Base description which applies to whole site

Artikel 5. Ruimtelijke ordening en omgevingswet

Een veilige en gezonde fysieke leefomgeving en een goede omgevingskwaliteit. Gericht op het realiseren van een concurrerend, duurzaam en leefbaar Nederland, waarin sprake is van regionale differentiatie en maatwerk.

Het huidige rijksbeleid voor ruimtelijke ordening is beschreven in de in 2012 vastgestelde Structuurvisie Infrastructuur en Ruimte (SVIR) (Kamerstukken II 2011/12, 32660, nr. 50). De nieuwe Nationale Omgevingsvisie (NOVI) zal naar verwachting in 2020 worden vastgesteld. Deze zal het kader vormen voor het omgevingsbeleid en de aanpak kenmerkt zich als integraal en gebiedsgericht. Er wordt gewerkt vanuit een richtinggevende en uitnodigende visie met duidelijke kaders die gebaseerd zijn op nationale belangen en die ruimte laat voor regionale en lokale activiteiten. Deze nieuwe sturingsfilosofie wordt «Ruimtelijke Activering» genoemd en hierin heeft de Minister van BZK zowel een stimulerende als een regisserende rol.

De Minister van BZK is verantwoordelijk voor de stelselherziening omgevingsrecht (Omgevingswet), gericht op een samenhangende benadering van de leefomgeving, eenvoudiger regels voor burgers en bedrijven en betere en snellere besluitvorming over projecten in de fysieke leefomgeving. De Minister van BZK is ook verantwoordelijk voor het systeem van ruimtelijke ordening en het stimuleren van (de kwaliteit van) ruimtelijke investeringen.

Stimuleren

Het ruimtelijk beleid kent een selectieve beleidsinzet op de nationale belangen uit de SVIR, het Regeerakkoord van het kabinet Rutte-III en de NOVI (na vaststelling in 2020). De Minister van BZK is hierbij (mede)verantwoordelijk voor:

  • Het zorgdragen voor een gestructureerde afstemming met de regio in de vorm van het Bestuurlijk Overleg Meerjarenprogramma Infrastructuur, Ruimte en Transport (MIRT), waarin het Rijk en de regio afspraken kunnen maken over afgestemde acties en investeringsbeslissingen;

  • Het – via de gebiedsagenda’s – in kaart brengen van de inhoudelijke samenhang tussen de verschillende onderdelen van het ruimtelijk-fysieke domein (o.a. woningbouw, bereikbaarheid, economie, energie, natuur en waterveiligheid). In het kader van de NOVI worden de gebiedsagenda’s geactualiseerd en verbreed naar omgevingsagenda’s;

  • Het ontwikkelen van nationale ruimtelijke visies, zoals een visie op de ruimtelijke vertaling voor duurzame energieopwekking, -opslag en -transport in 2050 en een visie op verstedelijking en krimp;

  • De inhoudelijke inbreng vanuit het ruimtelijk beleid, een aspect van de fysieke leefomgeving, in de NOVI;

  • De inbreng van ontwerp in ruimtelijke projecten en programma’s bij het Ministerie van BZK en het stimuleren van ontwerp bij projecten en programma’s, zowel interdepartementaal als bij andere overheden.

De Minister van BZK is verantwoordelijk voor de stelselherziening omgevingsrecht. Deze omvat:

  • De bundeling, vereenvoudiging, stroomlijning en harmonisering van wet- en regelgeving met betrekking tot het fysieke domein;

  • De implementatie van het nieuwe stelsel via het implementatieprogramma Aan de slag met de Omgevingswet met een interbestuurlijk opdrachtgeverschap van Rijk, Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), het Interprovinciaal Overleg (IPO) en de Unie van Waterschappen (UvW);

    • Het ondersteunen van burgers, bedrijven en overheden bij de stelselherziening door het vergroten van kennis over het leren werken met de nieuwe wet- en regelgeving;

    • Het ontwikkelen van een landelijke voorziening in het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO-LV) die ondersteunt bij de uitvoeringsprocessen van de Omgevingswet ondersteunen.

  • De realisatie en – na vaststelling – uitvoering van de NOVI.

Regisseren

De Minister van BZK heeft een systeemverantwoordelijkheid voor het goed laten verlopen van processen op het gebied van omgevingsbeleid en de ruimtelijke ordening, ongeacht wie verantwoordelijk is voor het resultaat of welke doelen worden nagestreefd. De Minister van BZK is vanuit deze rolopvatting eerstverantwoordelijk voor:

  • De uitvoering van de SVIR en voor het beheer en onderhoud van het stelsel van de Wet ruimtelijke ordening (Wro).

