Base description which applies to whole site

Artikel 1 Eenheid van het algemeen regeringsbeleid

Het Ministerie van Algemene Zaken coördineert het algemene regeringsbeleid. Doel is de Minister-President en de ministerraad adequaat te ondersteunen door beleidsinhoudelijke voorbereiding en afstemming en de woordvoering en communicatie hierover.

De Minister-President is als voorzitter van de ministerraad (art. 45, lid 2 en 3 Grondwet) verantwoordelijk voor «het bevorderen van de eenheid van het algemene regeringsbeleid». Dat komt op verschillende manieren tot uitdrukking. Zo spreekt de Minister-President na afronding van het formatieproces namens het nieuwe kabinet de regeringsverklaring uit en gaat hij daarover met de Tweede Kamer in debat. Voorts verantwoordt de Minister-President zich jaarlijks over het algemene regeringsbeleid tijdens de Algemene Politieke Beschouwingen na Prinsjesdag. De Minister-President is ook verantwoordelijk voor het in stand houden en zo nodig aanpassen van het stelsel van overleg en besluitvorming, zoals dat vorm krijgt in de ministerraad en onderraden. Voorts is de Minister-President verantwoordelijk voor coördinatie van het algemene communicatiebeleid, zoals het bevorderen van de eenheid in presentatie en adequate publieks-communicatie. Het Ministerie van Algemene Zaken ondersteunt de Minister-President in zijn rol als voorzitter van de rijksministerraad, van de ministerraad en van de onderraden van de ministerraad alsmede in zijn rol als lid van de Europese Raad en als verantwoordelijke voor de coördinatie van de inlichtingen- en veiligheidsdiensten.

Qua uitvoering en beoogde resultaten hebben zich geen bijzonderheden voorgedaan.

Tabel 1 Budgettaire gevolgen van beleidsartikel 1 Eenheid van het algemeen regeringsbeleid (bedragen x € 1.000)
 

Realisatie

Vastgestelde begroting

Verschil

 

2015

2016

2017

2018

2019

2019

2019

Verplichtingen

50.736

55.654

57.639

60.045

62.034

62.303

‒ 269

        

Uitgaven

56.962

55.654

57.639

60.045

62.034

62.303

‒ 269

        

Coördinatie van het algemeen communicatie- en regeringsbeleid (RVD) apparaatsuitgaven

1.652

1.597

1.510

1.562

1.703

2.171

‒ 468

        

Bijdrage aan de lange termijn beleidsontwikkeling (WRR) apparaatsuitgaven

583

520

510

529

660

594

66

        

Apparaatsuitgaven

30.004

29.004

29.999

31.619

32.537

33.112

‒ 575

Personele uitgaven

18.322

18.854

18.595

20.618

23.596

*

 

waarvan eigen personeel

16.583

16.885

17.045

18.034

18.946

*

 

waarvan inhuur externen

219

496

212

958

2.982

*

 

waarvan overige personele uitgaven

1.520

1.473

1.338

1.626

1.668

*

 

Materiële uitgaven

11.682

10.150

11.404

11.001

8.941

*

 

waarvan ICT

3.810

2.486

2.577

2.085

2.479

*

 

waarvan bijdrage aan SSO's

4.246

4.962

5.409

5.655

3.523

*

 

waarvan overige materiële uitgaven

3.626

2.702

3.418

3.261

2.939

*

 
        

Toetsingscommissie Inzet Bevoegdheden (TIB)

0

0

298

446

671

605

66

        

Bijdrage aan het agentschap Dienst Publiek en Communicatie

24.723

24.533

25.322

25.889

26.463

25.821

642

        

Ontvangsten

4.307

4.111

3.767

3.622

3.804

4.439

‒ 635

Uitgaven

In de eerste suppletoire begrotingswet zijn de loon-en prijsbijstelling, de eindejaarsmarge en een aantal overboekingen verwerkt (per saldo met € 2,1 miljoen verhoogd). In de tweede suppletoire begrotingswet zijn de uitgaven op artikel 1 neerwaarts bijgesteld met circa € 1,2 miljoen, hiervan betreft € 1 miljoen een verschuiving van 2019 naar 2020. Indien rekening wordt gehouden met bovenstaande mutaties is er een aanvullende onderuitputting van circa € 1,3 miljoen bij de uitgaven. In totaal is er een neerwaartse bijstelling van € 0,3 miljoen ten opzichte van de vastgestelde begroting.

