Base description which applies to whole site

5.1 Agentschap Rijkswaterstaat

Introductie

Waterstaat. RWS beheert en ontwikkelt de rijkswegen, -vaarwegen en -wateren en zet in op een duurzame leefomgeving.

Samen met anderen werkt RWS aan een land dat beschermd is tegen overstromingen, waar voldoende groen is, waar voldoende en schoon water is en waar je vlot en veilig van A naar B kunt. Samenwerken aan een veilig, leefbaar en bereikbaar Nederland. Dat is Rijkswaterstaat.

Het Ministerie van IenW kent een scheiding tussen beleid, toezicht en uitvoering. RWS fungeert hierbij als uitvoeringsorganisatie van het ministerie. Het formuleren van beleid is belegd bij de beleidsdirectoraten-generaal. Dit betekent dat de doelstellingen van het agentschap afhankelijk zijn van de (veelal lange termijn-) beleidsdoelstellingen en kaders die door IenW worden aangegeven. Deze beleidsdoelen zijn geformuleerd in de beleidsartikelen van de beleidsbegroting Hoofdstuk XII.

Producten en diensten

RWS treedt op als manager van het gebruik van een aantal hoofdinfrastructuurnetwerken (hoofdwegennet, hoofdvaarwegennet, hoofdwatersystemen), als beheerder van die netwerken, als realisator van uitbreidingen van deze netwerken en als adviseur voor het ten aanzien hiervan te voeren beleid. RWS voert deze taken uit vanuit een netwerkbenadering. Belangrijkste producten zijn:

  • Verkeersmanagement: het inzetten van instrumenten en hulpmiddelen om vraag en aanbod op elk moment zo goed mogelijk op elkaar af te stemmen en om het verkeersaanbod zo goed mogelijk af te wikkelen. Het betreft vooral bediening van objecten als bruggen en sluizen, verstrekken van routeinformatie en incidentmanagement.

  • Watermanagement: reguleren van de hoeveelheden water in het hoofdwatersysteem en van de kwaliteit daarvan, door het hanteren van de te onderscheiden categorieën «vasthouden/bergen/afvoeren» en «schoonhouden/scheiden/zuiveren».

  • Exploitatie, onderhoud en vernieuwing: instandhouding van objecten en areaal op een vooruitstrevende, toekomstgerichte manier, gericht op het ook in technische zin steeds verder ontwikkelen van het netwerk of systeem.

  • Aanleg: dit betreft investeringen om de functionaliteit van het netwerk te vergroten. Nieuwe verbindingen of verbreding van bestaande.

  • Beleidsondersteuning en –advisering: het uitvoeren van studies of het leveren van bijdragen daaraan, adviezen met betrekking tot beleidsnota’s en de uitvoerbaarheid van beleid.

  • Leveren van kennis, expertise en materieel: ten behoeve van beleidsondersteuning en -advisering, milieu en leefomgeving, grote (aanleg)projecten en aansturing projecten en uitvoeringsorganisaties, het verstrekken van subsidies en basisinformatie.

Tabel 121 Begroting van baten-lastenagentschap Rijkswaterstaat voor het jaar 2024 (bedragen x € 1.000)
 

2022

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Baten

       

- Omzet

3.108.887

3.475.649

3.559.455

3.656.524

3.862.750

3.857.863

3.853.758

waarvan omzet moederdepartement

3.531.340

3.266.861

3.312.661

3.408.580

3.449.254

3.427.917

3.409.030

waarvan omzet overige departementen

93.395

100.818

95.417

90.333

90.333

90.333

90.333

waarvan omzet derden

221.994

219.108

221.439

221.459

221.459

221.459

221.459

waarvan omzet nog uit te voeren werkzaamheden

‒ 737.842

‒ 111.138

‒ 70.062

‒ 63.848

101.704

118.154

132.936

Rentebaten

5.075

40.332

46.172

47.117

45.332

41.190

36.717

Vrijval voorzieningen

694

0

0

0

0

0

0

Bijzondere baten

1.798

1.500

1.500

1.500

1.500

1.500

1.500

Totaal baten

3.116.454

3.517.481

3.607.127

3.705.141

3.909.582

3.900.553

3.891.975

        

