Base description which applies to whole site

Niet-beleidsartikel 11 Nominaal en onvoorzien

1. Inleiding

Dit niet-beleidsartikel heeft een technisch-administratief karakter. Vanuit dit artikel vinden overboekingen van loon- en prijsbijstellingen naar de loon- en prijsgevoelige artikelen binnen de begroting plaats. Ook worden er taakstellingen of extra middelen op dit artikel geplaatst die nog niet aan de beleidsartikelen zijn toegedeeld.

2. Tabel budgettaire gevolgen van beleid
Begrotingsuitgaven (bedragen x € 1.000)
 

Realisatie

Realisatie

Realisatie

Oorspronkelijk vastgestelde begroting

Verschil

 

2012

2013

2014

2014

2014

Verplichtingen

0

0

0

– 36.814

36.814

           

Uitgaven

0

0

0

– 36.814

36.814

           

1. Loonbijstelling

 

0

0

0

0

2. Prijsbijstelling

 

0

0

297

– 297

3. Onvoorzien

 

0

0

0

0

4. Taakstelling

 

0

0

– 37.111

37.111

           

Ontvangsten

0

0

0

5.000

– 5.000

3. Toelichting

Loonbijstelling

Op dit onderdeel wordt de loonbijstelling verwerkt in het kader van algemene salarismaatregelen, incidentele loonontwikkeling en overige specifieke maatregelen op het gebied van arbeidsvoorwaarden en premies sociale zekerheid. Het artikel heeft het karakter van een «parkeerartikel» totdat de loonbijstelling toegedeeld kan worden aan de relevante begrotingsartikelen. De door het Ministerie van Financiën bij eerste suppletoire wet toegekende loonbijstelling tranche 2014 (€ 12,2 miljoen) is aan de begrotingsartikelen toegedeeld.

Prijsbijstelling

Op dit onderdeel worden de in het kader van de prijsbijstelling ontvangen bedragen geboekt totdat toerekening plaatsvindt aan prijsgevoelige begrotingsartikelen. Door het Ministerie van Financiën is € 2,6 miljoen prijsbijstelling tranche 2014 toegekend, die in 2014 niet tot besteding is gekomen.

Onvoorzien

De grondslag voor dit onderdeel ligt in de Comptabiliteitswet, waarin de mogelijkheid bestaat een artikel voor onvoorziene uitgaven op te nemen. VWS heeft daar in 2014 geen gebruik van gemaakt.

Taakstelling

Op dit onderdeel worden taakstellingen geboekt in afwachting van concrete invulling ervan en inboeking op de betreffende begrotingsartikelen. De in de begroting 2014 opgenomen taakstelling betrof grotendeels de taakstellende onderuitputting die op de VWS-begroting is ingeboekt, alsmede de apparaatstaakstelling uit het regeerakkoord Rutte-Asscher. Daarnaast waren op artikel 11 bij ontwerpbegroting 2014 middelen gereserveerd voor patiëntenparticipatie en fraudebestrijding.

De taakstellende onderuitputting voor 2014 (€ 44,7 miljoen) is deels bij eerste (€ 10 miljoen) en deels bij tweede suppletoire wet 2014 (€ 34,7 miljoen) ingevuld. De apparaatstaakstelling uit het regeerakkoord Rutte-Asscher (vanaf 2016: € 9 miljoen in 2016, oplopend tot € 26 miljoen vanaf 2018), alsmede een aanvullende herschikking subsidies op basis van het Herfstakkoord 2013 (vanaf 2015: € 3 miljoen in 2015 en € 6 miljoen vanaf 2016), zijn in de begroting 2015 op de artikelen verwerkt.

De gereserveerde middelen voor patiëntenparticipatie (€ 3 miljoen vanaf 2014) zijn overgeheveld naar het budgettair kader zorg. De gereserveerde middelen fraudebestrijding (€ 5 miljoen in 2014 en € 10 miljoen structureel vanaf 2015) zijn in de loop van 2014 aan andere begrotingsartikelen en -hoofdstukken toegedeeld. In de loop van 2014 zijn daarnaast middelen gereserveerd met het oog op een tegemoetkoming aan het Ministerie van OCW voor het toekennen van ova-compensatie aan Academische Ziekenhuizen; deze middelen zijn eveneens in 2014 naar de begroting van OCW overgeboekt (€ 5,7 miljoen).

