Base description which applies to whole site

3.3 Artikel 3 Arbeidsongeschiktheid

De overheid beschermt werknemers tegen de inkomensgevolgen van arbeidsongeschiktheid en stimuleert hen te blijven werken of het werk te hervatten.

De overheid vindt dat werknemers die loon derven als gevolg van arbeidsongeschiktheid verzekerd moeten zijn van een redelijk inkomen. Daarom zijn werknemers verplicht verzekerd op grond van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA). De WIA omvat twee uitkeringsregimes: de Inkomensvoorziening voor volledig en duurzaam arbeidsongeschikten (IVA) en de Regeling werkhervatting gedeeltelijk arbeidsgeschikten (WGA). De Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO) is bij de introductie van de WIA ingetrokken, maar geldt nog wel voor mensen die vóór 1 januari 2004 door ziekte of gebrek arbeidsongeschikt zijn geworden. Op grond van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ) waren ondernemers verplicht verzekerd tegen de inkomensgevolgen van arbeidsongeschiktheid. De WAZ is per 1 augustus 2004 ingetrokken, maar geldt nog wel voor zelfstandigen die op dat moment een uitkering ontvingen.

Als het totale inkomen van de uitkeringsgerechtigde WIA, WAO of WAZ en diens eventuele partner onder het sociaal minimum ligt, kan de uitkeringsgerechtigde een toeslag ontvangen tot het sociaal minimum op grond van de Toeslagenwet (TW), zie beleidsartikel 2.

De overheid stimuleert met behulp van financiële prikkels voor zowel uitkeringsgerechtigden als werkgevers dat uitkeringsgerechtigden aan het werk blijven of (op termijn) weer aan het werk gaan. Daarnaast biedt de overheid gerichte re-integratieondersteuning aan uitkeringsgerechtigden die ondersteuning nodig hebben. De overheid kent daarbij een groot belang toe aan de eigen verantwoordelijkheid en het meewerken aan re-integratie door de uitkeringsgerechtigde.

Aan werknemers in Caribisch Nederland wordt met de Ongevallenverzekering (OV) een inkomensvoorziening geboden in geval van arbeidsongeschiktheid door een bedrijfsongeval.

De Minister stimuleert aan het werk blijven of het werk hervatten met een bijdrage voor re-integratieinspanningen aan UWV. De Minister financiert de inkomensondersteuning met begrotingsgefinancierde uitkeringsregelingen. Bij de premiegefinancierde uitkeringsregelingen regisseert de Minister. Zij is in deze rollen verantwoordelijk voor:

  • de vormgeving, het onderhoud en de werking van het stelsel van wet- en regelgeving;

  • de vaststelling van het niveau van de uitkeringen van de onderscheiden regelingen;

  • de sturing van en het toezicht op de rechtmatige, doeltreffende en doelmatige uitvoering door UWV;

  • de organisatie van de eigen uitvoering binnen het verband van de Rijksdienst Caribisch Nederland (RCN).

Verlenging maatregel vereenvoudigde claimbeoordeling 60+

Om de mismatch bij sociaal medisch beoordelen te verkleinen is het streven om in 2024 de vereenvoudigde claimbeoordeling voor 60-plussers voort te zetten. De maatregel zorgt ervoor dat 60-plussers die wachten op hun WIA-claimbeoordeling tijdelijk op een andere manier en door andere professionals dan de verzekeringsarts worden beoordeeld. Omdat deze maatregel buitenwettelijk is, is de maatregel zo vormgegeven dat deze niet nadelig uitvalt. Dit heeft als gevolg dat er tijdelijk meer en hogere WIA-uitkeringen (WGA 80-100) worden verstrekt.

Tijdelijke maatregel beoordelen op verdiensten

Momenteel wordt de tijdelijke maatregel ‘beoordelen op verdiensten’ nader uitgewerkt. Met deze maatregel wordt de WIA-claimbeoordeling anders vormgegeven om de mismatch bij sociaal medisch beoordelen te verkleinen. Dit heeft als gevolg dat er tijdelijk meer en hogere WIA-uitkeringen worden verstrekt.