Lasten

       

Apparaatskosten

1.360.749

1.489.143

1.473.122

1.470.334

1.472.816

1.464.887

1.457.331

- Personele kosten

1.067.140

1.131.452

1.126.869

1.128.529

1.128.107

1.126.174

1.124.175

waarvan eigen personeel

1.002.239

1.050.957

1.057.497

1.059.055

1.058.659

1.056.845

1.054.969

waarvan inhuur externen

64.901

80.495

69.372

69.474

69.448

69.329

69.206

waarvan overige personele kosten

0

0

0

0

0

0

0

- Materiele kosten

293.609

357.691

346.253

341.805

344.709

338.713

333.156

waarvan apparaat ICT

48.286

46.983

46.983

47.115

47.096

47.012

46.925

waarvan bijdrage aan SSO's

69.730

67.848

67.848

68.039

68.012

67.890

67.764

waarvan overige materiële kosten

175.593

242.860

231.422

226.651

229.601

223.811

218.467

Externe productkosten

1.708.515

1.998.341

2.101.059

2.199.061

2.397.210

2.392.468

2.388.723

Rentelasten

783

1.468

2.936

4.098

5.174

6.113

6.871

Afschrijvingskosten

18.357

18.879

20.359

21.998

24.732

27.435

29.400

- Materieel

17.106

18.744

20.199

21.831

24.584

27.407

29.379

waarvan apparaat ICT

4.856

4.554

4.609

3.633

4.182

4.467

4.866

waarvan overige materiële afschrijvingskosten

12.250

14.190

15.590

18.198

20.402

22.940

24.513

- Immaterieel

1.251

135

160

167

148

28

21

Overige lasten

12.598

8.000

8.000

8.000

8.000

8.000

8.000

waarvan dotaties voorzieningen

11.396

8.000

8.000

8.000

8.000

8.000

8.000

waarvan bijzondere lasten

1.202

0

0

0

0

0

0

Totaal lasten

3.101.002

3.515.831

3.605.476

3.703.491

3.907.932

3.898.903

3.890.325

        

Saldo van baten en lasten gewone bedrijfsuitoefening

15.452

1.650

1.650

1.650

1.650

1.650

1.650

Agentschapsdeel Vpb-lasten

9

130

130

130

130

130

130

Saldo van baten en lasten

15.443

1.520

1.520

1.520

1.520

1.520

1.520

Dotatie aan reserve Rijksrederij

2.094

1.520

1.520

1.520

1.520

1.520

1.520

Te verdelen resultaat

13.349

0

0

0

0

0

0

Toelichting

Baten

Omzet

Omzet moederdepartement

De omzet moederdepartement bestaat uit een apparaatsdeel en een programmadeel. Het apparaatsdeel dient ter dekking van de interne kosten van RWS (apparaatskosten inclusief rente- en afschrijvingskosten) die verband houden met verkeers- en watermanagement, beheer, exploitatie en vernieuwing, aanleg en beleidsondersteuning en –advisering. Het programmadeel dient ter dekking van de externe productkosten voor verkeers- en watermanagement, beheer en onderhoud, verkenningen en planuitwerkingen, servicepakketten, landelijke taken, Caribisch Nederland en Omgevingswet.

Tabel 122 Specificatie omzet moederdepartement (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Agentschapsbijdrage Deltafonds

706.497

654.970

715.286

697.094

698.068

692.268

Artikel 1 Investeren in waterveiligheid

10.931

1.376

1.474

1.355

486

486

Artikel 2 Investeren in zoetwatervoorzieningen

692

     