Ontvangsten

De ontvangstenraming van VWS is bij de voorjaarsbesluitvorming in 2010 structureel verhoogd met € 5 miljoen. Deze taakstelling is bij tweede suppletoire wet ingevuld, maar de dekking is abusievelijk op het (uitgaven)budget Taakstelling geboekt.

De taakstelling op de ontvangsten van artikel 11 is in 2014 bij eerste suppletoire wet verhoogd in verband met geraamde ontvangsten uit hoofde van de afroming van hoger dan toegestaan eigen vermogen bij een aantal agentschappen (€ 2,3 miljoen) en bij slotwet ingevuld met per saldo ontvangstenmeevallers op de overige artikelen.

Bedrijfsvoeringsparagraaf VWS Jaarverslag 2014

Deze paragraaf gaat in op de vaste elementen uit de rijksbegrotingsvoorschriften voor de bedrijfsvoeringparagraaf. De paragraaf heeft voor het overige het karakter van een uitzonderingsrapportage.

Rechtmatigheid begrotingsuitvoering

Artikeltoleranties

De artikeltolerantie bij artikel 4 is overschreden door onzekerheid over de rechtmatigheid van de uitgaven 2012 en 2013 van Caribisch Nederland. De onzekerheid is € 168,7 miljoen. Dit is een onzekerheid van 23,1% op het totaal van artikel 4. De overschrijding van de artikeltolerantie is € 146,8 miljoen.

Totstandkoming beleidsinformatie

Er zijn geen belangrijke tekortkomingen geconstateerd bij de totstandkoming van de beleidsinformatie. In 2014 is er nadruk gelegd op goede procesbeschrijvingen en een gestructureerd dossier of audittrail. Aan alle dienstonderdelen is hierover een instructie uitgevaardigd. De Auditdienst Rijk constateert dat de in gang gezette acties in 2014 hebben geresulteerd in een lichte verbetering van de transparantie van de totstandkoming van de beleidsinformatie.

Financieel en materieelbeheer

Fraudebestrijding

De bestrijding van fouten en fraude in de zorg is geïntensiveerd. Er is in 2014 een programmadirectie bij VWS opgericht die een coördinerende rol vervult op het terrein van de bestrijding van fouten en fraude in de zorg. Er wordt ingezet op de totstandkoming en monitoring van een ketenaanpak voor preventie, controle en handhaving op het gebied van fouten en fraude in de zorg. In de derde voortgangsrapportage fraudebestrijding in de zorg (TK 28 828, nr. 75), die in december 2014 aan de Tweede Kamer is aangeboden, zijn de activiteiten ten aanzien van de bestrijding van fouten en zorgfraude nader toegelicht. Er zijn stappen gezet in verbetering van het declaratieproces, het fraudebestendiger maken van wet- en regelgeving onder andere door het doen van een fraudetoets bij nieuwe wet- en regelgeving en ontwikkelingen in de controles door zorgverzekeraars. In het najaar van 2014 heeft de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) ook het onderzoek naar kwetsbaarheden en financiële onregelmatigheden in de zorg afgerond. Het kabinet heeft een aantal aanbevelingen van de NZa inmiddels overgenomen. De overige aanbevelingen worden nader onderzocht of meegenomen in het programmaplan Rechtmatige zorg dat in het voorjaar van 2015 aan de Kamer wordt aangeboden. Voor onderzoek naar en opsporing van pgb-fraude en de aanpak van fraude bij zorg in natura is € 11,3 miljoen besteed aan de intensivering van de controle door zorgkantoren.

