Base description which applies to whole site

Artikel 1: Duurzame economische ontwikkeling, handel en investeringen

Verminderen van armoede en maatschappelijke ongelijkheid, bevorderen van duurzame inclusieve groei wereldwijd en versterken van het internationaal verdienvermogen van Nederland. Daartoe werkt Nederland aan een duurzaam handels- en investeringssysteem inclusief Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO), versterking van de Nederlandse handels en investeringspositie en aan versterking van de private sector en arbeidsmarkt in ontwikkelingslanden.

Het vergt een kabinetsbrede inspanning om deze doelstellingen te verwezenlijken. De Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking werkt hiertoe in het bijzonder samen met de Minister van Financiën, de Minister en staatssecretaris van Economische Zaken en Klimaat, de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en de Minister van Infrastructuur en Waterstaat.

De minister is verantwoordelijk voor:

Financieren

  • Het voeren van een op maat gesneden en onderling samenhangend financieel instrumentarium gericht op export- en investeringsbevordering voor het Nederlands en lokaal bedrijfsleven in ontwikkelingslanden, handelsfacilitatie en markttoegang. In het licht van internationale ontwikkelingen en toenemende concurrentie internationaal inzetten op een verbetering van het gelijk speelveld in het financieel instrumentarium gericht op export- en investeringsbevordering.

  • Het financieel ondersteunen van het Nederlandse en lokale midden- en kleinbedrijf en startups om met eigentijdse oplossingen bij te dragen aan duurzame economische ontwikkeling wereldwijd.

  • Het financieren van diverse bilaterale en internationale programma’s die bijdragen aan een gunstig ondernemingsklimaat en innovatief ondernemerschap in lage- en middeninkomenslanden, met in het bijzonder aandacht voor (jeugd)werkgelegenheid en innovatie.

  • Het financieren van het National Contact Punt (NCP) voor de OESOrichtlijnen voor multinationale ondernemingen belast met voorlichting over de OESO-richtlijnen, en het behandelen van klachten met betrekking tot het nakomen van de OESO-richtlijnen door Nederlandse bedrijven.

Stimuleren

  • Het bevorderen van het nakomen van de OESO-richtlijnen voor multinationale ondernemingen door het Nederlandse bedrijfsleven, onder meer door middel van dialoog, voorlichting, IMVO-convenanten, het bedrijfsleveninstrumentarium voor BHOS en steun aan internationale initiatieven.

  • Het bevorderen van werkgelegenheid en ondernemerschap in lage- en middeninkomenslanden, vooral voor jongeren en vrouwen.

  • Stimuleren van ketenverduurzaming in lage- en middeninkomenslanden.

  • Het stimuleren van het bedrijfsleven en kennisinstellingen, Nederlands en lokaal, om met hun internationale activiteiten bij te dragen aan oplossingen voor maatschappelijke uitdagingen, bijvoorbeeld die zoals benoemd in de SDG's van de VN.

  • Het faciliteren en ondersteunen van Nederlandse bedrijven om zaken te doen op buitenlandse markten, waaronder in lage- en middeninkomenslanden, met behulp van kennis en informatie, contacten en netwerken, positionering en belangenbehartiging (incl. financiering). Hierbij is speciale aandacht voor het Nederlandse midden- en kleinbedrijf, startups en clustergewijze samenwerking van bedrijven op buitenlandse markten.

  • Het stimuleren van een aantrekkelijk internationaal vestigingsklimaat voor buitenlandse investeringen in Nederland ten behoeve van een versterkt internationaal verdienvermogen van Nederland.

  • Het stimuleren van goed bestuur in de vorm van goede wet- en regelgeving, betrouwbare instituties en actoren en verbeterde belastingregimes in lage- en middeninkomenslanden.

Regisseren

  • Een actieve bijdrage leveren aan het schragen en bevorderen van een op regels gebaseerd mondiaal handels- en investeringssysteem, met oog voor duurzaamheid, inclusiviteit en een gelijk speelveld, onder meer via de WTO, OESO en G20.

  • Het bevorderen van duurzame, inclusieve bilaterale handelsakkoorden van de EU met derde landen en effectieve implementatie van deze handelsakkoorden.