Artikel 3 Beheer Onderhoud en Vervanging

318.400

294.860

347.571

272.435

253.805

255.225

Artikel 5 Netwerkgebonden kosten en overig

363.871

352.657

360.595

421.178

442.176

435.480

Artikel 7 Waterkwaliteit

12.603

6.077

5.646

2.126

1.601

1.077

Agentschapsbijdrage Mobiliteitsfonds

2.488.968

2.594.234

2.631.473

2.692.419

2.670.549

2.657.834

Artikel 12 Hoofdwegennet

1.619.375

1.658.822

1.710.878

1.783.574

1.764.836

1.756.073

Artikel 15 Hoofdvaarwegennet

869.593

935.412

920.595

908.845

905.713

901.761

Agentschapsbijdrage Hoofdstuk XII

64.396

56.457

54.821

52.741

52.300

51.928

Artikel 11 Waterkwaliteit

15.346

14.382

14.238

14.014

14.027

13.846

Artikel 13 Ruimtelijke ontwikkeling

5.489

4.154

4.154

4.153

4.154

4.153

Artikel 14 Wegen en verkeersveiligheid

12.970

10.267

9.355

7.496

7.495

7.496

Artikel 16 Spoor

1.057

830

830

830

830

830

Artikel 17 Luchtvaart

858

473

473

473

53

53

Artikel 18 Scheepvaart en Havens

2.810

1.818

1.239

1.239

1.239

1.239

Artikel 19 Klimaat

644

421

421

421

421

252

Artikel 20 Lucht en geluid

2.816

3.128

3.128

3.128

3.128

3.128

Artikel 21 Duurzaamheid

11.662

10.773

10.773

10.773

10.773

10.773

Artikel 22 Externe veiligheid en risico's

7.580

7.020

7.020

7.020

7.020

7.020

Artikel 97 Algemeen departement

3.164

3.191

3.190

3.194

3.160

3.138

Overige omzet IenW

7.000

7.000

7.000

7.000

7.000

7.000

Totaal

3.266.861

3.312.661

3.408.580

3.449.254

3.427.917

3.409.030

Van totaal omzet IenW

      

*apparaat (interne kosten)

1.355.723

1.342.599

1.344.732

1.350.958

1.346.071

1.341.966

*programma (externe productkosten)

1.911.138

1.970.062

2.063.848

2.098.296

2.081.846

2.067.064

Omzet overige departementen

De omzet overige departementen heeft met name betrekking op:

  • Vergoedingen van het ministerie van Defensie, het ministerie van Financiën en het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit voor het gebruik van de vaartuigen van de Rijksrederij.

  • Vergoedingen van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties voor de capaciteit die RWS levert in het kader van de Omgevingswet en de bijbehorende externe productkosten.

  • Vergoedingen van diverse ministeries voor het door RWS ter beschikking stellen van kennis, expertise en materieel in het kader van Werken voor en met Partners.

  • Vergoedingen van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat en het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties voor de capaciteit die RWS levert in het kader van beleidsondersteuning en advisering en de bijbehorende externe productkosten.

Tabel 123 Specificatie omzet overige departementen (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Rijksrederij

49.598

49.598

49.598

49.598

49.598

49.598

Omgevingswet

31.773

26.372

21.288

21.288

21.288

21.288

Werken voor en met Partners

11.500

11.500

11.500

11.500

11.500

11.500

Beleidsadvisering en ondersteuning (BOA)

6.947

6.947

6.947

6.947

6.947

6.947

Overig

1.000

1.000

1.000

1.000

1.000

1.000

Totaal

100.818

95.417

90.333

90.333

90.333

90.333

Omzet derden

De omzet derden heeft met name betrekking op:

  • Vergoedingen van o.a. provincies, gemeenten en de Europese Unie in het kader van het beheer en onderhoud van de infrastructuur.

  • Uitkeringen van verzekeraars in het kader van Schaderijden en Schadevaren ter dekking van de kosten van reparatiewerkzaamheden.

  • Ontvangsten uit de pacht van benzinestations, de ingebruikgeving van RWS areaal (huur, pacht) en incidentele verloop van RWS areaal. Deze ontvangsten worden via het Rijksvastgoedbedrijf (RVB) ontvangen.

  • Opbrengsten voor de Nationale Bewegwijzeringsdienst (NBD) en de Nationale Databank Wegverkeersgegevens (NDW).

  • Vergoedingen van o.a. provincies, gemeenten, waterschappen, kennisinstellingen en bedrijven voor het door RWS ter beschikking stellen van kennis, expertise en materieel in het kader van Werken voor en met Partners.

  • Opbrengsten uit vergunningverlening in het kader van de Waterwet.