  • Het opstellen, onderhouden en coördineren van nationale en Europese kaders en wet- en regelgeving op ruimtelijk gebied en ten aanzien van interbestuurlijke geo-informatie en de bijbehorende informatievoorziening;

  • Het vertalen en implementeren van relevante Europese beleidskaders;

  • Het samenwerken met het bedrijfsleven en wetenschap in een topteam geo-informatie om de gezamenlijke opgestelde toekomstvisie GeoSamen te realiseren;

  • Het versterken van de samenhang tussen de bestaande geo-basisregistraties in het kader van het programma Doorontwikkeling in Samenhang;

  • Het zorg dragen voor zorgvuldige ruimtelijke keuzes en de structurele verankering van het ruimtelijk ontwerp in de beleidsprocessen en projecten van de ruimtelijke ontwikkeling van medeoverheden;

  • De verdere ontwikkeling van kennis van de fysieke leefomgeving ten behoeve van beleid in relatie tot maatschappelijke opgaven en het faciliteren van de toepassing daarvan door de andere overheden.

Ten slotte is de Minister van BZK verantwoordelijk voor het toezicht op en de handhaving van (een deel van) de wet- en regelgeving door de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) op dit beleidsterrein (zie beleidsartikel 4).

Basis Registratie Ondergrond (BRO)

De eerste tranche met drie registratieobjecten is, tegelijk met de wet, op 1 januari 2018 in werking getreden en in beheer genomen. Voor de tweede tranche is het besluitvormingsproces in het afgelopen jaar afgerond. Het gewijzigde Besluit Basisregistratie Ondergrond (BRO en de gewijzigde Regeling BRO is sinds 1 januari 2020 van kracht en de relevante onderdelen van de BRO zijn vanaf die datum in beheer genomen. Voor de derde tranche is het standaardisatie proces afgerond en zijn de werkzaamheden voor Besluit en Regeling in volle gang. De verwachting is dat deze tranche op 1 januari 2021 kan worden ingevoerd. In totaal zijn er dan in de eerste drie tranches negentien registratieobjecten gerealiseerd. Alle bronhouders, op vier gemeenten na, zijn inmiddels aangesloten en leveren aan. Ook is in 2019 het BRO loket opgeleverd, operationeel en in beheer genomen.

Doorontwikkeling in Samenhang van de Geo-Basisregistraties

In 2019 heeft een verkenning plaatsgevonden naar de mogelijkheden de bestaande Geo-Basisregistraties verder te integreren tot één samenhangend beeld van de fysieke omgeving. Deze verkenning heeft geresulteerd in een visie, die verder wordt uitgewerkt in 2020.

De reeds eerder gestarte doorontwikkelingen van de Basisregistratie Grootschalig Topografie (BGT) en de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG) zijn voorspoedig verlopen in 2019 en zullen in de eerste helft van 2020 worden afgerond.

In het belang van een «common operational picture» is het afgelopen jaar de mogelijkheid verkend om te komen tot gezamenlijk gebruik van hetzelfde beeldmateriaal (met name jaarlijkse luchtfoto's) door de hele overheid. Deze verkenning wordt in 2020 afgerond.

Nationale Omgevingsvisie (NOVI)

In juni 2019 zijn de ontwerp-NOVI en bijbehorende PlanMer NOVI openbaar gemaakt tijdens een lanceerevent en aan de Tweede Kamer gestuurd (Kamerstukken II 2018/19, 43682, nr. 27). Dit is een belangrijke stap naar de oplevering van de definitieve NOVI in 2020. Het is voor een gedragen NOVI van groot belang dat de NOVI breed bekend is en dat er een levendig maatschappelijk debat over gevoerd wordt.

De ontwerp-NOVI is in een beperkte oplage gedrukt, maar is vooral online te lezen. Dit vergroot de toegankelijkheid tot de NOVI en leidt tot een eenvoudigere aanpassing wanneer dat in de toekomst nodig is. Door middel van een terinzagelegging kregen alle burgers, overheden, maatschappelijke partijen en bedrijven in Nederland de mogelijk om hun zienswijze op de ontwerp-NOVI in te dienen. In deze periode is een informatieavond gehouden in alle provincies om alle geïnteresseerde partijen de mogelijkheid te geven zich te laten informeren over de NOVI. Ook zijn er verschillende, goed bezochte debatten georganiseerd om het gesprek aan te gaan over de NOVI.

Het maatschappelijk debat zet zich voort door middel van Algemeen Overleggen in de Tweede Kamer, de beantwoording van de zienswijzen en door middel van opiniestukken in landelijke media. Daaruit is op te maken dat gevraagd wordt om scherpere keuzes voor de ontwikkeling van de leefomgeving in de NOVI ten opzichte van de ontwerp-NOVI.

Omgevingswet

Gedurende 2019 zijn er bij het stelsel van Omgevingswet een aantal belangrijke mijlpalen behaald:

  • De vier Aanvullingswetten (grondeigendom, bodem, geluid en natuur) zijn aangenomen door de Tweede Kamer (Kamerstukken II 2017/18, 34864, nr. 2, Kamerstukken II 2017/18, 34985, nr. 2., Kamerstukken II 2018/19, 35133, nr. 2., Kamerstukken II 2018/19, 35054, nr. 2.) De aanvullingsbesluiten zijn allen ter voorhang aangeboden;

  • De Invoeringswet en het Invoeringsbesluit is door de Tweede en Eerste Kamer aangenomen.

