14.093

13.362

11.448

11.450

11.447

11.446

11.446

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

38.628

0

0

0

1.804

1.804

1.804

ZiNL

38.628

0

0

0

1.804

1.804

1.804

Bijdrage aan (inter)nationale organisaties

37

0

0

0

0

0

0

Overige

37

0

0

0

0

0

0

        

3. Informatiebeleid

104.868

128.710

85.555

59.561

58.200

57.698

58.342

Subsidies (regelingen)

32.299

39.289

36.012

15.383

14.882

14.882

14.883

Informatiebeleid

21.358

25.653

27.504

15.175

14.674

14.674

14.675

Maatschappelijke diensttijd

1.000

840

0

0

0

0

0

Overige

9.941

12.796

8.508

208

208

208

208

Opdrachten

38.111

45.157

28.612

19.159

19.672

19.172

19.915

Informatiebeleid

34.792

38.024

22.309

14.538

14.744

14.244

14.987

Overige

3.319

7.133

6.303

4.621

4.928

4.928

4.928

Bijdrage aan agentschappen

34.458

44.264

20.931

25.019

23.646

23.644

23.544

Informatiebeleid

34.458

44.264

20.931

25.019

23.646

23.644

23.544

Overige

0

0

0

0

0

0

0

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

0

0

0

0

0

0

0

Overige

0

0

0

0

0

0

0

        

4. Inrichting Zorgstelsel

279.300

270.255

266.968

263.458

257.549

254.077

250.178

Subsidies (regelingen)

735

900

400

400

0

0

0

Programma's Zorgstelsel

735

900

400

400

0

0

0

Opdrachten

1.218

1.687

564

563

563

563

563

Programma's Zorgstelsel

661

1.123

0

0

0

0

0

Overige

557

564

564

563

563

563

563

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

277.347

267.668

266.004

259.995

254.486

251.014

247.115

CAK

129.743

119.233

122.097

122.507

124.976

123.073

119.173

NZa

66.131

65.351

67.100

67.417

67.388

67.390

67.390

Zorginstituut Nederland

79.873

79.647

74.182

68.471

60.522

58.951

58.952

CSZ

1.600

1.638

1.600

1.600

1.600

1.600

1.600

Overige

0

1.799

1.025

0

0

0

0

Bijdrage aan medeoverheden

0

0

0

0

0

0

0

Overige

0

0

0

0

0

0

0

Bijdrage aan andere begrotingshoofdstukken

0

0

0

2.500

2.500

2.500

2.500

EZK: ACM

0

0

0

2.500

2.500

2.500

2.500

Overige

0

0

0

0

0

0

0

Begrotingsreserve

0

0

0

0

0

0

0

Overige

0

0

0

0

0

0

0

        

5. Zorg, welzijn en jeugdzorg op Caribisch Nederland

236.401

201.231

166.743

158.671

163.009

166.085

169.225

Subsidies (regelingen)

3.182

4.640

4.641

4.642

2.999

2.999

2.999

Zorg en Welzijn

3.182

4.640

4.641

4.642

2.999

2.999

2.999

Bekostiging

228.364

0

0

0

0

0

0

Zorg en Welzijn

228.364

0

0

0

0

0

0

Opdrachten

0

192.552

158.183

150.110

156.092

159.169

162.309

Zorg

0

176.357

141.958

133.885

138.867

141.944

145.084

Welzijn

0

16.195

16.225

16.225

17.225

17.225

17.225

Bijdrage aan medeoverheden

4.855

4.039

3.919

3.919

3.918

3.917

3.917

Overige

4.855

4.039

3.919

3.919

3.918

3.917

3.917

        

Ontvangsten

41.434

11.153

11.153

11.153

11.153

11.153

11.153

Wanbetalers en onverzekerden

0

0

0

0

0

0

0

Overige

41.434

11.153

11.153

11.153

11.153

11.153

11.153

Budgetflexibiliteit

Subsidies

Van het beschikbare budget voor 2023 van € 980,2 miljoen is 97,2% juridisch verplicht. Het betreft diverse subsidies op het gebied van patiënten en gehandicapten organisaties, opleidingen, arbeidsmarkt, informatiebeleid, Zorg en Welzijn Caribisch Nederland

Opdrachten

Van het beschikbare budget voor 2023 van € 213,9 miljoen is 93,5% juridisch verplicht. Het betreft diverse opdrachten op het gebied van arbeidsmarkt, informatiebeleid, Zorg en Welzijn Caribisch Nederland.