Tabel 124 Specificatie omzet derden (bedragen x € 1.000)
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Beheer en Onderhoud

35.000

35.000

35.000

35.000

35.000

35.000

Schaderijden en Schadevaren

35.704

35.725

35.745

35.745

35.745

35.745

Rijksvastgoedbedrijf (RVB)

59.100

61.410

61.410

61.410

61.410

61.410

Nationale Bewegwijzeringsdienst (NBD)

25.024

25.024

25.024

25.024

25.024

25.024

Nationale Databank Wegverkeersgegevens (NDW)

21.180

21.180

21.180

21.180

21.180

21.180

Werken voor en met Partners

19.000

19.000

19.000

19.000

19.000

19.000

Waterwet

17.000

17.000

17.000

17.000

17.000

17.000

Overig

7.100

7.100

7.100

7.100

7.100

7.100

Totaal

219.108

221.439

221.459

221.459

221.459

221.459

Omzet nog uit te voeren werkzaamheden

RWS is een agentschap met een baten-lasten administratie. Bij de instelling van het agentschap is met het ministerie van Financiën afgesproken dat RWS geen resultaat (verlies of winst) mag behalen op de kosten die worden gemaakt voor activiteiten die door de markt worden verricht. De middelen die aan het einde van een boekjaar over zijn of tekort worden gekomen, worden op de balans van RWS verantwoord onder de benaming Nog Uit Te voeren Werkzaamheden (NUTW). Via deze balanspost kunnen middelen eerder of later worden aangewend dan oorspronkelijk voorzien. Deze werkwijze is analoog aan de werkwijze die wordt gevolgd op het Deltafonds en het Mobiliteitsfonds. Daar wordt immers een saldo dat in enig jaar ontstaat meegenomen naar of verrekend met het volgende begrotingsjaar. Tijdens de voorbereiding en uitvoering van werkzaamheden kan immers blijken dat deze op een later of eerder moment gerealiseerd zullen worden dan bij het opstellen van de programmering en begroting was voorzien. De omvang van deze balanspost wordt aan het eind van ieder jaar bepaald door de kosten in dat jaar van de omzet af te trekken. De balanspost wordt in volgende jaren weer aan de omzet toegevoegd. De NUTW per ultimo 2022 bedraagt per saldo € 1.110,1 miljoen. In de bijlage «Instandhouding» van de jaarverslagen 2022 van het Infrastructuurfonds en het Deltafonds is de opbouw van de NUTW per ultimo 2022 weergegeven.

Rentebaten

Rentebaten zijn het gevolg van de gestegen rentepercentages sinds 2022, ter bestrijding van de inflatie. RWS ontvangt rente op de rekening-courant verhouding met het ministerie van Financiën. Daarnaast ontvangt RWS ook rentebaten op bedragen die in deposito zijn gezet en tot uitkering komen.

Bijzondere baten

De geraamde bijzondere baten betreffen voornamelijk verwachte boekwinst op de verkoop van vaste activa.

Lasten

Apparaatskosten

Specificatie personele kosten

Tabel 125 Specificatie personele kosten
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Formatie (in FTE)

9.691

9.691

9.718

9.715

9.697

9.679

- waarvan capaciteit structurele werkzaamheden

9.401

9.564

9.644

9.644

9.668

9.665

- waarvan capaciteit tijdelijke opdrachten

290

127

74

71

29

14

Eigen personeel (x € 1.000)

1.050.957

1.057.497

1.059.055

1.058.659

1.056.845

1.054.969

Inhuur externen (x € 1.000)

80.495

69.372

69.474

69.448

69.329

69.206

De formatie van RWS bestaat uit capaciteit voor structurele werkzaamheden en capaciteit voor tijdelijke opdrachten.

Capaciteit structurele werkzaamheden

In de ontwerpbegroting 2023 is de eerder tot en met 2025 gefinancierde structurele capaciteit van 9.250 FTE’s voor de jaren 2024 en 2025 opgehoogd naar 9.341 FTE’s. In de begroting 2024 is besloten om deze capaciteit verder te verhogen naar circa 9.400 FTE’s en structureel (einde looptijd fonds) te financieren. Aanvullend hierop wordt tot en met 2030 de capaciteit voor structurele werkzaamheden in lijn met de extra ambitie van dit kabinet op instandhouding verhoogd naar 9.665 FTE’s.