Frauderisico’s en het M&O-beleid

Op het gebied van het subsidiebeheer is het beleid ten aanzien van misbruik en oneigenlijk gebruik uitgevoerd, conform het Uniform Subsidiekader (USK) veelal gebruikmakend van accountantscontroles en verantwoordingsinformatie van derde instanties. Voor nieuwe subsidieregelingen is conform het USK een risicoanalyse opgesteld. Tevens wordt een fraudetoets uitgevoerd. Geconstateerde onregelmatigheden worden in het Expertisecentrum Subsidies (ECS) besproken, waarbij zich in 2014 geen bijzonderheden hebben voorgedaan. Ernstige onregelmatigheden leiden conform HAFIR tot opname in een register. Met deze maatregelen is het risico op misbruik en oneigenlijk gebruik met subsidieregelingen, waaronder fraude, niet volledig weggenomen, maar wel zoveel als mogelijk beperkt.

Voor de uitvoering van het M&O-beleid voor de zorgtoeslag wordt verwezen naar het jaarverslag van het Ministerie van Financiën.

Er zijn bij VWS geen gevallen van fraude gebleken. De Auditdienst Rijk inventariseert jaarlijks voor VWS de frauderisico’s in de bedrijfsvoering. De geïnventariseerde risico’s worden afgezet tegen de beheersmaatregelen die VWS op de risico’s heeft genomen.

Subsidiebeheer

In 2014 is verder gewerkt aan de geplande concentratie van de subsidieuitvoering van de Ministeries van OCW, SZW en VWS, onder de naam Dienst Uitvoering Subsidies-Instellingen (DUS-I).

Inkoopbeheer

Het Ministerie van VWS heeft vooral in de tweede helft van 2014 gewerkt aan maatregelen ter verdere verbetering van het inkoopbeheer van het kerndepartement. De opzet van het inkoopbeheer is op orde. Voorbeelden van getroffen maatregelen zijn een plan van aanpak voor de verbetering van het contractbeheer en de uitvoering van cyclische controles op de inkoopdossiers. Door het late invoeren van de maatregelen is het effect voor het gehele jaar 2014 nog onvoldoende geweest.

Vertrouwensfuncties

Bij controle door de Algemene Rekenkamer van de administratie bij vertrouwensfuncties is geconstateerd dat deze niet op orde was. De taken en verantwoordelijkheden van het kerndepartement van VWS ten aanzien van vertrouwensfuncties zijn daarop herzien en in december 2014 vastgesteld.

Financieel informatiesysteem 3F

Het gebruik van 3F is verder geoptimaliseerd, onder meer door het verder harmoniseren van processen met de Ministeries van SZW en Financiën. Er is in voorbereiding van de komst van het Financieel Dienstencentrum (FDC) een verandertraject gestart.

In 2014 is maandelijks een maandafsluiting van de financiële administratie in 3F uitgevoerd. De totstandkoming van het financieel jaarverslag 2014 is volgens planning en gestructureerd uitgevoerd.

Inhuur externen

VWS heeft in 2014 een percentage inhuur externen gerealiseerd van 10,2% en is daarmee niet onder de norm van 10% gebleven. De hogere inhuur van externen is onder meer te verklaren door het opstarten van het samenwerkingsverband tussen het RIVM en het KNMI op het gebied van ICT ten behoeve van onderzoeksomgevingen (SSC Campus). De overschrijding is in de bijlage externe inhuur van dit jaarverslag nader toegelicht.

Open standaarden

Er is niet afgeweken van de in de bijlage van de Instructie rijksdienst bij aanschaf ICT-diensten of ICT-producten, bij artikel 3 lid 1 genoemde uitgangspunten.

Beheer en controle Caribisch Nederland

De verantwoording over 2012 en over 2013 door het Zorgverzekeringskantoor (ZVK) is bij VWS ingediend. De verantwoordingen waren beide voorzien van een controleverklaring met een oordeelsonthouding. Hierdoor kan er geen zekerheid worden verkregen over de rechtmatige uitgaven ZVK 2012 en 2013. Zodoende wordt de artikeltolerantie bij artikel 4 overschreden.

In 2014 heeft het ZVK verder uitvoering gegeven aan het plan van aanpak ter verbetering van het financieel beheer. De verantwoording over 2014, inclusief controleverklaring, van het ZVK zal in het najaar 2015 worden opgeleverd, zodat het ZVK voortaan in de pas loopt met de reguliere planning- en controlecyclus van VWS.

