De Minister van LVVN streeft naar een doeltreffende uitvoering van het agro-, visserij- en natuurbeleid en een effectief en efficiënt stelsel voor handhaving en toezicht op deze beleidsterreinen.
De Minister is verantwoordelijk voor de uitvoering van het agro-, visserij- en natuurbeleid (onder meer de uitvoering van het GLB) en belegt deze uitvoering jaarlijks bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO). De uitvoering van de handhaving en het toezicht binnen deze domeinen is ondergebracht bij de NVWA, waarvoor de Minister niet alleen opdrachtgever is, maar ook de eigenaarsrol vervult.
De Minister is (mede)verantwoordelijk voor:
Stimuleren
– Het versterken van de internationale positie van het Nederlandse agro-, visserij en natuurdomein via het Landbouwradennetwerk.
Uitvoeren
– Het doen uitvoeren van een effectief beleid ter realisatie van de doelstellingen uit de Europese regelgeving.
– Het uitvoeren van adequaat veterinair en fytosanitair beleid.
– Het uitoefenen van toezicht en het handhaven van de regelgeving op het gebied van dier- en plantgezondheid, dierenwelzijn, mest, natuur en voedselveiligheid (primaire productie en slachterijfase).
– Het uitvoeren van het Gemeenschappelijk landbouw- en visserijbeleid en het zorgdragen voor een rechtmatige financiering aan agrarische ondernemers.
– Het uitvoeren van het klimaat en stikstof beleid op het terrein van landbouw, visserij en natuur.
– Het doen uitvoeren van de in de Wet natuurbescherming vastgelegde rijkstaken.
Het toezicht van de NVWA is opgebouwd uit een breed palet aan taken uit wetgeving van LVVN en VWS. De NVWA richt zijn beschikbare personele capaciteit op de risico’s die voor de samenleving het grootst zijn en op zaken waar de NVWA het meeste effect kan hebben. Ook in 2024 is over de inzet van uren per publiek belang en de financiering afstemming geweest tussen NVWA en LVVN en VWS voor het opstellen en aanpassen van jaarplannen. Vanuit zijn rol als onafhankelijk toezichthouder kan de NVWA altijd keuzes maken waar toezicht het hardst nodig is, als er risico’s worden gezien die maatschappelijk zo urgent zijn dat ze als toezichthouder het moeten agenderen.
Kengetallen NVWA
De onderstaande urenverdeling NVWA per publiek belang en procentuele verdeling van de financiering is afkomstig uit de NVWA jaarverantwoording 2023 en geeft inzicht in wat daadwerkelijk gerealiseerd is. De realisatie 2024 zal terug te vinden zijn in de NVWA jaarverantwoording 2024. In de agentschapsbegroting van de NVWA zijn nadere doelmatigheidsindicatoren over de NVWA opgenomen.
Figuur 1

Figuur 2

Het is het streven van de RVO om bij te dragen aan een duurzame welvaart. Om dat mogelijk te maken werkt de RVO mee aan de overgang naar een duurzaam landbouw- en voedselsysteem en ondersteunt daarvoor ondernemers en organisaties bij verduurzaming, innovatie en internationalisatie. Daartoe werkt de RVO nauw samen met het ministerie van LVVN als één van zijn opdrachtgevers op basis van een jaarlijks bijgesteld werkpakket. Voor een optimale uitvoering en goede dienstverlening is het noodzakelijk om gezamenlijk te streven naar een meerjarig, toereikend en stabiel werkpakket. Doeltreffendheid en effectiviteit van het opdrachtenpakket zijn daarbij belangrijke aandachtspunten. Het teruglopen van het aandeel lumpsum bekostigde opdrachten heeft om die reden in 2024 extra aandacht gekregen. De kengetallen hieronder geven een indicatie over doeltreffendheid en effectiviteit af en worden meegenomen in de beoordeling om bestaande regelingen en instrumenten af te bouwen die niet langer of minder doelmatig en doeltreffend zijn voor de gezamenlijke beleidsopgaven.
