Base description which applies to whole site

4.7 Beleidsartikel 26 Commando Dienstencentra

1. Algemene doelstelling

Het Commando Dienstencentra (CDC) voorziet in een doelmatige en doeltreffende ondersteuning van de krijgsmacht. Het CDC levert wereldwijd ondersteunende diensten aan de krijgsmacht en voorziet in randvoorwaarden en faciliteiten zodat de defensieonderdelen zich kunnen concentreren op hun kerntaken.

2. Samenhang met defensiebeleid

Het CDC heeft een scala aan diensten geleverd die voornamelijk indirect hebben bijgedragen aan de door Defensie te behalen operationele doelstellingen. Een deel van de diensten heeft echter een rechtstreekse bijdrage geleverd aan de operationele inzet of de operationele gereedstelling van de eenheden. Deze diensten bevonden zich op het zogenaamde «operationele koppelvlak».

3. Verantwoordelijkheid

Gedurende het verantwoordingsjaar was de minister verantwoordelijk voor een doeltreffende en doelmatige dienstverlening binnen Defensie, waaraan het CDC een bijdrage levert.

4. Externe factoren

Het CDC werkt op grote schaal samen met marktpartijen. Samenwerking met en uitbesteding aan deze partijen heeft veel voordelen, maar brengt ook afhankelijkheden met zich mee (bijvoorbeeld in geval van faillissementen en overnames). Om de risico’s zo beperkt mogelijk te houden, besteedt het CDC veel aandacht aan actuele kennis over de externe markt en maakt het CDC vooraf bij elke samenwerking een risicoafweging. In 2012 zijn geen externe factoren van invloed geweest op de taakuitvoering van het CDC.

5. Budgettaire gevolgen van beleid

De onderstaande tabel bevat de geraamde en gerealiseerde gevolgen van beleid voor 2012.

Bedragen x € 1.000

Realisatie 2008

Realisatie 2009

Realisatie 2010

Realisatie 2011

Realisatie 2012

Begroting 2012 incl NvW

Verschil

Verplichtingen

1.552.006

1.274.914

1.042.011

1.055.941

1.125.525

988.278

137.247

Uitgaven

             

Programma-uitgaven

             

Dienstverlenende eenheden

       

12.984

12.262

722

Investeringen infrastructuur

197.896

220.069

219.435

240.239

255.481

157.749

97.732

Investeringen informatievoorziening

93.355

90.826

88.300

78.518

62.042

69.680

– 7.638

Bedrijfsgroep Informatievoorziening en technologie

54.280

56.254

50.764

57.952

     

Bedrijfsgroep Transport

93.253

99.740

93.032

74.390

     

Bedrijfsgroep Gezondheidszorg

88.944

93.146

92.562

85.698

     

Bedrijfsgroep Facility Services

188.034

207.986

210.522

191.607

     

Bedrijfsgroep Personele Diensten

88.723

114.462

115.619

90.192

     

Attachés

16.700

20.587

21.939

20.437

     

Exploitatie Informatievoorziening

124.574

127.345

143.657

142.174

     

Nederlandse Defensie Academie

64.249

63.674

58.563

50.210

     

Totaal programma-uitgaven

1.010.008

1.094.089

1.094.393

1.031.417

330.507

239.691

90.816

Apparaatsuitgaven

             

Staf Commando DienstenCentra

67.179

59.628

53.070

188.810

19.302

20.858

– 1.556

Ondersteuning operationele eenheden

       

843.678

769.289

74.389

Bijdragen aan SSO’s

11.454

12.376

12.294

9.562

9.926

9.013

913

Attachés

       

20.245

20.327

– 82

Apparaatsuitgaven verdeeld naar categorie:

             
 

personele uitgaven

       

475.274

423.911

51.363

 

huisvesting

       

135.425

96.365

39.060

 

ICT

       

134.198

143.152

– 8.954

 

overige exploitatie

       