Oorzaken van de onderuitputting van circa € 1,3 miljoen zijn onder andere een aantal meevallers bij vertraagde innovatieprojecten bij de Rijksvoorlichtingsdienst (RVD), vertraging bij een aantal ICT-projecten en een personele onderbezetting bij de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) en de RVD. De hogere bijdrage aan het agentschap Dienst Publiek en Communicatie betreft met name de toedeling van de loon- en prijsbijstelling voor 2019 aan het agentschap.

Ontvangsten

Dit betreft met name de bij Miljoenennota 2020 reeds gemelde neerwaartse bijstellingen van de ontvangsten, omdat de raming niet meer actueel was.

Beleidsmatige informatie

Coördinatie van het algemeen communicatie- en regeringsbeleid 

De Rijksvoorlichtingsdienst (RVD) ondersteunt de Minister-President in zijn coördinerende rol op het terrein van de overheidscommunicatie en ondersteunt de Voorlichtingsraad (VoRa). De VoRa, onder voorzitterschap van de directeur-generaal RVD, is het ambtelijke adviesorgaan van het kabinet op het gebied van de overheidscommunicatie. De VoRa, waarvan de directeuren communicatie van alle departementen lid zijn, ontwikkelt initiatieven op het vlak van overheidscommunicatie en vervult de opdrachtgeversrol naar de Dienst Publiek en Communicatie (DPC). Het hoofdstuk «Agentschap Dienst Publiek en Communicatie» geeft een breder overzicht van de gemeenschappelijke communicatie in 2019.

VoRa-Jaarprogramma Communicatie

Veel activiteiten in het kader van de coördinatie van de overheidscommunicatie zijn samengebracht in het VoRa-Jaarprogramma. De uitvoering hiervan is een gemeenschappelijke verantwoordelijkheid van de departementen, de RVD en DPC. Het VoRa-Jaarprogramma 2019 bevatte gezamenlijke activiteiten op thema’s als: Informatie op Maat (de mens centraler stellen in onze informatievoorziening en dienstverlening en het op maat aanbieden van informatie en dienstverlening), het toepassen van gedragskennis, dilemmalogica (het in een vroegtijdig stadium erkennen van zorgen, mensen beter meenemen in de afwegingen en ruimte bieden aan uiteenlopende perspectieven), beeldcommunicatie en het versterken van de interdepartementale samenwerking op communicatiegebied.

Rijks- en kabinetsbrede communicatie

Met het oog op eenduidige, herkenbare en toegankelijke overheidscommunicatie werken de directies Communicatie op verschillende terreinen intensief samen. Dit krijgt onder meer gestalte in het beheer van de rijkshuisstijl, communicatie via massamediale campagnes, de verdere ontwikkeling en het beheer van www.rijksoverheid.nl, het rijksbrede intranet (Rijksportaal) en het Platform Rijksoverheid Online dat ruimte biedt aan honderden overheidswebsites. Samenwerking is voorts gericht op het opvangen en duiden van signalen uit de samenleving. Zo voert het Sociaal Cultureel Planbureau in opdracht van de VoRa elk kwartaal het Continu Onderzoek Burgerperspectieven uit. Met het project «Informatie op Maat» streeft de VoRa naar het aanbieden van toegankelijke publieksinformatie op voor individuele burgers relevante momenten en kanalen.

Burgerbrieven

In 2019 heeft het Ministerie van Algemene Zaken 2.067 burgerbrieven ontvangen. In 2018 ontving het ministerie 1.938 brieven. In 2019 was de gemiddelde behandeltijd 16 dagen (tegen 15 dagen in 2018).