Verlenging tijdelijke maatregel kwijtschelding voorschotten

De tijdelijke maatregel waarbij voorschotten niet teruggevorderd worden wanneer blijkt dat werknemers bij de claimbeoordeling geen recht op een WIA-uitkering hebben, als dit niet verrekend kan worden met een andere uitkering, wordt verlengd met een jaar t/m 2024. Het kwijtschelden van de terugvorderingen betreft buitenwettelijk begunstigend beleid.

Invoering maatregel loonloze tijdvakken door WW-uitkering in WIA referteperiode

In het kader van het wegnemen van hardheden in de Wet werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen (WIA), wordt een maatregel uitgewerkt om in 2024 voor een specifieke groep uitkeringsgerechtigden een wijziging aan te brengen in de dagloonsystematiek. De hoogte van de WIA-uitkering wordt vastgesteld op basis van het inkomen uit het verleden. Daartoe wordt iemands dagloon vastgesteld. Voor mensen die een WW-uitkering ontvangen in de WIA referteperiode (het jaar voorafgaand aan ziekte), valt dat dagloon lager uit omdat de WW uitkering met een maand vertraging wordt uitbetaald. Daardoor kan een periode ontstaan waarin geen loon is ontvangen (een loonloos tijdvak) en dat heeft een verlagend effect op het dagloon. Dit wordt als een hardheid ervaren en daarom wordt een maatregel genomen waarmee het dagloonverlagende effect teniet wordt gedaan. Dit heeft als gevolg dat de WIA-uitkeringslasten stijgen.

Tabel 43 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 3 (bedragen x € 1.000)

Omschrijving

2022

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Verplichtingen

1.083

17.085

6.629

2.631

931

936

939

        

Uitgaven

1.083

7.372

9.717

7.063

3.124

936

939

        

Inkomensoverdrachten

       

Ongevallenverzekering (Caribisch Nederland)

1.083

1.334

937

923

931

936

939

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

       

Uitvoering individuele plaatsing & steun

0

6.038

8.780

6.140

2.193

0

0

        

Ontvangsten

0

0

0

0

0

0

0

Geschatte budgetflexibiliteit

Tabel 44 Geschatte budgetflexibiliteit artikel 3
 

2024

juridisch verplicht

55%

bestuurlijk gebonden

45%

beleidsmatig gereserveerd

0%

nog niet ingevuld / vrij te besteden

0%

De uitgaven op artikel 3 Arbeidsongeschiktheid zijn voor 55% juridisch verplicht voor het jaar 2024. Per financieel instrument wordt dit onderstaand toegelicht.

Inkomensoverdrachten

De inkomensoverdrachten zijn gebaseerd op wet- en regelgeving en derhalve voor 100% juridisch verplicht. Het betreft uitkeringslasten van de Ongevallenverzekering Caribisch Nederland.

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

De bijdrage aan ZBO's/RWT's is voor 50% juridisch verplicht en voor 50% bestuurlijk gebonden. Het betreft de uitvoering van de individuele plaatsing en steun door UWV in plaats van door gemeenten.

Budgettaire gevolgen van beleid premiegefinancierd

Tabel 45 Premiegefinancierde uitgaven en ontvangsten artikel 3 (bedragen x € 1.000)

Omschrijving

2022

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Verplichtingen

11.145.203

13.040.199

14.105.588

14.902.392

15.678.415

16.374.872

17.191.354

        

Uitgaven

11.145.203

13.040.199

14.105.588

14.902.392

15.678.415

16.374.872

17.191.354

        

Inkomensoverdrachten

       

WAO

3.179.789

3.305.644

3.020.000

2.723.353

2.433.892

2.167.706

1.950.064

IVA

3.841.318

4.742.775

4.995.817

5.185.707

5.369.611

5.553.966

5.802.508

WGA

3.559.883

4.311.830

4.516.579

4.704.813

4.873.415

4.997.562

5.128.084

WAZ

81.451

81.784

72.839

64.031

54.844

46.676

41.287

WGA eigenrisicodragers

381.613

470.265

496.921

513.392

530.920

549.503

567.032

WAO nominaal

0

0

207.552

331.447

421.980

477.992

516.117

IVA nominaal

0

0

342.763

631.183

931.323

1.225.480

1.536.929

WGA nominaal

0

0

276.776

535.067

810.346

1.067.076

1.326.726

WAZ nominaal

0

0

5.019

7.792

9.505

10.284

10.917

WGA eigenrisicodragers nominaal

0

0

30.104

58.337

88.381

117.634

147.186

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

       