  • De Omgevingsregeling is gepubliceerd volgens de nieuwe standaard voor overheidspublicaties. De Invoeringsregeling en Aanvullingsregeling grondeigendom zijn ter consultatie gegaan.

Bovengenoemde producten zijn allemaal conform planning opgeleverd in 2019. Belangrijk hierbij is dat deze hoofdpunten en alle andere resultaten zijn behaald door een nauwe samenwerking met andere departementen, medeoverheden en een brede vertegenwoordiging vanuit het fysieke domein.

Eind 2019 is het grootste deel van het basisniveau van het Digitale Stelsel Omgevingswet Landelijke Voorzieningen (DSO-LV) opgeleverd, waarop alle bevoegd gezagen kunnen aansluiten, waarmee ze kunnen oefenen en wat ze kunnen vullen met hun eigen regelgeving. Met deze oplevering is het gedefinieerde basisniveau DSO-LV in belangrijke mate gerealiseerd, maar niet volledig af op het oorspronkelijk geplande moment. In overleg met de koepels en het Rijk is geïnventariseerd welke punten nog openstaan en geprioriteerd welke functionaliteiten nodig zijn om wel meteen in 2020 te kunnen starten met aansluiten en oefenen. Het basisniveau van het DSO-LV zal vervolgens in 2020 worden voltooid.

Tabel 13 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 5 Ruimtelijke ordening en omgevingswet (bedragen x € 1.000)
 

Realisatie

Vastgestelde begroting

Verschil

 

2015

2016

2017

2018

2019

2019

2019

Verplichtingen

0

0

0

113.283

113.294

94.897

18.397

        

Uitgaven

0

0

0

107.456

123.230

102.919

20.311

        

5.1 Ruimtelijke ordening

0

0

0

49.240

58.422

59.745

‒ 1.323

Subsidies

0

0

0

2.211

3.156

1.895

1.261

Programma Ruimtelijk Ontwerp

0

0

0

1.365

1.615

1.215

400

Basisregistraties

0

0

0

680

830

680

150

Gebiedsontwikkeling

0

0

0

6

0

0

0

Ruimtelijk instrumentarium (diversen)

0

0

0

160

666

0

666

Geo-informatie

0

0

0

0

0

0

0

Basisregistraties Ondergrond (BRO)

0

0

0

0

45

0

45

Opdrachten

0

0

0

5.187

4.415

9.304

‒ 4.889

Basisregistratie Ondergrond (BRO)

0

0

0

2.014

845

1.651

‒ 806

Gebiedsontwikkeling

0

0

0

436

538

1.416

‒ 878

Nationale Omgevingsvisie

0

0

0

388

960

1.450

‒ 490

Programma Ruimtelijk Ontwerp1

0

0

0

1.232

1.300

2.377

‒ 1.077

Geo-informatie

0

0

0

227

97

0

97

OLO

0

0

0

0

0

0

0

Ruimtegebruik bodem (diversen)

0

0

0

17

77

265

‒ 188

Ruimtelijk instrumentarium (diversen)

0

0

0

821

598

1.865

‒ 1.267

Windenergie op zee

0

0

0

36

0

280

‒ 280

Uitvoering ruimtelijk beleid

0

0

0

16

0

0

0

Bijdragen aan zbo’s/rwt’s

0

0

0

28.651

37.179

36.945

234

Kadaster (basisregistraties)

0

0

0

22.959

28.748

25.767

2.981

Geo-informatie

0

0

0

2.982

3.626

2.278

1.348

Basisregistratie Ondergrond (BRO)

0

0

0

0

0

8.900

‒ 8.900

Diverse bijdragen

0

0

0

2.710

4.805

0

4.805

Bijdragen aan medeoverheden

0

0

0

2.717

2.871

2.550

321

Gemeenten2

0

0

0

2.550

2.550

0

2550

Diverse projecten ruimtelijke kwaliteit

0

0

0

0

0

2.550

‒ 2550

Diverse bijdragen

0

0

0

167

110

0

110

Gebiedsontwikkeling

0

0

0

0

109

0

109

Ruimtelijk instrumentarium (diversen)

0

0

0

0

0

0

0

Nationale omgevingsvisie

0

0

0

0

102

0

102

Bijdragen aan agentschappen

0

0

0

10.474

10.801

9.051

1.750

RVB

0

0

0

3.026

3.964

2.356

1.608

RIVM

0

0

0

0

100

0

100

RWS (leefomgeving)

0

0

0

7.448

6.437

6.245

192

Basisregistratie Ondergrond (BRO)

0

0

0

0

300

450

‒ 150

        