Capaciteit tijdelijke opdrachten

RWS heeft ook capaciteit voor het uitvoeren van tijdelijke opdrachten. Dit betreft onder anderen capaciteit voor opdrachten voor uitvoering:

  • Wet Open Overheid (27 FTE in 2023, oplopend naar 31 FTE in 2026);

  • specialistische capaciteit stikstof (13 FTE in 2023 en 2024);

  • slim watermanagement (8 FTE tot en met 2026);

  • Net op zee (33 FTE ins 2023, aflopend naar 6 FTE in 2028);

  • Parlementaire Onderzoekscommissie Kinderopvangtoeslag (POK) (8 FTE in 2023, aflopend naar 4 FTE in 2026);

  • schoon en emissieloos bouwen (5 FTE in 2023, 2024 en 2025, daarna naar 3 FTE tot en met  2028);

  • implementatie klimaatbestendige zoetwatervoorziening (6 FTE in 2023, aflopend naar 4 FTE in 2027).

Eigen personeel

De kracht van Rijkswaterstaat ligt in de zakelijke en professionele wijze waarop het zijn kerntaken uitvoert. Om daarop te kunnen sturen is gedefinieerd welke taken RWS met eigen mensen uitvoert (de kerntaken) en welke taken aan de markt worden overgelaten (de niet-kerntaken).

De kosten van externe inhuur betreffen de inzet van derden op de kerntaken van RWS. Daarnaast vindt er inzet van derden plaats op taken die RWS van de markt betrekt (niet-kerntaken).

Inhuur apparaat (kerntaken)

RWS streeft ernaar om de inhuur van externen op kerntaken zoveel mogelijk te beperken vanuit het basisprincipe dat Rijkswaterstaat op kerntaken eigen mensen inzet, ter vermindering van de kwetsbaarheid en het verkleinen van de afhankelijkheid van externen. Inhuur op kerntaken vindt in beginsel alleen plaats als er sprake is van piekbelasting in de directe productie of in geval van onderbezetting, ziekte of vervanging. Inhuur op kerntaken kan ook een keuze zijn als vanuit de arbeidsmarkt hele specifieke kennis/specialisme niet kan worden aangetrokken.

Inhuur programma (niet-kerntaken)

Gelet op de omvang van de productieopgave van RWS blijft de inhuur op taken die bij de markt zijn belegd (de niet-kerntaken) substantieel. Voor het betrekken van externe capaciteit op niet-kerntaken geldt dat deze zoveel mogelijk op basis van op productafspraken gebaseerde contracten zal worden gedaan, tenzij dat om inhoudelijke of aansturingsredenen niet doelmatig is.

De inhuur op niet-kerntaken in het primaire proces wordt met name verantwoord op de post beheer en onderhoud in deze agentschapsbegroting en de artikelonderdelen aanleg en vernieuwing in de begrotingen van het Mobiliteitsfonds en het Deltafonds.

Tabel 126 Specificatie inhuur
 

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Apparaat (kerntaken)

80.495

69.372

69.474

69.448

69.329

69.206

Programma (niet-kerntaken)

127.007

129.857

140.814

143.934

139.988

127.494

Totaal

207.502

199.229

210.288

213.382

209.317

196.700

Materiële kosten

De materiele kosten bestaan uit bezetting gerelateerde materiele kosten (o.a. ICT, huisvesting en diensten en middelen, zoals catering, schoonmaak en beveiliging) en areaal gerelateerde materiële kosten (o.a. auto’s weginspecteurs).

Externe productkosten

Op deze post worden de externe productkosten voor verkeers- en watermanagement, beheer en onderhoud, servicepakketten, verkenningen en planuitwerkingen, landelijke taken, waterkwaliteitsprojecten, Caribisch Nederland, Omgevingswet en beleidsondersteuning- en advisering verantwoord.

Rentelasten

Dit betreft de kosten van rentedragende leningen die bij het Ministerie van Financiën zijn afgesloten.