Re-integratie WIA/WAO/WAZ/ZW/WW

101.149

127.221

135.649

137.062

138.358

139.653

138.135

Scholingsexperiment WGA

0

680

0

0

0

0

0

Re-integratie WIA/WAO/WAZ/ZW/WW nominaal

0

0

5.569

10.208

15.840

21.340

26.369

        

Ontvangsten

0

0

0

0

0

0

0

Inkomensoverdrachten
Ongevallenverzekering (Caribisch Nederland)

Werknemers in de private sector van Caribisch Nederland die door een bedrijfsongeval geheel of gedeeltelijk arbeidsongeschikt zijn geraakt, krijgen op basis van de Ongevallenverzekering een uitkering (ongevallengeld). De uitkering is gekoppeld aan het laatstverdiende loon van de werknemer.

Budgettaire ontwikkelingen

In 2022 en 2023 zijn de uitgaven aan de ongevallenverzekering hoger, onder andere vanwege problemen met de loondervingsapplicatie van de RCN-unit. De problemen met de loondervingsapplicatie zijn naar verwachting verholpen in 2024. Daarom is de verwachting dat vanaf 2024 de uitgaven aan de ongevallenverzekering terug op het niveau van 2021 zullen zitten.

Beleidsrelevante kerncijfers

Tabel 46 Kerncijfers Ongevallenverzekering (Caribisch Nederland)
 

Realisatie 20221

Raming 2023

Raming 2024

Volume uitkeringen Ongevallenverzekering (x 1.000, ultimo)

0,2

0,2

0,2

1

Bron: RCN-unit SZW.

Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen (WIA)

De WIA geeft werknemers die na een wachttijd van twee jaar ten minste 35% arbeidsongeschikt zijn recht op een uitkering, mits aan de voorwaarden daarvoor voldaan is. In de WIA staat werk voorop. Het accent ligt op wat mensen wel kunnen. Tegelijkertijd is er sprake van inkomensbescherming. De WIA bestaat uit twee uitkeringsregimes. De IVA verstrekt een loondervingsuitkering aan werknemers die duurzaam en volledig arbeidsongeschikt zijn. Wie nog gedeeltelijk kan werken of bij wie herstel op termijn nog mogelijk is, krijgt een uitkering op basis van de WGA. De WIA wordt uitgevoerd door UWV. Werkgevers kunnen daarbij eigenrisicodrager worden voor de WGA-lasten van hun (ex-)werknemers. Dit betekent dat ze een lagere premie aan UWV betalen, omdat zij het gros van de verplichtingen van UWV met betrekking tot re-integratie en uitkeringsbetaling overnemen.

Wie komt er voor in aanmerking?

Werknemers die op of na 29 december 2005, na een wachttijd van twee jaar, 35% of meer arbeidsongeschikt zijn als gevolg van ziekte.

Hoe hoog is de IVA-uitkering en wat is de duur?

Iemand die ten minste 80% arbeidsongeschikt is en niet meer kan herstellen of een geringe kans op herstel heeft, komt op basis van de IVA in aanmerking voor een uitkering van 75% van het laatstverdiende loon, met een maximum van 75% van het maximumdagloon. Het maximumdagloon bedraagt per 1 juli 2023 € 264,57, dat is afgerond € 5.754,40 per maand. De IVA-uitkering bedraagt maximaal € 4.315,80 bruto per maand (inclusief vakantiegeld). Daarnaast ontvangen IVA-gerechtigden jaarlijks een tegemoetkoming (in 2023 netto € 197,72) mits zij op 1 juli van het kalenderjaar recht hebben op een IVA-uitkering. Deze tegemoetkoming arbeidsongeschikten is bedoeld om een arbeidsongeschikte tegemoet te komen in de kosten die hij/zij moet maken door zijn/haar handicap. Het recht op uitkering wordt beëindigd bij het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd.