Tabel 2 Behandeltermijn burgerbrieven
 

2019

2018

< 3 weken

62%

73%

3 weken ‒ 6 weken

36%

24%

> 6 weken

2%

3%

Verzoeken op grond van de Wet openbaarheid van bestuur (Wob), de Wet inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2017 (Wiv 2017), de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG), de Wet hergebruik van Overheidsinformatie (Who), klaagschriften en bezwaarschriften.

Wob-verzoeken

In 2019 heeft het ministerie 45 verzoeken op grond van artikel 3 van de Wet openbaar van bestuur (Wob) ontvangen. In 2019 zijn 44 Wob-besluiten genomen, 6 besluiten hiervan hadden betrekking op verzoeken ingediend in 2018 en één besluit op één verzoek ingediend in 2016.

Drie verzoeken zijn op grond van artikel 4 van de Wob in zijn geheel doorgezonden naar andere bestuursorganen. Op 17 verzoeken werd - al dan niet met instemming van de verzoeker - buiten de wettelijke beslistermijn besloten. Een aantal hiervan betreft een reeks omvangrijke Wob-verzoeken uit een eerdere periode, dan wel omvangrijke interdepartementale verzoeken waarbij interdepartementale coördinatie was vereist.

Wiv 2017-verzoeken

In 2019 zijn 9 Wiv-besluiten genomen, 8 besluiten hiervan hadden betrekking op verzoeken ingediend in 2018, 1 besluit op een verzoek ingediend in 2019.

AVG-verzoeken

In 2019 heeft het ministerie 7 verzoeken op grond van de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) ontvangen. In 2019 zijn 2 besluiten genomen en 1 verzoek is begin 2020 afgehandeld. Alle verzoeken betroffen de dienstverlening van DPC/Informatie Rijksoverheid. Bij de overige 4 verzoeken werden door het ministerie van Algemene Zaken van de verzoekers geen gegevens verwerkt en is verzoeker schriftelijk of mondeling doorverwezen naar de juiste instantie.

Who-verzoeken

Het ministerie heeft in 2019 één verzoek op grond van de Wet hergebruik overheidsinformatie (Who) ontvangen. Dit verzoek is in overleg met verzoeker met overschrijding van de wettelijke beslistermijn afgedaan.

Klaagschriften

Het ministerie heeft in 2019 geen klachten ontvangen.

Bezwaarschriften

In 2019 heeft het ministerie 7 bezwaarschriften ontvangen naar aanleiding van besluiten op grond van de Wob. Eén bezwaarschrift is naderhand ingetrokken.

Er zijn geen bezwaarschriften binnengekomen naar aanleiding van besluiten op basis van de Wiv 2017, de Who en de AVG.

Het leveren van bijdragen aan de lange termijn beleidsontwikkeling

Algemeen

De ontwikkeling van het regeringsbeleid is gebaat bij inzichten in ontwikkelingen en vraagstukken die op langere termijn de samenleving beïnvloeden. De Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid (WRR) draagt hier op een wetenschappelijk gefundeerde manier aan bij. De Raad heeft tot taak tijdig te wijzen op tegenstrijdigheden en te verwachten knelpunten voor het regeringsbeleid, probleemstellingen te formuleren over de grote beleidsvraagstukken en beleidsalternatieven aan te dragen. De WRR kan zich bezighouden met alle gebieden van (potentieel) regeringsbeleid.

Publicaties

In 2019 publiceerde de WRR verschillende publicaties waaronder twee adviesrapporten aan de regering en een verkenning.

Op 17 januari 2019 presenteerde de WRR het rapport Geld en schuld: de publieke rol van banken. Het rapport is tijdens een bijeenkomst overhandigd aan de minister van Financiën, Wopke Hoekstra. De steeds belangrijkere rol van giraal geld, het verdwijnen van een publieke betaal- en spaaroptie en de concentratie en toegenomen uniformiteit in het bankwezen hebben geleid tot een situatie waarin geld en schuld gemakkelijker uit de hand kunnen lopen. Ook heeft het geleid tot een onbalans tussen publieke en private belangen. De WRR beveelt daarom aan om te zorgen voor meer diversiteit in het stelsel, meer werk te maken van het temmen van de schuldengroei, beter voorbereid te zijn op de volgende crisis en te zorgen voor een stevigere verankering van de publieke dimensie van het bankwezen.