Kengetal RVO
Begrotingsindicatoren art. 24 – RVO | |||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|
Indicator | Toelichting | 2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | Gemiddelde laatste 3 jaar |
% lumpsum = 80% | Indicator zegt iets over de doeltreffendheid van het opdrachtenpakket LVVN. De norm voor het aandeel lumpsumopdrachten binnen de totale opdracht voor het lopende jaar is 80%. | 71% | 74% | 61% | 46% | 47% | 51% |
% doorgeschoven werk = < 5 % | Doorgeschoven werk van vorig jaar in kaart brengen en afzetten tegen het totaal uitgevoerde werk uitgedrukt in euro's. Het gaat hier om alle opdrachten incl. meerwerk. | 4% | 5% | 4% | 4% | ||
% meerwerk = <12% | Indicator zegt iets over de effectiviteit van het opdrachtenpakket. Hoe meer meerwerk, hoe moeilijker planbaar het opdrachtenpakket waardoor de doeltreffendheid afneemt. | 9% | 16% | 6% | 12% | 5% | 8% |
KTO LVVN cijfer | Klanttevredenheid over de uitvoering van LVVN opdrachten door RVO | 7,1 | 6,8 | 7 | 7 | 6,6 | |
OTO LVVN | 2-jaarlijks Opdrachttevredenheidsonderzoek (OTO) van RVO die peilt in hoeverre de verschillende opdrachtgevers van RVO tevreden zijn met de samenwerking die zij met RVO hebben. Vanuit LVVN is deze indicator een waardevol peilmoment om te bezien in hoeverre LVVN als opdrachtgever tevreden is over de samenwerking die zij hebben met RVO om de uitvoering van beleid van voldoende kwaliteit te laten zijn. | 7,6 | 7,2 |
Realisatie | Vastgestelde begroting | Verschil | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2024 | 2024 | ||
Art. | Verplichtingen | 0 | 482.027 | 517.794 | 604.994 | 698.837 | 527.403 | 171.434 |
Uitgaven | 0 | 482.027 | 517.794 | 604.994 | 698.837 | 527.461 | 171.376 | |
24.0 | Uitvoering en toezicht | 0 | 482.027 | 517.794 | 604.994 | 698.837 | 527.461 | 171.376 |
Bijdrage aan agentschappen | 0 | 482.027 | 517.794 | 604.994 | 698.837 | 527.461 | 171.376 | |
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit | 0 | 248.287 | 262.110 | 293.421 | 354.312 | 273.633 | 80.679 | |
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland | 0 | 233.740 | 255.684 | 311.573 | 344.525 | 253.828 | 90.697 | |
Ontvangsten | 0 | 7.055 | 12.348 | 14.758 | 5.283 | 0 | 5.283 | |
Realisatie | Vastgestelde begroting | Verschil | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|
2020 | 2021 | 2022 | 2023 | 2024 | 2024 | 2024 | ||
Art. | Ontvangsten | 0 | 7.055 | 12.348 | 14.758 | 5.283 | 0 | 5.283 |
24.0 | Uitvoering en toezicht | 0 | 7.055 | 12.348 | 14.758 | 5.283 | 0 | 5.283 |
Ontvangsten | 0 | 7.055 | 12.348 | 14.758 | 5.283 | 0 | 5.283 | |
Agentschappen en overig | 0 | 7.055 | 12.348 | 14.758 | 5.283 | 0 | 5.283 |
Verplichtingen
De verplichtingen zijn in 2024 € 171,4 mln. hoger uitgevallen voor artikel 24. Dit komt door wijzigingen in de jaarplannen met opdrachten aan de NVWA en de RVO. Deze wijzigingen leiden tot hogere uitgaven (die in totaliteit gelijk zijn aan de omvang van de verplichtingen) en worden onder de volgende kop nader toegelicht.
Uitgaven
Bijdrage aan agentschappen
Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
De bijdrage aan de NVWA is in 2024 met € 80,7 mln. hoger uitgevallen dan begroot. De hogere uitgaven laten zich verklaren door aanvullingen op de werkzaamheden in het jaarplan 2024 van de NVWA en het effect van een tussentijdse tariefwijziging voor alle werkzaamheden in 2024. Het effect van de tariefwijziging bedraagt in totaal € 12,5 mln. De werkzaamheden bovenop de opdrachten in het jaarplan die tot de meest omvangrijke wijzigingen van de begroting hebben geleid zijn de gevolgen van de uitspraak van het College van Beroep voor het bedrijfsleven (CBb) in september 2023 over het niet mogen verwerken van sommige kosten van de NVWA in de tarieven voor het bedrijfsleven. Het effect van de uitspraak is € 18,7 mln. Daarnaast zijn te noemen het project ‘real-time Vervoersbewijs Dierlijke Mest’ (rVDM) (€ 10,1 mln.), de wettelijke onderzoeks- en handhavingstaken op het terrein van voedselveiligheid (€ 6,3 mln.) uitvoering van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) (€ 4,9 mln.) en het project Herziening Stelsel Keuren en Toezicht (€ 4,4 mln.).
Rijksdienst voor Ondernemend Nederland
De bijdrage aan de RVO is in 2024 met € 90,7 mln. hoger uitgevallen dan begroot. Als oorzaken zijn aan te wijzen de extra compensatie vanuit de beleidsartikelen vanwege de tariefstijging van de uitvoeringskosten RVO 2024 (€ 39,6 mln.) en groei of wijziging van lopende opdrachten en toevoeging van nieuwe opdrachten aan de RVO, zoals kosten voor uitvoering van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid 2023-2027 (€ 14,9 mln.), de Uitvoering Aanpak Piekbelasting (€ 4,0 mln.), de Landelijke beëindigingsregeling veehouderijlocaties (Lbv) (€ 5,9 mln.), de kosten van inzet van Rijksuitvoerinsgorganisaties in het landelijk gebied (€ 1,7 mln).
Ontvangsten
Agentschappen en overig
De gerealiseerde ontvangsten op artikel 24 zijn € 5,3 mln. hoger dan is vastgesteld in de begroting. Dit komt door de afrekening met NVWA en RVO op basis van de vastgestelde jaarrekening 2023 over de realisatie van de jaarplannen 2023. Deze ontvangsten zijn niet vooraf te ramen en leiden daarom altijd tot een afwijking van de vastgestelde begroting.