Base description which applies to whole site

4.1 Beleidsartikel 1 Inzet

Algemene doelstelling

De krijgsmacht is er voor de verdediging en bescherming van de belangen van het Koninkrijk, alsmede voor de handhaving en de bevordering van de internationale rechtsorde. Tevens ondersteunt de krijgsmacht civiele autoriteiten bij rechtshandhaving, rampenbestrijding en humanitaire hulp, zowel nationaal als internationaal. Om deze taken te kunnen uitvoeren stelt Defensie militaire eenheden gereed die daarvoor kunnen worden ingezet.

Rol en verantwoordelijkheid

De Minister is verantwoordelijk voor het beschikbaar stellen en daadwerkelijk inzetten van eenheden om de veiligheid van het eigen en bondgenootschappelijk grondgebied te handhaven. Verder is de Minister in samenwerking met bondgenoten verantwoordelijk voor de uitvoering van bijdragen aan missies voor conflictpreventie, crisisbeheersing en vredesopbouw, zowel in Europa als daarbuiten. Het Koninkrijk der Nederlanden draagt daarmee bij aan de handhaving en bevordering van de internationale rechtsorde. De eenheden kunnen ook worden ingezet ten behoeve van nationale taken en het verlenen van (internationale) noodhulp.

In Beleidsartikel 1 Inzet wordt een overzicht geboden van de gehele inzet van de krijgsmacht. Dit betreft de bijdragen van Defensie aan crisisbeheersingsoperaties, contributies aan gezamenlijk gefinancierd NAVO- en EU-operaties, inzet voor nationale en koninkrijkstaken en overige inzet. In het artikel is daartoe onder «Toelichting op Nationale Inzet» een niet-financieel overzicht opgenomen voor de structurele inzet voor nationale- en koninkrijkstaken, bijvoorbeeld door de KMar, de Explosieven Opruimingsdienst Defensie (EODD) en de Kustwachten. In Beleidsartikel 1 is de verantwoording opgenomen van de additionele uitgaven voor inzet onder verantwoordelijkheid van de Commandant der Strijdkrachten. In de beleidsartikelen 2 tot en met 5 wordt de taakuitvoering verantwoord van de Zeestrijdkrachten, Landstrijdkrachten, Luchtstrijdkrachten, de Marechaussee en de aan hen gemandateerde inzet, voor zover deze niet valt onder artikel 1.

Beleidsconclusie

Het beroep op Defensie was ook in 2016 groot. Gedurende het jaar waren er gemiddeld 1.200 militairen op uitzending. De Nederlandse bijdrage aan de strijd tegen ISIS was daarbij financieel de meest omvangrijke missie (ongeveer € 110 miljoen). Het ging hierbij om de inzet van vier F-16’s en ongeveer 190 militairen. Ook de Nederlandse bijdrage aan VN-missie MINUSMA in Mali is in 2016 voortgezet (€ 81 miljoen). Deze bijdrage bestond uit ongeveer 450 militairen, met als doel het bevorderen van de stabiliteit en het herstellen van staatsgezag in Mali. In Afghanistan heeft Nederland, als onderdeel van de NAVO-missie Resolute Support met 100 militairen bijgedragen aan de opbouw van een professioneel veiligheidsapparaat (€ 18 miljoen). In de hoorn van Afrika ging de bestrijding van piraterij onverminderd door in de EU-operatie Atalanta (€ 9 miljoen). Vanwege de migratieproblematiek is in 2016 besloten tot deelname aan de EU-missie EUNAVFORMED Sophia, Frontex-operatie Triton en de Standing Nato Maritime Group 2 in de Egeïsche Zee. Border Security Teams werden daarnaast ingezet in Griekenland. Voorts droeg de Nederlandse krijgsmacht kleinschaliger bij aan drie VN- en vijf EU- missies, met een bijdrage variërend van één tot twaalf militairen in het Midden- Oosten, Europa en Afrika.

Naast de internationale inzet was er ook in 2016 de nationale inzet (KMar, EODD, CLSK en de Kustwacht) in het kader van militaire bijstand en steunverleningen de inzet in het Caribische deel van het Koninkrijk.

In een aantal missieramingen is financiële compensatie opgenomen om de negatieve effecten van inzet op de gereedheid en geoefendheid van de krijgsmacht te beperken.