In het Vredespaleis organiseerde de WRR een conferentie over de Verkenning Filantropie op de grens van overheid en markt. De bijeenkomst vond plaats op 21 februari.

Op 9 september 2019 is het rapport Voorbereiden op Digitale Ontwrichting uitgebracht. Het rapport maakt duidelijk dat Nederland is voorbereid op verschillende rampenscenario’s. Maar wat te doen bij een digitale ontwrichting? Wie grijpt dan in? Met welke bevoegdheid? Hoe bereiden we ons voor? Nu cyber steeds verder verknoopt raakt met fysieke infrastructuren en met het sociale weefsel van onze samenleving, is cybersecurity alleen niet langer voldoende. De WRR concludeert in het rapport dat een betere voorbereiding van de overheid, bedrijven en de samenleving op digitale ontwrichting nodig is. Secretaris-Generaal van Justitie en Veiligheid nam het rapport namens de minister in ontvangst.

Voor het vergroten van de zichtbaarheid en vindbaarheid van zijn Engelstalige publicaties is de WRR in samenwerking met uitgever Springer gestart met een open access Engelstalige reeks: Research for Policy – Studies by the Netherlands Council for Government Policy. De eerste publicatie die in deze Springerreeks verscheen op 25 september: Why knowing what to do is not enough, de vertaling van het rapport Weten is nog geen doen.

Verder is de raad in 2019 een verkenning van nieuwe onderwerpen voor de huidige raadsperiode gestart. Het betreft a) Collectieve arrangementen voor sociale zekerheid, b) Klimaattransitie en c) Onderneming en maatschappij. Ook heeft de WRR in 2019 het RIVM gevraagd om een vooronderzoek uit te voeren ten behoeve van het adviestraject over de Houdbaarheid van de zorg. Dit wordt in 2020 opgeleverd en zal mede ten grondslag liggen aan het rapport over dit thema.

Overige bijdragen aan de beleidsdialoog

De WRR adviseert over lange termijn vraagstukken die van groot belang zijn voor het regeringsbeleid. Daarnaast wil de WRR de meningsvorming ook direct stimuleren. Daarom organiseert hij, mede naar aanleiding van publicaties onder meer mondelinge briefings voor het kabinet en de beide Kamers, expertmeetings, workshops en ook conferenties en bijeenkomsten voor een groter publiek. De WRR levert daarnaast een actieve bijdrage aan de synergie van het kennis- en adviesstelsel. Naast het organiseren van de periodieke overlegbijeenkomsten met de strategische adviesraden, onderhoudt hij een liaison met het Strategieberaad Rijksbreed en met de planbureaus.

De debatreeks Hollands Spoor, een initiatief van de WRR en het Strategieberaad Rijksbreed, is een concrete uitkomst van deze samenwerkingen. In deze debatreeks gaan wetenschap, beleid en samenleving met elkaar in gesprek. In 2019 zijn twee Hollands Spoor bijeenkomsten georganiseerd: op 2 september over de toekomst van de multilaterale orde en op 5 november over Houdbare zorg. Een debatbijeenkomst kan leiden tot een publicatie. In 2019 verscheen het Working Paper Internationaal AI-beleid. Domme data, slimme computers en wijze mensen dat voortvloeide uit de Hollands Spoor bijeenkomst over AI in 2018.

24 januari 2019 vond de jaarlijkse WRR-lecture plaats in De Nieuwe Kerk. De keynote werd verzorgd door prof. dr. Ute Frevert, wetenschappelijk lid van het Max Planck Institute en mede-directeur van het Max Planck Institute for Human Development te Berlijn. Frevert reflecteerde op de rol van emoties in de politiek.