Bijdragen aan agentschappen

Van het beschikbare budget voor 2023 van € 41,5 miljoen is 100% juridisch verplicht. Het betreft bijdragen aan het CIBG voor onder andere het beheer van het BIG register, melding en aanvraag van toelatingsvergunning bepaalde zorgaanbieders, SBV-Z en het UZI-register.

Bijdrage aan ZBO’s/rwt’s

Van het beschikbare budget voor 2023 van € 266 miljoen is 100% juridisch verplicht. Het betreft onder andere de bijdrage aan het CAK en het Zorginstituut Nederland.

Bijdrage aan medeoverheden

Van het beschikbare budget van € 3,9 miljoen is 100% juridisch verplicht.

Tabel 18 Geschatte budgetflexibiliteit
 

2023

juridisch verplicht

90,0%

bestuurlijk gebonden

9,0%

beleidsmatig gereserveerd

1,0%

nog niet ingevuld/vrij te besteden

0,0%

1. Positie cliënt en transparantie van zorg

Subsidies

Patiënten- en gehandicaptenorganisaties (pg-organisaties)

  • De drie landelijke pg-koepels en circa 200 landelijke pg-organisaties ontvangen een instellingssubsidie voor het uitvoeren van activiteiten in het kader van informatievoorziening, lotgenotencontact en belangenbehartiging (€ 17 miljoen).

  • Daarnaast wordt een samenhangend projectsubsidieprogramma bij ZonMw ingericht (€ 4 miljoen) met dezelfde duur als het beleidskader, waarop niet alleen de bestaande pg-organisaties maar ook nieuwe organisaties/netwerken kunnen inschrijven.

Vanaf 2024 is structureel € 25 miljoen extra beschikbaar voor het versterken van de patiëntenbeweging. De middelen zullen onder andere ingezet worden op een herijking van het beleidskader met het oog op een uitbreiding van de instellingssubsidie voor pg-organisaties. Daarnaast zullen de middelen worden ingezet voor intensivering van professionele ondersteuning van pg-organisaties, een versterking van de stem van de patiënt op regionaal niveau en de bevordering van gezondheidsvaardigheden.

Transparantie van zorg

Voor onderzoek naar de effectiviteit en de kwaliteit van de gezondheidszorg in Nederland en (de relatie tussen) de verschillende partijen in de zorg wordt subsidie verleend (€ 6,6 miljoen) aan het Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheidszorg (Nivel). Het Nivel ontwikkelt en beheert hiertoe databases, panels en monitors.

Het Kwaliteitsinstituut, als onderdeel van het Zorginstituut, is gemandateerd (Stcrt. 2016, 27102) voor het verstrekken van subsidies voor de stimulering van transparantie over de kwaliteit van zorg (€ 4,8 miljoen).

Voor de realisatie van de taakstelling standaardisatie inkoop- en verantwoordingseisen voor een aantal Zvw-sectoren zijn middelen gereserveerd (€ 5,1 miljoen) voor onder andere een subsidieregeling.

Voor het vervolg van het programma (Ont)Regel de zorg en voor afronding van het huidige programma Uitkomstgerichte Zorg zijn middelen beschikbaar van respectievelijk € 2,0 miljoen en € 1,2 miljoen.

Opdrachten

Ondersteuning cliëntenorganisaties

Met PGO-support, een onafhankelijke netwerkorganisatie die versterking en ondersteuning biedt aan patiënten- en gehandicaptenorganisaties, is een overeenkomst gesloten voor de ondersteuning van de cliëntenorganisaties (€ 4 miljoen).

De directie Communicatie begeleidt deels de VWS-campagne en voert hierbij de financiële afwikkeling. Zo is voor 2023 inmiddels een meerjarig budget t.b.v. de NIX18-campagne opgenomen.

Bijdragen aan agentschappen

CIBG

Het CIBG voert onder andere onderstaande taken uit:

  • In beginsel dienen alle zorg- en jeugdhulpaanbieders aan de meldplicht te voldoen. Daarbij dienen bepaalde zorgaanbieders op grond van de Wet toetreding zorgaanbieders over een toelatingsvergunning te beschikken. De melding en aanvraag van de toelatingsvergunning vinden plaats bij het CIBG.

  • Het Landelijk Register Zorgaanbieders (LRZa) is een landelijk en openbaar register van zorgaanbieders. Dit register maakt duidelijk wie, waar, welke zorg verleent en draagt bij aan de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz).

  • Via het Jaardocument Maatschappelijke Verantwoording (JMV) verantwoorden zorgaanbieders zich jaarlijks over de geleverde (financiële) prestaties. Alle partijen die een rol spelen binnen het zorgstelsel hebben toegang tot deze uniforme, digitale informatie via www.jaarverantwoordingzorg.nl.