5.2 Omgevingswet

0

0

0

58.216

64.808

43.174

21.634

Subsidies

0

0

0

5.000

2.367

4.000

‒ 1.633

Eenvoudig Beter

0

0

0

5.000

2.367

4.000

‒ 1.633

Opdrachten

0

0

0

2.882

2.054

20.172

‒ 18.118

Eenvoudig Beter

0

0

0

665

535

1.900

‒ 1.365

Aan de Slag

0

0

0

2.217

1.519

18.272

‒ 16.753

Bijdragen aan zbo’s/rwt’s

0

0

0

13.559

29.104

0

29.104

Kadaster

0

0

0

9.652

22.381

0

22.381

Geonovum

0

0

0

3.029

5.193

0

5193

ICTU

0

0

0

878

521

0

521

Aan de Slag

0

0

0

0

1.009

0

1.009

Bijdragen aan medeoverheden

0

0

0

1.570

1.045

10.098

‒ 9.053

Aan de Slag

0

0

0

1.570

958

10.098

‒ 9.140

Eenvoudig Beter

0

0

0

0

87

0

87

Bijdragen aan agentschappen

0

0

0

35.190

30.238

8.904

21.334

Aan de Slag

0

0

0

33.558

28.127

8.104

20.023

RIVM

0

0

0

642

201

0

201

RWS (eenvoudig beter)

0

0

0

990

1.910

800

1110

Bijdragen aan andere begrotingshoofdstukken

0

0

0

15

0

0

0

Aan de Slag

0

0

0

15

0

0

0

        

Ontvangsten

0

0

0

11.065

16.740

3.824

12.916

1

Tot en met 2018 was dit Architectonisch Beleid.

2

In 2018 was dit de regeling Projecten bestaand Rotterdams Gebied.

Uitgaven

5.1 Ruimtelijke ordening

Subsidies

Programma Ruimtelijk Ontwerp

Een deel van het budget van de Actieagenda Ruimtelijke Ontwerp 2017-2020 is vastgelegd in meerjarige subsidies met de Internationale Architectuur Biënnale Rotterdam, het Stimuleringsfonds Creatieve Industrie, Architectuur Lokaal, de Academies van Bouwkunst en de TU Delft (leerstoel + netwerkprogramma met WUR en TU Eindhoven). Met deze programma’s sluit de Actieagenda direct aan op ontwikkelingen en concrete activiteiten in de praktijk en in het onderwijs. De subsidies zijn bedoeld om ontwerpend onderzoek in te zetten bij lokale en regionale transitie- en transformatie vraagstukken in de fysieke leefomgeving. De ervaringen uit deze projecten worden gedeeld op digitale platforms, handreikingen en masterclasses. Daarnaast is bij tweede suppletoire begroting 2019 herschikt vanuit het instrument opdrachten voor subsidie aan de stichting internationale architectuur.

Basisregistraties

De subsidies voor Basisregistraties zijn verstrekt aan het Samenwerkingsverband Bronhouders BGT voor het uitvoeren van de werkzaamheden, die zijn uitgevoerd in het kader van de tweede tranche van de BGT-Transitie en de kwaliteitszorg voor de BGT. Daarnaast ging het om een subsidie aan Geonovum voor het basisprogramma. Dit basisprogramma is gericht op generieke ontwikkeling van standaarden en op verkenningen ten aanzien van innovatie.

Verder is er in 2019, als onderdeel van een 4-jarige projectsubsidie (2018-2021), een subsidie aan de Stichting Geofort toegekend. Het doel is het vergroten van kennis, inzicht en bewustwording van het belang van de geo-informatie bij het publiek. Met behulp van de financiering heeft Geofort ook in 2019 diverse nieuwe lesmodules en workshops kunnen ontwikkelen waarbij jongeren met ruimtelijke vraagstukken aan de slag gaan.

Ruimtelijk instrumentarium (diversen)

In het kader van de Places of Hope heeft de Universiteit van Utrecht in Leeuwarden een tentoonstelling, ontwerpsessies en lezingen georganiseerd gericht op het gezamenlijk vormgeven van de toekomst van Nederland. Daarnaast is subsidie verstrekt aan de Universiteit van Wageningen voor de monitor Landschap. Voor deze subsidies hebben bij eerste en tweede suppletoire begroting 2019 herschikkingen plaatsgevonden vanuit het instrument opdrachten.