Hoe hoog is de WGA-uitkering en wat is de duur?

  • Iemand die ten minste 35% arbeidsongeschikt is komt in aanmerking voor een uitkering op basis van de WGA. De eerste twee maanden bedraagt de uitkering 75%, daarna 70% van het loonverlies (oude maandloon minus eventueel inkomen). Het totale inkomen neemt toe naarmate de betrokkene meer werkt.

  • Indien het loonverlies meer dan 35% maar minder dan 80% bedraagt, is er sprake van gedeeltelijke arbeidsgeschiktheid. Afhankelijk van het arbeidsverleden heeft de gedeeltelijk arbeidsgeschikte minimaal 3 tot maximaal 24 maanden recht op een loongerelateerde uitkering.

  • De gedeeltelijk arbeidsgeschikte wordt geacht te gaan of te blijven werken. Om dit te stimuleren wordt de uitkering na de loongerelateerde fase afhankelijk van het verdiende inkomen. Is dat inkomen ten minste 50% van de resterende verdiencapaciteit, dan wordt het loon aangevuld met 70% van het loonverlies. Als de betrokkene na afloop van de loongerelateerde uitkering geen werk heeft of minder verdient dan 50% van de resterende verdiencapaciteit, dan wordt een uitkering verstrekt die gerelateerd is aan het arbeidsongeschiktheidspercentage en het wettelijk minimumloon.

  • Indien het loonverlies ten minste 80% bedraagt en herstel op termijn nog mogelijk is, is er sprake van volledige arbeidsongeschiktheid. De volledig arbeidsongeschikte houdt ook na de loongerelateerde fase recht op een uitkering van 70% van het loonverlies.

  • WGA-gerechtigden die op 1 juli van het kalenderjaar recht hebben op een WGA-uitkering ontvangen evenals IVA-gerechtigden een tegemoetkoming arbeidsongeschikten van (in 2023) netto € 197,72.

  • Evenals bij de IVA-uitkering geldt ook bij de WGA-uitkering het maximumdagloon.

  • Het recht op uitkering kan doorlopen tot de AOW-gerechtigde leeftijd.

Budgettaire onwikkelingen

In 2024 stijgen de uitkeringslasten WIA (IVA en WGA) inclusief de lasten voor eigenrisicodragers met circa € 480 miljoen ten opzichte van 2023. De WIA is een ingroeiende regeling die nog niet het structurele niveau heeft bereikt. Mensen stromen ook door van de WGA naar de IVA. Hierdoor stijgen de IVA-uitgaven relatief harder dan de WGA-uitgaven.

Beleidsrelevante kerncijfers

De kerncijfers WIA zijn gecombineerd met de kerncijfers WAO in tabel 47.

Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering (WAO)

De WAO is per 29 december 2005 vervangen door de WIA. De WAO blijft gelden voor werknemers die op 1 januari 2004 een WAO-uitkering ontvingen. De WAO verstrekt uitkeringen tot aan de AOW-gerechtigde leeftijd. Daarom zullen er nog decennia lang mensen zijn die een beroep blijven doen op de WAO. De WAO wordt uitgevoerd door UWV.

Wie komt er voor in aanmerking?

De werknemer die op 1 januari 2004 al een WAO-uitkering ontving, behoudt deze zolang aan de uitkeringsvoorwaarden wordt voldaan:

  • Hij is 15% of meer arbeidsongeschikt;

  • Hij heeft de AOW-gerechtigde leeftijd nog niet bereikt.

De WAO blijft ook gelden voor werknemers die hun eerste ziektedag hadden vóór 1 januari 2004 of van wie het recht op WAO-uitkering is geëindigd, indien zij binnen vijf jaar (opnieuw) arbeidsongeschikt worden door dezelfde oorzaak. Hierdoor worden alleen nog nieuwe WAO-uitkeringen toegekend bij herleving van een oud recht.

Hoe hoog is de WAO-uitkering?

De WAO-uitkering bestaat uit twee fasen.