Voor het uitvoeren van bovenstaande taken is € 9,2 miljoen beschikbaar.

2. Opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarkt

Subsidies

Opleidingen

VWS is stelselverantwoordelijk voor een goede, betaalbare en toegankelijke zorg. Daarvoor is het noodzakelijk dat er voldoende, goed toegeruste zorgmedewerkers worden opgeleid. Hiertoe worden financiële middelen beschikbaar gesteld aan zorgwerkgevers om meer stageplekken aan te bieden voor initiële opleidingen en voor de bekostiging van medische vervolgopleidingen.

Met de Subsidieregeling stageplaatsen zorg II (het Stagefonds Zorg) worden zorgaanbieders gestimuleerd tot het aanbieden van kwalitatief goede stageplaatsen. Met de in juni 2022 verlengde subsidieregeling stageplaatsen zorg II12 is het budget verhoogd tot € 116 miljoen voor het studiejaar 2021-2022. Voor 2022 geldt een éénmalige verhoging van het stagefonds met € 63,5 miljoen voor bevordering van innovatieve vormen van stagebegeleiding. De subsidieregeling vaccinatie stageplaatsen zorg voorziet in een tegemoetkoming van de kosten van het vaccinatietraject tegen hepatitis B van eerstejaarsstudenten die zorgopleiding volgen. De regeling is in 2021 geëvalueerd. Op basis van deze positieve evaluatie is de regeling met vijf jaar verlengd tot 1 juli 2027.

Voor zorgopleidingen in het kader van de Wet publieke gezondheidszorg (WPG) is het beleid erop gericht te stimuleren dat voldoende gespeciali­ seerde artsen worden opgeleid voor de uitvoering van hun taken op het terrein van de bestrijding van infectieziekten, de bestrijding van TBC, medische milieukunde en jeugdgezondheidszorg. In 2023 is voor deze opleidingen € 27 miljoen beschikbaar. 

Verpleegkundig specialisten (VS) en physician assistants (PA) worden opgeleid om minder complexe taken van de huisarts of de specialist over te nemen. Hiervoor is € 38 miljoen beschikbaar. Daarnaast is in het kader van het compensatiepakket Wind in de zeilen in 2023 € 1,5 miljoen beschikbaar voor het opleiden van physician assistants ter versterking van de huisartsenzorg in Zeeland.

In 2022 is voor de regeling Opleiding in een jeugd-ggz-instelling € 2,6 miljoen beschikbaar. Voor de uitvoering van motie 35300 XVI nr. 72 Dik-Faber om het opleiden van tropenartsen te subsidiëren en gestructureerde overdracht van door hen in het buitenland opgedane kennis te stimuleren is in 2023 € 1,35 miljoen beschikbaar.

Arbeidsmarkt

Kwaliteitsimpuls personeel ziekenhuiszorg

Voor de kwaliteitsimpuls personeel ziekenhuiszorg (KPZ) is het doel om algemene ziekenhuizen, UMC’s en zelfstandige klinieken meer te stimuleren en strategischer te investeren in het opleiden van personeel. In het hoofdlijnenakkoord medisch-specialistische zorg 2019-2022 hebben partijen afgesproken dat de middelen voor de KPZ beschikbaar blijven voor de sector (circa € 210 miljoen per jaar). Gelet op het belang van het leren en ontwikkelen van zorgmedewerkers, wordt de KPZ-regeling, naar aanleiding van de beleidsevaluatie13, met één jaar verlengd tot en met 2023. De komende tijd wordt verkend of en zo ja op welke wijze ondersteuning ten behoeve van het leven lang ontwikkelen mogelijk is vanuit één sectorbrede regeling. Daarbij zal de aansluiting worden gezocht met de ambities voortkomend uit de vervolgaanpak voor de arbeidsmarkt in de zorg.

Versterking regionaalarbeidsmarktbeleid

Met de subsidie SectorplanPlus 2022-2023 (totaal € 100 miljoen, waarvan circa € 67 miljoen in 2023) stimuleren we (zij-)instroom en behoud van medewerkers in zorg en welzijn.

Met de subsidie aan RegioPlus voor de uitvoering van het meerjarige beleidsprogramma ‘Samen Regionaal Sterk’ investeert VWS in een goed werkende, landelijk dekkende regionale arbeidsmarktinfrastructuur (€ 18 miljoen in 2023).