Afschrijvingskosten

Dit betreft de reguliere afschrijvingskosten van zowel materiële als immateriële vaste activa.

Overige lasten

Dit betreft de dotatie aan de voorziening groot onderhoud vaartuigen.

Tabel 127 Kasstroomoverzicht over het jaar 2024 (bedragen x € 1.000)
  

2022

2023

2024

2025

2026

2027

2028

1.

Rekening courant RHB 1 januari + depositorekeningen

735.742

1.530.697

1.640.942

1.719.948

1.793.016

1.700.199

1.591.248

 

+/+ totaal ontvangsten operationele kasstroom

3.825.406

3.628.619

3.677.189

3.768.989

3.807.878

3.782.399

3.759.039

 

-/- uitgaven operationele kasstroom

‒ 3.028.980

‒ 3.489.082

‒ 3.577.247

‒ 3.673.623

‒ 3.875.330

‒ 3.863.598

‒ 3.853.055

2

Totaal operationele kasstroom

796.426

139.537

99.941

95.366

‒ 67.452

‒ 81.199

‒ 94.016

 

-/- totaal investeringen

‒ 22.253

‒ 48.808

‒ 59.913

‒ 56.971

‒ 61.375

‒ 53.062

‒ 53.062

 

+/+ totaal boekwaarde desinvesteringen

1.285

      

3.

Totaal investeringskasstroom

‒ 20.968

‒ 48.808

‒ 59.913

‒ 56.971

‒ 61.375

‒ 53.062

‒ 53.062

 

-/- eenmalige uitkering aan moederdepartement

‒ 4.306

‒ 19.309

     
 

+/+ eenmalige storting door het moederdepartement

19.612

8.500

     
 

-/- aflossingen op leningen

‒ 14.545

‒ 16.043

‒ 17.940

‒ 19.449

‒ 22.297

‒ 25.098

‒ 26.916

 

+/+ beroep op leenfaciliteit

18.736

46.368

56.918

54.122

58.307

50.409

50.409

4.

Totaal financieringskasstroom

19.497

19.516

38.978

34.673

36.010

25.311

23.493

5.

Rekening courant RHB 31 december + depositorekeningen (=1+2+3+4)

1.530.697

1.640.942

1.719.948

1.793.016

1.700.199

1.591.248

1.467.663

Toelichting

Operationele kasstroom

Hieronder vallen de inkomsten en uitgaven uit de reguliere bedrijfsvoering.

Investeringskasstroom

Hieronder vallen de verkopen van activa en de nieuwe investeringen. De nieuwe investeringen hebben betrekking op het in stand houden van de activa van RWS.

Financieringskasstroom

Hieronder vallen alle geldstromen die gerelateerd zijn aan de financiering van het agentschap. RWS doet een beroep op de leenfaciliteit bij het Ministerie van Financiën ter financiering van de investeringen. Daarnaast wordt in de begroting van het agentschap rekening gehouden met de aflossing op deze leenfaciliteit. De storting door moederdepartement betreft de aflossing van de langlopende vordering die RWS heeft op het moederdepartement. In 2023 is het surplus Eigen Vermogen (€ 19,3 miljoen) teruggestort naar het moederdepartement.

Tabel 128 Overzicht doelmatigheidsindicatoren

Omschrijving

2022

2023

2024

2025

2026

2027

2028

        

Apparaatskosten per eenheid areaal (bedragen x € 1.000)

       

Hoofdwatersysteem

1,4

1,5

1,5

1,5

1,5

1,5

1,5

Hoofdwegennet

28,6

33,7

34,7

34,8

35,4

35,8

34,8

Hoofdvaarwegennet

29,4

32,0

32,2

31,9

32,7

32,9

32,3

        

% Apparaatskosten ten opzichte van de omzet

       

% Apparaatskosten ten opzichte van de omzet

25%

23%

22%

21%

21%

21%

23%

        

Tarief per FTE (bedragen x € 1)

       

Tarief per FTE

142.639

147.465

146.918

146.821

147.526

147.349

147.123

        

Omzet agentschap per productgroep (bedragen x € 1.000)

       