Overzicht missies

Tabel Budgettaire gevolgen van beleid

Tabel Budgettaire gevolgen van beleid

Artikel 1 Inzet (Bedragen x € 1.000)

Realisatie 2012

Realisatie 2013

Realisatie 2014

Realisatie 2015

Realisatie 2016

Begroting 2016

Verschil

Verplichtingen

165.904

153.728

263.764

268.240

739.915

367.889

372.026

Programma-uitgaven

191.231

177.246

252.576

272.617

277.213

367.889

– 90.676

Opdracht Inzet

             

Crisisbeheersingsoperaties / Verdeelartikel BIV (HGIS)

185.351

170.420

228.517

267.491

275.226

364.800

– 89.574

Financiering nationale inzet krijgsmacht

2.366

2.581

1.939

2.109

1.787

3.089

– 1.302

Overige inzet

3.514

4.245

22.120

3.017

200

0

200

 

bijdrage door SSO's binnen de opdracht Inzet1

     

3.488

708

0

708

               

Programma-ontvangsten

8.384

4.807

11.645

35.300

55.395

26.774

28.621

Crisisbeheersingsoperaties (HGIS)

4.286

1.603

8.293

35.212

55.346

26.774

28.572

Overige inzet

4.098

3.204

3.352

88

49

 

49

1

bijdrage door SSO's in 2016 betreft DTO/DMO OPS (M€ 0,456) en Paresto (M€ 0,252).

Toelichting algemeen

In artikel 1 worden alleen uitgaven voor inzet begroot en verantwoord:

  • (1) Voor zover deze uitgaven additioneel zijn. Dit betekent dat vormen van inzet budgettair niet zichtbaar zijn in dit artikel indien geen sprake is van aanvullende uitgaven ten opzichte van de uitgaven voor gereedstelling en instandhouding binnen de artikelen van de operationele commando’s (bijvoorbeeld de inzet van helikopters voor Search and Rescue) of indien deze worden verrekend met tweeden of derden (bijvoorbeeld noodhulp die wordt verrekend met het Ministerie van Buitenlandse Zaken).

  • (2) Voor zover deze inzet onder directe verantwoordelijkheid van de Commandant der Strijdkrachten wordt uitgevoerd. Verschillende vormen van inzet zijn gemandateerd aan de operationele commando’s, zoals bijvoorbeeld de inzet voor de Kustwacht, en worden daarom in die artikelen begroot en verantwoord.

  • (3) Om het geïntegreerde karakter te borgen wordt besluitvorming over het Budget Internationale Veiligheid (BIV) interdepartementaal voorbereid en uitgevoerd, waarna jaarlijks bij de 1e suppletoire begroting middelen worden overgeheveld naar de begrotingen van het Ministerie van Buitenlandse Zaken en BH&OS (€ 60 miljoen) en andere artikelen binnen de defensiebegroting (€ 59,5 miljoen).

Toelichting op de financiële instrumenten

Verplichtingen

De gerealiseerde verplichtingen zijn fors hoger dan begroot als gevolg van een technische correctie van de bestaande overeenkomst voor «de meerjarige bijdrage voor de inzet van Strategic Airlift Capability (SAC) C-17». Deze overeenkomst is in het verleden aangegaan door het CDC en de uitgaven van het gebruik van de SAC C-17 werden doorbelast naar het artikel inzet. Om de administratieve werklast te vereenvoudigen is de overeenkomst voor de resterende jaren ($ 511 miljoen) overgegaan van artikel 8 naar artikel 1.

Met uitzondering van SAC C-17 leiden verplichtingen op artikel 1 in beginsel direct tot uitgaven in hetzelfde begrotingsjaar. Aangezien de geprognosticeerde uitgaven niet allemaal binnen dit artikel tot realisatie zijn gekomen (– € 90,7 miljoen) zijn er ook minder verplichtingen aangegaan (– € 109 miljoen). De oorzaak van de lagere uitgaven wordt hieronder toegelicht.

Uitgaven

De uitgaven voor artikel 1 zijn met de begroting 2016 vastgesteld op € 367,9 miljoen. In 2016 is € 90,7 miljoen minder gerealiseerd. Dit is met name veroorzaakt door de overheveling van de middelen naar de begrotingen van Buitenlandse Zaken en BH&OS en andere begrotingsartikelen in de eerste suppletoire begroting. Ook is minder gerealiseerd per missie. In 2016 is voor het uitvoeren van crisisbeheersingsoperaties € 275,2 miljoen gerealiseerd.