  • Het bevorderen van internationale kaders voor IMVO via de VN, OESO, EU en voluntary principles on security and human rights.

  • Het vorm en inhoud geven aan economische diplomatie, economische missies en inkomende en uitgaande bezoeken, en het opstellen en bewaken van de afgestemde reisagenda van het kabinet.

  • Het bevorderen van publiek-private samenwerking op het terrein van internationaal ondernemen, onder andere via het publiek-private stelsel met aan de private kant krachtenbundeling via NL International Business, aan de publieke kant het Trade & Innovate NL netwerk en daartussen in de publiek-private ‘Werkplaats’. De nieuw opgerichte International Strategy Board (ISB) zal zicht houden op het realiseren van de gezamenlijke internationaliseringsstrategieën en daarover aan private en publieke partijen adviseren.

  • Het invulling geven aan de internationale kant van het topsectorenbeleid.

  • Het inhoud geven aan de mede-beleidsverantwoordelijkheid voor de Exportkredietverzekering (EKV) met de Minister van Financiën.

  • Het afstemmen van Nederlandse inspanningen op het gebied van private sectorontwikkeling en duurzame en inclusieve groei met die van andere multilaterale en bilaterale donoren, met bijzondere aandacht voor programma’s van de Europese Commissie en EU-lidstaten.

Uitvoeren

  • Het behandelen van klachten van Nederlandse bedrijven in het buitenland bedrijven, onder andere over oneerlijke concurrentie.

  • Het uitvoeren van controle op de export van strategische goederen, zoals in de EU en internationale kaders overeengekomen.

  • Nationale implementatie en uitvoering van internationale sancties, waar die export gerelateerde maatregelen betreffen.

  • Het aansturen en vormgeven van de inzet van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) op het gebied van handelsbevordering en private sector ontwikkeling en het strategisch aansturen van de Nederlandse ontwikkelingsbank FMO.

  • Het aansturen van het Netherlands Foreign Investment Agency (NFIA) met als oogmerk het aantrekken van buitenlandse investeerders naar Nederland, samen met de Minister van Economische Zaken en Klimaat.

Private sector ontwikkeling

Gevolgen COVID-19 pandemie

Door de gevolgen van de COVID-19 pandemie werden jongeren en vrouwen relatief hard geraakt. Voor deze groepen namen kansen op fatsoenlijk werk en inkomen verder af. Programma’s om bedrijven en banen te behouden, met name voor jongeren en vrouwen, mede om straks beter uit de crisis te komen.

Extra activiteiten werden gestart om de handel in essentiële goederen en diensten op gang te houden, liquiditeit voor het MKB op peil te houden, garanties te verstrekken voor medische klinieken en sociale vangnetten in te richten voor kwetsbare groepen.

Nederlandse betrokkenheid wederopbouw haven Beiroet

Naast extra inzet op humanitaire hulp heeft Nederland kort na de explosie in Beiroet een eerste high level missie naar Beiroet gestuurd met deelname van de Haven Rotterdam. Daarop is met de Wereldbank gewerkt aan een overzicht met opties voor havenhervormingen en zijn baggerwerkzaamheden voorbereid om de haven weer toegankelijk te maken voor grote schepen. Op de langere termijn zal Nederland alleen steun verlenen aan Libanon als de inkomende regering noodzakelijke politiek-economische hervormingen doorvoert.

Handelsagenda

Via de Kamerbrief voortgang Handelsagenda 2020 is de Kamer geïnformeerd over de voortgang van de publiek-private samenwerking gericht op totstandkoming van een gezamenlijke internationale strategie, branding en meerjarige programmering ter bevordering van de internationalisering van MKB en startups. De inzet heeft zich vanaf maart 2020 voortgezet op andere wijze; vrijwel alle handelsbevorderende activiteiten, zoals missies, beurzen en evenementen hebben in digitale vorm plaatsgevonden. Het beleid is ongewijzigd omdat het nog steeds goed aansluit op het streven om het Nederlandse bedrijfsleven internationaal op de kaart te zetten als innovatieve aanbieder van oplossingen voor maatschappelijk uitdagingen.