148.254

156.058

– 7.804

Totaal apparaatsuitgaven

78.633

72.004

65.364

198.372

893.151

819.487

73.664

Totaal uitgaven

1.088.641

1.166.093

1.159.757

1.229.789

1.223.658

1.059.178

164.480

Ontvangsten

Totale ontvangsten

58.667

85.418

68.916

131.282

105.747

53.769

51.978

waarvan Verkoopopbrengsten

       

30.706

9.400

21.306

waarvan Overige ontvangsten

       

75.041

44.369

30.672

Toelichting bij de verschillen groter dan € 5 miljoen

Verplichtingen

De realisatie van de verplichtingen is € 137,2 miljoen hoger dan begroot. De hogere realisatie wordt voornamelijk veroorzaakt door betalingen in verband met de eigendomsoverdracht van een aantal Infrastructuurprojecten van de Dienst Vastgoed Defensie (DVD) aan het moederdepartement (zie toelichting programma-uitgaven, investeringen infrastructuur). Daarnaast is voor € 30 miljoen meer verplicht dan begroot in verband met extra onderhoud aan infrastructuur.

Programma-uitgaven

Investeringen Infrastructuur

De hogere uitgaven worden vooral veroorzaakt door betalingen van in totaal € 114,8 miljoen voor de projecten «vliegbasis Gilze Rijen», «opleidingscentrum Kmar» en «Kmar Schiphol» in verband met eigendomsoverdracht van de DVD aan het ministerie van Defensie. De DVD heeft hierdoor de leningen vervroegd kunnen aflossen. Hier tegenover staan € 17 miljoen lagere uitgaven: energiebesparende maatregelen voor bestaande infrastructuur (€ 8 miljoen) en diverse nieuwbouwprojecten (€ 9 miljoen) die waren voorzien voor 2012 maar waarvan de realisatie is doorgeschoven naar 2013 en verder.

Investeringen Infrastructuur

Project volume (2012)

Fasering tot1

Gerealiseerde Uitgaven t/m 2011

Verwachte uitgaven in 2012

Gerealiseerde uitgaven in 2012

Verschil uitgaven

2012

Project volume (2013)

Nieuwbouw Schiphol

140,4

2014 (2013)

120,2

31,2

3,5

– 27,7

140,9

Herbelegging infrastructuur vliegbases

Soesterberg en Gilze-Rijen

206,1

2013 (2012)

211,5

0,9

1,0

0,1

234,7

Infrastructuur en voorziening KMA

52,3

2019 (2018)

20,8

0,0

0,4

0,4

52,3

Aanpassing/renovatie

Plein/Kalvermarktcomplex

26,0

2012 (2012)

17,9

3,8

4,5

0,7

26,0

Hoger onderhoud Woensdrecht

76,6

2018 (2014)

11,3

26,1

0,1

– 26,0

88,9

Nieuwbouw LOKKmar

84,5

2016 (2015)

20,1

19,0

1,5

– 17,5

86,1

EPA Maatregelen

64,4

2019 (2018)

11,4

8,7

0,0

– 8,7

65,3

Strategisch Vastgoedplan Kmar

25,4

2015 (2016)

6,7

0,0

1,7

1,7

25,4

1

Tussen haakjes is de oorspronkelijke planning uit de begroting 2012 opgenomen.

Toelichting bij de verschillen groter dan € 5 miljoen

Nieuwbouw Schiphol

De oplevering van het hoofdgebouw is vertraagd, waardoor € 27,7 miljoen minder is uitgegeven.

Hoger Onderhoud Woensdrecht

De realisatie van de nieuwbouw van het Logistiek Centrum Woensdrecht (LCW) zou oorspronkelijk in 2011 en 2012 zijn. Na besluitvorming in het kader van het Herbeleggingsplan Vastgoed Defensie is deze nieuwbouw in uitvoering genomen in 2012. Hierdoor is € 26 miljoen minder gerealiseerd.

Nieuwbouw Lokkmar

De realisatie van dit project is vertraagd, waardoor voor € 17,5 miljoen minder is uitgegeven ten opzichte van de begroting.

