Base description which applies to whole site

Beleidsartikel 5 Toegenomen menselijke ontplooiing en sociale ontwikkeling

Beleidsartikel 5 toegenomen menselijke ontplooiing en sociale ontwikkeling (x EUR 1 000)
  

Realisatie 2006

Realisatie 2007

Realisatie 2008

Realisatie 2009

Realisatie 2010

Vastgestelde begroting 2010

Verschil 2010

Verplichtingen:

4 727 790

560 411

1 574 209

631 794

2 719 802

2 896 194

– 176 392

         

Uitgaven:

       
         

Programma-uitgaven totaal

1 653 341

1 581 035

1 683 666

1 493 155

1 548 022

1 587 119

– 39 097

         

5.1

Alle kinderen, jongeren en volwassenen hebben gelijke kansen om kwalitatief goed onderwijs te doorlopen, dat hen de benodigde vaardigheden en kennis biedt om op een volwaardige wijze deel te kunnen nemen aan de samenleving

397 461

464 919

364 368

313 506

309 653

321 171

– 11 518

         

5.2

Versterking van het gebruik van kennis en onderzoek in beleid en praktijk van ontwikkelingssamenwerking en versterking van post-secundair onderwijs- en onderzoekscapaciteit in partnerlanden. Vermindering van kwalitatieve en kwantitatieve tekorten aan geschoold middenkader

120 379

124 889

134 635

155 858

168 272

169 829

– 1 557

         

5.3

Gender

2 764

3 938

31 340

38 999

40 151

48 536

– 8 385

         

5.4

HIV/Aids

277 873

282 343

313 705

303 901

271 182

286 491

– 15 309

         

5.5

Reproductieve gezondheid

114 087

141 698

161 873

183 316

156 639

187 480

– 30 841

         

5.6

Participatie civil society

740 777

563 248

677 745

497 575

602 125

573 612

28 513

Verplichtingen

Geen toelichting

Uitgaven

5.3 Gender

De lagere uitgave van EUR 8,4 miljoen op dit sub-artikel wordt voornamelijk veroorzaakt door vertraging in de nieuwe toezeggingsronde voor de bijdragen aan het Violence-against-Women-Trust Fund (VAW Fund) van UNIFEM van EUR 4 miljoen. Bij de 1e suppletoire wet heeft, als gevolg van een temporisering in de uitvoering van het programma van het MDG-3 fonds, een verlaging van EUR 4,3 miljoen plaatsgevonden. Bij de Decemberbrief is het artikel verhoogd met EUR 2 miljoen in verband met additionele betaalverzoeken van het MDG-3 fonds.

5.5 Reproductieve gezondheidszorg

Bij de 1e suppletoire wet is het budget met ruim EUR 15 miljoen verlaagd. Deze verlaging is grotendeels het gevolg van een neerwaartse mutatie in de uitgaven aan de landenprogramma’s op het gebied van de reproductieve gezondheidszorg en algemene gezondheidszorg. Op de landenprogramma’s is binnen het thema algemene gezondheidszorg, (in Bangladesh door herziening van de activiteitenportefeuille in de gezondheidssector, in Zambia door onvoldoende voortgang in het Governance Action Plan, zoals gemeld in de Decemberbrief en in Suriname doordat er minder middelen nodig waren voor de uitvoering van de bestaande projectenportefeuille, een en ander in lijn met het uitfaseringsplan van de verdragsmiddelen) minder uitgegeven. Ook op de landenprogramma’s voor de reproductieve gezondheidszorg is er onderuitputting ontstaan. Met name in Mali door vertraging in de uitvoering van het programma en in Jemen door achterblijvende prestaties.

Slotwet

Beleidsartikel 5 Toegenomen menselijke ontplooiing en sociale ontwikkeling
 

Verplichtingen x EUR 1 000

Stand 2e suppletoire begroting 2010

3 481 089

Mutaties Slotwet 2010

– 761 287

Stand Slotwet 2010 (realisatie)