Met een subsidie aan de Stichting Het Potentieel Pakken voor het project ‘Contractuitbreiding in de zorg’ (€ 7,2 miljoen over de projectperiode 2021-2023) investeren we in vergroting van het arbeidsaanbod door contractuitbreiding.

Programma Toekomstbestendige Arbeidsmarkt Zorg (TAZ)

Ter ondersteuning van het programma TAZ en de daarmee te bereiken doelen wordt er gewerkt aan het inrichten van passend instrumentarium. Daarvoor is, inclusief de voornoemde middelen voor Sectorplanplus 2022-2023 in 2023 in totaal circa € 130 miljoen beschikbaar.

Overige

Het Capaciteitsorgaan ontvangt een instellingsubsidie om onafhankelijke ramingen op te stellen omtrent de benodigde opleidingscapaciteit bij de medische en tandheelkundige vervolgopleidingen, FZO en GGZ- opleidingen.

Voor de subsidieregeling Behoud langdurig zieke zorgwerknemers is € 12 miljoen beschikbaar.

Voor een Nationale Zorgreserve van oud-zorgmedewerkers die bereid zijn om tijdelijk in plaats van hun reguliere werk elders in de Nederlandse economie, bij te springen als zorgreservist bij organisaties in nood is € 7,5 miljoen beschikbaar.

Opdrachten

Opleidingen, beroepenstructuur en arbeidsmarkt

Er wordt via ZonMw geïnvesteerd in het verder ontwikkelen van een onderzoeksinfrastructuur voor verpleegkundigen en verzorgenden. Hiervoor is € 12 miljoen beschikbaar in de periode van 2019 ‒ 2025. Daarnaast wordt onderzoek gedaan naar de functiedifferentiatie van mbo- en hbo-opgeleide verpleegkundigen. Hiervoor is € 5 miljoen beschikbaar voor de periode 2019 tot en met juni 2023.

Overige

Er worden bedragen ingezet voor de ontwikkeling van kennis en expertise op het terrein van de zorg, voor beleid en praktijk. Daarbij gaat het onder meer om bijdragen aan het Onderzoeksprogramma Arbeidsmarkt Zorg en Welzijn.

Bijdragen aan agentschappen

CIBG

Het CIBG is verantwoordelijk voor het beheer van het BIG-register, de uitvoering van diverse besluiten en regelingen met betrekking tot de uitoefening van medische beroepen op de BES eilanden, de erkenning buitenlandse diploma’s en toezicht en handhaving WNT en informatiever­ strekking hieromtrent. In totaal is voor deze taken in 2023 € 15,1 miljoen gereserveerd.

3. Informatiebeleid

Gegevensuitwisseling

Om goede zorg te kunnen verlenen moeten medische gegevens eenvoudig, snel en veilig overgedragen kunnen worden van de ene naar de andere zorgverlener. In 2023 wordt ingezet op de standaardisatie van elektronische gegevensuitwisseling in de zorg.

De voorziene inwerkingtreding van de wet elektronische gegevensuitwis­ seling in de zorg (Wegiz) maakt het mogelijk om per algemene maatregel van bestuur op specifieke onderdelen elektronische gegevensuitwisseling tussen zorgaanbieders te verplichten (Kamerstukken II 2020/21, 35824, nr. 1 tot en met 4). Het digitaal voorschrijven en ter hand stellen van medicatie (digitaal receptenverkeer) is de eerste gegevensuitwisseling waarvoor deze verplichting gaat gelden.

Bij de verdere ontwikkeling en ontsluiting van informatie zal de toeganke­ lijkheid en begrijpelijkheid voor de patiënt, cliënt of burger centraler komen te staan. Zo zal gewerkt worden aan de verdere ontwikkeling van persoon­ lijke gezondheidsomgevingen.

Herijking van de grondslagen voor gegevensuitwisseling is een funda­ menteel onderdeel van het optimaliseren van gegevensuitwisseling in de zorg (Kamerstukken II 2021/22, 27529, nr. 276). In 2023 zullen er onder meer voorbereidingen worden getroffen voor mogelijke (aanpassingen op) wet- en regelgeving. Om op korte termijn de knelpunten rondom het digitaal vastleggen van toestemming van de patiënt of cliënt weg te nemen, wordt de landelijke implementatie van technische oplossingen zoals Mitz en Nuts actief ondersteund. In totaal is hiervoor € 25,3 miljoen beschikbaar in 2023.

Secundair datagebruik

Om de best mogelijke gezondheidszorg in Nederland te verlenen, kan data hergebruikt worden om het welzijn en de gezondheid van burgers te verbeteren, maar ook om het zorgproces te verbeteren en transformeren. Denk bijvoorbeeld aan hergebruik van data voor transparantie en beleid, onderzoek en innovatie, uitkomstgerichte zorg, planning en logistiek.