Epa-maatregelen

Door herprioritering binnen de investeringen infrastructuur zijn er in 2012 geen uitgaven gedaan op dit project.

Investeringen Informatievoorziening

De lagere uitgaven worden veroorzaakt door het niet volledig realiseren van de projecten «SPEER», «Legacy ERP», «Electronic Key Management System (EKMS)» en «Defensiebreed Computer Emergency Response Team (DEFCERT)», zoals in de volgende tabel nader wordt toegelicht:

Bedragen x € 1 miljoen

Project

volume (2012)

Fasering tot1

Gerealiseerde uitgaven t/m 2011

Verwachte uitgaven in 2012

Gerealiseerde uitgaven in 2012

Verschil uitgaven 2012

Project

volume (2013)

SPEER

268,1

2014 (2014)

232,4

16,5

15,7

– 0,8

14,6

Legacy ERP (PALS)

34,2

2014 (2013)

22,9

4,8

1,9

– 2,9

4,2

@migo

19,0

2013 (2012)

15,8

2,6

4,3

1,7

1,0

Electronic Key Management System (EKMS)

18,0

2015 (2015)

0,4

2,4

0,1

– 2,3

6,3

Defensiebreed Computer Emergency Response Team (DEFCERT)

7,5

2013 (2012)

2,2

3,7

1,6

– 2,1

3,8

Defensiebrede vervanging C2000 randapparatuur

7,6

2013 (2013)

3,6

0,0

0,0

0,0

4,1

1

Tussen haakjes is de oorspronkelijke planning uit de begroting 2012 opgenomen.

Uit de tabel blijkt dat er geen significante verschillen zijn tussen de gerealiseerde uitgaven en de begroting (groter dan € 5 miljoen).

Nederlandse Defensie Academie

Eind 2011 is de «Stichting Wetenschappelijk Onderwijs en Onderzoek NLDA» (SWOON) opgericht. De stichting verzorgt de wetenschappelijke bachelor en master programma’s als onderdeel van de officiersopleiding, in overeenstemming met de eisen van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek. Verder verleent de stichting graden die behoren bij wetenschappelijk onderwijs, laat zij opleidingen accrediteren en geaccrediteerd houden en verzorgt ze wetenschappelijk onderzoek ter ondersteuning van de wetenschappelijke opleidingen. In 2012 heeft de stichting haar werkzaamheden naar tevredenheid uitgevoerd en zijn de eerste civiel erkende diploma’s uitgereikt. Defensie heeft de stichting daarbij ondersteund door 102 vte’n ter beschikking te stellen. Op basis van extracomptabele berekening wordt dit in totaal gewaardeerd op € 14,7 miljoen. Vanaf 2013 wordt deze steun (de jaarlijkse subsidie en de beschikbaar gestelde «om niet» middelen) expliciet opgenomen in de begroting en het jaarverslag. In dit jaarverslag wordt volstaan met een paragraaf die gewijd is aan de realisatie van de Stichting.

Apparaatsuitgaven verdeeld naar categorie

Personele uitgaven

De hogere personele uitgaven worden voornamelijk veroorzaakt door overheveling van facilitaire budgetten van de defensieonderdelen naar het Facilitair Bedrijf Defensie (€ 25,7 miljoen). De personele uitgaven zijn voorts bijgesteld door wijzigingen in de ABP-premie en de premie sociale lasten (€ 4,3 miljoen). De overige mutaties betreffen interne herschikkingen en technische mutaties, zoals de aanpassing van middensommen, de loonbijstelling en de ontslagbescherming.