Opdrachten

Basisregistratie Ondergrond (BRO)

De opdrachten voor de Basisregistratie Ondergrond (BRO) betroffen in 2019 de doorontwikkeling van de tweede tranche van deze basisregistratie. De wet BRO is op 1 januari 2018 in werking getreden voor de eerste tranche. Daarbij is de verplichting ingegaan voor de eerste drie registratieobjecten. De opdrachten die in dit derde jaar van het Programma BRO zijn uitgezet hadden betrekking op: regeldrukonderzoek tranche 2, standaardisatie van een achttal additionele registratieobjecten tranche 2 en zeven additionele registratieobjecten tranche 3, scopeonderzoek registratieobjecten tranche 4 en bodemverontreinigingen, juridische en ICT- ondersteuning, implementatie ondersteuning bronhouders registratieobjecten, additionele praktijkvoorbeelden gekoppeld aan de NOVI thema’s energietransitie en woonopgave alsmede de organisatie van een aantal kwartaal events en de realisatie van het BRO loket. Bij eerste suppletoire begroting 2019 is budget overgeboekt naar de begroting van het Ministerie van LNV voor het Bodemkundig Informatiesysteem (BIS). Daarnaast zijn bij tweede suppletoire begroting 2019 middelen overgeboekt naar de begroting van het Ministerie van EZK voor het GIP 2019 programma.

Gebiedsontwikkeling

In 2019 is verder uitvoering gegeven aan het uitvoeringsprogramma van de Ruimtelijk Economische Ontwikkelstrategie (REOS) (Kamerstukken II 2017/18, 34775 A, nr. 12). Het Ministerie van BZK heeft een aantal acties van de uitvoering (mede) bekostigd, in het bijzonder de actie «Ruim baan voor digitale infrastructuur» uit het uitvoeringsprogramma van de REOS. Dit ging onder andere om een onderzoek naar de digitale randvoorwaarden van het economische kerngebied van Nederland en de vormgeving van de Ruimtelijke Strategie Datacenters. Ook zijn er bijdragen verstrekt aan de gebiedsgerichte bereikbaarheidsprogramma's in het kader van het MIRT. Verder zijn bij eerste suppletoire begroting 2019 middelen overgeboekt naar de begroting van het Ministerie van LNV, waaronder middelen ten behoeve van de RIVM-opdracht 2019. Daarnaast zijn bij tweede suppletoire begroting 2019 middelen herschikt naar onder andere het instrument bijdragen aan agentschappen om de bijdrage aan het expertise netwerk windenergie op het juiste instrument te verantwoorden.

Nationale Omgevingsvisie

Er zijn opdrachten verstrekt voor de ontwikkeling van de NOVI. Het betreft onderzoek, bijeenkomsten en inspraaksessies in de verschillende provincies. Daarnaast is bij tweede suppletoire begroting 2019 de bijdrage aan RVO.nl voor de uitwerking en uitvoering van de NOVI herschikt naar het instrument bijdragen aan agentschappen op artikelonderdeel 4.1. De jaaropdracht RVO.nl wordt centraal vanaf artikel 4 verantwoord.

Programma Ruimtelijk Ontwerp

Met de Actieagenda Ruimtelijk Ontwerp 2017-2020 hebben de Ministeries van BZK en Onderwijs Cultuur en Wetenschap (OCW) hun inzet meerjarig bepaald. Doel is de kracht van ontwerpend onderzoek bij urgente maatschappelijke vraagstukken effectief in te zetten, onder meer bij het opstellen van omgevingsvisies en –plannen. In 2019 is het budget ingezet voor het O-team, ter ondersteuning van ontwerp bij medeoverheden. Daarnaast zijn middelen ingezet voor het programma "Atelier X", waarmee ontwerpend onderzoek is ingezet op de thema’s energietransitie (Klimaatakkoord), mobiliteitstransitie en verstedelijking, zeespiegelstijging en klimaatadaptatie. De middelen zijn onder andere ingezet bij klimaattafels en pilots voor regionale energietransitie. Het werkbudget van het College van Rijksadviseurs en het organiseren van de Rijksprijs Gouden Piramide was op deze regeling begroot, maar is bij tweede suppletoire begroting 2019 gerealloceerd naar het instrument bijdragen aan agentschappen om de middelen op het juiste instrument te verantwoorden.

Geo-informatie (w.o. BRO)

Zie toelichting bij Basisregistratie Ondergrond.

Ruimtegebruik bodem (diversen)

In 2019 zijn enkele verdiepende onderzoeken bekostigd en verkenningen gedaan voor het opzetten van Nationale Programma’s voor de NOVI en het Klimaatakkoord. Tevens is er ingezet op de kennisstructuur voor magneetvelden en Wind op Land.

Ruimtelijk instrumentarium (diversen)

Ten behoeve van vitale krimpregio's is in 2019 ontwerpend onderzoek verricht naar de kansen die de klimaat- en energietransitie biedt voor deze gebieden. Er zijn uitwerkingen op kaarten gemaakt voor verschillende soorten regio's (van groot-stedelijk tot krimp) met een perspectief op duurzame verstedelijking. In het kader van het REOS is een routekaart voor datacenters opgesteld15. Daarnaast heeft het College van Rijksadviseurs geadviseerd over het ontwikkelen van hoogstedelijke gemengde gebieden16. Beide studies hebben hun uitwerking gekregen in de Nationale Omgevingsvisie (NOVI). In 2019 is gestart met de evaluatie van het gebiedsgericht beleid en is de monitor van de SVIR omgevormd naar een monitor voor de NOVI. Om inzicht te krijgen in de gevolgen van een circulaire economie voor de fysieke leefomgeving is in 2019 als pilot de bouwketen geanalyseerd. Daarnaast hebben bij tweede suppletoire begroting 2019 diverse herschikkingen plaatsgevonden. Zo zijn middelen overgeheveld naar het instrument subsidies voor de subsidie aan de stichting Internationale architectuur. Ook zijn middelen herschikt naar het instrument bijdragen aan zbo's/rwt's voor de bijdrage aan het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) voor het bestand bodemgebruik.

