Base description which applies to whole site

4.3 Beleidsartikel 3 Taakuitvoering landstrijdkrachten

Algemene doelstelling

De landstrijdkrachten leveren operationeel gerede grondgebonden capaciteit voor nationale en internationale operaties.

Rol en verantwoordelijkheid

De Minister is verantwoordelijk voor de vaststelling van de omvang en samenstelling van de landstrijdkrachten alsmede de mate van gereedheid van de grondgebonden eenheden. Het CLAS is verantwoordelijk voor het operationeel gereedstellen en in stand houden van de eenheden. De landstrijdkrachten zijn inzetbaar voor zowel internationale als nationale taken.

Beleidsconclusies

In 2018 leverde CLAS diverse bijdragen aan de drie hoofdtaken. Naast bijdragen aan MINUSMA in Mali, Operation Inherent Resolve in Irak en Resolute Support in Afghanistan in het kader van hoofdtaak 2, leverde het CLAS de capaciteit voor de Compagnie in de West op de Nederlandse Antillen en compagnieën voor de NAVO-aanwezigheid aan de oostgrens met enhanced Forward Presence. Daarnaast leverde CLAS diverse bijdragen aan hoofdtaak 1 door middel van bondgenootschappelijke gereedheid in de stand up fase van de NAVO Very High Readiness Joint Task Force (VJTF) en de EU Battle Group (EUBG). Voor hoofdtaak 3, nationale operaties, werden tevens dagelijks diverse (niche) capaciteiten gereed gesteld en ingezet voor bijstand en steunverleningstaken.

De grote hoeveelheid aan opdrachten met bijbehorende ondersteunende ketens en de Single Service Management taak van het CLAS, stond op gespannen voet met de inzetbaarheidsdoelen in de Defensienota. Een aantal van de opdrachten voor 2018 (onder andere afbouw van MINUSMA, nationale inzet en steunverleningen) droegen niet bij aan het herstel van de operationele gereedheid (OG). Bovendien is de personele en materiële gereedheid niet of beperkt gegroeid in 2018, wat consequenties heeft gehad voor de geoefendheid voor hoofdtaak 1. De balans opmakend bleek eind 2018 dat diverse capaciteiten en eenheden een weg te gaan hebben voor ze OG kunnen worden volgens de norm. Dit ondanks de focus op herstel van de OG (met name voor hoofdtaak 1) in 2018.

De geoefendheid van het CLAS heeft onder andere met oefening Trident Juncture een positieve impuls gekregen en dit straalt ook af op de motivatie en het moreel van het personeel. Toch had CLAS grote moeite personeel te behouden en was met name de uitstroom in de onderofficiersrangen en bij technisch en specialistisch personeel (zoals medisch personeel en de specialisatie Communicatie- en Informatiesystemen) groot. Dit drukt, net als de inzet, op de operationele gereedheid van operationele eenheden, omdat nieuw en onervaren personeel geworven en opgeleid moet worden. Het CLAS heeft daarom capaciteit voor opleidingen en trainingen versterkt ten koste van oefenen en herstel van de operationele gereedheid voor hoofdtaak 1. De materiële gereedheid steeg in 2018 beperkt als gevolg van beperkingen in personele gereedheid en inzet. Verder heeft CLAS in 2018 aandacht besteed aan de harde en zachte infrastructuur (IT, werkplaatsen en legering) en de tijdige beschikbaarheid van voldoende munitie voor training, oefening en inzet.

Toelichting

Om de inzetbaarheidsdoelen te bereiken worden de volgende capaciteiten en inzetbare eenheden van het CLAS gereed gesteld.

CLAS

Capaciteit

Aantal

Inzetbare eenheid

Omschrijving

Brigade combat team (kortdurend)

1

HQ

Brigadehoofdkwartier inclusief (gevechts)ondersteuning

Battle groups

Eenheden van bataljons omvang inclusief (gevechts)ondersteuning (zoals helikopters)

NSE

National Support Element voor logistieke ondersteuning van de inzet van het brigade combat team

MTF

Medical Treatment Facility voor medische ondersteuning van de inzet van het brigade combat team

OF

Battle group (langdurig)

1

Battle group staf

Bataljonshoofdkwartier inclusief (gevechts)ondersteuning

Manoeuvre compagnieën

Eenheden van compagniesomvang inclusief (gevechts)ondersteuning (zoals helikopters)

NSE

National Support Element voor logistieke ondersteuning van de inzet van de battle group

MTF

Medical Treatment Facility voor medische ondersteuning van de inzet van de battle group

Bataljon (kortdurend) en kleinere bijdragen (langdurig)

1

Battle group staf

Bataljonshoofdkwartier inclusief (gevechts)ondersteuning

Compagnieën

Eenheden van compagniesomvang inclusief (gevechts)ondersteuning (zoals helikopters)

NSE

National Support Element voor logistieke ondersteuning van de inzet van het bataljon

MTF

Medical Treatment Facility voor medische ondersteuning van de inzet van het bataljon

HQ Brigade (langdurig)

1

HQ Brigade

Brigadehoofdkwartier voor de aansturing van operaties inclusief (gevechts)ondersteuning

EN ALTIJD

KCT capaciteit tbv Speciale Operaties (langdurig i.s.m. met CZSK)

1

SOLTG

KCT-eenheid van compagniesomvang voor Speciale Operaties inclusief (gevechts)ondersteuning.