Toelichting crisisbeheersingsoperaties (HGIS)

Crisisbeheersingsoperaties (HGIS) Bedragen x € 1.000
 

Realisatie 2012

Realisatie 2013

Realisatie 2014

Realisatie 2015

Realisatie 2016

Begroting 2016

Verschil

Uitgaven missies

             

AFGHANISTAN

118.244

97.645

38.195

21.347

18.271

20.000

– 1.729

OCEAN SHIELD

21.191

6.043

6.048

36

0

 

0

EU ATALANTA

6.188

21.148

13.714

12.557

9.403

500

8.903

EUFOR ALTHEA

312

206

234

318

333

 

333

KFOR

489

452

343

359

387

 

387

CMF

265

164

247

352

241

250

– 9

NLTC

144

11

17

54

226

175

51

UNTSO

551

571

612

591

633

600

33

EULEX

501

598

568

289

320

233

87

MISSIES ALGEMEEN

2.608

2.316

4.913

5.309

8.618

5.500

3.118

NS2AU

49

54

98

74

70

 

70

UNMISS

1.266

1.514

1.784

1.820

1.029

370

659

MFO

 

234

273

41

0

 

0

ACTIVE FENCE (PATRIOTS TURKIJE)

 

18.620

18.224

4.742

6.942

5.000

1.942

EUTM SOMALIE

 

372

609

686

837

1.500

– 663

EUTM Mali

 

43

80

73

81

54

27

UNDOF

 

30

105

120

203

 

203

MINUSMA

 

218

87.672

78.943

80.174

85.000

– 4.826

EUFOR CAR

   

38

24

 

40

– 40

STRIJD TEGEN ISIS (ATF ME & CMBI)

   

15.983

103.931

110.152

66.000

44.152

VPD'S

     

4.293

3.980

13.300

– 9.320

FSE MIRAGE

       

856

 

856

EUBAM RAFAH

     

4

0

 

0

EUMAM RCA

     

112

92

 

92

EU NAVFOR MED

     

36

1.943

 

1.943

EUCAP SAHEL MALI

     

6

17

 

17

SNMG-2 ZR MS AMSTEL

       

1.809

 

1.809

SNMG-2 ZR MS RUYTER

       

2.355

 

2.355

Beëindigde missies

12.954

59

15

     

0

Uitgaven contributies

20.589

20.121

38.745

31.372

26.254

33.000

– 6.746

Totale uitgaven aan missies

185.351

170.419

228.517

267.491

275.226

231.522

43.704

Gereserveerde bijdrages1

             

Bijdrage vanuit het BIV naar defensieonderdelen

         

51.500

 

Financiering vanuit het BIV door BH&OS voor inzet BSB

         

20.574

 

Overheveling BIV budget naar BH&OS

         

60.000

 

Voorziening HGIS

         

1.204

 

Totale budget CBO/BIV

         

364.800

 
1

de gereserveerde bijdrages zijn met de 1e suppletoire begroting 2016 uitgedeeld aan de genoemde bestemming

In bovenstaande tabel wordt bij de stand begroting 2016 weergegeven hoeveel budget er op dat moment begroot was per missie. Hieronder worden de verschillen groter dan € 2,5 miljoen per missie toegelicht.

EU Atalanta

Op de missie EU Atalanta is € 8,9 miljoen meer gerealiseerd dan begroot. In december 2015 is de Tweede Kamer geïnformeerd over de verlenging van EU Atalanta tot eind 2016 (Kamerstuk 29 521, nr. 307). De additionele uitgaven voor deze verlenging zijn geraamd op € 8,5 miljoen in 2016. Met de 2e suppletoire begroting 2016 is deze raming vanuit de BIV voorziening als missiebudget opgenomen. De realisatie is uiteindelijk € 0,4 miljoen hoger uitgekomen dan geraamd.

Missies Algemeen

De additionele uitgaven voor de ondersteuning van geheime operaties zijn in 2016 hoger dan geraamd. Deze operaties vormen een onderdeel van Niet-beleidsartikel 11 Geheime Uitgaven. De geheime uitgaven worden jaarlijks gecontroleerd door de president van de Algemene Rekenkamer. Met ingang van 2016 worden alle thuisfrontactiviteiten (€ 1 miljoen) verantwoord op Missies Algemeen.

MINUSMA

In de missie MINUSMA is in 2016 begonnen met het overdragen van taken aan partnerlanden. Dit heeft geresulteerd in € 4,8 miljoen minder aan uitgaven ten opzichte van de begroting van € 85 miljoen.

Strijd tegen ISIS

Op de missie ter bestrijding van ISIS is € 44,2 miljoen meer gerealiseerd dan begroot. Initieel is in 2016 € 66 miljoen geraamd. De realisatie in 2016 bedraagt € 110,2 miljoen. De extra realisatie ten opzichte van de begroting voor 2016 is het gevolg van duurdere munitie en een hoger verbruik daarvan, de verlenging van de missie per 1 oktober 2016 (Kamerstuk 27 925, nr. 597) en de redeployment van de F-16’s uit de Air Task Force Middle East (ATF ME) in 2016.

VPD’s

De inzet van VPD's wordt deels gefinancierd vanuit het BIV. De lagere realisatie is ontstaan doordat er minder VPD’s zijn aangevraagd en uitgevoerd (22 VPD’s in 2016) dan waarvoor budget is gereserveerd in de begroting (ongeveer 50 – 75 VPD’s).