Bijdragen aan zbo's/rwt's

Kadaster (basisregistraties)

De bijdrage aan het Kadaster betreft beheer en ontwikkeling van de Geo-Basisregistraties en een aantal infrastructurele voorzieningen op het gebied van Geo-Informatie. In 2019 zijn meerjarige afspraken gemaakt over de inzet van deze middelen in het kader van de Doorontwikkeling in Samenhang van de Geo-Basisregistraties. Bij tweede suppletoire begroting 2019 heeft het Kadaster een voorschot ontvangen vanwege de versnelling van de digitalisering gebouwde omgeving.

Geo-informatie

Het gaat hier om de bijdragen aan Geonovum en ICTU in het kader van de doorontwikkeling van de Geo-Basisregistraties en aan Geonovum voor de Europese richtlijn Inspire en Geo-Samen. Bij eerste suppletoire begroting 2019 is er binnen het instrument gerealloceerd voor de inzet van Geonovum voor de BRO.

Basisregistratie Ondergrond (BRO)

Bij eerste suppletoire begroting 2019 is budget overgeheveld naar het instrument bijdrage aan andere begrotingshoofdstukken voor de Nederlandse Organisatie voor toegepast-natuurwetenschappelijk onderzoek (TNO) voor het beheer en de realisatie van de BRO. Daarnaast is bij eerste suppletoire begroting 2019 binnen het instrument herschikt voor Geo-informatie, het Kadaster, ICT-Uitvoeringsorganisatie (ICTU) en Rijkswaterstaat (RWS) voor de doorontwikkeling van de standaarden tranche 2 en 3, het Bronhouderpotaal tranche 2, de Landelijke Voorziening BRO tranche 2 en implementatieondersteuning tranche 1.

Diverse bijdragen

In 2019 zijn bijdragen verstrekt aan het Kadaster en ICTU voor het programma BRO en aan het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) voor het bestand Bodemgebruik. Daarnaast is een bijdrage gedaan voor Proof of Concepts in het project «Amstelstad» om inzicht te verkrijgen in de ondergrond. Bij eerste en tweede suppletoire begroting 2019 is hiervoor budget herschikt binnen het instrument en vanuit het instrument opdrachten.

Bijdragen aan medeoverheden

Gemeenten

Bij eerste suppletoire begroting 2019 zijn middelen binnen het instrument herschikt vanuit de regeling diverse projecten ruimtelijke kwaliteit ten behoeve van het programma Bestaand Rotterdams Gebied (BRG). Het programma BRG maakt onderdeel uit van het project Mainportontwikkeling Rotterdam. Dit project heeft tot doel de Rotterdamse haven te ontwikkelen en gelijktijdig te zorgen voor een verbetering van het woon- en leefklimaat. Het BRG-programma omvat projecten die hieraan bijdragen; intensiveringsprojecten (reeds in 2009 afgerond) en leefbaarheidsprojecten. In 2019 heeft er met betrekking tot deze leefbaarheidsprojecten een jaarlijkse bijdrage plaatsgevonden. De realisatie van de leefbaarheidsprojecten loopt door tot 2021.

Diverse projecten ruimtelijke kwaliteit

Het beschikbare budget is bij eerste suppletoire begroting 2019 herschikt binnen het instrument naar de regeling Gemeenten voor het programma Bestaand Rotterdams gebied.

Diverse bijdragen

Het Ministerie van IenW heeft in 2019 een bijdrage ontvangen voor het beheer van het ICT systeem voor ruimtelijke ordening. Bij Miljoenennota 2020 en slotwet 2019 is hiervoor budget gerealloceerd.

Gebiedsontwikkeling

Voor een onderzoek naar de programmalijn Zuidwestkant Amsterdam-Schiphol-Haarlemmermeer (ZWASH) heeft de vervoerregio Amsterdam een bijdrage ontvangen. Hiervoor is bij Miljoenennota 2020 en tweede suppletoire begroting 2019 budget overgeheveld vanuit het instrument opdrachten.

Nationale omgevingsvisie

De Commissie voor Milieueffectrapportage (MER) heeft een bijdrage ontvangen voor een toetsadvies over het PlanMER NOVI. Hiervoor is bij tweede suppletoire begroting 2019 budget gerealloceerd vanuit het instrument opdrachten.