Hoofdwatersysteem

592.200

674.060

634.522

696.651

726.777

732.552

731.067

Hoofdwegennet

1.384.350

1.566.327

1.625.380

1.680.402

1.832.119

1.821.233

1.819.526

Hoofdvaarwegennet

782.191

850.254

923.221

909.485

926.542

926.273

924.893

Overig

34.757

65.082

59.477

58.194

65.519

66.013

66.480

Totaal

2.793.498

3.155.723

3.242.599

3.344.732

3.550.958

3.546.071

3.541.966

        

Bezetting

       

FTE formatie

10.167

9.826

9.691

9.718

9.715

9.697

9.679

% overhead

14%

13%

13%

13%

13%

13%

13%

        

Exploitatiesaldo (% van de baten)

       

Exploitatiesaldo (% van de baten)

0,5%

0,0%

0,0%

0,0%

0,0%

0,0%

0,0%

        

Gebruikerstevredenheid

       

Publieksgerichtheid

*

70%

70%

70%

70%

70%

70%

Gebruikerstevredenheid HWS

*

70%

70%

70%

70%

70%

70%

Gebruikerstevredenheid HWN

80%

80%

80%

80%

80%

80%

80%

Gebruikerstevredenheid HVWN

77%

75%

75%

75%

75%

75%

75%

        

Ontwikkeling PIN-waarden

       

Hoofdwatersysteem

100

100

100

100

100

100

100

Hoofdwegennet

100

100

100

100

100

100

100

Hoofdvaarwegennet

100

100

100

100

100

100

100

*Voor het jaar 2022 is de bezetting opgenomen.

       

Apparaatskosten per eenheid areaal

Deze indicator geeft informatie over hoe de kosten die het apparaat van RWS maakt voor verkeersmanagement en beheer en onderhoud zich ontwikkelen ten opzichte van het areaal.

Percentage apparaatskosten ten opzichte van de omzet

Deze indicator geeft de verhouding weer tussen de kosten van het apparaat en de totale omzet (zowel BLS als GVKA) van RWS.

Tarief per FTE

Deze indicator geeft de ontwikkeling weer van de kosten (personele kosten, materiele kosten, afschrijvingskosten en rentelasten) per formatieve ambtelijke FTE.

Omzet agentschap per productgroep

In de tabel is de omzet moederdepartement (inclusief de omzet nog uit te voeren werkzaamheden) uitgesplitst naar de verschillende netwerken.

Bezetting

FTE formatie: deze voorgeschreven indicator geeft aan hoe de ambtelijke formatie van RWS zich ontwikkelt.

Percentage overhead: deze indicator geeft aan welk deel van het ambtelijke personeel (in FTE) binnen RWS zich bezig houdt met de bedrijfsvoering. Bedrijfsvoering bevat alle processen die ondersteunend zijn aan de organisatie. Het streven is daarbij voortdurend een optimale kwalitatieve en kwantitatieve omvang van de bedrijfsvoering.

Exploitatiesaldo (% van de baten)

Deze voorgeschreven indicator toont de ontwikkeling van het saldo van baten en lasten als percentage van de totale baten.

Gebruikerstevredenheid

Publieksgerichtheid: deze indicator geeft aan hoe tevreden onze gebruikers en partners over RWS zijn als publieke dienstverlenende organisatie. Dan gaat het over zaken als «luisteren; verwachtingenmanagement; aanspreekbaarheid; houding en gedrag en de wijze waarop wij communiceren».

Gebruikerstevredenheid (per netwerk): deze indicator geeft aan hoe tevreden onze gebruikers over de kwaliteit van de drie netwerken zijn. Denk daarbij aan veiligheid, doorstroming; kwaliteit infrastructuur en tijdige en betrouwbare informatievoorziening (gekoppeld aan de netwerken).

Ontwikkeling PIN-waarden

De ontwikkeling van de PIN-waarden (prestatie-indicatorwaarden) geeft een beeld hoe de ontwikkeling is in de toestand van het door RWS beheerde areaal. Het weergegeven cijfer betreft een index ten opzichte van het jaar 2018. De bijlage instandhouding bij de begrotingen van het Mobiliteitsfonds en het Deltafonds biedt inzicht in instandhouding en de gehanteerde PIN-waarden.

Licence