  • In de eerste fase ontvangt een WAO-gerechtigde een loondervingsuitkering die gerelateerd is aan het arbeidsongeschiktheidspercentage en het dagloon. De uitkering bedraagt maximaal 75% van het maximumdagloon. Dat is per 1 juli 2023 maximaal € 4.315,80 bruto per maand (inclusief vakantiegeld). De duur van de loondervingsuitkering is afhankelijk van de leeftijd op de ingangsdatum van de WAO-uitkering.

  • In de tweede fase ontvangt de WAO-gerechtigde een vervolguitkering die gerelateerd is aan het arbeidsongeschiktheidspercentage en het vervolgdagloon. De hoogte van het vervolgdagloon is onder andere afhankelijk van de leeftijd die iemand heeft op de ingangsdatum van de WAO-uitkering. De vervolguitkering kan in principe doorlopen tot de AOW-gerechtigde leeftijd.

  • WAO-gerechtigden die op 1 juli van het kalenderjaar recht hebben op een WAO-uitkering en ten minste 35% arbeidsongeschikt zijn ontvangen daarnaast een tegemoetkoming arbeidsongeschikten van (in 2023) netto € 197,72.

Budgettaire ontwikkelingen

Er is alleen nog instroom in de WAO door herleving van uitkeringen. Er worden dan ook nauwelijks nog nieuwe WAO-uitkeringen toegekend. Tegelijkertijd worden er in 2024 naar verwachting ruim 14.000 uitkeringen beëindigd. De uitkeringslasten WAO dalen in 2024 met ongeveer € 290 miljoen ten opzichte van 2023. Het WAO-bestand en de uitkeringslasten nemen de komende jaren af, met name door het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd van het zittend bestand.

Beleidsrelevante kerncijfers

De instroom in de WGA daalt naar verwachting in 2023 en 2024. Dit komt onder andere omdat de extra instroom door covid afneemt. Daarnaast zorgen maatregelen als de vereenvoudigde claimbeoordeling voor 60+ ervoor dat er minder voorschotten verstrekt gaan worden. Voorschotten worden geregistreerd als instroom in de WGA 80-100.

Tabel 47 Kerncijfers IVA, WGA en WAO
 

Realisatie 20221

Raming 2023

Raming 2024

IVA, WGA en WAO

   

Bestand in uitkeringen (x 1.000, ultimo)

577

588

596

 

waarvan IVA

157

169

179

 

waarvan WGA

240

252

264

 

waarvan WAO

180

167

153

Bestand als percentage van de verzekerde populatie (%)

7,7

7,7

7,6

    

Instroom in uitkeringen (x 1.000)

55

54

54

 

waarvan IVA

11

12

12

 

waarvan WGA

44

42

41

 

waarvan WAO

0,6

0,5

0,5

Instroomkans (%)

0,7

0,7

0,7

    

Uitstroom uit uitkeringen (x 1.000)

46

44

46

 

waarvan IVA

13

14

15

 

waarvan WGA

18

17

17

 

waarvan WAO

15

14

14

Doorstroom van WGA naar IVA (x 1.000)

13

13

12

Uitstroomkans WAO + WIA (%)

7,4

7,0

7,1

    

WGA

   

Aandeel werkend WGA (%, ultimo)

21

2

2

Aandeel werkende WGA'ers met resterende verdiencapaciteit (%, ultimo)

51

2

2

1

Bron: UWV, kwantitatieve informatie.

2

Dit aandeel wordt niet geraamd.

Handhaving

Het aantal onderzochte fraudesignalen en geconstateerde overtredingen is lager dan voorgaande jaren. Het totale benadelingsbedrag is daarom tevens lager. Ook werden minder waarschuwingen en boetes uitgedeeld.

Tabel 48 Kerncijfers IVA, WGA en WAO (fraude en handhaving)
  

Realisatie 2020

Realisatie 2021

Realisatie 2022

Preventie1

Gepercipieerde detectiekans (%)

2

563

603

Kennis van de verplichtingen (%)

2

933

933

Opsporing4

Aantal onderzochte fraudesignalen (x 1.000)

3,4

3,4

1,8

Aantal geconstateerde overtredingen met financiële benadeling (x 1.000)5

1,1

0,5

0,3

Totaal benadelingsbedrag

6,2

5,1

3,9

Sanctionering4

Aantal waarschuwingen (x 1.000)

1,2

0,9

0,6

Aantal boetes (x 1.000)

0,7

0,4

0,2

Totaal boetebedrag (x € 1 mln.)