In 2014 is het financieel beheer bij het ZVK aanzienlijk verbeterd. De verzekerdenbestanden worden nu periodiek gecontroleerd op basis van de gegevens van het bevolkingsregister. Het ICT-systeem is in 2014 verder in gebruik genomen waardoor er betere controle op rechtmatigheid van de uitgaven plaatsvindt. De interne controle is op orde en heeft er toe geleid dat de beheersingsprocessen steeds beter zijn ingesteld. Hiernaast is gewerkt aan het verbeteren van de contracten met de zorgaanbieders.

Overige aspecten van bedrijfsvoering

Governance Nederlandse Zorgautoriteit

De Minister van VWS heeft in 2014 een onafhankelijke commissie onder leiding van de heer drs. H. Borstlap verzocht een onderzoek uit te voeren naar het intern functioneren van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa). Het rapport van de commissie Borstlap is op 2 september door de Minister aan de Tweede Kamer aangeboden (Kamerstuk 25 268, nr. 87).

De Minister heeft naar aanleiding van het rapport van de commissie Borstlap binnen VWS om extra aandacht gevraagd voor de rolbewustheid van de ambtenaren. Dit zal ook in de organisatie van VWS geborgd worden. Vooruitlopend op de kabinetsreactie op beide rapporten is de NZa reeds gevraagd om zelf maatregelen te treffen op het gebied van ICT, HRM en integriteit.

Informatiebeveiliging

De informatieverwerkende systemen binnen VWS met de bijbehorende organisatie en processen zijn ingericht overeenkomstig de rijksnormen voor informatiebeveiliging, zoals samengevat in de Baseline Informatiebeveiliging Rijksdienst. Hierover heeft VWS een in control statement afgeven aan het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. De punten waar de inrichting nog niet aan voldoet zijn per organisatieonderdeel gesignaleerd en zijn opgenomen in verbeterplannen. Er zijn geen afwijkingen die volgens het bestaande inzicht tot onacceptabele risico’s kunnen leiden.

VWS is voor een belangrijk deel van zijn infrastructuur en beheer van bedrijfsapplicaties afhankelijk van de shared service organisaties van het Rijk, maar beschikt niet over de noodzakelijke informatie waaruit de mate van beheersing door de shared service organisaties blijkt. Het Ministerie gaat bij zijn in control-verklaring ervan uit dat de shared service organisaties separaat hun eigen in control– verklaring afgeven aan het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

Betaaltermijnen

De tijdigheid van het betalen van facturen (binnen 30 dagen na ontvangstdatum) is in 2014 voor 94,6% van de facturen gerealiseerd. Daarmee voldoet VWS aan de Rijksbrede norm van 90%.

Grote ICT-projecten

In 2014 kende VWS één project met een meerjarenbegroting boven de € 5 miljoen en een hoog risicoprofiel. Het betreft het project Trekkingsrecht PGB, waarover gerapporteerd is aan de Kamer. Daarnaast werd over het project een CIO-oordeel opgesteld dat gestuurd is aan de opdrachtgever en de CIO-Rijk. Hierin is gekeken naar doelstelling, uitvoering, kosten en risico’s van het project. Ook privacyaspecten zijn in dit CIO-oordeel aan bod gekomen.

Verslag van de activiteiten van het Audit Committee

Het Audit Committee is in 2014 vier keer bijeen geweest. De reguliere producten uit de jaarlijkse verantwoording van VWS zijn geagendeerd en besproken. Het Audit Committee heeft daarnaast over specifieke onderwerpen gesproken, zoals het risicomanagement, de concernsturing van VWS, de voortgang van het programma Fraudebestrijding Zorg en de robuuste inbedding van evaluatieonderzoek in de beleidscyclus.

In maart is de periodieke evaluatie van het Audit Committee afgerond. Het Audit Committee heeft geconcludeerd dat, na een aantal jaar van operationeel sturen ter verbetering van de bedrijfsvoering, de focus van het Audit Committee verlegd dient te worden naar een strategische adviserende rol aan de Bestuursraad van VWS.

In 2014 is de maximale zittingstermijn verstreken van een extern lid van het Audit Committee. Een nieuw extern lid is benoemd.

Licence