Tabel 8 Budgettaire gevolgen van beleidsartikel 1 Duurzame economische ontwikkeling, handel en investeringen (bedragen x € 1.000)
  

Realisatie 2016

Realisatie 2017

Realisatie 2018

Realisatie 2019

Realisatie 2020

Vastgestelde begroting 2020

Verschil 2020

 

Verplichtingen

387 733

273 373

614 842

899 483

467 946

524 896

‒ 56 950

 

waarvan garantieverplichtingen

14 982

27 644

7 168

124 916

‒ 29 747

129 000

‒ 158 747

 

waarvan overige verplichtingen

372 751

245 729

607 674

774 567

497 693

395 896

101 797

 

Uitgaven:

       
         
 

Programma-uitgaven totaal

386 774

471 994

537 160

515 698

569 149

540 518

28 631

         

1.1

Duurzaam handels- en investeringssysteem, incl. MVO

14 304

14 771

24 258

28 631

24 590

28 322

‒ 3 732

         
 

Subsidies (regelingen)

       
 

MVO en beleidsondersteuning (ODA)

2 950

3 240

4 946

10 361

11 685

9 575

2 110

 

MVO en beleidsondersteuning (non-ODA)

  

2 278

2 843

328

1 367

‒ 1 039

 

Beleidsondersteuning internationaal economisch beleid (non-ODA)

 

2 613

0

0

   
 

Beleidsondersteuning, evaluaties en onderzoek

2 059

0

0

0

   
 

Contributies internationaal ondernemen (non-ODA)

  

48

22

   
         
 

Opdrachten

       
 

MVO en beleidsondersteuning (non-ODA)

  

1 979

572

1 619

2 685

‒ 1 066

 

MVO en beleidsondersteuning (ODA)

 

986

2 221

1 116

   
 

Beleidsondersteuning internationaal economisch beleid (non-ODA)

 

1 754

0

    
 

Beleidsondersteuning, evaluaties en onderzoek

1 554

      
         
 

Bijdrage aan agentschappen

       
 

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

   

1 276

1 227

1 500

‒ 273

 

MVO en beleidsondersteuning (ODA)

   

900

   
         
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

       
 

MVO en beleidsondersteuning (ODA)

2 059

361

7 244

5 760

4 439

8 000

‒ 3 561

 

Contributies internationaal ondernemen (non-ODA)

5 682

5 817

5 542

5 022

5 292

5 195

97

 

MVO en beleidsondersteuning (non-ODA)

   

759

   
         

1.2

Versterkte Nederlandse Handels- en Investeringspositie

58 139

73 633

87 598

96 700

127 922

108 996

18 926

         
 

Subsidies (regelingen)

       
 

Programma's internationaal ondernemen

    

16 100

17 911

‒ 1 811

 

Versterking concurrentiepositie Nederland

 

2 700

674

5 421

5 000

6 502

‒ 1 502

 

Invest Internationaal

  

3 200

2 683

275

9 000

‒ 8 725

 

Dutch Trade and Investment Fund

   

0

13 209

0

13 209

 

Starters International Business (SIB)/ Programma Strategische Beurzen (non-ODA)

5 688

3 704

5 267

3 223

   
 

Partners for International Business (PIB) (non-ODA)

5 647

1 756

3 560

3 380

   
 

Demonstratieprojecten, haalbaarheidsstudies en investeringsstudies (DHI) (non-ODA)

2 889

1 528

4 126

3 374

   
 

Fonds opkomende markten

383

1 589

0

878

   
 

Versterking economische functie

 

1 140

0

5

   
 

Aanvullende opdrachten

 

610

0

0

   
 

Overige (non-ODA)

 

2 215

6 814

0

   
 

Transitiefaciliteit

1 351

245

0

0

   
 

Overig Programmatische Aanpak (non-ODA)

279

 

0

0

   
         
 

Leningen

       
 

Dutch Trade and Investment Fund

5 452

12 941

14 017

3 378

0

17 374

‒ 17 374

 

Trustfund IBRD

1 000

 

0

0

   
 

Overig

1 206

 

0

0

   
         
 

Garanties

       
 

Dutch Trade and Investment Fund

  

3 528

13 720

28 217

4 200

24 017

         
 

Opdrachten

       
 