VWS wil voor het einde van 2022 samenhang brengen in lopende ontwikkelingen zoals de European Health Data Space en Health-RI om vervolgens tot een herijkte beleidsvisie en aanpak te komen. Om secundair gebruik van zorgdata te ondersteunen, obstakels weg te nemen en data van de burger te beschermen.

Informatieveiligheid

Doordat de zorg steeds verder digitaliseert wordt het steeds belangrijker dat de informatiebeveiliging in de zorg op orde is. Goede informatiebeveiliging is primair de verantwoordelijkheid van de zorgaanbieders zelf maar VWS heeft hier ook een belangrijke rol. In 2023 legt VWS de focus op het verder verhogen van de bewustwording over digitale veiligheid en digitaal veilig gedrag. Dit doet VWS onder andere via de borging van de uitkomsten van het project ‘Informatieveilig gedrag in de zorg’ en door het ondersteunen van Z-CERT, het landelijk informatieknooppunt voor informatieveiligheid binnen de zorgsector.

De komende periode wordt daarnaast versterkt ingezet op diensten die helpen in het verhogen van de weerbaarheid. Zo investeert VWS in de ontwikkeling van een kwetsbaarheden analysetool (KAT) en worden er red team oefeningen uitgevoerd om eventuele kwetsbaarheden op te kunnen sporen zodat daarop gerichte maatregelen kunnen worden getroffen.

Op het terrein van wet- en regelgeving verandert veel. Allereerst is het nodig dat Nederlandse normen blijven aansluiten op de technische ontwikkelingen Daarom wordtingezet op herziening van de NEN-7510 norm voor informatiebeveiliging in de zorg. VWS zal daarnaast een actieve bijdrage leveren aan het doorvertalen van de Rijksbrede ambitie uit de Nederlandse Cybersecuritystrategie (NLCS) naar het zorgveld. Hierbij betrekt VWS de verwachte effecten van implementatie van de herziene richtlijn voor netwerk- en informatiebeveiliging (NIB2). Van belang is hierbij het op de juiste manier aansluiten van het zorgveld op het Landelijk Dekkend Stelsel van informatieveiligheid (LDS). Dit vraagt aandacht voor de rol en taken van Z- CERT en de extra toezichtstaken die uit de veranderingen voortvloeien. In totaal is hiervoor € 5 beschikbaar in 2023.

Subsidies

Informatiebeleid

Jaarlijks wordt door VWS een subsidie verleend aan het Nationaal ICT Instituut in de Zorg (Nictiz). Nictiz is het landelijke expertisecentrum dat ontwikkeling van ICT in de zorg faciliteert. Voor de invulling van de coördi­ nerende functie die Nictiz heeft bij de ontwikkeling van ICT- en informatie­ standaarden en als kennis centrum bij het gebruikvan deze standaarden is in 2023 een bedrag van € 9,5 miljoen beschikbaar. Aanvullend is voor 2023 € 11,2 miljoen euro beschikbaar gesteld vanuit de coalitatieakkoord middelen voor standaardisatie van gegevensuitwisseling.

Om de zorgsector te ondersteunen bij de efficiënte inzet van standaarden en informatie, analyseert en duidt Nictiz ontwikkelingen in het gebruik van ICT in de zorg. Tevens fungeert Nictiz als nationaal en internationaal kennis- en expertisecentrum en vervult het een verbindende rol bij de ontwikkeling en het gebruik van ICT in de zorg.

Bij de verdergaande digitalisering van de zorg is informatiebeveiliging een essentiële voorwaarde. Z-CERT is de sectorale organisatie die zich inzet voor informatiebeveiliging in de zorg. De komende jaren zal gefaseerd toegewerkt worden naar het aansluiten van alle zorgsectoren. Structureel is € 1,5 miljoen beschikbaar voor professionaliseren en doorontwikkelen van de diensten en staande Z-CERT organisatie en collectieve deelname van zorgsectoren. Aanvullend is voor 2023 € 0,5 miljoen euro beschikbaar gesteld vanuit de coalitatieakkoord middelen voor standaardisatie van gegevensuitwisseling.

Voor de versnelling van de implementatie van Mitz ten behoeven van de generieke voorziening Toestemmingen is voor 2022 en 2023 een subsidie beschikbaar gesteld, waarvan € 1,1 miljoen euro beschikbaar is gesteld voor 2023.

