Base description which applies to whole site

2.3.1 Endogene ontwikkeling belasting- en premieontvangsten 2014

De endogene toename van de ontvangsten volgt uit de economische indicatoren zoals deze geraamd zijn in de Macro Economische Verkenning 2014. Voor 2014 verwacht het Centraal Planbureau (CPB) een waardeontwikkeling van het bbp van 1,9 procent. De endogene groei van de totale belasting- en premieontvangsten bedraagt in 2014 naar verwachting 1,0 procent. Hoewel weer sprake is van een groei van de inkomsten in 2014, blijft deze ook in 2014 achter bij de waardeontwikkeling van het bbp. Voor de ontwikkeling van de belasting- en premieontvangsten is – zoals in hoofdstuk 3 is toegelicht – vooral van belang hoe de economische groei is samengesteld, elke belastingsoort kent immers een eigen grondslag. De verschillende belastinggrondslagen zijn elk op een andere wijze gerelateerd aan de onderdelen van het bbp, waardoor de ontwikkeling als gevolg van de economische groei per belastingsoort kan verschillen.

De endogene groei van de inkomsten uit de indirecte belastingen in 2014 bedraagt 1,5 procent. Deze ontwikkeling hangt vooral af van de btw-ontvangsten, verreweg de grootste post bij de indirecte belastingen. Deze btw-ontvangsten worden met name bepaald door de consumptieve bestedingen, investeringen in woningen en overheidsinvesteringen. De (waarde) van de particuliere consumptie kent in 2014 een matige groei van 1,0 procent. De ontwikkeling hiervan blijft in 2014 nog achter bij de totale economische groei. Dankzij een sterkere groei van de investeringen in woningen en de overheidsinvesteringen met respectievelijk 3,0 en 3,1 procent, komt de groei van de btw-ontvangsten naar verwachting uit op 1,8 procent.

Verder komen de bpm-ontvangsten in 2014 naar verwachting 4,6 procent lager uit dan in 2013. De bpm-ontvangsten worden bepaald door het aantal autoverkopen en het aandeel van kleinere en/of zuinigere auto’s daarin. Daarnaast kennen de ontvangsten uit de accijnzen in 2014 een zeer bescheiden ontwikkeling van 0,7 procent. Ten slotte wordt voor 2014 een ontwikkeling van 0,4 procent van de ontvangsten uit de belastingen van rechtsverkeer verwacht. Dit is het samengestelde effect van een toename van de ontvangsten uit de assurantiebelasting (1,0 procent) en een daling van de ontvangsten uit de overdrachtsbelasting (– 1,1) procent. Deze daling wordt met name veroorzaakt door lagere verkoopprijzen van (tweedehands) woningen in 2014.

De endogene ontwikkeling van de directe belastingen bedraagt 0,7 procent in 2014. De qua omvang belangrijkste post daarbinnen betreft de loon- en inkomensheffing.2 Voor de groei daarvan zijn vooral macro-economische indicatoren als de loonontwikkeling, de werkgelegenheid en de ontwikkeling van winsten van zelfstandigen van belang. De ontwikkeling van de grondslag van de loon- en inkomensheffing wordt daarnaast met name bepaald door de ontwikkeling van de hypotheekrenteaftrek en pensioenpremies. De negatieve ontwikkeling van de werkgelegenheid (– 0,8 procent) wordt gemitigeerd door een positieve loonontwikkeling bij bedrijven (1,2 procent). Per saldo resteert een beperkte groei van de ontvangsten uit de loonheffing van 0,2 procent. De ontvangsten uit de inkomensheffing nemen in 2014 vooral toe door een daling van de omvang van de hypotheekrenteaftrek.

Ten slotte is de ontwikkeling van de vpb-ontvangsten in absolute termen nihil. Hoewel in 2014 weer sprake is van een positieve winstverwachting, drukken verrekenbare verliezen uit het verleden de vpb-ontvangsten

Licence