Uitgaven contributies

Een deel van de contributie voor 2016, namelijk € 5 miljoen van de SAC C-17, was al betaald in 2015, dit heeft geleid tot een lagere realisatie in 2016.

Toelichting op ontvangsten

In 2016 is € 55,4 miljoen ontvangen. Dit is € 28,7 miljoen meer dan begroot. Van deze € 55,4 miljoen bestaat € 47,7 miljoen uit bijdragen van de VN voor de missie MINUSMA, € 3,3 miljoen aan NAVO- & EU-contributies, € 1,6 miljoen voor de Capacity Building Mission in Iraq (CBMI), € 1,1 miljoen voor Air Task Force Middle East en € 0,1 miljoen overige missies. Voor de inzet van VPD’s is in totaal € 1,6 miljoen van Nederlandse reders ontvangen. Dat is € 3,7 miljoen minder dan begroot (€ 5,3 miljoen). De lagere realisatie is ontstaan doordat er minder VPD’s door de reders zijn aangevraagd dan waarvoor budget is gereserveerd in de begroting.

Toelichting op Nationale inzet

Structurele taken ter ondersteuning van de civiele autoriteiten op grond van wetgeving en formele afspraken

Taak

 

Realisatie

Artikel

Explosieve opruiming

Aantal ruimingen

1.759

CLAS/FNIK

Onderschepping luchtruim

Aantal QRA-A

3

CLSK

Incidentele militaire bijstand en steunverlening

Aantal aanvragen

Artikel

 

Bijstand Caribisch Gebied

16

CZSK/FNIK

 

Strafrechtelijke Handhaving Rechtsorde (Politiewet 2012)

90

Alle krijgsmachtdelen/FNIK

Handhaving Openbare Orde (Politiewet 2012)

28

Alle krijgsmachtdelen/FNIK

Steunverlening Openbaar belang

48

Alle krijgsmachtdelen/FNIK

Bijstand Wet Veiligheidsregios

5

Alle krijgsmachtdelen/FNIK

Structurele nationale taken

Defensie voert structurele taken uit ten behoeve van civiele overheden. De financiële middelen van deze structurele taken zijn opgenomen in de verschillende begrotingsartikelen van Defensie. Deze structurele taken zijn vastgelegd in wet- of regelgeving, inclusief ministeriële besluiten, convenanten of arrangementen. Onder de structurele taken vallen de taken van de KMar, de Kustwachten in Nederland en het Caribisch gebied, luchtruimbewaking, de Bijzondere Bijstandseenheden en de Explosievenopruiming.

Militaire bijstand en steunverlening (FNIK)

Defensie verleent militaire bijstand voor de handhaving van de openbare orde en veiligheid en voor de strafrechtelijke handhaving van de rechtsorde. Deze bijstand wordt zowel door de KMar geleverd als door andere eenheden van Defensie. Daarnaast wordt bijstand verleend in geval van een ramp of crisis, of de vrees voor het ontstaan daarvan.

Voorbeelden van nationale taken die Defensie in 2016 gedurende het hele jaar heeft uitgevoerd zijn:

  • De notice to move (NTM) van één compagnie van het Bataljon Bewaken – Beveiligen is op verzoek van de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV) verkort van 48 uur naar zes uur.

  • De KMar is door het CLAS en het CLSK ondersteund bij het Mobiel Toezicht Veiligheid (MTV). Door een verschuiving van de focus van de inzet van de KMar ontstond behoefte aan grotere capaciteit bij de grensbewaking aan de Europese buitengrens in de Nederlandse zeehavens Hoek van Holland, Europoort en IJmuiden, daarbij is ondersteund door het CLAS.

  • Zoekteams van Defensie hebben ter ondersteuning van zowel de Politie als de Fiscale Inlichtingen en Opsporingsdienst (FIOD) op veel locaties binnen het Koninkrijk gezocht naar verborgen ruimten met daarin bewijsmateriaal zoals wapens, drugs, geld en gegevensdragers. Een enkele keer is ook gezocht naar vermiste personen waarbij soms ook aanvullende capaciteiten zoals de Raven zijn ingezet.

  • Defensie heeft de KMar op verzoek van het Openbaar Ministerie in augustus ondersteund bij de beveiliging van Schiphol, vanwege signalen die wezen op dreiging van een aanslag. Het CLAS is ingezet om controleposten van de KMar onder alle omstandigheden te versterken.

  • Orkaan Matthew heeft Haïti op 4 oktober hard getroffen. Zr.Ms. Holland en Zr.Ms. Pelikaan hebben in samenwerking met internationale en lokale hulporganisaties hulpgoederen afgeleverd en gedistribueerd in het kader van humanitaire noodhulp.

Licence