Overig

Innovatie en zorgvernieuwing

Om het tekort aan personeel aan te pakken wordt de komende jaren stevig ingezet op het aanpassen van werkprocessen (in zorg, ondersteuning en in preventie) en de inzet van slimme toepassingen daarbij. VWS ondersteunt de innovatie en implementatie in het veld.

Dat doen we door het vergroten van kennis over digitale toepassingen bij burgers en professionals via het communicatietraject Zorg van Nu, het vergroten van de digitale vaardigheden en veranderkundige vaardigheden van professionals in het zorgveld en van toekomstig personeel in het zorgonderwijs, o.a. via digivaardigindezorg.nl. Om gegevensuitwisseling (naast gegevens bij huisarts, ziekenhuis en apotheek, gaat het ook om rijksvaccinatiegegevens en COVID-19-vaccinatiegegevens) tussen de pgo's van patiënten en zorgverleners mogelijk te maken is het noodzakelijk dat zowel pgo-leveranciers als de systemen van zorgaanbieders het MedMij-label behalen. VWS ondersteunt de Stichting Medmij om standaarden voor gegevens-uitwisseling op te stellen en zorgt voor informatie voor burgers en professionals over de meerwaarde van een pgo en een keuzehulp voor het bepalen van een passende pgo. Totaal is er in de begroting 2023 voor het programma Innovatie en zorgvernieuwing circa € 8,5 miljoen gereserveerd voor subsidie, waarvan 8,3 miljoen voor stichting Medmij vanuit de Regeerakkoordmiddelen t.b.v. standaardisatie van gegevensuitwisseling

Opdrachten

Informatiebeleid

Hieronder vallen onder meer het programma elektronische gegevensuit­ wisseling in de zorg, generieke functies voor gegevensuitwisseling, het Informatieberaad, informatiebeveiliging in de zorg, hergebruik van zorgdata en internationale gegevensuitwisseling.

Het programma elektronische Gegevensuitwisseling in de zorg richt zich op de totstandkoming van elektronische uitwisseling, zodat gegevenstussen zorgverleners kunnen stromen.Het wetsvoorstel elektronische gegevens­ uitwisseling in de zorg levert een belangrijke bijdrage aan eenheid van taal en techniek waardoor gegevensuitwisseling steeds vaker elektronisch zal verlopen.

Om ook op de korte termijn de elektronische uitwisseling te versnellen, werkt VWS samen met het zorgveld aan het breder inzetten van bestaande ICT-oplossingen. De ambitie is om op de langeretermijn een landelijk dekkend netwerk van onderling verbonden ICT-infrastructuren te realiseren.

Met het digitaler worden van de zorg neemt ook het risico en de impact van informatiebeveiligings-incidenten toe. De continuïteit van zorgverlening kan hierdoor in gevaar komen. Het is van groot belang dat er voldoende aandacht is voor privacy en informatiebeveiliging. VWS ondersteunt het veld hierbij met aanscherping van de wettelijk verplichte informatiebeveiligingsnormen, door instrumenten in te zetten om bewustwording te vergroten en door veldpartijen te stimuleren risicobeperkende maatregelen te treffen en zorg te dragen voor handhaving en toezicht.

Veilig inloggen door burgers en zorgverleners is ook een belangrijke randvoorwaarde voor veilige digitalisering. VWS levert een bijdrage aan BZK voor het door ontwikkelen, implementeren en stimuleren van het gebruik van veilige authenticatie in de zorg. De komende jaren zal de zorg steeds meer aansluiten op de middelen en voorzieningen van BZK en een hoger betrouwbaarheidsniveau bij de toegang tot medische gegevens wil realiseren. Ook op Europees niveau wordt er gewerkt aan regelgeving voor digitale toegang (wallets) en Europese bron identiteit. VWS zal deze Europese wetgeving vertalen naar Nederlands beleid.

Met Artificiële Intelligentie (AI) en andere vormen van hergebruik van zorgdata kan een belangrijke bijdrage geleverd worden aan de verbetering van het welzijn en de gezondheid van de burgers , als ook een verbetering en transfor­matie van het zorgveld. Om een innovatie- en concurrentievoorsprong te verkrijgen ten opzichte van andere EU-lidstaten, willen we een AI Testing & Experimentation Facilities (TEF AI’s) oprichten. Hiervoor neemt het Erasmus MC neemt deel aan een (subsidie) call uit het Digital Europe Programma (DEP) van de Europese Commissie voor het opzetten van TEF AI’s. Erasmus MC wil samenwerken met 5 andere EU landen in een Europees consortium om gezamenlijk een TEF AI op te zetten. Eén van de voorwaarden voor deelname aan het Europees consortium is dat ieder lidstaat cofinanciering regelt van een totaalbedrag van € 5 miljoen. Dit bedrag wordt vanaf 2023 over een periode van 5 jaar betaald. In 2023 is hier € 1 miljoen voor beschikbaar. Het plaatsen van een TEF AI in Nederland maakt van het Erasmus MC een «center of excellence» op het gebied van AI in de zorg.