Programma's internationaal ondernemen

    

11 697

2 000

9 697

 

Dutch Trade and Investment Fund

   

426

814

440

374

 

Wereldtentoonstelling Dubaï

   

4 255

3 325

2 000

1 325

 

Chinastrategie

    

0

600

‒ 600

 

Aanvullende opdrachten

  

4 576

8 020

   
 

GES

  

1 087

9 322

   
         
 

Bijdrage aan agentschappen

       
 

Rijksdienst voor ondernemend Nederland

28 892

39 854

35 349

33 265

48 137

42 648

5 489

 

Versterking economische functie (NBSO's via RVO) (non-ODA)

5 352

5 351

5 400

5 350

   
         
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

       
 

Programma's internationaal ondernemen

    

1 148

0

1 148

         
 

Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken

       
 

Versterking economische functie

    

0

570

‒ 570

 

Overig

    

0

5 751

‒ 5 751

         

1.3

Versterkte private sector en arbeidsmarkt in ontwikkelingslanden

314 331

383 590

425 304

390 367

416 637

403 200

13 437

         
 

Subsidies (regelingen)

       
 

Marktontwikkeling en markttoegang

    

11 834

6 950

4 884

 

Economic governance and institutions

    

36 089

26 400

9 689

 

Financiele sectorontwikkeling

7 065

23 412

41 297

3 352

12 824

10 000

2 824

 

Infrastructuurontwikkeling

44 763

43 832

15 247

252

30 254

34 350

‒ 4 096

 

Duurzame productie en handel

    

52 214

39 700

12 514

 

(Jeugd)werkgelegenheid

  

11 219

2 343

9 735

10 000

‒ 265

 

Dutch Good Growth Fund

 

3 147

26 847

12 071

11 776

25 000

‒ 13 224

 

Transitiefaciliteit

2 931

234

0

    
 

Marktontwikkeling in het kader van private sector development

59 804

58 343

32 672

40 586

   
 

Wet en regelgeving

2 453

3 027

1 176

2 347

   
 

Versterking privaat ondernemerschap

60 983

57 352

61 000

42 381

   
 

Bedrijfsmatige technische bijstand

 

628

252

468

   
 

Samewerking bedrijfsleven en PPP's

9 859

3 386

518

5 504

   
 

Versterking privaat ondernemerschap non-ODA

2 313

 

0

0

   
 

Technische assistentie DGGF

10 809

3 452

3 714

1 618

   
 

Landenprogramma's ondernemingsklimaat

 

5 376

4 190

0

   
 

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

 

403

0

0

   
         
 

Leningen

       
 

Infrastructuurontwikkeling

  

26 400

17 000

12 460

7 000

5 460

 

Dutch Good Growth Fund

  

28 000

23 262

27 100

24 000

3 100

         
 

Garanties

       
 

Dutch Good Growth Fund

 

5 569

1 858

1 266

7 257

1 000

6 257

         
 

Opdrachten

       
 

Marktontwikkeling en markttoegang

    

9 625

12 000

‒ 2 375

 

Economic governance and institutions

    

19 038

18 000

1 038

 

Financiële sector ontwikkeling

    

13 470

4 000

9 470

 

Infrastructuurontwikkeling

  

6 515

431

0

750

‒ 750

 

(Jeugd)werkgelegenheid

   

9 289

0

25 250

‒ 25 250

 

Dutch Good Growth Fund

 

34 913

1 145

11 093

1 217

0

1 217

 

Innovatie

       
 

Landenprogramma's ondernemingsklimaat

  

2 691

    
 

Marktontwikkeling in het kader van private sector development

  

11 908

12 184

   
 

Wet en regelgeving

  

886

    
 

Bedrijfsmatige technische bijstand

  

135

452

   
 

Technische assistentie DGGF

  

5 866

10 252

   
         
 

Bijdrage aan agentschappen

       
 

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

42 838

40 959

29 387

27 597

33 259

36 000

‒ 2 741

 

Infrastructuurontwikkeling

 

15 580

29 065

0

   
 

Technische assistentie DGGF

 

5 246

0

0

   
         
 

Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties

       
 