Permanente KCT capaciteit tbv kortdurende Speciale Operaties

1

SOLTG

KCT-eenheid van compagniesomvang voor incidentele en onverwachte Speciale Operaties met een korte reactietijd inclusief (gevechts)ondersteuning

NLD/DEU Corps HQ (kortdurend)

1

NLD/DEU Corps HQ

Nederlands deel van het Hoofdkwartier voor de aansturing van landoperaties als land component command of als corps hoofdkwartier

HQ (Re)deployment Task Force (kortdurend)

1

HQ (Re)deployment Task Force

Hoofdkwartier voor de aansturing van (re)deployment inclusief (gevechts)ondersteuning

Air Defense task force (kortdurend)

1

Patriot Fire Unit

Patriot- luchtverdedigingseenheid inclusief (gevechts)ondersteuning

Army Ground Based Air Defence System (AGBADS)

Army Ground Based luchtverdedigingseenheid inclusief (gevecht)ondersteuning

Permanente capaciteit NLD t.b.v. nationale veiligheid

1

Bataljons Nationale Reserve

Eenheden van bataljonsomvang als Nationale reserve inclusief (gevechts)ondersteuning

EODD teams

Explosievenopruimingsteams inclusief ondersteuning

CBRN response eenheid

Team voor reactie bij biologische, radiologische en nucleaire dreiging

Tabel budgettaire gevolgen van beleid artikel 3 Taakuitvoering Landstrijdkrachten (bedragen x € 1.000)
 

Realisatie

Vastgestelde begroting

Verschil

2014

2015

2016

2017

2018

2018

2018

Verplichtingen

1.290.862

1.146.024

1.284.664

1.336.389

1.417.516

1.321.608

95.908

               

Uitgaven

1.203.245

1.221.224

1.218.579

1.282.344

1.337.845

1.321.608

16.237

               

Programma-uitgaven

139.710

158.682

170.753

201.348

197.620

211.775

– 14.155

Opdracht Gereedstelling en instandhouding Commando LAS

139.710

158.682

170.753

201.348

197.620

211.775

– 14.155

Gereedstelling

49.031

50.989

52.260

53.456

57.527

66.477

– 8.950

– waarvan bijdragen aan SSO Paresto

 

13.944

10.842

5.768

5.924

 

5.924

Instandhouding

90.679

107.693

118.493

147.892

140.093

145.298

– 5.205

               

Apparaatsuitgaven

1.063.535

1.062.542

1.047.826

1.080.996

1.140.225

1.109.833

30.392

Personele uitgaven

986.631

971.074

941.055

954.840

989.070

991.851

– 2.781

– waarvan eigen personeel

982.136

966.462

936.887

950.928

980.398

990.242

– 9.844

– waarvan externe inhuur1

4.495

4.612

4.168

3.912

8.672

1.609

7.063

Materiële uitgaven

76.904

91.468

106.771

126.156

151.155

117.982

33.173

– waarvan bijdragen aan SSO Paresto

9.151

2.448

2.915

3.007

2.174

2.749

– 575

– waarvan overige exploitatie1

67.753

89.020

103.856

123.149

148.981

115.233

33.748

               

Apparaatsontvangsten

21.691

13.672

5.769

8.016

5.063

10.546

– 5.483

1

Binnen inhuur en exploitatie is in 2018 voor een bedrag van € 129 duizend uitgevoerd door SSO DMO/OPS en door het Rijksvastgoedbedrijf € 2.957 duizend.

Toelichting op de financiële instrumenten

De posten met een verschil groter dan € 10,0 miljoen of noemenswaardige verschillen worden hieronder nader toegelicht per financieel instrument.

Verplichtingen

De gerealiseerde verplichtingen zijn € 95,5 miljoen hoger dan begroot.

Er is voor € 63,7 miljoen meer verplicht dan begroot voor instandhouding van de landwapensystemen zoals pantserhouwitser, pantserrupsgevechtsvoertuigen, trekker-opleggercombinaties en klein kaliber wapens en voor € 17,6 miljoen voor overige materiële exploitatie. Daarnaast is er meer verplicht dan begroot op externe inhuur en overige exploitatie (€ 14,2 miljoen).

Uitgaven

De uitgaven bij het CLAS zijn met € 16,2 miljoen gestegen ten opzichte van de begroting. De extra uitgaven worden vooral veroorzaakt door € 30,4 miljoen aan extra apparaatsuitgaven. De programmauitgaven zijn € 14,2 miljoen lager dan begroot. De belangrijkste verschillen worden hieronder toegelicht.

Programma uitgaven

Gereedstelling

De uitgaven bij gereedstelling zijn € 9,0 miljoen lager dan begroot. De belangrijkste oorzaak ligt in verminderde oefeninspanningen als gevolg van de achtergebleven personele vulling en de inzet van eenheden (tijdens inzet wordt er niet regulier geoefend).

Apparaatsuitgaven

Personele uitgaven

De doorwerking van arbeidsvoorwaarden 2017/2018 zorgt niet voor overschrijding van de begroting vanwege personele ondervulling en de daar uit volgende onderrealisatie.

Materiële uitgaven

De materiële uitgaven zijn € 31,6 miljoen hoger dan begroot. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door meeruitgaven die zijn gedaan voor goederen en diensten die niet aan wapensystemen zijn verbonden (€ 24,4 miljoen) en aan opleidingen (€ 7,8 miljoen).

Ontvangsten

Geen bijzonderheden.

Licence