Vanuit het coalitieakkoord is € 2,1 miljoen beschikbaar gesteld voor het op orde brengen van de randvoorwaarden voor standaardisatie gegevensuitwisseling.

Overig

Innovatie en zorgvernieuwing

In 2023 wordt in februari de tweede slimme Zorgestafette georganiseerd voor patiënten/cliënten, mantelzorgers, professionals, zorgorganisaties, zorginkopers (zorgverzekeraar, zorgkantoor en gemeenten), werkgeversorganisaties, onderwijs en andere geinteresseerden. Het doel hiervan is om kennis over mogelijkheden en de implementatie van en transformatie naar slimme zorg in die regio te versnellen en te bouwen aan regionale samenwerking. Ook worden regio’s aan elkaar verbonden zodat er van elkaar geleerd wordt. Via zorgvoorinnoveren worden zorgorganisaties en innovatoren in de zorg o.a. via consultgesprekken en (digitale) innovatiecafé’s ondersteund bij het implementeren en opschalen van digitale toepassingen en de weg gewezen naar financiële ondersteuningsmogelijkheden voor opschalen. VWS volgt de resultaten van het toepassen van het toetsingskader voor gezondheidsapp’s zodat mensen ondersteund worden bij de keuze in de wereld van betrouwbare gezondheidsinformatie en -apps. Voor 2023 voert het RIVM de e-healthmonitor uit om het gebruik van slimme zorg en de kansen en belemmeringen daarbij in beeld te brengen.

In 2023 wordt de pgo-gebruikersregeling gecontinueerd.

Totaal is er in de begroting 2023 voor het programma Innovatie en zorgvernieuwing circa € 6,3 miljoen gereserveerd voor opdrachten, waarvan 2 mln voor de pgo gebruikersregeling (om leveranciers van pgo’s in staat te stellen goed funcitoneren pgot’s te (blijven) aanbieden voor uitwisseling vanuit de regeerakkoordmiddelen tbv standaardisatie van gegevensuitwisseling 

Bijdrage aan agentschappen

Informatiebeleid

Jaarlijks is een bijdrage beschikbaar voor het CIBG voor de SBV-Z en het UZI- register. Daarnaast wordt een bijdrage beschikbaar gesteld voor het toekomstbestendig maken van de UZI-middelen. Het gaat om pilots om met het zorgveld voor te sorteren op grootschalige implementatie. Voor 2023 is hiervoor € 21 miljoen beschikbaar.

  • De SectoraleBerichtenVoorziening in de Zorg (SBV-Z) van het CIBG is een betrouwbare bron voor het leveren van burgerservice­nummers (BSN’s) aan de zorgsector.

  • Het UZI-register (Unieke Zorgverlener Identificatie register) van het CIBG verstrekt UZI passen aan zorgaanbieder en indicatieorganen waarmee unieke identificatie van zorgaanbieders en indicatieorganen in de zorg mogelijk wordt gemaakt.

  • Implementatie door het starten van pilots waarin de beproefde oplos­ singsrichting UZI naar de praktijk wordt gebracht. In de pilots wordt het voor zorgprofessionals mogelijk gemaakt met verschillende (erkende) inlogmiddelen de zorgidentiteit uit het UZI-register op te halen voor toegang (identificatie en authenticatie) tot zorg uitwisselings- en informatiesystemen.

4. Inrichting Zorgstelsel

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

CAK

Het CAK voert diverse wettelijke taken uit waaronder het betalen van gelden aan zorginstellingen voor langdurige zorg, het opleggen, innen en incasseren van de eigen bijdragen voor de Wet langdurige zorg (Wlz) en de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo), de uitvoering van de burgerregelingen (waaronder de regelingen voor de wanbetalers, de gemoedsbezwaarden en de onverzekerden), de buitenlandtaak, de uitvoering van de subsidieregeling medisch noodzakelijke zorg aan onverzekerden, de vergoeding van zorg aan onverzekerbare vreemdelingen en het verstrekken van Schengen- en Engelstalige verklaringen. In de afgelopen jaren heeft het CAK zijn organisatiestructuur aangepast. In de komende jaren zal het CAK stap voor stap nog meer veranderingen doorvoeren. Vernieuwingen van de ICT-systemen en een cultuur waarin leren en ontwikkelen gemeengoed is zijn onder andere nodig om de (continuïteit van de) dienstverlening bij het CAK te garanderen en verder te verbeteren.