Bijdragen aan agentschappen

RVB

Het College van Rijksadviseurs en Atelier Rijksbouwmeester hebben een open oproep georganiseerd om bestaande woonwijken een nieuwe impuls te geven. De centrale vraag hierin was hoe de wijken uit jaren 60, 70 en 80 toekomstbestendig gemaakt kunnen worden door het bouwen van extra woningen, de overstap naar hernieuwbare energie en het aanpassen aan een veranderend klimaat. Er is naast de open oproep een kennis en leertraject opgezet, waaraan invulling wordt gegeven door de TU Delft. De oproep loopt door in 2020.

Ook heeft het RVB een bijdrage ontvangen in het kader van de coördinatie op beleid voor rijksvastgoed en de energietransitie en verduurzaming. Het doel is kennis verbreden en aansprekende, innovatieve werkwijzen te ontwikkelen die maatschappelijk rendement en lange termijn oplossingen voor de energietransitie opleveren.

Voor de bijdragen aan het RVB zijn bij tweede suppletoire begroting 2019 middelen gerealloceerd vanuit onder andere het instrument opdrachten.

RIVM

Dit betreft een bijdrage aan het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) voor het expertise netwerk windenergie. Hiervoor is bij tweede suppletoire begroting 2019 budget gerealloceerd vanuit het instrument opdrachten om deze bijdrage op het juiste instrument te verantwoorden.

RWS (leefomgeving)

Rijkswaterstaat (RWS) heeft een bijdrage ontvangen voor diverse activiteiten die het verricht in het ruimtelijk domein. Zo heeft RWS een jaarlijkse bijdrage ontvangen voor het beheer en onderhoud van het systeem Omgevingsloket-online (OLO). Het OLO is de digitale voorziening waarin aanvragen om omgevingsvergunningen en meldingen kunnen worden gedaan. Daarnaast verricht Rijkswaterstaat activiteiten voor het Ministerie van BZK in het kader van de BeleidsOndersteuning- en Advisering (BOA).

Basisregistratie Ondergrond (BRO)

RWS heeft in 2019 een bijdrage ontvangen voor ondersteuning van de implementatie van de BRO. De bijdrage was € 150.000 lager dan verwacht.

5.2 Omgevingswet

Subsidies

Eenvoudig Beter

De Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en de Unie van Waterschappen (UvW) ontvangen subsidie om hun achterban te kunnen faciliteren bij het implementeren van en het werken met de Omgevingswet, om zo de invoering van de Omgevingswet tot een succes te maken.

In samenspraak met beide koepels is door het verlengen van de subsidieperiode, naar aanleiding van het verzetten van de invoeringsdatum van de wet naar 1 januari 2021, het kasritme aangepast.

Opdrachten

Eenvoudig Beter

Het beteft een aantal kleinere opdrachten, waaronder onderzoeksopdrachten en advisering over het fysieke domein. Deze opdrachten hebben bijgedragen aan de producten die zijn opgleverd of nog worden opgeleverd binnen het stelsel van Omgevingswet. Het verschil tussen de begroting en de realisatie komt voort uit een aanpassing van instrumentkeuze en middelen zijn daarom overgeboekt van het instrument opdracht naar het instrument bijdragen aan agentschappen (bijdrage aan Rijkswaterstaat).

Aan de Slag

Het betreft opdrachten aan marktpartijen voor activiteiten zoals onderzoeken, adviezen en communicatiemiddelen en -producten, zodat met ingang van 2021 betrokken partijen en organisaties kunnen werken met het nieuwe digitale stelsel Omgevingswet. Verder zijn er ook in 2019 weer vele bijeenkomsten voor diverse doelgroepen, zoals communicatieadviseurs, beleidsmedewerkers, softwareleveranciers, georganiseerd ter voorbereiding op het leren werken met de Omgevingswet.

Bij de departementale herindeling van dossiers van het Ministerie van IenW naar het Ministerie van BZK per 1 januari 2018, is in eerste instantie de begrotingsstructuur van het Ministerie van IenW overgenomen. Deze structuur is in 2019 verder aangepast en heeft geleid tot aanpassingen inzake de instrumentkeuze. De bij Voorjaarsnota 2019 extra beschikbaar gestelde middelen voor de ontwikkeling van fase 1 van het Digitaal Stelsel Omgevingswet zijn in eerste instantie terecht gekomen op het opdrachtenbudget en later gerealloceerd naar de verschillende instrumenten.

Bijdragen aan zbo's/rwt's

De regelingen vallend onder het instrument bijdragen aan zbo's/rwt's laten grote verschillen zien tussen de realisatie en de vastgestelde begroting 2019. Deze verschillen zijn als volgt te verklaren. Bij de departementale herindeling van dossiers van het Ministerie van IenW naar het Ministerie van BZK per 1 januari 2018, is in eerste instantie de begrotingsstructuur van het Ministerie van IenW overgenomen. Deze structuur is in 2019 verder aangepast en heeft geleid tot aanpassingen inzake de instrumentkeuze. De bij Voorjaarsnota 2019 extra beschikbaar gestelde middelen voor de ontwikkeling van fase 1 van het Digitaal Stelsel Omgevingswet zijn in eerste instantie terecht gekomen op het opdrachtenbudget en later gerealloceerd naar de verschillende instrumenten.