16 december 2019 heeft de WRR Beleidsthema’s voor de lange termijn; memo aan de programmacommissies uitgebracht. Weloverwogen beleidskeuzes maken voor de lange termijn vraagt om een gedegen voorbereiding en analyse in het hier en nu. Met dit memo ondersteunt de WRR de programmacommissies bij de formulering van een doordachte visie op de grote vraagstukken van de komende jaren. Op basis van eigen werk van de afgelopen jaren identificeert de raad zes beleidsthema’s die van belang zijn voor Nederland op de lange termijn. De thema’s zijn 1) flexibiliteit en zekerheid, 2) samenleven in verscheidenheid, 3) veerkrachtige en duurzame economie, 4) digitalisering en overheidsbeleid, 5) waardegedreven openbaar bestuur en 6) internationale coördinatie en veiligheid in een multipolaire wereld. In welke concrete uitwerking dan ook, zullen deze thema’s in de volgende kabinetsperiode hoog op de agenda staan. Door ze al ruim voor de hectiek van verkiezingsdebatten en formatie onder de aandacht van programmacommissies te brengen, geeft de WRR invulling aan zijn taak als onafhankelijk strategisch adviseur gericht op de lange termijn. Het memo biedt geen kant-en-klare beleidsopties of maatregelen, maar beoogt richting te geven aan de keuzes waar de nieuwe Tweede Kamer voor komt te staan. De gepresenteerde inzichten zijn gebaseerd op recente analyses en rapporten en verwijzen terug naar deze publicaties.

Prestatiegegevens

De WRR heeft de taak complexe, weerbarstige thema’s en beleidsdilemma’s te agenderen. Soms ‘leeft’ een thema al bij de start van een WRR-project en hebben de bijdragen van de raad direct een meetbare invloed, soms gaat er geruime tijd overheen voordat ze doorwerking hebben in het beleid of het maatschappelijke debat. De tabel biedt een kwantitatief overzicht van de output.

Tabel 3 WRR prestatiegegevens
 

Begroting 2019

Realisatie 2019

Rapporten, Verkenningen, Policy Briefs

7

7

Overige publicaties

4

4

Mondelinge briefings voor en gesprekken met bewindslieden en Kamerleden

15

24

Overige briefings met beleidsmakers

15

27

Conferenties, workshops, expertmeetings

15

39

Lezingen en debatten

70

55

Toetsingscommissie Inzet Bevoegdheden

Op grond van de Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten 2017 (Wiv2017) is er een Toetsingscommissie Inzet Bevoegdheden (TIB), die belast is met het toetsen van de rechtmatigheid van de door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties of de Minister van Defensie gegeven toestemming tot het inzetten van bijzondere bevoegdheden door de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD) respectievelijk de Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (MIVD). De commissie bestaat uit een voorzitter en twee leden en wordt ondersteund door een secretaris en plaatsvervangend secretaris.

De Minister van Algemene Zaken, is verantwoordelijk voor het beheer van de TIB. Tussen het Ministerie van Algemene Zaken en de TIB zijn afspraken gemaakt over de dienstverlening op het gebied van de bedrijfsvoering door het ministerie en de daarop van toepassing zijnde planning & controlcyclus. De TIB is gehuisvest op een zelfstandige locatie binnen het pand van het Ministerie van Algemene Zaken. Op deze wijze kan gebruik worden gemaakt van de beveiligingsschil en andere facilitaire zaken van het ministerie, maar beschikken ze wel over een eigenstandige kantoorruimte die alleen voor hen toegankelijk is.

Op 25 april 2019 heeft de TIB haar eerste Jaarverslag gepubliceerd met haar bevindingen en werkzaamheden in de periode van 1 mei 2018 tot 1 april 2019. Ook heeft de TIB op 20 maart 2019 gereageerd op een brief van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Minister van Defensie over de reikwijdte van de rechtmatigheidstoets (www.tib-ivd.nl/documenten).