Huisvesting

Voor het inhalen van achterstallig onderhoud aan infrastructuur is er een herschikking van € 30,5 miljoen uitgevoerd. Voorts is de huur van het «Emma Mijn Complex» in Schinnen op grond van het «Soesterberg Agreement» uit 1954 vanaf oktober 2009 overgenomen van het United States Army Garrison (USAG) voor een bedrag van € 6,6 miljoen. Met USAG is afgesproken dat het ter compensatie te zijner tijd verhuist naar het NATO Industrial Complex (NIC) in Brunssum. Dit huurbedrag zal worden aangewend voor het geschikt maken van het NIC. De Kamer is 10 november 2011 geïnformeerd over de verplaatsing van het USAG van Schinnen naar het NIC (Kamerstuk 33 000 X, nr. 26). Verder is een bedrag van € 4,2 miljoen toegevoegd aan de begroting ten behoeve de bruto beschikbaarheidvergoeding van het PPS-project. Tenslotte is € 2,2 miljoen minder uitgegeven aan diverse kleine posten.

ICT

Vanuit Defensie is een bijdrage overgeheveld naar het ministerie van Veiligheid en Justitie voor de centrale exploitatiekosten van het project C2000 (– € 6,3 miljoen). Voorts is het budget aangepast aan de activiteiten (– € 2,5 miljoen).

Overige exploitatie

De lagere uitgaven hebben voor € 2,5 miljoen betrekking op minder uitgaven voor de NLDA. De rest wordt verklaard door minder uitgevoerde activiteiten dan gepland.

Ontvangsten

Verkoopopbrengsten

De hogere ontvangsten hebben vooral betrekking op de verkoop van de Knoopkazerne (€ 20,0 miljoen).

Overige ontvangsten

De meeropbrengst wordt grotendeels veroorzaakt door de afroming van de opbrengsten van de baten-lastendienst Defensie Telematica Organisatie.

Prestatiegegevens CDC

Het CDC leverde een scala aan diensten die voornamelijk indirect hebben bijgedragen aan de door Defensie te behalen operationele doelstellingen. Een deel van de diensten leverde echter een rechtstreekse bijdrage aan de operationele inzet of de operationele gereedstelling van eenheden. Deze diensten bevinden zich op het zogenaamde operationele koppelvlak. Hieronder is de realisatie hiervan per bedrijfsgroep weergegeven.

Bedrijfsgroep

Nakomen afspraken

 

Norm (%)

Realisatie (%)

Divisie Facilitair & Logistiek

   

Strategische voorraad rantsoenen

≥100

63

Kwaliteit & tijdigheid strategische verplaatsingen – inzet

95

100

Kwaliteit & tijdigheid strategische verplaatsingen – OG

95

100

Divisie Personeel & Gezondheid

   

Levering medische ge- en verbruiksartikelen

95

90

Voorraad medische ge- en verbruiksartikelen

≥100

49

Levering bloed en bloedproducten

95

100

Voorraad bloed en bloedproducten

≥100

102

Inzet medisch-specialistische teams

95

100

Medische opleidingen

95

83

Divisie Informatievoorziening

   

Operationele IV JCG – Inzet

80

86

Operationele IV JCG – OG

80

81

Resultaat operationele koppelvlakken in 2012

Over 2012 zijn vier indicatoren op het operationele koppelvlak onder de streefwaarde uitgekomen.

Bij de «strategische voorraad rantsoenen» werd de lagere score veroorzaakt door het uitblijven van besluitvorming over de herijking van de normering. Vooruitlopend op de besluitvorming zijn de voorraden in 2012 verminderd waardoor de streefwaarde onder de «oude» norm is uitgekomen.

De «levering medische gebruiks- en verbruiksartikelen» is onder de norm gebleven door enerzijds de lagere voorraden en anderzijds door de implementatie van SAP bij het Militair Geneeskundig Logistiek Centrum. Bij de «voorraad medische gebruiks- en verbruiksartikelen» is de score beneden de norm gebleven door verschillende oorzaken, onder meer door problemen bij het vaststellen van de juiste besteladviezen uit de systemen en onderzoek naar de uitbesteding van het beheer van de strategische voorraden. De lagere voorraadniveaus waren wel voldoende om in de dagelijkse (operationele) behoefte van de klanten te voorzien. Bij de «medische opleidingen» is de score beneden de norm gebleven door de ondervulling van opleidingsplaatsen. De lagere scores hebben niet geleid tot knelpunten in de operationele inzet of operationele gereedstelling van de eenheden.

Licence