International Labour Organisation

5 721

5 128

4 943

4 736

4 925

5 700

‒ 775

 

Lokale private sector ontwikkeling

    

20 531

27 100

‒ 6 569

 

Marktontwikkeling en markttoegang

    

24 776

7 000

17 776

 

Partnershipprogramma ILO

5 527

5 524

5 000

4 915

5 028

5 500

‒ 472

 

Economic governance and institutions

    

2 901

7 000

‒ 4 099

 

Financiele sectorontwikkeling

 

26 801

25 205

63 708

11 078

3 000

8 078

 

Infrastructuurontwikkeling

45 421

24 832

14 787

50 262

49 831

45 000

4 831

 

(Jeugd)werkgelegenheid

  

4 399

3 400

3 560

3 000

560

 

Nexus onderwijs en werk

   

1 439

5 855

19 500

‒ 13 645

 

Landenprogramma's ondernemingsklimaat

12 411

8 469

7 585

23 368

   
 

Bedrijfsmatige technische bijstand

1 433

5

6

127

   
 

Transitiefaciliteit

 

185

59

0

   
 

Marktontwikkeling in het kader van private sector development

 

4 755

17 990

9 665

   
 

Wet en regelgeving

 

2 782

3 342

4 703

   
 

Samewerking bedrijfsleven en PPP's

 

250

0

296

   
         
 

Ontvangsten

80 289

14 942

11 447

8 809

33 025

6 373

26 652

         

1.10

Ontvangsten duurzame economische ontwikkeling, handel en investeringen

78 815

9 431

9 447

7 542

25 767

3 373

22 394

         

1.30

Ontvangsten DGGF

1 474

5 511

2 000

1 267

7 258

3 000

4 258

Verplichtingen

De verplichtingenrealisatie op artikel 1 is per saldo lager dan voorzien in de ontwerpbegroting. In de eerste suppletoire begroting wordt nog een verhoging gemeld door de verlenging van twee subsidies op het gebied van duurzame productie en handel. In de tweede suppletoire begroting wordt een verhoging gemeld in verband met het aangaan van langdurige partnerschappen zodat de effectiviteit van onze uitvoeringspartners kan worden verhoogd. Dit betreffen tienjarige partnerschappen met IDH (Initiatief Duurzame Handel), Agriterra (Economic Governance en Institutions) en met Mondiaal FNV en CNV Internationaal in het kader van het vakbondsmedefinancieringsprogramma (Economic Governance en Institutions).

Per saldo is de verplichtingenrealisatie op artikel 1 verlaagd doordat er minder nieuwe subsidies dan verwacht zijn verstrekt bij DRIVE en kon de subsidie voor het vakbondsmedefinancieringsprogramma niet meer in 2020 worden verstrekt. De lagere uitputting van het verplichtingenbudget werd tevens veroorzaakt door een afname in de aangegane garantieverplichtingen van DGGF en FOM.

Uitgaven

Artikel 1.1

Ten opzichte van de ontwerpbegroting 2020 zijn de uitgaven op artikel 1.1 lager uitgekomen dan verwacht. In de eerste suppletoire begroting werd er op dit artikelonderdeel een verhoging van het budget gemeld.

De verlaging van de realisatie komt enerzijds doordat een deel van het budget op artikel 1.1 is overgeheveld naar artikel 1.2 ter dekking van ‘opdrachten internationaal ondernemen’. Dit betreft opdrachten die door de RVO worden uitgevoerd ter ondersteuning van het Nederlands MKB. Anderzijds is er sprake geweest van een verlaagde vraag naar het IMVO Voucherprogramma door de huidige COVID-19 pandemie en een lager verstrekt voorschot aan de SER voor het uitvoeren van de secretariaatsfunctie voor de IMVO convenanten.

Artikel 1.2

Op artikel 1.2 is de realisatie ten opzichte van de ontwerpbegroting hoger dan verwacht. In de eerste suppletoire begroting is initieel een verlaging toegelicht. Deze verlaging was toe te schrijven aan de overheveling van een bijdrage aan de uitvoering van extra controles ten aanzien van internationaal sanctiebeleid bij de douane.