Paragraaf 1 - uitzonderingsrapportage voor de volgende vier verplichte onderdelen

Rechtmatigheid

Er zijn geen onrechtmatigheden geconstateerd die de rapporteringstoleranties overschrijden.

Totstandkoming niet-financiële verantwoordingsinformatie

Er zijn geen bijzonderheden te melden.

Begrotingsbeheer, financieel beheer en de materiële bedrijfsvoering

Er zijn geen bijzonderheden te melden.

Overige aspecten van de bedrijfsvoering

Informatiebeveiliging

In 2019 heeft het Ministerie van Algemene Zaken (AZ) acties en projecten uitgevoerd aan de hand van een jaarplan informatiebeveiliging en een Plan-Do-Check-Act cyclus. Niet alle acties konden volledig binnen planning worden gerealiseerd. AZ prioriteert op basis van risicomanagement, zo ook in dit soort gevallen. Over het jaar 2019 is AZ in control geweest, hierover is een verklaring afgegeven door het ministerie. Er is bij AZ sprake van een beheerste situatie.

In 2018 heeft de Algemene Rekenkamer een onvolkomenheid in de Informatiebeveiliging van het ministerie van Algemene Zaken geconstateerd.

Er zijn maatregelen ingezet met als gevolg dat het volwassenheidniveau van het ministerie van Algemene Zaken in 2019 aantoonbaar is verhoogd. In 2020 wordt deze lijn onverkort voortgezet.

Paragraaf 2 - Rijksbrede bedrijfsvoeringsonderwerpen

  • 1. MenO-risico’s en ontwikkelingen betreffende het M&O-beleid

    De begroting van Algemene Zaken bevat geen subsidies of uitkeringen, zoals dit bij andere departementen wel het geval kan zijn. Dit hangt samen met de aard van de werkzaamheden en het ontbreken van een specifiek beleidsveld. Frauderisico’s en risico’s bij misbruik en oneigenlijk gebruik van regelingen hebben zich niet geoperationaliseerd bij het Ministerie van Algemene Zaken.

  • 2. Grote lopende ICT-projecten

    Het Ministerie van Algemene Zaken heeft geen grote ICT-projecten van meer dan € 5 miljoen uitgevoerd of gestart in 2019.

  • 3. Gebruik open standaarden en open source software

    Er zijn geen bijzonderheden te melden.

  • 4. Betaalgedrag

    De rijksbrede norm om 95% van de facturen binnen 30 dagen te betalen is gehaald.

  • 5. Audit Committee

    Het Audit Committee (AC) van het Ministerie van Algemene Zaken heeft in 2019 drie keer vergaderd. Centrale onderwerpen betroffen de inrichting en uitvoering van het departementale toezicht, de beheersing van de risico’s in de bedrijfsvoering, de (interim)rapporten van de Auditdienst Rijk en de Algemene Rekenkamer inclusief de ingezette verbetermaatregelen naar aanleiding hiervan en de bevindingen uit de interne audits en onderzoeken door de Directie Financieel-Economische Zaken.

    Daarnaast zijn rijksbrede thema’s op het gebied van de bedrijfsvoering behandeld en zijn als specifieke onderwerpen presentaties gegeven over de informatiebeveiliging bij AZ en de stand van zaken ICT-ontwikkelingen bij AZ gericht op de toekomst.

    Tot slot is in 2019, conform de regeling audit committees van het Rijk, een zelfevaluatie uitgevoerd op het functioneren van het AC. Dit heeft geleid tot enkele aanbevelingen zoals in het bijzonder meer aandacht te besteden aan specifieke aangelegenheden zoals ICT-onderwerpen en renovatie Binnenhof.

  • 6. Departementale checks and balances

    Niet van toepassing.

  • 7. Normenkader financieel beheer

    Niet van toepassing.

Paragraaf 3 – Belangrijke ontwikkelingen en verbeteringen in de bedrijfsvoering

Er hebben zich geen bijzonderheden voorgedaan.

Licence