Base description which applies to whole site

4.3 Beleidsartikel 3 Taakuitvoering landstrijdkrachten

Algemene doelstelling

De landstrijdkrachten leveren operationeel gerede grondgebonden expeditionaire capaciteit voor nationale en internationale operaties.

Rol en verantwoordelijkheid

De Minister is verantwoordelijk voor de vaststelling van de omvang en samenstelling van de landstrijdkrachten en van de mate van gereedheid van de grondgebonden eenheden. Voor de grondgebonden capaciteit van de krijgsmacht is het Commando Landstrijdkrachten (CLAS) verantwoordelijk voor het operationeel gereedstellen en in stand houden van de eenheden. De landstrijdkrachten zijn inzetbaar voor zowel expeditionaire als voor nationale taken.

Beleidsconclusies

Het CLAS heeft een bijdrage geleverd aan de drie hoofdtaken van de krijgsmacht en daarmee aan het halen van het Nederlandse ambitieniveau. Het CLAS heeft in 2013 met diverse onderdelen deelgenomen aan grote en kleine internationale operaties. Daarnaast is zowel gegarandeerde als niet-gegarandeerde capaciteit ter beschikking gesteld voor de uitvoering van structurele nationale taken en bijstand en steunverlening zowel in Nederland als in het Caribische deel van het Koninkrijk.

Het behalen van de algemene doelstelling hangt af van de beschikbaarheid van voldoende opgeleid, geoefend en gemotiveerd personeel, voldoende materieel dat voldoet aan de operationele vereisten en de mogelijkheden hier realistisch mee op te leiden en te oefenen. De knelpunten die zich hebben voorgedaan in de personele vulling zijn vooral van kwalitatieve aard, personeel heeft in dat geval niet de juiste functieopleiding(en). Dit geldt vooral bij technisch personeel. Daarnaast is er met name sprake van een tekort aan specifiek personeel op medisch gebied (kwantitatief).

De materiële gereedheid is negatief beïnvloed door lange levertijden van bepaalde reserveonderdelen en de impact van lopende reorganisaties in de materieeldienst. Ook het tekort aan gekwalificeerd technisch personeel speelt hierin een rol.

Realisatie Operationele Doelstellingen

De operationele doelstellingen waar het CLAS conform de begroting aan moet voldoen, zijn gekwantificeerd en gekwalificeerd naar aantallen operationeel gerede (OG) eenheden en voortzettingsvermogen. In onderstaande matrix is per organieke eenheid de realisatie tegen de doelstellingen afgezet.

Realisatie doelstellingen CLAS 2013

Groep

Organieke eenheid

Totaal aantal eenheden

Operationeel gerede (OG) eenheden (inclusief inzet)

Voortzettingsvermogen

Doelstelling

Realisatie

Doelstelling

Realisatie

HRF(L)HQ

NL deel staf HRF HQ

1

1

1

   

CIS Battalion

1

   

1

1

Staff Support Battalion

1

1

1

   

Korps Commandotroepen

Commandotroepen-compagnie

4

2

2,3

2

1,8

Brigade HK

Brigade Hoofdkwartier

3

1

1

2

2

Luchtmobiele Brigade

Infanteriebataljon Luchtmobiel

3

1

1,1

2

1,9

Geniecompagnie

1

0,3

0,7

0,7

0,3

Bevoorradingscompagnie

1

0,3

0,4

0,7

0,6

Geneeskundige compagnie

1

0,3

0,5

0,7

0,5

Herstelcompagnie

1

0,3

0,4

0,7

0,6

Natres-bataljon

1

1

1

   

Gemechaniseerde Brigades (13, 43 Mechbrig)

Pantserinfanteriebataljon

4

1

1

3

3

Brigade verkenningseskadron

2

1

1

1

1

Pantsergeniebataljon

2

1

0,7

1

1,3

Geneeskundige compagnie

2

1

0,8

1

1,2

Herstelcompagnie

2

1

0,5

1

1,5

Natres-bataljons

2

2

2

   

Operationeel Ondersteunings Commando Land (OOCL)

Staf OOCL + Stafcompagnie

1

 