In de eerste suppletoire begroting is ook gemeld dat op dit artikelonderdeel voor de uitvoering van de amendement Amhaouch en Weverling (Kamerstuk, 35 300 XVII, nr. 19) eenmalig EUR 2 miljoen is vrijgemaakt voor internationalisering van het MKB in de regio’s via het Trade Relations Programma. De middelen worden verspreid over twee jaar aan de partners beschikbaar gesteld. Naar aanleiding van het amendement Weverling (Kamerstuk, 35 300 XVII, nr. 25) is vanaf 2020 EUR 4 miljoen vrijgemaakt voor twee pilotprojecten. Deze projecten dienen ter ondersteuning van het bedrijfsleven bij het opzetten van langdurige, bilaterale innovatiesamenwerkingsprojecten, die inzicht zullen moeten geven in de mogelijke aansluitingen van het Nederlandse (internationale) innovatiebeleid en het handelsbeleid.

De uiteindelijke verhoging van het uitgavenbudget op artikelonderdeel 1.2 wordt veroorzaakt door een toegenomen vraag naar het DTIF-instrument. Dit komt enerzijds voort uit de opbouw van opdrachten en de portefeuille sinds de start van het instrument en anderzijds door een verminderd aanbod vanuit de banken, mede ingegeven door de COVID-19 pandemie. Deze uitgaven (volledig non-ODA) zijn gedekt door een onttrekking uit de FOM-begrotingsreserve.

Ook zijn de uitgaven aan de Rijksdienst voor Ondernemend Nederlands (RVO) hoger uit dan eerder verwacht. Dit heeft diverse oorzaken, zowel wat betreft programma-uitgaven als uitvoeringskosten. De stijging van de RVO uitvoeringskosten heeft te maken met de tariefstijging van de RVO ten opzichte van het vorige uitvoeringsjaar, de uitvoering van het COVID-impulspakket voor het Nederlands bedrijfsleven en een vergoeding van uitvoeringskosten gemaakt door RVO voor de opbouw van Invest International. De stijging van de RVO-programmakosten wordt hoofdzakelijk veroorzaakt door het COVID-impulspakket.

Artikel 1.3

De uitgaven op artikelonderdeel 1.3 zijn ten opzichte van de ontwerpbegroting toegenomen met EUR 13,4 miljoen. De realisatie is per saldo zoals reeds toegelicht in de eerste suppletoire begroting enerzijds het gevolg van een verlaging van het budget voor de dekking van het ‘COVID-19 steunpakket voorjaar 2020’ (Kamerstuk II 33 625, nr. 293)  en anderzijds zoals toegelicht in de tweede suppletoire begroting het gevolg van een verhoging van het budget uit het ‘COVID-19 steunpakket zomer 2020 (AIV-advies)’ (Kamerstuk 33 625, nr. 320). Zo konden ongewenste vertragingen in de sector Infrastructuur en Financiële sectorontwikkeling worden voorkomen om zodoende de gevolgen van de COVID-19 pandemie te verminderen. Dit betrof onder andere een extra betaling aan het MASSIF-fonds van FMO en aan PIDG (Private Infrastructure Development Group).

Daarnaast zijn er meer opdrachten verstrekt in het kader van economic governance and institutions vooral voor de door RVO uitgevoerde PSD-toolkit. Ook zijn er extra betalingen gedaan in het kader van duurzame productie en handel aan Solidaridad en IDH (International Trade Initiative).

Ontvangsten

De ontvangsten bleken in het laatste deel van het begrotingsjaar hoger dan aanvankelijk voorzien. De realisatie is een gevolg van hogere DGGF ontvangsten en van een onttrekking uit de FOM begrotingsreserve om de hogere uitgaven voor DTIF mogelijk te maken.

Landenprogramma's

Zoals aangegeven in de leeswijzer vindt een toelichting op de landenprogramma’s plaats onder de desbetreffende beleidsartikelen.

Niger

Identificatie en ontwikkeling van financierbare voorstellen alsook mogelijkheden voor het opschalen van lopende activiteiten bleken mede vanwege COVID-19 tijdrovender en onvoldoende duidelijk.

Nb. Pas in juni 2020 werd het ambassadekantoor per ministeriële beschikking opgeschaald naar ambassade.

Licence