2 719 802

Verplichtingen

De verplichtingenstand is met EUR 761 miljoen verlaagd. Dit wordt deels verklaard door het niet aangaan van de verplichting voor Education for All/Fast Track Initiative (EFA//FTI) Catalytic Fund. Ook de verplichtingen voor Global Alliance for Vaccins and Immunizations (GAVI) van EUR 72 miljoen en voor het programma personele samenwerking met ontwikkelingslanden (PSO) voor EUR 20 miljoen zijn niet aangegaan in 2010. Voor het Global Fund to fight Aids, Tuberculose and Malaria (GFATM) is de overeenkomst neerwaarts bijgesteld. Op de landenprogramma’s op het gebied van onderwijs is minder verplicht, ondermeer in Mali, Uganda en Burkina Faso. Op de landenprogramma’s op het gebied van gezondheidszorg zijn de verplichtingen lager, voornamelijk door een decommittering op het gezondheidsprogramma in Zambia. Bij het onderzoeksprogramma zijn er minder nieuwe verplichtingen aangegaan in verband met een lager beschikbaar budget in 2011. De verplichting voor International Labour Organisation (ILO) is lager doordat er maar voor twee jaar gecommitteerd is, terwijl aanvankelijk werd uitgegaan van een committering van vier jaar. Naast het plafond van de subsidie is dit jaar voor het eerst de stand van de openstaande verplichtingen ad EUR 105 mln per 31 december 2010 bij de NUFFIC ingevoerd als verplichting. Onderdeel van de EUR 761 miljoen is een correctie van EUR 434 mln ten opzichte van de technische verhoging die eerder bij de 2e suppletoire wet is opgenomen.

Beleidsartikel 5 Toegenomen menselijke ontplooiing en sociale ontwikkeling
 

Uitgaven x EUR 1 000

Stand 2e suppletoire begroting 2010

1 546 610

Mutaties Slotwet 2010

1 412

Stand Slotwet 2010 (realisatie)

1 548 022

Uitgaven

Geen toelichting

Beleidsartikel 5

Onderzoek naar de doelmatigheid en doeltreffendheid van beleid: overzicht met betrekking tot onderzoek geprogrammeerd voor afronding in 2010

Operationele doelstelling

Titel van de evaluatie

Jaar van afronding

 

Beleidsdoorlichtingen

 

 

Effectenonderzoek ex post

 

5.1

1. Vervolg evaluatie basisonderwijs Oeganda

2011

5.1

2. Impactevaluaties basisonderwijs

2011

5.3

3. Nationaal Actieplan 1 325

2011

5.5

4. Effectenonderzoek SRGR (o.a. Nicaragua)

2012

5.4/5.5/5.6

5. Landenstudie Nicaragua: gezondheid, SRGR, maatschappelijk middenveld

2010

5.6

6. Capaciteitsversterking case studies, zie OD 4.4

2011

 

Overig evaluatieonderzoek

 

5.1

7. Fast Track Initiative (multi-donor)

2010

5.1

8. Evaluatie onderwijs in fragiele staten

2011

5.1

9. Evaluatie Early Childhood Development

2011

5.3

10. Operationalisering emancipatiebeleid

5.5

11. International Planned Parenthood Federation

2011

5.5

12. Population Services International

2011

5.6

13. Kwaliteitsoordeel programma-evaluaties MFS

2011

Algemene toelichting:

Nadere informatie, inclusief (waar beschikbaar) de tekst van de evaluatieonderzoeken zelf, is te vinden op de website van het ministerie van Buitenlandse Zaken:

http://www.minbuza.nl/nl/Producten_en_Diensten/Evaluatie

Specifieke toelichting:

Ad 1. Het onderzoek werd afgerond in 2010 maar kon pas in 2011 gepubliceerd worden.

Ad 2. Zie begroting 2011. Als onderdeel van de beleidsdoorlichting die in dat jaar zal worden afgerond, worden evaluaties naar de steun aan Bangladesh en Bolivia afgerond. De studie in Jemen kon geen doorgang vinden i.v.m. de verslechterende veiligheidssituatie. De studie in Benin, die geleid werd door Frankrijk, werd geannuleerd.

Ad 3. Bijstelling van de evaluatieprogrammering in verband met aangepaste prioriteitsstelling.

Ad 4. Het onderzoek in Nicaragua moest opnieuw aanbesteed worden.

Ad 6. Zie toelichting bij beleidsartikel 4.

Ad 8. Evaluatie wordt uitgevoerd door de evaluatiedienst van UNICEF en wordt in het tweede kwartaal afgerond.

Ad 9. Idem.

Ad 10. Dit onderzoek werd uitgevoerd in het kader van de mid-term review van het emancipatiebeleid van het kabinet Balkenende IV. Deze review is in verband met de val van het kabinet niet meer aan de Tweede Kamer toegestuurd.

Ad 11. Beide evaluaties worden uitgevoerd in veel verschillende landen hetgeen tot enige vertraging in de uitvoering heeft geleid. De rapporten worden in het tweede of derde kwartaal van 2011 verwacht.

Ad 12. Idem.

Ad 13. De laatste evaluaties komen beschikbaar in 2011, waarna afronding van de beoordeling in de tweede helft van dat jaar kan plaatsvinden.

Licence