0,4

1

0,6

VuursteunCommando 1

1

0,3

0,4

0,7

0,6

Geniebataljon

1

0,5

0,5

0,5

0,5

JISTARC-modules

5

2

2,7

3

2,3

CIS-bataljon (CIS-compagnie)

3

1

0,7

2

2,3

Civil Effects Support Element

6

2

2,3

4

3,7

Bevoorradings- en Transportbataljon

2

1

0,7

1

1,3

Geneeskundig bataljon (Role 2 MTF)

4

1

1

3

3

Defensie Grondgebonden Luchtverdedigings Commando (DGLC)

Commando element

1

1

1

   

Patriot

3

2

2

1

1

AMRAAM

2

1

1,5

1

0,5

Stinger

3

2

2,5

1

0,5

Explosieven Opruimingsdienst (EOD)

Ploegen

48

12

29,3

36

18,7

1

VuursteunCommando: voorheen de Afdeling Veldartillerie. De Afdeling Veldartillerie is per 21 januari 2013 gereorganiseerd in het VuursteunCommando.

Toelichting

Inzet

Gedurende het jaar is door eenheden van het CLAS deelgenomen aan diverse crisisbeheersingsoperaties. Deze operaties worden vermeld onder beleidsartikel 1 Inzet. Het CLAS heeft aan alle inzetopdrachten voldaan.

Pantsergenie bataljons Gemechaniseerde Brigades

Sinds de reorganisatie van het CLAS is er binnen de pantsergeniebataljons gekozen de compagnieën aan de bataljonstaakgroepen te koppelen en de eenheden met een deels gezamenlijk oefenprogramma gereed te stellen. Door deze verandering is de doelstelling niet volledig gehaald.

Geneeskundige compagnieën Gemechaniseerde Brigades

Sinds de reorganisatie van het CLAS is er binnen de Geneeskundige eenheden gekozen de pelotons (van de geneeskundige compagnieën) aan de bataljonstaakgroepen te koppelen en zodoende met een deels gezamenlijk oefenprogramma gereed te stellen. Hierdoor is de doelstelling niet volledig gehaald.

Herstelcompagnieën Gemechaniseerde Brigades

De doelstelling is niet gehaald vanwege de reorganisatie van de herstelcompagnieën (juni 2013). De reorganisatie heeft geleid tot het opnieuw samenstellen van de eenheden. Het nieuwe personeel dient opnieuw opgewerkt te worden op het gewenste niveau. Op materieel gebied is er een achterstand in het onderhoudsproces ontstaan. Door de nadruk te leggen op het inhalen van het vredesonderhoud van het materieel, kon het opwerken van de pelotons niet worden bespoedigd.

101 CIS bataljon

De interne reorganisatie van 101 CIS bataljon heeft geleid tot veel vacatures op specialistische functies. Dit gecombineerd met de slechte materiele inzetbaarheid van de voertuigen en de lange herstelduur van het specifieke verbindingsmateriaal (TITAAN, SATCOM en MRRS), heeft ervoor gezorgd dat de eenheid de doelstelling niet heeft kunnen realiseren.

Bevoorradings- en Transportbataljon

De beperkingen in de materiële gereedheid en de lage inzetbaarheid van wielvoertuigen (diverse typen vrachtauto’s en aanhangwagens) heeft ertoe geleid dat de doelstelling niet gehaald is.

Tabel Budgettaire gevolgen van beleid

Artikel 3 Taakuitvoering Landstrijdkrachten

(bedragen x € 1.000) 

Realisatie 2009

Realisatie 2010

Realisatie 2011

Realisatie 2012

Realisatie 2013

Begroting 2013

Verschil

Verplichtingen

1.392.558

1.349.347

1.261.386

1.273.299

1.175.948

1.135.839

40.109

Uitgaven

1.371.357

1.384.682

1.280.930

1.277.277

1.155.056

1.135.839

19.217

               

Programma-uitgaven

89.411

93.227

76.631

92.598

154.992

163.007

– 8.015

Opdracht Gereedstelling en instandhouding Commando LAS

89.411

93.227

76.631

92.598

154.992

163.007

– 8.015

– waarvan inzet

           