Kadaster

Het betreft hier de bijdrage voor de activiteiten die het Kadaster uitvoert in het kader van de ontwikkeling van het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO). Samen met een aantal ontwikkelpartners, namelijk Rijkswaterstaat, KOOP, Geonovum, RIVM en Kadaster, werkt het Ministerie van BZK aan de ontwikkeling en de implementatie van het DSO. Elke ontwikkelpartner zet daarvoor expertise in. In 2019 zijn de voorbereidingen gestart voor in het beheer nemen van het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) na oplevering. Hierover zijn met de koepels bestuurlijke afspraken gemaakt (Kamerstukken II 2018/19, 33118, nr. 116).

Geonovum

Het betreft hier de bijdrage voor de activiteiten die Geonovum uitvoert in het kader van de ontwikkeling van het DSO. Samen met ontwikkelpartner Geonovum werkt het Ministerie van BZK aan de ontwikkeling en de implementatie van het DSO. Geonovum ontwikkelt standaarden voor overheidspublicaties en toepassingsprofiel voor omgevingsdocumenten. Aan de hand van deze standaarden kan informatie-uitwisseling tussen organisaties en systemen in het Digitale Stelsel plaatsvinden.

ICTU

Het betreft hier de bijdrage voor de activiteiten die ICTU uitvoert in het kader van de monitor op de implementatie van het DSO. Hiermee wordt beoogd te monitoren in hoeverre betrokken partijen en organisaties gesteld staan om te kunnen werken met het DSO.

Aan de Slag

Het betreft hier de bijdrage voor de activiteiten die organisaties, zoals VNG, IPO en Unie van Waterschappen, uitvoeren in het kader van de ontwikkeling van het DSO en het leveren van invoeringsondersteuning voor de stelselwijziging.

Bijdragen aan medeoverheden

Aan de Slag

Het betreft hier de bijdrage voor de activiteiten die de medeoverheden uitvoeren in het kader van de ontwikkeling van het DSO en het leveren van invoeringsondersteuning voor de stelselwijziging.

Bij de departementale herindeling van dossiers van het Ministerie van IenW naar het Ministerie van BZK per 1 januari 2018, is in eerste instantie de begrotingsstructuur van het Ministerie van IenW overgenomen. Deze structuur is in 2019 verder aangepast en heeft geleid tot correcties inzake de instrumentkeuze.

Eenvoudig Beter

De Stichting Bureau Commissie voor Milieurapportage, het UvW en de VNG hebben bijdragen ontvangen voor pilots over de werking van de MER en Geometrische begrenzing.

Bijdragen aan agentschappen

Aan de Slag

Het betreft hier de bijdrage voor de activiteiten die RWS uitvoert in het kader van de ontwikkeling van het DSO, de ontwikkeling van het Informatiepunt en het leveren van invoeringsondersteuning voor de stelselwijziging. Samen met ontwikkelpartner RWS werkt het Ministerie van BZK aan de ontwikkeling en implementatie van het DSO. Hiervoor is bij RWS een Informatiepunt ingericht met een loket waar informatie over de wetgeving en het DSO te vinden is op de website, dan wel opgevraagd kan worden. Daarnaast voert RWS activiteiten uit om samen met betrokken partijen en organisaties kennis en gebruikerservaringen uit te wisselen en te borgen. Dit onder andere door praktijkproeven te organiseren dan wel bij te wonen.

Bij de departementale herindeling van dossiers van het Ministerie van IenW naar het Ministerie van BZK per 1 januari 2018, is in eerste instantie de begrotingsstructuur van het Ministerie van IenW overgenomen. Deze structuur is in 2019 verder aangepast en heeft geleid tot correcties inzake de instrumentkeuze.

RIVM

Het betreft hier de bijdrage voor de activiteiten die het RIVM uitvoert in het kader van de ontwikkeling van het DSO.

RWS (eenvoudig beter)

Voor ondersteuning bij de invoering van het stelsel van de Omgevingswet ontvangt RWS een bijdrage. Inzet van deze expertise is een continuering van hetgeen gebruikelijk was bij het Ministerie van IenW. Ook is RWS gevraagd om zorg te dragen voor de digitalisering van regelgeving.

Ontvangsten

Bufferzonegronden

De verkoop van bufferzonegronden heeft geleid tot een incidentele extra opbrengst van circa € 8,8 mln.

Basisregistraties waterschappen

Dit betreft de bijdrage van de Unie van Waterschappen voor de basisregistraties van € 3,8 mln.

Omgevingswet

Bij de afrekening over 2018 is een totaalbedrag van € 4,1 mln. van verschillende ontwikkelpartners teruggekomen.

Licence