0,9

0,5

0,3

  

Ontstaansjaar vordering

  

2020

2021

2022

Terugvordering4

Incassoratio fraudevorderingen (boete + benadelingsbedrag) ultimo 2022 (%)

47

40

15

1

Kerncijfers preventie hebben alleen betrekking op WGA en WAO. De IVA is bij het onderzoek «Kennis der verplichtingen en detectiekans» buiten beschouwing gebleven.

2

Door een gewijzigde onderzoeksopzet is het cijfer over 2020 niet beschikbaar.

3

Bron: I&O Research «Kennis der verplichtingen en gepercipieerde detectiekans».

4

Bron: UWV, kwantitatieve informatie.

5

Cijfers betreffen alle overtredingen van de inlichtingenplicht met financiële benadeling.

Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen (WAZ)

De WAZ is een verplichte verzekering voor zelfstandigen, beroepsbeoefenaren, directeuren-grootaandeelhouders en meewerkende echtgenoten tegen de inkomensgevolgen van langdurige arbeidsongeschiktheid. De WAZ is op 1 augustus 2004 ingetrokken. Sindsdien kunnen ondernemers zelf bepalen of zij de inkomensrisico’s al dan niet willen afdekken, bijvoorbeeld via een particuliere arbeidsongeschiktheidsverzekering. De WAZ blijft gelden voor zelfstandigen die op 1 augustus 2004 een uitkering ontvingen. De WAZ wordt uitgevoerd door UWV.

Wie komt er voor in aanmerking?

De zelfstandige die op 1 augustus 2004 al een WAZ-uitkering ontving, behoudt deze zolang aan de uitkeringsvoorwaarden wordt voldaan:

  • Hij is 25% of meer arbeidsongeschikt;

  • Hij heeft de AOW-gerechtigde leeftijd nog niet bereikt.

Hoe hoog is de WAZ-uitkering?

De hoogte van de WAZ-uitkering hangt af van de mate van arbeidsongeschiktheid en het feitelijk gederfde inkomen per dag, mits dat niet hoger is dan het wettelijk minimumloon (de maximale grondslag). De uitkering voor volledig arbeidsongeschikten is 75% van de grondslag en bedraagt per 1 juli 2023 maximaal € 1.496,25 bruto per maand (exclusief vakantiegeld). Heeft de betrokkene voortdurend oppas en verzorging nodig, dan kan de uitkering worden verhoogd tot maximaal 100% van de grondslag. WAZ-gerechtigden die op 1 juli van het kalenderjaar recht hebben op een WAZ-uitkering en ten minste 35% arbeidsongeschikt zijn ontvangen daarnaast een tegemoetkoming arbeidsongeschikten van (in 2023) netto € 197,72.

Budgettaire ontwikkelingen

De toegang voor zelfstandigen tot de WAZ is per 1 augustus 2004 beëindigd. In de WAZ is nog slechts in beperkte mate sprake van nieuwe instroom, die bestaat uit herleving van uitkeringen. Het WAZ-bestand en de uitkeringslasten nemen de komende jaren af, met name door het bereiken van de AOW-gerechtigde leeftijd van het zittend bestand. In 2024 bedraagt de afname van de uitkeringslasten ten opzichte van 2023 circa € 9 miljoen.

Beleidsrelevante kerncijfers

Tabel 49 Kerncijfers WAZ
 

Realisatie 20221

Raming 2023

Raming 2024

Bestand in aantal uitkeringen (x 1.000, ultimo)

6,5

5,8

5,2

1

Bron: UWV, kwantitatieve informatie.

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

Uitvoering individuele plaatsing & steun

Deze subsidieregeling verleent subsidie aan GGZ-instellingen voor de uitvoering van een Individuele Plaatsing en Steun-traject (IPS). Het doel van deze regeling is om door middel van subsidie de inzet van IPS-trajecten voor de gemeentelijke doelgroep te bevorderen. Voor ggz-cliënten met een common mental disorder (CMD) kan een tweejarig IPS-traject worden aangevraagd. Voor mensen met een ernstige psychische aandoening (EPA) kan een driejarig IPS-traject worden aangevraagd.