0

– waarvan gereedstelling

84.640

89.408

73.157

89.325

87.150

91.824

– 4.674

– waarvan instandhouding

4.771

3.819

3.474

3.273

67.842

71.183

– 3.341

               

Apparaatsuitgaven

1.281.946

1.291.455

1.204.299

1.184.679

1.000.064

972.832

27.232

Staven 1

6.825

5.857

6.236

7.950

8.098

18.048

– 9.950

Operationele eenheden Commando LAS 2

1.251.551

1.265.478

1.180.399

1.159.744

991.966

954.784

37.182

Bijdragen aan SSO's 3

23.570

20.120

17.664

16.985

     
               

Apparaat per uitgavencategorie

1.281.946

1.291.455

1.204.299

1.184.679

1.000.064

972.832

27.232

personele uitgaven

967.883

1.026.819

966.045

951.777

931.372

877.185

54.187

materiële uitgaven

314.063

264.636

238.254

232.902

68.692

95.647

– 26.955

               

Apparaatsontvangsten

17.382

21.017

21.470

18.346

26.772

20.523

6.249

1

Formatie van Staf Clas omvat de afdeling Kabinet en Financiën & Control;

2

Het Defensiebedrijf Grondgebonden Systemen is in 2012 toegevoegd aan de formatie (exploitatie) en dat geldt in 2013 ook voor de gereedstellings- en instandhoudingsbudgetten;

3

Bijdragen aan Shared Service Organisations (SSO's) zijn in 2013 geconcentreerd bij de ondersteunende diensten DMO en CDC.

Toelichting op de instrumenten

De posten met een verschil groter dan € 5,0 miljoen worden hieronder nader toegelicht.

Verplichtingen

De verplichtingen zijn € 40,1 miljoen hoger gerealiseerd dan begroot. De hogere realisatie wordt voor een deel verklaard door de hogere gerealiseerde uitgaven (€ 19,2 miljoen). Daarnaast heeft het CLAS in 2013 een meerjarige verplichting geboekt voor het uitbestede onderhoud voor het project «Defensiebrede Vervanging Operationele Wielvoertuigen» (€ 23 miljoen voor een periode van 10 jaar). Daarnaast is als gevolg van de oprichting van het Defensie Grondgebonden Luchtverdedigingscommando bij het CLAS de contributie voor de «Nato Missile Firing Installation» vastgelegd (€ 1,2 miljoen ten behoeve van Patriots). Het resterende verschil wordt veroorzaakt door neerwaarts bijgestelde verplichtingen.

Uitgaven

Gereedstelling

De realisatie van de gereedstelling is € 4,7 miljoen lager dan begroot, omdat oefeningen en activiteiten zijn gecombineerd en hierdoor zijn de uitgaven voor operationele toelages en voeding lager.

Instandhouding

De instandhouding is € 3,3 miljoen lager gerealiseerd door de invoering van SAP. Daarom konden gedurende zes weken door het materieellogistieke bedrijf geen verwervingsmutaties in de logistieke systemen worden verwerkt.

Apparaatsuitgaven

De hogere apparaatsuitgaven van € 27,2 miljoen worden veroorzaakt door de hogere personeelsuitgaven (€ 54 miljoen) vanwege het deels repareren van de nadelige effecten van de invoering van de Wet Uniformering Loonbegrip (WUL), de gewijzigde herstelpremie ABP en sociale lasten. De lagere materiële exploitatie (– € 26 miljoen) is deels het gevolg van een neerwaartse bijstelling van de opleidingsbudgetten in verband met de reorganisatie. Verder zijn er diverse ontvlechtingen naar andere defensieonderdelen, zoals de budgetten voor gezondheidszorg (€ 5 miljoen) en facilitaire activiteiten (€ 4,4 miljoen) naar het CDC.

Ontvangsten

De hogere realisatie (€ 6,3 miljoen) op het ontvangstenbudget wordt vooral veroorzaakt door de verkoop van boventallige reservedelen aan Navo-partners.

Licence