In 2023 is € 122,1 miljoen beschikbaar voor het CAK.

Nederlandse Zorgautoriteit (NZa)

De NZa ziet toe op een rechtmatige uitvoering van de Zvw en de Wlz en reguleert tarieven en prestaties in de zorg. Tevens ziet zij toe op naleving van de Wet marktordening gezondheidszorg (Wmg).

Inclusief middelen voor het Informatie Knooppunt Zorg (€ 1,5 miljoen) en middelen voor extra taken wegens de per 1 januari 2022 in werking getreden Wet toetreding zorgaanbieders (€ 2,4 miljoen) bedraagt het totaal beschikbare budget in 2023 circa € 70,2 miljoen.

Zorginstituut Nederland (ZiNL)

Het Zorginstituut Nederland voert diverse wettelijke taken uit: adviseren over het verzekerde Zvw- en Wlz-pakket, het stimuleren van de verbetering van de kwaliteit van de gezondheidszorg in Nederland, er voor zorgen dat iedereen toegang heeft tot begrijpelijke en betrouwbare informatie over de kwaliteit van geleverde zorg, adviseren over de gewenste ontwikkeling van beroepen en opleidingen in de gezondheidszorg, fondsbeheerder van het Zorgverzekeringsfonds (inclusief uitvoering van de risicoverevening) en het Fonds Langdurige Zorg; bevorderen van de rechtmatige en doelmatige uitvoering van de Wlz en het adviseren of het wenselijk is dat een nieuw beroep of specialisme in de Wet op de beroepen in de individuele gezondheidszorg moet worden gereguleerd.

Het coalitieakkoord zet in op Passende Zorg en – als onderdeel hiervan - het verbreden en verbeteren van de toets op het basispakket. Om hierop gerichte stappen te kunnen zetten, bekijkt VWS of intensivering van de werkzaamheden van het Zorginstituut noodzakelijk is.

In 2023 is € 74,2 miljoen beschikbaar voor het Zorginstituut. 

5. Zorg, welzijn en jeugdzorg op Caribisch Nederland

Subsidies

Zorg, jeugdzorg, welzijn en sport

VWS verstrekt aan een aantal jeugdorganisaties op Caribisch Nederland subsidies op basis van de Kaderregeling subsidies OCW, SZW en VWS. Instellingssubsidies worden jaarlijks verstrekt, maar hebben een structureel karakter. Daarnaast gaat het om enkele meerjarige projectsub­ sidies.

Hiervoor is € 4,6 miljoen begroot. Het overige deel is gereserveerd voor sport.

Opdrachten

Opdrachten COVID-19

De middelen voor 2023 circa € 12,7 miljoen worden ingezet voor de ondersteuning van de GGD in Caribisch Nederland bij bron- en contactonderzoek, vaccinatiecampagnes, testen en het opleiden van zorgpersoneel.

Opdrachten Zorg

De totale geraamde kosten in 2023 voor de zorguitgaven op Caribisch Nederland die voortvloeien uit het Besluit Zorgverzekering BES bedragen circa € 124 miljoen.

Opdrachten Jeugd, Welzijn en Sport

Circa € 4,9 miljoen is gereserveerd voor pleeg­zorgvergoedingen en voor het begeleiden van jongeren via Zorg en Jeugd Caribisch Nederland (ZJCN). Voor ouderenzorg is € 8,6 miljoen gereserveerd en voor het sport- en preventieakkoord € 2,7 miljoen.

Het bedrag genoemd onder opdrachten is exclusief de apparaatskosten van ZJCN; deze kosten staan op artikel 10.

Bijdragen aan medeoverheden

Overige

VWS verstrekt jaarlijks bijzondere uitkeringen aan de openbare lichamen op basis van artikel 92 lid 2 sub c Wet financiën openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba. Hiervoor is € 3,9 miljoen begroot. De uitkeringen zijn bestemd voor de uitvoering van verschillende activiteiten op het VWS domein in nauw overleg met de openbare lichamen, al dan niet vastgelegd in een afzonderlijk akkoord. De looptijd van de afspraak wisselt. Er vinden periodieke overleggen plaats met de openbare lichamen om de voortgang te monitoren. De financiële verantwoording verloopt via de jaarrekening van de openbare lichamen.

Licence