Er is een budget beschikbaar voor de IPS-regeling van € 21,5 miljoen voor IPS-trajecten die in 2023 en 2024 starten. In tabel 43 is het bedrag te zien dat voor de gemeentelijke doelgroep beschikbaar is gesteld.

Re-integratie WIA/WAO/WAZ/ZW/WW

UWV begeleidt uitkeringsgerechtigden in de WIA, WAO, WAZ, ZW en WW zo nodig naar werk of ondersteunt ze zodra zij werk hebben. UWV zet deze middelen in voor inkoop van trajecten en diensten gericht op het vinden van werk. Daarnaast koopt UWV voorzieningen (waaronder jobcoaching en vervoersvoorzieningen) in voor het ondersteunen van werkenden met een structurele functionele beperking.

UWV beschikt over één taakstellend re-integratiebudget voor de inzet van trajecten en van voorzieningen voor de re-integratieondersteuning van gedeeltelijk arbeidsgeschikten (inclusief Wajongers). Dit budget wordt door UWV verantwoord via de reguliere rapportages. Het begrotingsgefinancierde gedeelte van het re-integratiebudget wordt verantwoord in beleidsartikel 4.

Budgettaire ontwikkelingen

Voor het premiegefinancierde gedeelte van het re-integratiebudget is in 2024 € 136 miljoen beschikbaar.

Extracomptabel overzicht re-integratiebudget

In tabel 50 is het totale budget dat voor UWV beschikbaar is voor de inkoop van re-integratietrajecten en werkvoorzieningen te zien, voor zowel WIA/WAO/WAZ/ZW/WW als Wajong. Aandachtspunt is dat een deel van het begrotingsgefinancierde budget gericht is op de subsidieregeling voor scholing en re-integratie van personen met arbeidsbeperkingen en ernstige scholingsbelemmeringen (ESB-regeling). Het overige begrotingsgefinancierde deel is samen met het premiegefinancierde deel beschikbaar voor inkoop van trajecten en diensten.

Tabel 50 Extracomptabel overzicht totaal re-integratiebudget (bedragen x € 1.000)
 

2022

2023

2024

2025

2026

2027

2028

Premiegefinancierd (WIA/WAO/WAZ/ZW/WW)

101.149

127.221

135.649

137.062

138.358

139.653

138.135

Begrotingsgefinancierd (Wajong)

77.500

86.604

86.880

85.509

82.383

79.179

75.884

 

waarvan ESB

14.000

14.000

15.000

15.000

15.000

15.000

15.000

Totaal beschikbaar budget voor inkoop

164.649

199.825

207.529

207.571

205.741

203.832

199.019

Naast de in dit begrotingsartikel genoemde instrumenten, zijn er fiscale regelingen die betrekking hebben op dit beleidsterrein. De Minister van Financiën is hoofdverantwoordelijk voor de wetgeving en uitvoering van deze regelingen en voor de budgettaire middelen. In onderstaande tabel is ter informatie het budgettaire belang van deze regelingen vermeld. De cijfers zijn ontleend aan de corresponderende bijlage ‘Fiscale regelingen’ in de Miljoenennota. Naast de fiscale regelingen die in onderstaande tabel zijn opgenomen, heeft ook de Startersaftrek bij arbeidsongeschiktheid betrekking op dit beleidsartikel. Voor een beschrijving van de regelingen, de doelstelling, de ramingsgrond, een verwijzing naar de laatst uitgevoerde evaluatie en het beoogde jaar van afronding van de volgende evaluatie, wordt verwezen naar de bijlage bij de Miljoenennota ‘Toelichting op de fiscale regelingen’.

Tabel 51 Fiscale regelingen 2022-2024, budgettair belang op transactiebasis in lopende prijzen (x € miljoen)
 

2022

2023

2024

Arbeidsongeschiktheidsverzekering premieaftrek

552

593

636

Arbeidsongeschiktheidsverzekering belaste uitkering

‒ 408

‒ 440

‒ 490

ASB Vrijstelling ongevallen, invaliditeits en arbeidsongeschiktheidsverzekeringen

630

656

684

Licence